dashboard CITROEN C6 2012 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 129 of 216

127
IV
F2 F9 F6 F5 F1 F7 F4 F3 F10 F8 F13 F12 F14F17 SH F11
F15F15
G29
G30
G31
G32
G33
G34
G35
G36
G38
G40G37
G39
ZEKERINGEN
DASHBOARD
ZEKERINGKAST
Onder het dashboard zijn twee zekeringkasten aange-bracht. Daarnaast is er een zekeringkast in de motor-ruimte gemonteerd en een onder het linker bekledings-paneel in de bagageruimte.
Zekeringen onder het dashboard
De zekeringen onder het dashboard bereikt u als
volgt:1- Zet het klepje van het dashboardkastje geheel
open, zonder forceren.2- Trek de klep naar rechts zodat deze helemaal
opengaat.3- Verwijder de beschermstrook tussen de zekeringen en het klepje van het dashboardkastje om de zekeringen te kunnen bereiken.
ZEKERING VERVANGEN
Voordat u een defecte zekering vervangt, moet u eerst de oorzaak van de storing opsporen en verhelpen. De nummers van de zekeringen staan op de zekering-
kast.
Vervang een defecte zekering altijd door een zeke-ring met dezelfde sterkte (zelfde kleur).
Gebruik het speciale tangetje A dat zich op het deksel
van de zekeringhouder bevindt. Op dit deksel zijn ook de reservezekeringen gemonteerd.
GoedDefect
Reservezekerin
gen en
tan
g A
Tang A
Kast B
Kast C

Page 130 of 216

128
IV
ZEKERINGTABEL
NummerStroomsterkteFunctie
G 295 ABandenspanningscontrole – Cd-wisselaar voor 6 cd’s
G 305 ADiagnoseaansluiting
G 315 ADatacommunicatie, afhankelijk van verkoopland
G 3225 AVersterker
G 3310 AHydropneumatische vering
G 3415 AAutomatische versnellingsbak
G 3515 AVerwarming passagiersstoel
G 3615 AVerwarming bestuurdersstoel
G 37––
G 3830 AElektrisch bediende bestuurdersstoel
G 39––
G 4030 AElektrisch bediende passagiersstoel
ZEKERINGEN ONDER HET DASHBOARD (KAST B)

Page 131 of 216

129
IV
ZEKERINGTABEL
ZEKERINGEN ONDER HET DASHBOARD (KAST C)
NummerStroomsterkteFunctie
F 1––
F 2––
F 35 AAirbags
F 410 ARemsysteem – Actieve motorkap – Snelheidsregelaar/-begrenzer – Binnenspiegel met antiverblinding – Diagnoseaansluiting –Motor voor kantelen multifunctioneel displayyy
F 530 ARuitbediening achterin
F 630 AVerlichting zonneklep – Verlichting dashboardkastje – Plafonniers – Aansteker achterin
F75 ABedieningstoetsen op het stuur – Display – Openen ruiten (Kierstand) – Alarm – Radio
F 820 ACommandes au volant – Affi cheur ñ Ouverture des vitres (Micro descente) ñ Alarme ñ Autoradio
F 930 AAansteker voorin
F 1015 AKofferbakmodule – Aanhangermodule
F1115 AStuurslot
F1215 AControlelampje veiligheidsgordels voorin – Openen ruiten (Kierstand) – Elektrisch bediende stoelen – Parkeerhulp –JBL audiosysteem
F 135 AActieve motorkap – Regen-/lichtsterktesensor – Ruitenwissers vóór – Voeding BSM
F 1415 AZijwaartse trajectcontrole – Airconditioning – Instrumentenpaneel – Head-up display – Airbags – Bluetooth®(Hands free set) – Relais BHIjjjj
F 1530 AElektrische vergrendeling – Kinderbeveiliging
F 16SHUNT–
F1740 AAanjager

