CITROEN DS4 2014 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 91 of 431

89Comfort











Vo or stoelen
De zitting, de rugleuning en de hoofdsteun zijn verstelbaar voor een optimale zitpositie.


Elektrisch verstelbare bestuurdersstoel


Verstelling in lengterichting



)
Duw de schakelaar naar voren of naar
achteren om de gewenste stand te
verkrijgen.



Hoogte- en hoekverstelling van
de zitting


)
Duw de achterzijde van de schakelaar
omhoog of omlaag om de gewenste hoogte te
verkrijgen.

)
Duw de voorzijde van de schakelaar omhoog
of omlaag om de gewenste hoek te verkrijgen.



Rugleuningverstelling



)
Duw de schakelaar naar voren of naar
achteren om de gewenste hoek te
verkrijgen.




De elektrische instellingen kunnen tot 1 minuut na
het afzetten van het contact worden uitgevoerd.
Zet het contact aan om de elektrische verstelling
weer te activeren.

Page 92 of 431











Bediening stoelverwarming

Bij draaiende motor is de stoelver warming voor
beide voorstoelen afzonderlijk regelbaar.


)
Met de draaiknop naast de voorstoel kan
de stoelver warming ingeschakeld worden
en kan een ver warmingsstand worden
geselecteerd:

0
: Uit.

1
: Laag.

2
: Gemiddeld.

3
: Hoog.











Aanvullende instellingen


Hoogte- en hoek van de
hoofdsteun


)
Trek de hoofdsteun omhoog om hem hoger
te zetten.

)
Druk gelijktijdig op de pal A
en op de
hoofdsteun om deze lager te zetten.

)
Beweeg om de hoek van de hoofdsteun te
verstellen de onderzijde van de hoofdsteun
naar voren of naar achteren.

Voor de veiligheid is het frame van de
hoofdsteun gekarteld om te voorkomen
dat de hoofdsteun zakt in het geval van
een aanrijding.

De juiste stand van de hoofdsteun is
als de bovenzijde van de hoofdsteun
zich ter hoogte van de bovenzijde
van het hoofd bevindt.




Verwijderen van de hoofdsteun



)
Druk op de pal A
en trek de hoofdsteun
omhoog om hem te ver wijderen.

)
Steek om de hoofdsteun terug te zetten
de pennen van de hoofdsteun recht in
de openingen van de rugleuning en druk
gelijktijdig de pal A
in tot de hoofdsteun op
zijn plaats blijft.


Ga nooit rijden als de hoofdsteunen zijn
ver wijderd. De hoofdsteunen moeten
zijn geplaatst en correct zijn afgesteld.

Page 93 of 431

91Comfort


Lendensteun handmatig
verstellen


)
Draai aan de knop om de lendensteun in
de gewenste stand te zetten.





Elektrisch verstelbare
lendensteun


)
Druk de schakelaar naar voren of naar
achteren in om de lendensteun naar wens
in te stellen.

Deze functie zorgt voor een massage ter
hoogte van de lendenen en werkt alleen bij
draaiende motor.


)
Druk op de schakelaar om de functie in te
schakelen.
Het controlelampje in de schakelaar gaat
branden en de massagefunctie wordt 60 minuten
ingeschakeld. Gedurende deze tijd wordt de
massage in 6 cycli van 10 minuten uitgevoerd
(6 minuten massage, gevolgd door 4 minuten rust).
Na 1 uur wordt de massage automatisch
uitgeschakeld. Het controlelampje in de
schakelaar gaat uit.

Uitschakelen

U kunt de massagefunctie op elk gewenst
moment uitschakelen door de schakelaar in te
drukken. De beweging wordt afgemaakt tot de
lendensteun weer in de ruststand staat.








Massagefunctie

Page 94 of 431













Opslaan van zitposities in
het geheugen
Dit systeem slaat de elektrische instellingen
van de bestuurdersstoel en de buitenspiegels
op. U kunt twee standen opslaan en later
oproepen met de toetsen aan de zijkant van de
bestuurdersstoel.

