CITROEN C-ZERO 2012 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 101 of 166

8
Praktische informatie
99
Draai de bevestigingsmoer Dlos, terwijl u
de bumper omhoog houdt. )Draai de moer E los.
)
Trek de koplampunit naar u toe en maak
de lip Flos om de koplamp in zijn geheel te kunnen ver wijderen.

Page 102 of 166

i
Praktische informatie
100
Parkeerlichten vervangen
)
Draai de lamphouder naar links en
ver wijder deze.) Verwijder de lamp en vervang deze.
Voer het monteren in de omgekeerde
volgorde uit.

Grootlicht vervangen
)Draai de lamphouder naar links en
ver wijder deze. )Druk op de lip om de lamp te ver wijderen. )Vervang de lamp.
Voer het monteren in de omgekeerde
vol
gorde uit.
Richtingaanwijzers vervangen
)Draai de lamphouder naar links en
verwijder deze.
)Ver wijder de lamp en ver vang deze.
Voer het monteren uit in omgekeerde
volgorde.
De gekleurde lampen moeten wordenver vangen door lampen met dezelfdeeigenschappen en kleur.

Page 103 of 166

8
Praktische informatie
101
Dimlicht vervangen
)Draai de lamphouder naar links en
ver wijder deze. )Druk op de lip om de lamp te verwijderen. )Vervang de lamp.
Voer het monteren in de omgekeerde volgorde uit.

Mistlampen / Dagrijverlichting
ver vangen
) Draai de voorwielen helemaal naar links of
rechts om er goed bij te kunnen. ) Maak de clips van de afdekkap van de
lamphouders los.) Ver wijder de afdekkap.
)
Draai de lamphouder (Avoor de mistlamp,Bvoor de dagrijverlichting) naar links en
ver wijder deze. ) Ver wijder de lamp en vervang deze.
Voer het monteren in de omgekeerde volgorde uit.

Page 104 of 166

i
i
Praktische informatie
102
1.Remlicht / parkeerlicht (diodes).2. Richtingaanwijzers (W Y21W - 21 W).3.Achteruitrijlicht (W21W - 21 W).





























Achterlichten
De amberkleurige lampen, zoals de richtingaanwijzers, moeten wordenvervangen door lampen met dezelfdeeigenschappen en kleur.
Onder bepaalde weersomstandigheden (lage temperatuur, vochtigheid) kan zich een laagje condens aan de binnenzijde van de koplampen en de achterlichten vormen; dit verdwijntenkele minuten na het ontsteken vande koplampen.

Zijknipperlicht vervangen(WY5W - 5 W)
)Duw het knipperlicht naar achteren en
ver wijder het. )Draai de lamphouder naar links en
verwijder deze.
)Ver wijder de lamp en ver vang deze.
Voer het monteren in de omgekeerde volgorde uit.

Page 105 of 166

8
Praktische informatie
103
Richtingaanwijzers vervangen
) Draai de lamphouder naar links en
ver wijder deze.) Verwijder de lamp en ver vang deze.Voer het monteren in de omgekeerde volgorde uit.
Toegang tot de lampen
)Draai de twee bouten los.)Trek de achterlichtunit naar u toe om deze
te verwijderen.
Lampen remlicht / parkeerlichtvervangen
Werkzaamheden aan LED-verlichtingdienen altijd te worden uitgevoerd door het
CITRO
ËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.

Lamp achteruitrijlichten
ver vangen
) Draai de lamphouder naar links en
ver wijder deze. ) Ver wijder de lamp en vervang deze.
Voer het monteren in de omgekeerde volgorde uit.

Page 106 of 166

Praktische informatie
104
Lamp mistachterlicht (W21W - 21W) ver vangen
)Ver wijder de afdekkap. )Draai de lamphouder naar links en
ver wijder deze. )Ver wijder de lamp en ver vang deze.
Voer het monteren in de om
gekeerde
volgorde uit.


Lamp derde remlichtvervangen (W5W - 5W)
)
Verwijder de twee bouten.)
Verwijder de lamphouder.)
Ver wijder de lamp en vervang deze.
Voer het monteren in de omgekeerde
vol
gorde uit.

