sensor Lancia Ypsilon 2015 Instructieboek (in Dutch)

Page 120 of 319

GELUIDSMELDING
De informatie over de aanwezigheid en afstand
van een obstakel ten opzichte van de auto wordt
gegeven door middel van geluidssignalen uit
zoemers die in het interieur zijn gemonteerd:
❒bij de versies met 4 sensoren achter, meldt een
zoemer in de dashboardzone de aanwezigheid
van obstakels achter de auto;
❒bij de versies met 10 sensoren, meldt een
zoemer voorin de aanwezigheid van obstakels
vóór de auto en een zoemer achterin de
aanwezigheid van obstakels achter de auto.
De geluidsmelding:
❒neem toe naarmate de afstand tussen de auto en
het obstakel afneemt;
❒wordt ononderbroken wanneer de afstand
tussen de auto en het obstakel minder dan
afstand toeneemt
❒blijft constant als de afstand ongewijzigd blijft;
als deze situatie de zijsensoren betreft, zal de
zoemer na circa 3 seconden stoppen om
bijvoorbeeld signalen te voorkomen tijdens
manoeuvres langs muren.Voor een correcte werking van het
systeem mogen de sensoren nooit
bevuild zijn met modder, vuil, sneeuw
of ijs. Zorg ervoor dat ze tijdens het reinigen
niet gekrast of beschadigd worden. Vermijd
het gebruik van droge, ruwe of harde doeken.
De sensoren moeten met schoon water worden
gewassen, waaraan eventueel autoshampoo
is toegevoegd. Wanneer speciale
reinigingsapparaten worden gebruikt, zoals
stoomreinigers of hogedrukreinigers, reinig
dan de sensoren zeer snel en houd de straal
op minstens 10 cm afstand.
Voor het overspuiten van de bumpers
of eventueel bijwerken van de laklaag
in de zone van de sensoren, dient men
zich uitsluitend tot het Lancia Servicenetwerk
te richten. Het verkeerd aanbrengen van de
lak kan de werking van de parkeersensoren
negatief beïnvloeden.
WERKING MET AANHANGER
De werking van de sensoren wordt automatisch
uitgeschakeld zodra de elektrische stekker van de
aanhanger in het stopcontact van de trekhaak
van de auto wordt gestoken. De sensoren worden
automatisch ingeschakeld zodra de stekker van de
aanhangerkabel verwijderd wordt.
116
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
3 0 cm bedraagt en stopt onmiddellijk als de

Page 121 of 319

BELANGRIJK Als de trekhaak gemonteerd moet
blijven, ook als er geen aanhanger is, wordt
geadviseerd zich tot het Lancia Servicenetwerk te
wenden om het systeem te laten bijwerken,
aangezien de trekhaak door de middelste sensoren
als een obstakel gedetecteerd kan worden.
ALGEMENE WAARSCHUWINGEN
Let tijdens parkeermanoeuvres in bijzondere mate
op obstakels die zich boven of onder de sensoren
kunnen bevinden.
Onder bepaalde omstandigheden kunnen
voorwerpen voor of achter de auto niet
gedetecteerd worden en kunnen zo schade aan de
auto veroorzaken of zelf beschadigd raken.
De volgende omstandigheden kunnen de werking
van de parkeersensoren beïnvloeden:
❒Verminderde gevoeligheid van de sensoren en
afname van de prestaties van het systeem
kunnen te wijten zijn aan de aanwezigheid van
ijs, sneeuw, modder, dikke verf op de sensoren.
❒De sensoren kunnen een onbestaand voorwerp
(echogeluid) wegens mechanische geluiden
detecteren, bijvoorbeeld tijdens het wassen van
de auto, in geval van regen, sterke wind, hagel.
❒De door de sensoren verzonden signalen kunnen
ook gewijzigd worden door ultrasoonsystemen
(bijv. pneumatisch remsysteem of pneumatische
hamers) in de buurt van de auto.❒De prestaties van het parkeerhulpsysteem
kunnen ook beïnvloed worden door de positie
van de sensoren. Als bijvoorbeeld de geometrie
gewijzigd wordt (door slijtage van de
schokdempers, wielophanging) of de banden
verwisseld worden, de auto te veel beladen is, of
speciale afstellingen worden uitgevoerd die de
auto lager zetten.
❒De detectie van obstakels in het hoge gedeelte
van de auto kan niet gegarandeerd zijn,
aangezien het systeem obstakels detecteert die
de auto in het lage gedeelte kunnen raken.
117
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER

