display CITROEN DS3 CABRIO 2014 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 94 of 384

De plafonniers gaan branden en derichtingaanwijzers knipperen gedurendeenkele seconden.
Lokaliseren van de auto
)
Druk op het symbooltje van hetgesloten hangslot om de eerder
vergrendelde auto te lokaliserenop een parkeerplaats.
Diefstalbeveiliging

Elektronische startblokkering
In de sleutel is een chip aangebracht die over een specifieke code beschikt. Om te kunnen
starten, moet bij het aanzetten van het contact de code van de sleutel worden herkend door de
startblokkering.
Deze elektronische startblokkering blokkeer t
het motormanagementsysteem zodra hetcontact wordt afgezet en voorkomt zo het
starten van de motor bij een inbraak.
Bij een storing in het systeem
wordt u gewaarschuwd door dit verklikkerlampje in combinatie met een
geluidssignaal en een melding op het display.
De auto kan dan niet
gestart worden. Raadpleegzo snel mogelijk het CITROËN-netwerk.

-
Stand 1 : Stuurslot

- Stand 2 : Contact

- Stand 3 : Motor starten
Contact
Bewaar zorgvuldig de sticker die u bij de aflevering van uw auto samen metde sleutels is overhandigd.

Page 96 of 384

Na het losnemen en weer aansluiten van de
accukabels, het ver vangen van de batterijvan de afstandsbediening of een storing in deafstandsbediening kan de auto niet meer met
de afstandsbediening ontgrendeld, vergrendelden gelokaliseerd worden. )Ontgrendel of vergrendel de auto eerst met de sleutel in het slot. )Synchroniseer vervolgens deafstandsbediening.
Raadpleeg zo snel mogelijk hetCITROËN-netwerk als de storing niet is
verholpen.
Storing afstandsbediening
Synchroniseren
)Zet het contact af. )Zet de sleutel in de stand 2 (Contact).)Druk zo snel mogelijk gedurende enkele
seconden op de vergrendelknop (gesloten hangslot) van de afstandsbediening.)Zet het contact af en ver wijder de sleutel uit het contactslot.
De afstandsbediening werkt nu weer.


Batterij ver vangen

Batterij ref.: CR1620 / 3 V.)Wip het huis los door een muntstuk in de
opening te steken en dit ver volgens te
v
erdraaien.)Verwijder de lege batterij.)Schuif de nieuwe batterij in de juiste richting op zijn plaats. )Klik eerst het huis vast en daarna het
verchroomde deel.)Synchroniseer de afstandsbediening.
Als de batterij van de afstandsbedieningleeg is, wordt u gewaarschuwd door
dit waarschuwingslampje op het
dashboard, een geluidssignaal, en een melding op
het multifunctionele display.
) Klap de sleutel uit.)
Ontgrendel het verchroomde deel door ophet nokje A
te drukken. )
Houd het nokje A
ingedrukt en schuif het
verchroomde deel 45° uit.

Page 100 of 384












Por tieren
Van buitenaf
)Ontgrendel de auto met deafstandsbediening of de sleutel en trek aan
de portiergreep.




Van binnenuit
)
Trek aan de por tiergreep van het por tier om
het te openen; de auto wordt dan volledigontgrendeld.

Sluiten
Als een portier niet goed is gesloten:
-bij draaiende motor
gaat dit rlampje branden in combinatie
met een melding die enkele seconden op het multifunctionele
display verschijnt,
-tijdens het rijden(snelheid hoger
dan 10 km/h) gaat dit lampje branden incombinatie met een geluidssignaal en eenmelding die gedurende enkele seconden
op het multifunctionele display verschijnt.

Page 102 of 384

)Druk langer dan 2 seconden op de knop A.Op het multifunctionele display verschijnt een melding ter bevestiging, in combinatie met een
geluidssignaal.
Uitschakelen
)Druk nogmaals langer dan 2 seconden op de knop A.Op het multifunctionele display verschijnt een melding ter bevestiging, in combinatie met een geluidssignaal.

Hiermee kunt u de
portieren mechanisch
vergrendelen en ontgrendelen in het geval van een storing in de centrale vergrendeling of van
de accu.
Noodbediening
Vergrendelen van het bestuurdersportier
)
Steek de sleutel in het slot en draai deze
rechtsom.



Ontgrendelen van het bestuurdersportier
)
Steek de sleutel in het slot en draai dezelinksom.

