Lancia Phedra 2004 Instructieboek (in Dutch)
Page 21 of 246
17
WERKING
Iedere keer als u de contactsleutel
in stand Szet, schakelt de Lancia
CODE de functies van de elektroni-
sche regeleenheid van de motor uit.
Als u bij het starten van de motor
de sleutel in stand Mdraait, dan
stuurt de regeleenheid van de
Lancia-CODE een code naar de
regeleenheid van de motor die, als de
code wordt herkend, de blokkering
van de functies opheft. De geheime
en steeds wisselende code wordt
alleen verzonden als de regeleenheid
van het systeem de code heeft her-
kend via een in het start-/contactslot
ingebouwde antenne.
Als de code niet herkend wordt,
raden wij u aan de sleutel in stand S
en vervolgens opnieuw in stand Mte
draaien; als de motor geblokkeerd
blijft, probeer het dan opnieuw met
de andere geleverde sleutels.
Wendt u, als de motor nog niet
aanslaat, tot de Lancia-dealer.
BELANGRIJKElke sleutel heeft
een eigen code die verschillend is
van alle andere codes, en die moet
worden opgeslagen in de regeleen-
heid van het systeem. Voor hetopslaan van nieuwe sleutels moet u
zich tot de Lancia-dealerwenden.
Hierbij moeten alle in uw bezit zijn-
de sleutels, de CODE-card, een iden-
titeitsbewijs en het kentekenbewijs
worden meegenomen.DIEFSTALALARM
De auto is uitgerust met een dief-
stalalarm met omtrekbeveiliging
(buiten) en volumetrische beveili-
ging (binnen). Druk voor inschake-
ling op knopje A(fig. 7) van de
sleutel met ingebouwde afstands-
bediening.
Het systeem is ingeschakeld als
de richtingaanwijzers gaan knip-
peren en vervolgens lampje A(fig.
8) op het dashboard gaat knipperen.
Het diefstalalarm wordt niet
ingeschakeld als de portieren met
de sleutel worden vergrendeld.
Als tijdens het opslaan
van een nieuwe sleutelco-
de de reeds opgeslagen
sleutelcodes niet opnieuw wor-
den ingevoerd, worden ze uit het
geheugen gewist, zodat eventueel
verloren of gestolen sleutels niet
meer gebruikt kunnen worden
voor het starten van de motor.
fig. 7
L0B0217b
Page 22 of 246
18
Wanneer gaat het alarm af
Het alarm treedt in werking en de
richtingaanwijzers knipperen onge-
veer 30 seconden als:
– één van de portieren, de motor-
kap of de achterklep wordt geopend;
– er iets in het interieur beweegt
(laat de ruiten niet open staan en
laat geen dieren in het interieur als
het diefstalalarm is ingeschakeld);
– geprobeerd wordt het diefstala-
larm uit te schakelen zonder de
afstandsbediening te gebruiken.Diefstalalarm uitschakelen
Het systeem schakelt uit als u
knopje B(fig. 7) op de afstandsbe-
diening indrukt.
De richtingaanwijzers knipperen
enkele seconden snel.
Als het diefstalalarm geactiveerd is
geweest, dan knippert lampje A(fig.
8) snel. Draai om het knipperen te
beëindigen, de start-/contactsleutel
in stand M.Volumetrische beveiliging uit-
schakelen
Voordat het diefstalalarm wordt
ingeschakeld, moet u knopje A(fig.
9) indrukken (dit knopje is bereik-
baar bij geopend portier); lampje A
(fig. 8) op het dashboard gaat bran-
den.
Op deze manier werkt bij inschake-
ling van het diefstalalarm alleen de
omtrekbeveiliging (buiten).
Als knopje A(fig. 9) nogmaals
wordt ingedrukt, werkt het systeem
normaal met omtrek- en volumetri-
sche beveiliging.
fig. 8
L0B0003b
fig. 9
L0B0218b
Page 23 of 246
19
Uitschakelen zonder gebruik van
de afstandsbediening
Ga als volgt te werk:
– open het portier met de sleutel
(de sirene treedt in werking);
– draai binnen 10 seconden de con-
tactsleutel in stand Men druk ver-
volgens op knopje A(fig. 9). De sire-
ne schakelt uit.
