ignition Lancia Voyager 2014 Instructieboek (in Dutch)

Page 15 of 416

2
UW AUTO
UW SLEUTELS...........................13
IGNITION NODE MODULE (IGNM, MODULE VAN ONTSTEKINGSKNOOPPUNT) —
(voor bepaalde uitvoeringen/landen) .........13
SLEUTELHOUDER ......................13
DE SLEUTELHOUDER UIT HET CONTACT VERWIJDEREN .........................14
WAARSCHUWINGSSYSTEEM CONTACTSLEUTEL .....................15
STUURSLOT — (voor bepaalde uitvoeringen/ landen) .................................15
HANDMATIG HET STUUR VERGRENDELEN . .15
HET STUURSLOT ONTGRENDELEN .........15
SENTRY KEY® ...........................15
VERVANGENDE SLEUTELS ...............16
SLEUTELS LATEN PROGRAMMEREN .......17
ALGEMENE INFORMATIE ................17
ALARMSYSTEEM — (voor bepaalde uitvoeringen/landen) .......................17
ALARM OPNIEUW INSCHAKELEN ..........17
VOOR HET INSCHAKELEN VAN HET SYSTEEM ..............................17
9

Page 19 of 416

UW SLEUTELS
Uw auto is uitgerust met een startcon-
tact zonder sleutel. Dit systeem be-
staat uit een sleutelhouder met af-
standsbediening en Wireless Ignition
Node (WIN) met geïntegreerde con-
tactschakelaar. U kunt de sleutelhou-
der op twee manieren in de contact-
schakelaar steken; het maakt niet uit
welke kant van de sleutel zich aan de
bovenzijde bevindt.
Functie Keyless Enter-N-Go™ (voor
bepaalde uitvoeringen/landen)
Deze auto is mogelijk uitgerust met de
functie Keyless Enter-N-Go™. Raad-
pleeg "Startprocedures" in het hoofd-
stuk "Starten en rijden" voor meer
informatie hierover.
IGNITION NODE MODULE
(IGNM, MODULE VAN
ONTSTEKINGSKNOOPPUNT)
— (voor bepaalde
uitvoeringen/landen)
De Ignition Node Module (IGNM)
werkt op dezelfde manier als een con-
tactschakelaar. Er zijn vier bedie-
ningsstanden, waaronder drie klik-
standen en een stand met
veerbelasting. De klikstanden zijn
OFF, ACC en ON/RUN. De stand
START is een veerbelaste contact-
stand. Bij het loslaten uit de stand
START keert de schakelaar automa-
tisch terug in de stand ON/RUN.
OPMERKING: Als uw auto is uit-
gerust met Keyless Enter-N-Go™,
wordt op het elektronisch voer-
tuiginformatiecentrum (EVIC) de
stand van de contactschakelaar
(OFF/ACC/RUN) getoond. Raad-
pleeg "Elektronisch voertuiginfor-
matiecentrum (EVIC)" (voor be-
paalde uitvoeringen/landen) in het
hoofdstuk "Het instrumentenpa-
neel" voor meer informatie hier-
over.
SLEUTELHOUDER
De sleutelhouder bevat ook de af-
standsbediening en de noodsleutel,
die in de achterzijde van de sleutel-
houder is ondergebracht.
Met de noodsleutel kunnen de portie-
ren worden geopend wanneer de accu
van de auto of de batterij van de sleu-
telhouder leeg is. U kunt de noodsleu-
tel bij u houden als iemand anders de
auto voor u parkeert.
Schuif, om de noodsleutel te verwijde-
ren, de mechanische vergrendeling
Ignition Node Module (IGNM, Modulevan ontstekingsknooppunt)
1 — OFF
2 — ACC (ACCESSOIRESTAND)
3 — ON/RUN
4—START
13