Page 140 of 216

138
V
A
VEILIGHEIDSADVIEZEN
Wij adviseren u om de montage of het verwijderen van eentrekhaak over te laten aan het CITROËN-netwerk of eenjgj
gekwalifi ceerde werkplaats.
Als u met deze auto een andere auto trekt, zorg er dan voor dat de versnellingsbak van de getrokken auto in de vrijstandgeschakeld staat.
Afmetingen (in meters):
A:0,971
TREKHAAK
(Boot, caravan, enz.)
Wij adviseren u om de mon-tage of het verwijderen van een trekhaak over te laten aan het
CITROËN-netwerk of een gekwa-lifi ceerde werkplaats.
Wanneer u op een steile helling
rijdt of bij hoog oplopen van de
motortemperatuur kunnen som-
mi
ge systemen (bediening van de
versnellingsbak, airconditioning)
tijdelijk worden uitgeschakeld.
Schakel de parkeerhulp met behulp
van de schakelaar op het dashboard
uit als u een aanhanger achter de auto hangt. Zie "Parkeerhulp".
Verwijder de kogel van de trekhaak zodra deze niet meer nodig is, om
de werking van de parkeerhulp-sensoren niet te hinderen.
ONDERHOUD
Als u een hogedrukreiniger gebruikt:Zorg ervoor dat de verstelbare
achterklepspoiler gesloten is.
Spuit de onderzijde nietschoon, om beschadiging vande elektrische handrem tevoorkomen.Spuit niet direct op de sponningloze portierruiten, om
te voorkomen dat er water inde auto komt.
Richt de straal niet direct op dekoplampen of de achterlichten,
ook niet op de omtrek, aange-zien u hierdoor het risico loopt
de lak of de rubber afdichtingen
te beschadigen.



Page 150 of 216

BC
12345
A
AD
14814 8
VI
IDENTIFICAT IE
A ConstructeursplaatjeOp de linker middenstijl.
1.EU-goedkeuringsnummer.2.VIN-nummer.3. Totaal toelaatbaar trein-gewicht.4.Totaal treingewicht.
5. Maximumgewicht op de
vooras.6. Maximumgewicht op de achteras.B Ingeslagen VIN-nummerC VIN-nummer op dashboardD Kleurcode van de lak
Bandenmaat BandenspanningOp de voorstijl.
Het type auto en het VIN-nummer staan eveneens vermeld op het kentekenbewijs.
Elk origineel CITROËN onderdeel is exclusief voor het merk CITROËN.
Voor het behoud van veili
gheid en het recht op garantie worden onderdelen van CITROËN aanbevolen.

Page 172 of 216

7.22
11
22
11
33
22
Druk op de toets MENU en selecteer achtereenvolgens de functies CONFIGURATIE, GELUID en ACTIVEREN EXTERNE GELUIDSBRON om de AUX-ingang van de autoradio te activeren.

Sluit het externe apparaat (MP3-speler…) aan op de JACK-aansluiting of op de audioaansluitingen (wit en rood, typeRCA) in het dashboardkastje met eengeschikte kabel.
Druk herhaalde malen op de toets SOURCE om AUX te selecteren.

De weergave- en bedieningsfuncties verlopen via de externe apparatuur zelf.

Het is niet mogelijk om bestanden vanaf de externe apparatuur naar de harde schijf te kopiëren.







AUX-INGANG GEBRUIKEN


JACK-/RCA-AUDIOKABEL NIET BIJGELEVERD







AUDIO-CD-WISSELAAR


EEN CD AFSPELEN
Plaats de CD's één voor één in een CD-wisselaar met meerdere openingen (zonder MP3-afspeelmogelijkheid). Druk, bij een wisselaar met éénopening (met MP3-afspeelmogelijkheid), op LOAD, kies het nummer van de CD en plaats de CD vervolgens of druk lang op LOAD en plaats de CD's één voor één.
Druk herhaalde malen op de toetsSOURCE en selecteer de CD-WISSELAAR.
Druk op een van de toetsen van hetalfanumerieke toetsenbord om de desbetreffende CD te selecteren.
Druk op een van de toetsenom een nummer van de CDte selecteren.
Het is niet mogelijk om de bestanden vanaf een CD in deCD-wisselaar naar de harde schijf te kopiëren.
CD-WISSELAAR.