Herhaal, indien nodig, de hande-
ling nadat de sirene voor de laatste
keer is ingeschakeld.
PROGRAMMEREN
VAN HET SYSTEEM
Bij aflevering van de nieuwe auto is
het diefstalalarm al geprogram-
meerd door de Lancia-dealer. Het
verdient aanbeveling eventuele nieu-
we programmeerprocedures door de
Lancia-dealerte laten uitvoeren.EXTRA AFSTANDSBEDIENIN-
GEN BESTELLEN
Als u na verloop van tijd een nieu-
we sleutel met afstandsbediening
nodig hebt, wendt u dan tot de
Lancia-dealer. Hierbij moeten alle
in uw bezit zijnde sleutels, de
CODE-card, een identiteitsbewijs en
het kentekenbewijs worden meege-
nomen.START-/CONTACT-
SLOT
De sleutel van het start- en con-
tactslot (fig. 10) kan in 4 verschil-
lende standen worden gedraaid:
S -motor uit, sleutel uitneembaar
en stuurslot vergrendeld;
A -enkele elektrische installaties
werken;
M -contact aan;
D- onvergrendelde stand voor het
starten van de motor.
fig. 10
L0B0004b
Page 24 of 246
20
STUURSLOT
Inschakelen:zet de sleutel in
stand S, trek de sleutel uit het start-
/contactslot en draai het stuur totdat
het vergrendelt.
Uitschakelen:draai het stuur iets
heen en weer, terwijl u de sleutel in
stand Mdraait.PORTIEREN
Controleer voordat u een
portier opent of u dit op
een veilige manier kunt
doen.
Bij het openen van de portieren met
uitgenomen contactsleutel waar-
schuwt een akoestisch signaal dat de
buitenverlichting nog is ingescha-
keld. Het akoestische signaal scha-
kelt uit als de verlichting wordt uit-
geschakeld, de portieren worden
gesloten of de motor wordt gestart.
De auto is uitgerust met een knopje A
(fig. 11) bij de plafondverlichting voor
waarmee de portieren van binnenuit
elektrisch kunnen worden ver-/ont-
grendeld. Als het start-/contactslot
is geforceerd (bijv. bij een
poging tot diefstal) moet
u, voordat u weer met de auto
gaat rijden, de werking van het
slot laten controleren bij de
Lancia-dealer.Verwijder de sleutel
nooit uit het contactslot
als de auto nog in bewe-
ging is. Bij de eerste stuuruitslag
blokkeert het stuur automatisch.
Dit geldt in alle gevallen, ook als
de auto gesleept wordt.
fig. 11
L0B0012b
Verwijder de sleutel
altijd uit het start-/con-
tactslot als u de auto ver-
laat, om onvoorzichtig gebruik
van de bedieningsknoppen te
voorkomen. Vergeet niet de auto
op de handrem te zetten. Schakel
de eerste versnelling in als de
auto op een helling omhoog staat.
Schakel de achteruit in als de
auto op een helling omlaag staat.
Laat kinderen nooit alleen achter
in de auto.
Page 25 of 246
21
De auto wordt met ingeschakelde
“autoclose”-functie geleverd; als
sneller dan 10 km/h wordt gereden
dan vergrendelen de portieren en de
achterklep automatisch. De functie
werkt iedere keer als de contactsleu-
tel in stand Mwordt gedraaid en
gaat gepaard met een akoestisch sig-
naal (“bip”).
Druk langer dan 3 seconden op
knopje Aom deze functie uit te
schakelen.
BEDIENINGSKNOPPEN TWEE-
DE RIJ ELEKTRISCH UITSCHA-
KELEN
(fig. 12)
Bij de bedieningsknoppen aan
bestuurderszijde voor de elektrische
ruitbediening bevindt zich de knop
A. Met deze knop kunnen de bedie-
ningsknoppen van de rijen achter
worden uitgeschakeld, waardoor de
zijruiten, de opendaken (indien aan-
wezig) en de zijschuifdeuren van de
tweede rij niet kunnen worden geo-
pend.VOORPORTIEREN
Van buitenaf openen/vergrende-
len, met de hand (fig. 13)
Openen:draai de contactsleutel in
stand 1en trek de handgreep in de
richting van de pijl.