Opslaan van een zitpositie

Met de toetsen M / 1 / 2



)
Zet het contact aan.

)
Zet uw stoel en de buitenspiegels in de
gewenste stand.

)
Druk op de toets M
en vervolgens binnen
4 seconden op de toets 1
of 2
.
Een geluidssignaal geeft aan dat de
zitpositie is opgeslagen.


Oproepen van een opgeslagen zitpositie


Contact aan of draaiende motor



)
Druk op de toets 1
of 2
om de
desbetreffende zitpositie op te roepen.
Een geluidssignaal geeft aan dat de
opgeslagen zitpositie is ingenomen.
Het opslaan van een andere stand
annuleert de vorige, in het geheugen
opgeslagen stand. U kunt de beweging onderbreken door
op de toets M
, 1
of 2
te drukken of
door een van de schakelaars van de
stoelverstelling te bedienen.
U kunt een zitpositie niet oproepen
tijdens het rijden.
Het opvragen van een opgeslagen
zitpositie is tot 45 seconden na het
afzetten van het contact mogelijk.

Page 95 of 431

93Comfort










Achterbank
U kunt het linkerdeel (2/3) en/of het rechterdeel (1/3) van de rugleuning van de achterbank neerklappen om de bagageruimte te vergroten. De zitting bestaat uit
één deel en kan niet opgeklapt worden.


)
Schuif de desbetreffende voorstoel indien
nodig naar voren.

)
Leg de veiligheidsgordel tussen de
buitenste en de middelste hoofdsteun om
te voorkomen dat deze klem komt te zitten
als u de rugleuning weer opklapt.

)
Zet de hoofdsteunen in de laagste stand.


Neerklappen van de rugleuning van de achterbank


)
Trek de hendel 1
naar voren om de
rugleuning 2
te ontgrendelen.

)
Klap de rugleuning 2
op de zitting.


)
Zet de rugleuning 2
rechtop en vergrendel
deze.

)
Controleer of de rode markering bij de
hendel 1
niet meer zichtbaar is.

)
Leg de veiligheidsgordel terug aan de
zijkant van de rugleuning.


Terugplaatsen van de
rugleuning van de achterbank
Let erop dat bij het terugplaatsen van
de rugleuning van de achterbank de
veiligheidsgordels niet klem komen te
zitten.

Page 96 of 431

De hoofdsteunen hebben een gebruiksstand
(hoog) en een ingeklapte stand (laag).
De hoofdsteunen kunnen ook worden
ver wijderd.
Ver wijderen van een hoofdsteun:


)
ontgrendel de rugleuning met de hendel 1
,

)
kantel de rugleuning 2
enigszins naar voren,

)
trek de hoofdsteun omhoog tot aan de
aanslag,

)
druk ver volgens de pal A
in.


Hoofdsteunen achter

Ga nooit rijden als de hoofdsteunen zijn
ver wijderd; de hoofdsteunen moeten
zijn geplaatst en correct zijn afgesteld.









Stuurwielverstelling




)
Zorg dat de auto stilstaat
en trek aan de
hendel om het stuur wiel te ontgrendelen.

)
Verstel het stuur wiel in hoogte en diepte
voor een optimale zithouding.

)
Druk de hendel goed vast om het stuur wiel
te vergrendelen.
Voer deze handelingen om
veiligheidsredenen uitsluitend uit bij
stilstaande auto.

Page 97 of 431

95Comfort





Spiegels

De verstelbare buitenspiegels zorgen voor
het benodigde zicht naar achteren bij een
inhaalmanoeuvre of het parkeren van de auto.
De buitenspiegels kunnen ook worden ingeklapt
voor het parkeren in een smalle straat.

Ontwaseming - ontdooiing
Verstellen



)
Zet de knop A
naar links of rechts om de
desbetreffende spiegel te selecteren.

)
Duw de knop B
in de 4 richtingen om de
spiegel af te stellen.

)
Zet de knop A
weer in het midden.


