CITROEN DS4 2015 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 11 of 452

9
DS4_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed02-2015
Interieur
Voorzieningen bagageruimte 122-125
- hoedenplank
-


haken
-


12V-aansluiting
-


zaklamp
-


sjorogen
-


opbergbak
Achterzitplaatsen


102-103
Voorzieningen achterin
1

21
-


12V-aansluiting
-
mi

ddenarmsteun achter
-


skiluik
Kinderzitjes


148-161
ISOFIX-bevestigingen


157-160Vo o r sto e l e n


97-101
Veiligheidsgordels

171-174
Airbags
1
75-180
Dashboardkastje

111
Frontairbag passagier uitschakelen
15

0 -152, 177
Voorzieningen voorin
1

10-119
-

J
ack-aansluiting / USB-poort
-


12V-aansluiting
-
mi

ddenarmsteun voor
-


230V/50Hz-stopcontact
-


matten
-


opbergladesPanoramische voorruit
1

20
-


zonneschermen
-


zonneklep
Overzicht

Page 12 of 452

DS4_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed02-2015
Cockpit
Instrumentenpanelen 18-20
Controlelampjes 21-34
Meters/tellers


35-38
Handmatige CHECK

3
9
Regelknoppen
4

0-42
-


dagteller
-

r
egelknop dashboardverlichting /
black panel
-

p
ersoonlijke styling klokken en displays
Koplampverstelling


134
Buitenspiegels


104-105
Ruitbediening


82-83
Zekeringen dashboard
2

82-285
Motorkap openen
23

8 Monochroom display
4

3- 46
Pictogrammendisplay veiligheidsgordels/ frontairbag passagier
1

72-173, 177
Handgeschakelde versnellingsbak
1

99
Elektronisch gestuurde versnellingsbak


200-203
Automatische transmissie
20

4-207
Handrem
19

2-197, 198
Binnenspiegel
1

06
Plafonnier

142
Ventilatie / ver warming
8
6 - 88
Handbediende airconditioning
8

9-90, 95
Automatische airconditioning
9

1-94, 95
Achterruitverwarming
9

6
Autoradio


389- 416
Datum / tijd instellen

4
6
Touchscreen

4
7-51, 325 -388
Datum / tijd instellen

5
1
Sfeerverlichting
143
Contactslot / Starten met de sleutel

1
85 -187, 191
Contact / Starten met de START/STOP-knop


188-191

Page 13 of 452

11
DS4_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed02-2015
Cockpit
Stuurwiel met geïntegreerde bedieningstoetsen
Snelheidsbegrenzer 222-224
Snelheidsregelaar 225-227
Snelheden opslaan
2

20-221
Lichtschakelaar


128-132
Stuurwielverstelling


103 Bedieningsfuncties audio en telefoon
van het systeem Autoradio 3 91
Bedieningsfuncties audio en telefoon van het systeem Touchscreen

3
28
Ruitenwisserschakelaar


137-141
Boordcomputer


52-56
Claxon
16

7
Overzicht

Page 14 of 452

DS4_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed02-2015
Urgence-oproep verzenden 167, 322-323
Toegang tot de diensten van CITROËN
1

67, 322-323Brandstoftankklep openen 23
3-236
CDS-/ASR-systeem
169 -170
Alarmknipperlichten


166-167
Centrale vergrendeling
7

3-74
Black panel (zwart scherm)

4
2Lane Departure Warning System
2

16
Interieurbeveiliging anti- inbraakalarm


75-78
Aan de zijkant geplaatste rij
schakelaars
Centraal geplaatste rij
schakelaars
Cockpit
Parkeerhulp
228-229
Stop & Start-systeem 2 12-215
Dodehoekbewaking