Page 20 of 416

aan de voorkant van de sleutelhouder
met uw duim opzij en trek de sleutel
vervolgens met uw andere hand uit de
houder.
OPMERKING: U kunt de nood-
sleutel op twee manieren in de
slotcilinders steken; het maakt
niet uit welke kant van de sleutel
zich aan de bovenzijde bevindt.
DE SLEUTELHOUDER UIT
HET CONTACT
VERWIJDEREN
Zet de schakelhendel in de stand
PARK. Draai de sleutelhouder naar de
stand OFF en verwijder vervolgens de
sleutelhouder.OPMERKING: De schakelaars
voor elektrische raambediening
blijven ook 10 minuten lang wer-
ken nadat de contactschakelaar in
de stand OFF is gezet, afhankelijk
van de instelling voor vertraagd
uitschakelen van de accessoires.
Door het openen van een voorpor-
tier wordt deze functie uitgescha-
keld.
WAARSCHUWING!
Trek, voordat u de auto verlaat,
altijd de handrem aan, zet de
schakelhendel in de stand PARK
en zet de contactschakelaar in de
stand OFF. Sluit altijd de auto af
wanneer u de auto verlaat.
Laat nooit kinderen alleen in een auto achter of in de buurt van een
auto die niet is afgesloten.
(Vervolgd)
WAARSCHUWING!(Vervolgd)
Het achterlaten van kinderenzonder toezicht in een auto is om
verschillende redenen gevaarlijk.
Kinderen of derden lopen dan het
risico op ernstig of zelfs dodelijk
letsel. Waarschuw kinderen dat
ze niet aan de handrem, het rem-
pedaal of de schakelhendel mo-
gen komen.
Laat de sleutelhouder niet achter in of in de buurt van de auto of op
een voor kinderen bereikbare
plaats, en laat het contact van een
voertuig met Keyless Enter-N-
Go™ niet in de stand ACC of
ON/RUN staan. Een kind zou de
knoppen van de elektrische
raambediening of andere schake-
laars kunnen bedienen of de auto
in beweging kunnen zetten.
Laat nooit kinderen of dieren achter in een geparkeerde auto bij
warm weer. De warmte in het in-
terieur kan ernstige gezondheids-
problemen veroorzaken en zelfs
dodelijk zijn.
Noodsleutel van Ignition Node
Module (IGNM, module van
ontstekingsknooppunt) verwijderen
14

Page 21 of 416

LET OP!
Een niet-afgesloten auto is een uit-
nodiging voor dieven. Verwijder al-
tijd de sleutelhouder uit de contact-
schakelaar en vergrendel alle
portieren wanneer u de auto zonder
toezicht achterlaat.
WAARSCHUWINGSSYSTEEM
CONTACTSLEUTEL
Als u het bestuurdersportier opent
terwijl de sleutelhouder zich in het
contact bevindt en de contactschake-
laar in de stand OFF of ACC staat,
klinkt er een geluidssignaal om u er-
aan te herinneren de sleutel te verwij-
deren.
OPMERKING: Het waarschu-
wingssysteem voor de contactsleu-
tel werkt alleen wanneer de sleu-
telhouder in de stand OFF of ACC
staat.
Als uw auto is uitgerust met Keyless
Enter-N-Go™, klinkt er een geluids-
signaal wanneer u het bestuur-
dersportier opent terwijl de contact-
schakelaar in de stand ACC of ON/RUN (motor uitgeschakeld) staat.
Raadpleeg de paragraaf "Startproce-
dures" in het hoofdstuk "Starten en
rijden" voor meer informatie hierover.
STUURSLOT — (voor
bepaalde uitvoeringen/
landen)
Uw auto is mogelijk uitgerust met een
passief elektronisch stuurslot. Dit slot
zorgt ervoor dat de auto zonder con-
tactsleutel niet kan worden bestuurd.
Als het stuurwiel naar een van de ver-
grendelingsposities wordt bewogen
terwijl de sleutel zich in de stand OFF
bevindt, wordt het stuurwiel vergren-
deld.
HANDMATIG HET STUUR
VERGRENDELEN
Draai het stuurwiel een kwartslag in
een van beide richtingen bij draaiende
motor. Zet de motor af en verwijder de
contactsleutel. Draai het stuur ietwat
in een willekeurige richting tot het
wordt vergrendeld.
HET STUURSLOT
ONTGRENDELEN
Schakel het contact uit en weer in en
start de motor.
OPMERKING: Als u het stuur
naar rechts hebt gedraaid om het
slot te vergrendelen, moet u het
stuur iets naar rechts draaien om
het te ontgrendelen. Als u het stuur
naar links hebt gedraaid om het
slot te vergrendelen, moet u het
stuur iets naar links draaien om
het te ontgrendelen.
SENTRY KEY®
De Sentry Key® startonderbreker
voorkomt ongeoorloofd gebruik van
de auto door derden door de motor te
blokkeren. U hoeft het systeem niet te
activeren of in te schakelen. Dit sys-
teem werkt automatisch, ongeacht of
de auto is afgesloten.
Het systeem maakt gebruik van een
sleutelhouder met een afstandsbedie-
ning, een Keyless Ignition Node (KIN)
15