Vergrendelen van hetpassagiersportier
)Ver wijder de zwar te dop aan de zijkant van het portier, met behulp van de sleutel.)Steek de sleutel in de uitholling en draai desleutel tot de aanslag. )Verwijder de sleutel en plaats de dop.


Ontgrendelen van hetpassagiersportier
)Trek aan de por tiergreep aan de
binnenzijde.


Bij een storing in de centrale vergrendeling moet u de accukabelslosnemen om de auto volledig, inclusief de achterklep, te kunnen vergrendelen .

Het rijden met vergrendelde portieren kan in geval van nood de toegang tot het interieur bemoeilijken.

Page 103 of 384

101Toegang tot de auto











Achterklep


Openen
)Ontgrendel de auto met deafstandsbediening of de sleutel, druk op
de schakelaar voor het openen van de achterklep en trek de achterklep omhoog.
Sluiten
) Trek de achterklep omlaag met behulp van
de handgreep aan de binnenzijde.
Als de achterklep niet
goed is gesloten:
-bij draaiende motorgaat het rverklikkerlampje branden in combinatie met een melding
op het multifunctionele display gedurende enkele seconden,
-tijdens het rijden(snelheid hoger dan
10 km/h) gaat het verklikkerlampje branden
in combinatie met een geluidssignaal en een melding op het multifunctionele display gedurende enkele seconden.
Hiermee kan bi
j een lege accu of een eventuelestoring in de centrale vergrendeling de
achterklep mechanisch ontgrendeld worden.
Noodbediening

Ontgrendelen
)
Klap de achterbank naar voren om bij het slot in de bagageruimte te komen,)
Steek een kleine schroevendraaier in de
opening A
van het slot om de achterklep te
ontgrendelen.

Page 114 of 384

automatisch ingeschakeld als de lichtsterkte
van de omgeving onvoldoende is of in
bepaalde gevallen dat de ruitenwissers worden
ingeschakeld.
De verlichting wordt uitgeschakeld als de
lichtsterkte van de omgeving weer voldoende is
of nadat het wissen is gestopt.
Automatische verlichting
Inschakelen
)
Draai de ring in de stand "AU TO "
. Het inschakelen wordt bevestigd door een
melding op het display.


Uitschakelen
)
Draai de ring in een andere stand dan destand "AUTO"
. Het uitschakelen wordt
bevestigd door een melding op het display.



Gekoppeld aan de automatische follow me home verlichting

De koppeling van de automatische follow
me home verlichting aan de automatische
verlichting biedt de volgende extra
mogelijkheden:


- keuze van de duur van de follow me home
verlichting (15, 30 of 60 seconden) via de
instellingen in het configuratiemenu van de
auto (uitgezonderd monochroom display A
waarbi
j de duur onveranderlijk is: 60 s),

- automatische inschakeling van de follow
me home verlichting als de automatische
verlichting is ingeschakeld.

Storing

Bij een storing in de lichtsensor gaat de verlichting branden,
wordt dit pictogram weergegeven op het
instrumentenpaneel en/of verschijnt een melding op het display, in combinatie met een geluidssignaal.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.

Als de lichtsensor bij mist of sneeuwvoldoende licht waarneemt, wordt de verlichting niet automatischingeschakeld.
Dek de met de regensensor gecombineerde lichtsensor, diezich in het midden van de voorruitachter de binnenspiegel bevindt, niet af, aangezien de aan de sensor gekoppelde functies dan niet meer
bediend kunnen worden.

Page 115 of 384

113Zicht





LED-dagrijverlichting
De dagverlichting geeft de auto een herkenbare uitstraling en bestaat uit twee sets van zes leds die
zich in de ver ticale "kieuwen" onder iedere koplampunit bevinden.

Als de motor wordt gestart, wordt dedagrijverlichting automatisch ingeschakeld als
de lichtschakelaar in de stand "0"of "AUTO"staat.
Zodra de parkeerlichten of het dim- of grootlichthandmatig of automatisch wordt ingeschakeld,gaat de dagrijverlichting uit.
Voor landen waar het voeren van verlichtingoverdag niet wettelijk verplicht is, kuntu de functie in- of uitschakelen via het configuratiemenu op het multifunctionele
display.