217-219

Page 15 of 452

13
DS4_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed02-2015
Gegevens - Onderhoud
Brandstoftank leeg (diesel) 237
Controle niveaus
2
41-244
-


motorolie
-


remvloeistof
-


koelvloeistof
-


stuurbekrachtigingsvloeistof
-
v

loeistof ruitensproeier/
koplampsproeiers
-

b
randstofadditief (diesel met roetfilter)
Additief AdBlue
2

48-257
Lampen vervangen
2

74-281
-
vóór
-
achter Benzinemotoren


308-311
Dieselmotoren

312-317
Afmetingen
3
18
Identificatie
3
19
Motorkap
2
38
Motorruimte benzine-uitvoering
2

39
Motorruimte dieseluitvoering
2

40Controle vervangingselementen
2

45-247
-
accu
-
lu

chtfilter / interieurfilter
-
oliefilter
-

r
oetfilter (diesel)
-
re

mblokken / remschijven
Accu 2
88 -291
Eco-mode 292
Zekeringen motorcompartiment
28

2-283, 286-287
Overzicht

Page 16 of 452

Sluit als passagier zo min mogelijk multimedia-apparatuur
(DVD-speler, MP3 -speler, spelcomputer, enz.) op de auto aan om het
elektriciteitsverbruik, en dus het brandstofverbruik, te beperken.
Koppel externe apparatuur los als u de auto verlaat.
Eco-rijden
Door in de dagelijkse praktijk een aantal aanwijzingen op te volgen kunt u het brandstofverbruik en de CO2-uitstoot van uw auto verminderen.
Maak optimaal gebruik van de
versnellingsbak
Als uw auto is voorzien van een handgeschakelde versnellingsbak,
rijd dan rustig weg, schakel zo snel mogelijk de tweede versnelling in
en schakel bij het accelereren bij voorkeur relatief snel over naar een
hogere versnelling.
Als uw auto is voorzien van een automatische transmissie of een
elektronisch gestuurde versnellingsbak, gebruik dan bij voorkeur de
automatische stand en trap het gaspedaal niet bruusk of diep in.
De schakelindicator adviseert u de versnelling in te schakelen die
het best geschikt is voor de rijomstandigheden: volg het op het
instrumentenpaneel weergegeven schakeladvies zo snel mogelijk op.
Bij auto's met een elektronisch gestuurde versnellingsbak of een
automatische transmissie wordt de opschakelindicator uitsluitend in de
handmatige stand weergegeven.
Kies voor een soepele rijstijl
Houd afstand van de auto's voor u, rem bij voorkeur af op de motor in
plaats van het rempedaal te gebruiken en trap het gaspedaal geleidelijk
in. Als u deze aanwijzingen naleeft, neemt het brandstofverbruik en de
CO
2-uitstoot af en wordt de geluidsoverlast door het verkeer beperkt.
Als het verkeer goed doorstroomt, gebruik dan vanaf een snelheid van
ongeveer 40
km/h de snelheidsregelaar (indien aanwezig).
Gebruik op slimme wijze de elektrische
voorzieningen
Als bij het instappen blijkt dat de temperatuur in de auto hoog is
opgelopen, open dan alle ruiten en de ventilatieroosters alvorens de
airconditioning in te schakelen.
Sluit vanaf een snelheid van 50 km/h de ruiten, maar laat de
ventilatieroosters geopend.
Gebruik de voorzieningen in het interieur die de temperatuurstijging
kunnen beperken (blinderingspaneel van het panoramadak,
zonneschermen, enz.).
Schakel de airconditioning uit zodra de gewenste temperatuur is
bereikt (behalve bij auto's met een automatische airconditioning).
Schakel de achterruitver warming en de ontwaseming uit zodra deze
niet meer nodig zijn als deze niet automatisch worden aangestuurd.
Schakel de stoelver warming zo snel mogelijk uit.
Schakel de verlichting en de mistlampen uit als het zicht voldoende is.
Laat de motor vooral 's winters na het starten niet stationair
warmdraaien, maar rijd zo snel mogelijk weg: uw auto warmt sneller op
als u rijdt.