Buitenspiegels

De waargenomen objecten in de
buitenspiegels lijken verder af dan ze in
werkelijkheid zijn.
Hiermee moet rekening worden
gehouden om de afstand ten opzichte van
achteropkomend verkeer goed in te schatten.




Inklappen



)
Van buitenaf: vergrendel de auto met de
afstandsbediening of de sleutel.

)
Vanuit het interieur: trek bij aangezet
contact de schakelaar A
vanuit de
middelste stand naar achteren.


Uitklappen



)
Van buitenaf: ontgrendel de auto met de
afstandsbediening of de sleutel.

)
Vanuit het interieur: trek bij aangezet
contact de schakelaar A
vanuit de
middelste stand naar achteren.

Als de buitenspiegels zijn ingeklapt met behulp
van de schakelaar A
, worden ze niet automatisch
uitgeklapt als de auto wordt ontgrendeld. Trek
nogmaals de schakelaar A
naar achteren om de
buitenspiegels uit te klappen.

Het automatisch in- en uitklappen
van de buitenspiegels kan worden
gedeactiveerd door het
CITROËN-netwerk of door een
gekwalificeerde werkplaats.
Klap de elektrisch bediende spiegels
nooit handmatig in of uit.
Als uw auto voorzien is van
spiegelver warming, kunt u deze
inschakelen door op de toets van
de achterruitver warming te drukken
(zie paragraaf "Ontwaseming - Ontdooiing
achterruit").









De achterruitver warming werkt uitsluitend bij
draaiende motor.

Page 98 of 431








Automatisch kantelen
buitenspiegels bij het
achteruitrijden
De buitenspiegels kunnen bij het achteruit
inparkeren naar de grond worden gericht.


Programmeren



)
Schakel bij draaiende motor de
achteruitversnelling in.

)
Selecteer en verstel achtereenvolgens de
linker en rechter buitenspiegel.
De ingestelde standen worden direct
opgeslagen.


Inschakelen



)
Schakel bij draaiende motor de
achteruitversnelling in.

)
Beweeg de schakelaar A
naar rechts of
links om de desbetreffende buitenspiegel
te selecteren.
De geselecteerde buitenspiegel wordt in de
geprogrammeerde stand gericht.


Uitschakelen



)
Haal de versnellingsbak uit de
achteruitversnelling en wacht
tien seconden.
of


)
Zet de schakelaar A
in de middelste stand.
De buitenspiegel keert terug naar de
oorspronkelijke stand.
De buitenspiegel keert ook terug naar de
oorspronkelijke stand:


- zodra sneller wordt gereden dan 10 km/h,

- als de motor wordt afgezet.

Page 99 of 431

97Comfort





Binnenspiegel

Verstelbare spiegel voor het zicht recht achter de auto.
De binnenspiegel is voorzien van een nachtstand waardoor de spiegel donkerder wordt en de
bestuurder minder hinder onder vindt van de zon en van koplampverlichting van achteropkomend
verkeer ...


Binnenspiegel met handbediende dag-/nachtstand


Verstellen



)
Stel de spiegel af als deze in de dagstand
staat.



Dag-/nachtstand



)
Trek aan het hendeltje om de spiegel in de
nachtstand te zetten.

)
Duw het hendeltje naar voren om de
spiegel terug te zetten in de dagstand.

Dankzij een sensor die de hoeveelheid licht die
vanaf de achterzijde van de auto op de spiegel
valt meet, gaat de binnenspiegel geleidelijk en
automatisch over van de dag- in de nachtstand.







Automatisch dimmende binnenspiegel


Zodra de achteruitversnelling wordt
ingeschakeld, wordt de spiegel in de
dagstand gezet voor een maximaal
zicht naar achteren.

Om veiligheidsredenen moeten de spiegels zo zijn ingesteld dat de "dode hoek" zo klein
mogelijk is.

Page 100 of 431

004
Toegang tot de auto

Page:   < prev 1-10 ... 51-60 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 111-120 121-130 131-140 ... 440 next >