Koplampen
verstellen
Verstel de koplampen afhankelijk van de belading
van uw auto om verblinding van medeweggebruikers
te voorkomen.
0.Alleen bestuurder of bestuurder + voorpassagier.
-. Tussenstand
.1.5 personen.-.
5 personnes + bagage in de koffer. 2. Alleen bestuurder + maximaal toegestane
belading van de koffer. Deze stand voldoet om verblinding van tegenliggers
te voorkomen.
Bij gebruik van een hogere stand wordt de reikwijdte
van de koplamplichtbundel beperkt.
Stand "0": basisinstelling.
Programmeren
In landen waar het wél verplicht isoverdag verlichting te voeren: - is de functie standaard ingeschakeld en kan deze nietworden uitgeschakeld, - branden overdag ook de parkeerlichten en dekentekenplaatverlichting, - wordt de dagrijverlichtinguitgeschakeld zodra het dimlichthandmatig of automatisch wordt ingeschakeld. Bij auto's zonder LED-dagrijverlichtinggaat het dimlicht automatisch branden bij het starten van de motor.

Page 117 of 384

115
Zicht
B. Ring voor de selectie van de ruitenwisser achter:
Ruitenwisser achter
Schakel de automatische werkingvan de ruitenwisser achter uit bij sneeuwval of strenge vorst en bij montage van een fietsendrager op de achterklep. Dit kan worden uitgevoerdvia het configuratiemenu van het multifunctionele display. uit,
interval,
wissen en sproeien
(gedurende enige
tijd).
Achteruitversnelling
Als de ruitenwissers vóór zijn geactiveerd
op het moment dat u de achteruitversnelling inschakelt, treedt automatisch ook deruitenwisser achter in werking.
Programmeren
Deze functie kan worden geactiveerd of gedeactiveerd via het configuratiemenu van
de auto.
Deze functie is standaard geactiveerd.
Ruitensproeiers voor
Trek de hendel naar u toe: de ruitensproeiers
treden in werking en na enige tijd worden ook
de ruitenwissers ingeschakeld.

Page 118 of 384

Automatische ruitenwissers
vóór
De ruitenwissers worden automatisch
ingeschakeld als de sensor achter debinnenspiegel regen detecteert. De snelheid
van de ruitenwissers wordt aangepast aan dehoeveelheid neerslag.
Inschakelen
Dit gebeurt handmatig door de hendel Anaar de stand "AU TO "te bewegen.
Dit wordt bevesti
gd door het branden
van dit verklikkerlampje op het
instrumentenpaneel en een meldingop het multifunctionele display.

Uitschakelen

Beweeg de hendel A
omhoog en vervolgens in de stand "0"
om de ruitenwissers handmatig te
bedienen.
Dit wordt bevesti
gd door een melding op het multifunctionele
display; het verklikkerlampje op het
instrumentenpaneel dooft.
Als het contact meer dan 1 minuut afgezet is geweest, moet de automatische werking van de ruitenwissers opnieuw worden geactiveerd door de hendel A
kort omlaag te bewegen. A

Page 126 of 384







JACK-aansluiting
Deze aansluitmodule, die bestaat uit een JACK-aansluiting, bevindt zich in de "AU X " -unit in de middenconsole.
Hierop kunt u draagbare apparatuur aansluiten, zoals een iPod ® , om ver volgensmuziekbestanden via de geluidsinstallatie vande auto te kunnen beluisteren.














USB-box
Raadpleeg voor meer informatie over hetgebruik van deze uitrusting de rubriek
"Autoradio" of "eMyWay"".
Tijdens het gebruik van draagbareapparatuur wordt deze automatisch opgeladen.
Deze aansluitmodule bevindt zich in de "AU X "-unit op de middenconsole.
Hierop kunt u draagbare apparatuur aansluiten,zoals een iPod®
van de 5e generatie of hoger of ®
een USB-stick.
Dankzij de USB-BOX kunt u de
audiobestanden (mp3, ogg, wma, wav, ...) opuw draagbare apparatuur beluisteren via de luidsprekers van uw autoradio.
U kunt deze bestanden beheren met destuurkolomschakelaars of het bedieningspaneel
van de autoradio en ze weergeven op het
multifunctionele display.

Raadplee
g voor meer informatie over het gebruik van deze uitrusting de rubriek
"Autoradio".






12 V-aansluiting
)Ver wijder het afdekkapje en sluiteen geschikte adapter aan als u een
12 V-accessoire wilt aansluiten (max. 120 W).
De muziekbestanden worden beheerdvia het draagbare apparaat.

Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 ... 90 next >