Vergrendelen:sluit het portier en
draai de sleutel in stand 2.
BELANGRIJK Voordat de sleutel
wordt gedraaid, moet deze volledig
in het slot zijn gestoken.
fig. 12
L0B0013b
fig. 13
L0B0008b
Schakel dit systeem
altijd in als u kinderen
vervoert.
Controleer nadat u het
veiligheidssysteem hebt
ingeschakeld of het sys-
teem daadwerkelijk is ingescha-
keld door aan de handgreep aan
de binnenzijde van de portieren
te trekken.
Page 26 of 246
22
Van binnenuit openen/vergren-
delen, met de hand (fig. 14)
Openen: trek aan hendel A.
Sluiten: sluit het portier en druk
knopje A(fig. 11) naar beneden.SCHUIFDEUREN
Van buitenaf openen, met de
hand (fig. 15)
Trek de handgreep in de richting
van de pijl. De zijschuifdeuren wor-
den in geheel geopende stand door
een blokkeermechanisme openge-
houden.
Van buitenaf vergrendelen, met
de hand (fig. 16)
Druk bij geopend portier knopje A
naar beneden, en sluit het portier.Van binnenuit openen/vergren-
delen, met de hand (fig. 16)
De achterportieren kun-
nen alleen van binnenuit
worden geopend, als het
“kinderveiligheidsslot” is uitge-
schakeld.
Openen: controleer of het kinder-
veiligheidsslot is uitgeschakeld. Trek
hendel Bin de richting van de pijl.
Vergrendelen:druk knopje A
naar beneden, dit kan ook bij een
geopend portier.
Een automatisch blokkeermecha-
nisme zorgt ervoor dat de linker zij-
schuifdeur niet geopend kan worden
als het tankklepje geopend is.
fig. 14
L0B0010b
fig. 15
L0B0009b
fig. 16
L0B0011b
Page 27 of 246
23
Van buitenaf openen/vergrende-
len met afstandsbediening
(indien aanwezig - fig. 17)
Rechter deur:druk op knopje A
van de sleutel met afstandsbedie-
ning.
Linker deur:druk op knopje B
van de sleutel met afstandsbedie-
ning.Elektrisch openen/vergrendelen
van binnenuit
(indien aanwezig - fig. 18 - 19)
Vanaf de eerste rij:
– druk voor het openen van de lin-
ker schuifdeur op knopje A; het slot
ontgrendelt en de schuifdeur wordt
geopend;
– druk voor het sluiten van de lin-
ker schuifdeur opnieuw op knopje A;
de deur sluit maar het slot vergren-
delt niet; druk voor het vergrendelen
op knopje C;– druk voor het openen van de
rechter schuifdeur op knopje B; het
slot ontgrendelt en de deur wordt
geopend;
– druk voor het sluiten van de
rechter schuifdeur opnieuw op
knopje B; de deur sluit maar het slot
vergrendelt niet; druk voor het ver-
grendelen op knopje C.>.
Vanaf de tweede rij:
– druk voor het openen/sluiten op
knopje Dbij de betreffende schuif-
deur.
fig. 17
L0B0219b
fig. 18
L0B0220b
fig. 19
L0B0221b
Page 28 of 246
24
Beide deuren zijn voorzien van een
antiletsel-veiligheidssysteem dat als
volgt werkt:
– tijdens het openen:als er een
obstakel aanwezig is, stopt het ope-
nen van de deur automatisch;
– Tijdens het sluiten: als er een
obstakel aanwezig is, stopt het slui-
ten van de deur en wordt de deur
automatisch geheel geopend.
Voor het herstellen van de juiste
werking moet een elektrisch com-
mando worden gegeven met de
betreffende knoppen op de afstands-
bediening of bij het plafondlampje
voor of op de deurstijl.CENTRALE PORTIERVER-
GRENDELING
Van buitenaf
Bij gesloten portieren: steek de
sleutel in het slot van het bestuur-
dersportier, en draai de sleutel.
Van binnenuit
Bij gesloten portieren: druk op
knopjeC (fig. 18) bij het plafond-
lampje voor.
Met de knopjes aan de binnenzijde
van de achterportieren ver- of ontgren-
delt u uitsluitend het betreffende por-
tier.