Page 29 of 416

1. Verwijder de noodsleutel door de
mechanische vergrendeling aan de
achterzijde van de afstandsbediening
met uw duim opzij te schuiven en
vervolgens met uw andere hand de
sleutel eruit te trekken.
2. Voor het scheiden van de twee
helften van de afstandsbediening
moet de schroef worden verwijderd en
moeten de twee helften van de af-
standsbediening voorzichtig van el-
kaar af worden gewrikt. Let erop dat
u de afdichting tijdens het openen niet
beschadigt.3. Verwijder de batterij door het dek-
sel aan de achterzijde te draaien (bat-
terij naar beneden gekeerd). Tik met
de afstandsbediening op een stevig
oppervlak zoals een tafel o.i.d. en ver-
vang vervolgens de batterij. Let bij
het vervangen van de batterij op dat
het + teken op de batterij overeen-
komt met het + teken aan de binnen-
zijde van de batterijhouder op de het
deksel aan de achterzijde. Raak de
nieuwe batterij niet met uw vingers
aan. Door huidvet kan de werking
verslechteren. Als u een batterij hebt
aangeraakt, maak deze dan schoon
met reinigingsalcohol.4. Om de afstandsbediening weer te
sluiten drukt u de twee helften op
elkaar.
ALGEMENE INFORMATIE
De afstandsbedieningen en ontvan-
gers werken op een draaggolffrequen-
tie van 433,92. De werking moet vol-
doen aan de volgende voorwaarden:
De apparatuur mag geen schade-
lijke interferentie veroorzaken.
De apparatuur moet eventuele ont- vangen interferentie tolereren, ook
interferentie die mogelijk een onge-
wenste werking veroorzaakt.
Als uw afstandsbediening niet goed
werkt vanaf een normale afstand,
controleer dan of sprake is van het
volgende.
1. De batterij in de afstandsbedie-
ning is leeg. De verwachte levensduur
van de batterij bedraagt minimaal
drie jaar.
Noodsleutel van Ignition Node Module (IGNM, module van
ontstekingsknooppunt) verwijderen
Huis van afstandsbediening van
Ignition Node Module (IGNM, module van ontstekingsknooppunt) scheiden
23