Lamp kentekenplaatverlichting(W5W - 5W) ver vangen
)Druk de afdekkap naar binnen. )Draai aan de lamphouder en verwijder deze.)Ver wijder de lamp en vervang deze.
Voer het monteren in de om
gekeerde
volgorde uit.

Page 107 of 166

8
i
!
Praktische informatie
105








Zekeringen vervangen

De speciale tang voor het ver wijderen van
zekeringen is bevestigd aan de binnenzijde
van het deksel van de zekeringkast in het
dashboard (links).
To egang:)Klik het deksel los en trek het in zijn geheelnaar u toe. )Neem de zekeringentang los.


To egang tot het gereedschap
Voordat u een zekering ver vangt, dient u eerstde oorzaak van de storing op te sporen en te(laten) verhelpen.)
Controleer of het contact in de stand " LOCK" staat. )
Traceer de defecte zekering door de geleidende draad te bekijken.
Vervangen van een zekering
Goed Defect
)
Gebruik de speciale tang om de zekering uit de houder te nemen.)
Vervang een zekering altijd door een zekering met dezelfde stroomsterkte. )
Controleer of het getal op de zekeringkast en de stroomsterkte op de zekeringovereenkomen met de waarden in de onderstaande tabel.

CITROËN is niet verantwoordelijk voor kosten die voortvloeien uit het verhelpen van storingen veroorzaakt door het monteren van extra accessoires die niet door haar aanbevolen en geleverd worden of door voorzieningen die niet volgensde voorschriften van CITROËN zijn gemonteerd. Dit geldt met name voor apparatuur met een stroomverbruik vanmeer dan 10 milliampère.

Bij het ontwerp van het elektrischecircuit van uw auto is reeds rekeninggehouden met de montage van zowel destandaarduitrusting als eventuele opties.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats voordatu andere elektrische voorzieningen of accessoires in de auto monteert of laat monteren.

Page 108 of 166

Praktische informatie
106
Zekeringen dashboard
De zekeringkast bevindt zich in het onderste deel van het dashboard aan de linkerzijde.
ZekeringAmpèreFuncties
17,5 A Parkeerlichten vóór en linksachter.
215 A 12V-aansluiting.
3- Niet gebruikt.
47,5 A Startmotor.
520
A Audio-installatie.
6
- Niet gebruikt.
7
7,5 A Boorduitrusting, parkeerlichten vóór en rechtsachter.
87,5 A Elektrisch bediende buitenspiegels.
97,5 A
Supervisor.
107,5 A
Airconditioning.
1110 A
Mistachterlicht.
1215 A Centrale vergrendeling.
13 10 A
Pl
afonnier.

Page 109 of 166

8
Praktische informatie
107
ZekeringAmpèreFuncties
14 15 A
R
uitenwisser achter.
157, 5 A
Instrumentenpaneel.
167, 5 A Verwarming.
1720 A Stoelverwarming.
18 10 A Optie.
1
97, 5 A Ver war ming buitenspiegels.
2020 A
Ruitenwisser vóór.
217, 5 A Airbags.
2230 A
Achterruitverwarming.
23
30 A Ver war ming.
2
4- Niet gebruikt.
2510 A Radio.
2
615 A
Zekering interieur.


To egang tot de zekeringen

Zie de paragraaf "Toegang tot het gereedschap".

Page 110 of 166

i
Praktische informatie
108
ZekeringAmpèreFuncties
1- Niet gebruikt.
230 A
Interne zekering.
340 A Elektromotor.
440 A
Ventilator op radiateur.
5
40 A Elektrisch bediende ruiten.
6
30 A
Vacuümpomp.
715 A Elektronische eenheid tractiebatterij.
815 A Derde remlicht.
915 A
Mistlampen vóór.
1015 A
Waterpomp.
Zekeringen in de ruimte
onder de voorkle
p
De zekeringkast bevindt zich in de ruimte
onder de voorklep onder het reser voir van de
ver warmin
gsvloeistof. Alleen deze zekeringen kunnen vervangen worden.
Het ver vangen van andere zekeringen (vacuümpomp en 12V-accu) moet door het CITROËN-netwerk of eengekwalificeerde werkplaats worden uitgevoerd.

Page:   < prev 1-10 ... 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 111-120 121-130 131-140 141-150 ... 170 next >