BELANGRIJK De centrale portier-
vergrendeling werkt niet als een van de
portieren niet goed gesloten is of als er
een storing in het systeem is. Na enke-
le pogingen schakelt het systeem onge-
veer 20 seconden uit. In deze 20 secon-
den kunt u de portieren met de hand
ver- en ontgrendelen, zonder dat het
elektrische systeem werkt. Na de 20
seconden is het systeem weer gereed.
Als de oorzaak van de storing is
opgelost, werkt het systeem weer
normaal. Anders schakelt het sys-teem na enkele pogingen opnieuw
uit.
EXTRA VERGRENDELING VAN
DE PORTIEREN (indien aanwe-
zig)
Voor het inschakelen van de extra
vergrendeling van de portieren met
behulp van de afstandsbediening,
moet u eerst knopje A (fig. 7)
indrukken en vervolgens binnen 5
seconden het knopje nog een keer in
drukken. Na de eerste klik van de
sloten, hoort u een tweede klik. Dit
betekent dat de extra vergrendeling
is ingeschakeld.
De extra vergrendeling kan ook
met de sleutel worden ingeschakeld.
Steek de sleutel in het slot en houd
hem enkele seconden in de vergren-
delstand, totdat u de tweede klik
hoort. Dit betekent dat de portieren
extra vergrendeld zijn.
Op deze manier kunt u de extra
vergrendeling inschakelen zonder
het diefstalalarm in werking te stel-
len.
Page 29 of 246
25
MECHANISCHE BEVEILIGING
(fig. 21)
De schuifdeuren achter zijn uitge-
rust met een beveiligingssysteem
waardoor de deuren niet van bin-
nenuit kunnen worden geopend:
stand 1 - systeem uitgeschakeld
(deur kan van binnenuit worden
geopend);
stand 2- systeem ingeschakeld
(deur vergrendeld);
Het systeem blijft ook ingeschakeld
na het elektrisch ontgrendelen van
de portieren.
BELANGRIJK Het systeem werkt
alleen op de betreffende deur. Als de extra vergrende-
ling is ingeschakeld, is
het niet meer mogelijk de
portieren te openen, ook niet van
binnenuit. Schakel daarom de
extra vergrendeling niet in als er
nog passagiers in de auto zijn.
De extra vergrendeling wordt uit-
geschakeld bij het openen van de
portieren met de sleutel of met de
afstandsbediening door knopje B
(fig. 7) in te drukken.
fig. 21
L0B0014b
KINDER-
VEILIGHEIDSSLOT
Het kinderveiligheidsslot kent twee
typen: elektrische beveiliging of
mechanische beveiliging.
ELEKTRISCHE BEVEILIGING
(fig. 20)
Bij de bedieningsknoppen aan
bestuurderszijde voor de elektrische
ruitbediening bevindt zich de knop A.
Met deze knop kunnen de bedie-
ningsknoppen van de rijen achter
worden uitgeschakeld, waardoor de
zijruiten, de opendaken (indien aan-
wezig) en de zijschuifdeuren van de
tweede rij niet kunnen worden geo-
pend.
Schakel dit systeem
altijd in als u kinderen
vervoert.
fig. 20
L0B0013b
Page 30 of 246
26
Schakel dit systeem
altijd in als u kinderen
vervoert.ZITPLAATSEN
VOOR
Verstel de stoelen alleen
als de auto stilstaat.
VERSTELLEN IN LENGTE-
RICHTING (fig. 22)
Trek hendel A omhoog en schuif de
stoel naar voren of naar achteren. Laat de hendel los en
controleer of de stoel goed
geblokkeerd is door naar
voren en naar achteren te schui-
ven. Als de stoel niet goed geblok-
keerd is, kan deze onverwachts
verschuiven, waardoor u de con-
trole over de auto kunt verliezen.
RUGLEUNING VERSTELLEN
(fig. 23)
Trek hendel Aomhoog totdat de
rugleuning in de gewenste stand
staat en laat de hendel los.
Controleer nadat u het
veiligheidsslot bij beide
portieren hebt ingescha-
keld of het slot daadwerkelijk is
ingeschakeld door aan de hand-
greep aan de binnenzijde van de
portieren te trekken.
fig. 22
L0B0016b