Page 17 of 452

15
DS4_nl_Chap00c_eco-conduite_ed02-2015
Beperk de oorzaken van een hoger
brandstofverbruik
Verdeel het gewicht evenwichtig over de auto: plaats de zwaarste
voor werpen in de bagageruimte, zo dicht mogelijk bij de achterbank.
Beperk de belading en de luchtweerstand (dakdragers, imperiaal,
fietsendrager, aanhanger, enz.) van uw auto. Gebruik liever een
dakkoffer.
Ver wijder na gebruik de dakdragers en het imperiaal.
Vervang na de winter zo snel mogelijk de winterbanden door
zomerbanden.
Houd u aan de onderhoudsvoorschriften
Controleer regelmatig de bandenspanning (bij koude banden), houd u
daarbij aan de bandenspanning die staat vermeld op de sticker op de
portiersponning aan bestuurderszijde.
Controleer de bandenspanning met name:
-
v
oor een lange rit,
-
b

ij de wisseling van de seizoenen,
-

a
ls de auto gedurende langere tijd niet is gebruikt.
Vergeet niet de bandenspanning van het reservewiel en van de wielen
van de aanhanger of de caravan te controleren.
Laat uw auto regelmatig onderhouden (olie verversen, oliefilter,
luchtfilter en interieurfilter vervangen, enz.) en houd u daarbij aan het
aan uw situatie aangepaste onderhoudsschema van de fabrikant.
Uitvoeringen met een BlueHDi-dieselmotor: bij een storing in het SCR-
systeem stoot de auto schadelijke stoffen uit. Ga zo spoedig mogelijk naar
het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats om de uitstoot
van stikstofoxiden terug te brengen tot onder de wettelijke normen.
Laat bij het tanken het vulpistool niet meer dan drie keer afslaan; zo
voorkomt u dat brandstof uit de tank stroomt.
U zult bij een nieuwe auto merken dat pas na 3000
km het gemiddelde
brandstofverbruik zich stabiliseert.
Eco-rijden

Page 18 of 452

DS4_nl_Chap01_controle-de-marche_ed02-2015
Controle van de werking

Page 19 of 452

DS4_nl_Chap01_controle-de-marche_ed02-2015

Page 20 of 452

DS4_nl_Chap01_controle-de-marche_ed02-2015
Instrumentenpaneel met kleurinstelling - Type 1
1. Toerenteller (x 1000 t /min of rpm).
2. O pschakelindicator of stand van de
selectiehendel en ingeschakelde
versnelling bij een elektronisch gestuurde
versnellingsbak of automatische
transmissie.
3.
A

naloge snelheidsmeter (km/h of mph).
4.
I

nstellingen van snelheidsregelaar of
snelheidsbegrenzer
5.
D

igitale snelheidsmeter (km/h of mph).
6.


Motorolieniveaumeter*.
Meters en displays Toetsen
7. Onderhoudsindicator (
km of mijl) vervolgens,


kilometerteller.
B

eide functies worden bij het aanzetten
van het contact na elkaar weergegeven.
N

iveau lichtsterkte (tijdens het instellen).
8.
D

agteller (km of mijl)
9.
B

randstofmeter en bijbehorend
waarschuwingslampje
minimumbrandstofniveau.
10.
A

ctieradius (km of mijl) met de
resterende hoeveelheid brandstof (a) of
additief AdBlue en met betrekking tot het
SCR-systeem (b) . A. "
COLOR Meters" (kleur van meters):
achtergrondkleur van meters naar eigen
wens instellen.
B.
"

COLOR Displays" (kleur van displays):
achtergrondkleur van displays naar eigen
wens instellen.
C.
L

ichtsterkteregeling (beschikbaar in de
nachtstand).
D.
R

esetten van onderhoudsindicator of
dagteller.
* Volgens uitvoering.

Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 ... 460 next >