Page 212 of 416

hoofdmenu weergegeven. Het hoofd-
scherm toont ook ongeveer 60 moge-
lijke waarschuwings- of informatie-
berichten. Deze berichten zijn
onderverdeeld in verschillende cate-
gorieën:
Opgeslagen berichten met vijf-
seconden-weergave
Zodra ze van toepassing zijn, worden
deze berichten gedurende vijf secon-
den in het hoofdscherm weergegeven,
waarna opnieuw het vorige scherm
wordt getoond. De meeste berichten
van dit type worden vervolgens opge-
slagen (zolang de oorzaak waardoor
ze zijn geactiveerd blijft bestaan) en
kunnen opnieuw worden bekeken via
de optie "Messages" (berichten) in het
hoofdmenu. Zolang een opgeslagen
bericht aanwezig is, wordt de letter
"i" getoond in de kompas-/
buitentemperatuurregel van het
EVIC. Voorbeelden van dit type be-
richt zijn "Right Front Turn Signal
Lamp Out" (rechter richtingaanwij-
zer vóór defect) en "Low Tire Pres-
sure" (bandenspanning laag). Niet-opgeslagen berichten
Deze berichten worden weergegeven
totdat de oorzaak waardoor het be-
richt is geactiveerd, is verholpen.
Voorbeelden van dit type bericht zijn
"Turn Signal On" (richtingaanwijzer
aan, als een richtingaanwijzer niet is
uitgeschakeld) en "Lights On" (lam-
pen aan, als de bestuurder uitstapt).

Niet-opgeslagen berichten tot RUN
Deze berichten worden weergegeven
totdat de contactschakelaar in de
stand RUN wordt gezet. Een voor-
beeld van dit type bericht is "Press
Brake Pedal" (rempedaal intrappen)
en "Push Button to Start" (druk op
startknop).
Niet-opgeslagen berichten met
vijf-seconden-weergave
Zodra ze van toepassing zijn, worden
deze berichten gedurende vijf secon-
den in het hoofdscherm weergegeven,
waarna opnieuw het vorige scherm
wordt getoond. Voorbeelden dan dit
type bericht zijn "Memory System
Unavailable - Not in Park" (geheu-
gensysteem niet beschikbaar - niet instand PARK) en "Automatic High
Beams On" (automatisch grootlicht
aan).
Het gedeelte met instelbare indicato-
ren bestaat uit witte indicatoren aan
de rechterzijde, oranje indicatoren in
het midden en rode indicatoren aan
de linkerzijde.
Onder bepaalde voorwaarden geeft
het EVIC de volgende berichten weer:
Key in ignition (sleutel in contact-
slot)
Ignition or Accessory On (contact- schakelaar in ON of ACC)
Wrong Key (verkeerde sleutel)
Damaged Key (sleutel beschadigd)
Key not programmed (sleutel niet geprogrammeerd)
Vehicle Not in Park (auto niet in parkeerstand)
Key Left Vehicle (sleutel niet in auto)
Key Not Detected (sleutel niet aangetroffen)
206

Page 273 of 416

2. De contactschakelaar keert terug
naar de stand OFF.
3. Als de schakelhendel niet in de
stand PARK staat en de rijsnelheid
hoger is dan 8 km/u, moet de knop
ENGINE START/STOP twee secon-
den lang worden ingedrukt voordat de
motor wordt uitgeschakeld. De con-
tactschakelaar blijft in de stand ACC,
totdat de schakelhendel in de stand
PARK staat en de knop twee keer
wordt ingedrukt naar de stand OFF.
Als de schakelhendel niet in de stand
PARK staat en de knop ENGINE
START/STOP één keer wordt inge-
drukt, verschijnt op het scherm van
het EVIC het bericht “Vehicle Not In
Park” (auto niet in PARK) en blijft de
motor draaien. Verlaat een auto nooit
als deze niet in de stand PARK staat,
omdat de auto dan kan wegrollen.OPMERKING: Wanneer de con-
tactschakelaar in de stand ACC of
RUN (motor draait niet) blijft
staan terwijl de schakelhendel in
de stand PARK staat, wordt het
systeem, nadat het 30 minuten niet
actief is geweest, automatisch uit-
geschakeld en wordt de contact-
schakelaar in de stand OFF gezet.
Functies van de Keyless
Enter-N-Go™ – rempedaal niet
ingedrukt (in de stand PARK of
NEUTRAL)
De werking van Keyless Enter-N-
Go™ is vergelijkbaar met die van een
contactschakelaar. Er zijn vier stan-
den: OFF, ACC, RUN en START. Om
de contactschakelaar in een andere
stand te zetten zonder de auto te star-
ten en om de accessoires te kunnen
gebruiken, volgt u de onderstaande
stappen.
Starten met de contactschakelaar
in de stand OFF:

Druk één keer op de ENGINE
START/STOP-knop om de contact-
schakelaar in de stand ACC te zetten
(op het EVIC verschijnt de melding "IGNITION MODE ACCESSORY"
(contactschakelaar accessoires)),
Druk nogmaals op de ENGINE
START/STOP-knop om de con-
tactschakelaar in de stand RUN te
zetten (op het EVIC verschijnt de
melding "IGNITION MODE RUN"
(contactschakelaar aan)),

Druk voor de derde keer op de EN-
GINE START/STOP-knop om de
contactschakelaar weer in de stand
OFF te zetten (op het EVIC ver-
schijnt de melding "IGNITION
MODE OFF" (contactschakelaar
uit)).
EXTREEM KOUD WEER
(LAGER DAN 29 °C)
Om te zorgen voor betrouwbaar star-
ten bij deze temperaturen wordt het
gebruik van een van buitenaf gevoede
elektrische motorblokverwarming
aanbevolen.
267

Page 383 of 416

STALLEN VAN DE AUTO
Als u meer dan 21 dagen geen gebruik
maakt van uw auto, dient u voor-
zorgsmaatregelen te nemen ter be-
scherming van de accu. U kunt als
volgt tewerk gaan:
Verwijder de 60A-patroonzekeringuit de volledig geïntegreerde voe-
dingsmodule (TIPM) met het label
Ignition-Off Draw (IOD, Stroonaf-
name bij uitgeschakeld contact).
Of koppel de minkabel van de accu los.
Wanneer u de auto stalt of minstens twee weken lang niet meer ge-
bruikt, laat dan het aircosysteem
bij stationair toerental ca. vijf mi-
nuten lang draaien in de buiten-
lucht bij een hoge aanjagersnelheid.
Zo wordt het systeem voldoende
gesmeerd en wordt de kans op
schade aan de aircocompressor tot
een minimum beperkt wanneer u
het systeem weer start.
VERVANGENDE LAMPEN
GLOEILAMPEN –
Interieur Gloeilampnummer
Daklamp midden en achter . . 578
Leeslampjes midden en
achter ..................578
Instapverlichting voorportier . . 578
Kaartleeslampen hemel voorin
(voor bepaalde uitvoeringen/
landen) .................578
Lamp(en) achterklep .......578
Leeslampen in dakconsole . . PC579
Uitneembare consolelamp (voor be-
paalde uitvoeringen/landen) . . . 194
Lampen in zonneklep....6501966
OPMERKING: Informeer bij uw
dealer voor instructies over het
vervangen van verlichte schake-
laars.
Alle gloeilampen van de interieurver-
lichting hebben een glazen voet van
het wig- of patroontype. Gloeilampen
met aluminium fitting zijn niet goed-
gekeurd en mogen bij vervanging niet
worden gebruikt.
GLOEILAMPEN –
Buitenver–
lichting Gloeilampnummer
Koplamp ...............H11
Koplamp (HID) (voor bepaalde
uitvoeringen/landen) . .....D1S
Richtingaanwijzer
voor ............. PY27 / 7W
Parkeerlicht vóór .......W5W
Mistlamp vóór ...........H11
Zijknipperlichten . . .....W5W
Achteruitrijlicht .....P27/7W
Achterlicht/remlicht . . ....LED
(service bij erkende dealer)
Richtingaanwijzers
achter . ........... PY27 / 7W
Mistlampen achter . . .....LED
(service bij erkende dealer)
Derde remlicht (midden) . . LED (service bij erkende dealer)
Kentekenverlichting . . . . . W5W
377