Page 173 of 216

7.23
11
22
33
44
55
66
77
INSCHAKELEN VIDEOFUNCTIE
PARAMETERS VIDEO
U kunt op de drie audio-/videoaansluitingen in het dashboardkastje een videoapparaat (camcorder, digitale camera, DVD-speler...) aansluiten.
Draai aan de knop en selecteer defunctie VIDEO.
Druk op de toets MENU nadat u hetvideoapparaat hebt aangesloten.
Draai aan de knop en selecteer de functie INSCHAKELEN VIDEOFUNCTIE om de videofunctie in of uit te schakelen.
Druk op de knop om de selectie tebevestigen.
Druk op de knop om de selectie tebevestigen.
Druk herhaalde malen op de toets "SOURCE" om een anderegeluidsbron te selecteren dan het videoapparaat.
Druk op de toets "DARK" om de videoweergave te onderbreken.
Draai aan de knop en selecteer de functie PARAMETERS VIDEO om het formaat van de weergave, de lichtsterkte, het contrast en de kleurenin te stellen.
Druk op de knop om de selectie tebevestigen.
MENU VIDEO
De videoweergave is uitsluitend mogelijk als de auto stilstaat.

Page 209 of 216

149
TREFWOORDENREGISTER
A
Aanhangergewichten ..................XVI
Aanstekers...................................113
ABS..............................................74
Accu vervangen ..........................124
12-v
olts accu ..........124 → 126 - XIV
Achterruitverwarming....................90
Achterzitplaatsen...................97 - 99
Actieve vering en geregelde schokdempers ..........................106
Adviezen bij het rijden....................X
Afmetingen........................146 - 147
Afstandsbediening.................23 - 24
Airbags ........................101 - V → VII
Airco met zachte luchtstroom..........................85 - 89
Airconditioning.............42 - 85 → 91
Alarminstallatie ......................26 - 27
Alarmknipperlichten ......................50
Alarmverlichting inschakelen .......61
Algemeen...................................145
Antidiefstalbeveiliging...................82
Antidiefstalbout...........................143
Antiklemvoorziening ............56 - 11 8
Appèlverlichting ............................52
Armsteun voorin ..........................115
Asbak...........................................11 4
Autogordel in hoogte
verstellen ....................................57
Autogordels ...................61 - III → IV
Automatische airconditioningachter.........................................r92
A
Automatische
versnellingsbak..................65 → 68
Autoradio........39 – 43- 7.42 → 7.58
B
Bagageruimte......................84 - 117
Banden.............................141→XV
Bandenspanning.......141 - 148 - XV
Bandenspanningcontrole.....47 → 49
Beenruimteverlichting..................110
Bekerhouders ..............................111
Belading en
aanhangergewichten.................XVI
Bergvak achterin..........................11 2
Bergvak bestuurder.....................r111
Bergvakken met halve-maandeksel.....................11 4
Bestuurdersplaats................8 – 9 - II
Beweegbare spoiler......................r77
Binnenspiegel ...............................62
Binnenverlichting ............... 109 - 110
Boordcomputer............r40 - 44 → 49
Brake AssistSystem (BAS).............................74
Brandstof tanken .................35 - 133
Brandstofmeter.............................r35
Brandstofsoort ............................133
Brandstoftank .............................133
Buitenkant.......................................4
Buitenspie
gels(automatisch kantelen) ..............64
Buitenspie
gels inklappen ..............63
C
Centraal bergvak voorin..............11 2
Centraal ontgrendelen..................23
Centrale vergrendeling ..........23 - 25
Claxon..........................................50
Comfort in de auto...........111 → 116
Comfortabel autorijden........18 → 20
Contact.........................................28
Controlelampjes.....................31 - 32
Controles....................................121
D
Dakrails.......................................139
Dashboardkastje..........................111
Datum ............................39 - 41 - 43
Datum instellen......................41 - 43
Detectie autogordel bestuurder....r50
Dimlicht .........................................51
Display (kleuren) type C......39 → 42
Dorpelverlichting..........................110
Dynamische stabiliteitscontrole ESP...............73
E
Eco-modus................................... 28
Elektrisch bediende
buitenspiegels...................62 → 64
Elektrisch verstellen......................57
Elektrische accessoires .............XVIII
Elektrische instelling vanhet stuur.....................................r57
Elektrische parkeerrem..........75 - 76
Elektronische startblokkering........25
ESP .............................................. 73

Page:   < prev 1-10 11-20