Page 126 of 319

BELANGRIJKE INFORMATIE VOOR VERSIES
MET "Smart Fuel" SYSTEEM
BELANGRIJK
Monteer geen voorwerp/dop op de
rand van de vulopening die niet
geschikt is voor het voertuig. Het gebruik
van voorwerpen/doppen van het verkeerde
type kan de druk in de tank doen toenemen,
waardoor gevaarlijke situaties kunnen
ontstaan.
BELANGRIJK
Breng geen open vuur of brandende
sigaretten in de buurt van de
vulopening van de tank: brandgevaar. Kom
niet te dicht met het gezicht bij de
vulopening, om geen schadelijke dampen in
te ademen.
BELANGRIJK Houd de waterstraal van een
hogedrukreiniger op minstens 20 cm afstand van
de brandstofvulopening.
BELANGRIJK
Maak geen gebruik van een mobiele
telefoon in de buurt van de
benzinepomp: brandgevaar.
MILIEUBESCHERMING
Benzinemotoren hebben de volgende
emissiereductiesystemen: katalysator, lambda
sensoren en brandstofverdampingsregelsysteem
Laat de motor nooit, ook niet bij tests, met
uitgenomen bougies draaien.
Dieselmotoren hebben de volgende
emissiereductiesystemen: oxidatiekatalysator,
katalysator, uitlaatgasrecirculatie (EGR) en
dieselroetfilter (DPF).
DIESELROETFILTER
(voor bepaalde versies/markten)
Dit is een mechanisch filter in het uitlaatsysteem
dat roetdeeltjes in het uitlaatgas van
dieselmotoren opvangt.
Er is een dieselroetfilter nodig die bijna alle
deeltjes opvangt, overeenkomstig de huidige en
toekomstige wetgeving.
Tijdens normale rijomstandigheden registreert de
elektronische motorregeleenheid een reeks
gegevens (bijv. reistijd, type route, temperaturen,
etc.) en berekent het de hoeveelheid roetdeeltjes
die door het filter worden opgevangen.
Doordat het filter de roetdeeltjes opvangt, moet
het regelmatig worden geregenereerd (gereinigd)
om de roetdeeltjes te kunnen verbranden.
122
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER

Page 177 of 319

ALGEMENE STORINGSMELDING
(geel)
(voor bepaalde versies/markten)
Het lampje gaat branden onder de volgende
omstandigheden. Raadpleeg in dergelijke gevallen
het Lancia Servicenetwerk om de storing zo
spoedig mogelijk te verhelpen.
Snelheidslimiet overschreden
(voor bepaalde versies/markten)
Het lampje gaat branden als de in het Setup-menu
ingestelde snelheidslimiet wordt overschreden.
Bij sommige versies verschijnen er bij het
overschrijden van deze limiet een bericht en een
symbool op het display en klinkt er een
geluidssignaal.
Storing afsluiter van de brandstoftoevoer
(voor bepaalde versies/markten)
Het lampje gaat branden (en er verschijnt een
melding op de display) wanneer de afsluiter van
de brandstoftoevoer ingrijpt of defect is.
Storing Start&Stop
(voor bepaalde versies/markten)
Het lampje gaat branden (en er verschijnt een
melding op de display) wanneer een storing is het
Start&Stop systeem wordt vastgesteld.Storing regensensor
(voor bepaalde versies/markten)
Het lampje gaat branden (en er verschijnt een
melding op de display) wanneer een storing in de
regensensor wordt vastgesteld.
Storing parkeersensor
(voor bepaalde versies/markten)
Het lampje gaat branden (en er verschijnt een
melding op de display) wanneer een storing in de
parkeersensor wordt vastgesteld.
Storing schemersensor
(voor bepaalde versies/markten)
Het lampje gaat branden (en er verschijnt een
melding op de display) wanneer een storing in de
schemersensor wordt vastgesteld.
Storing oliedruksensor
Versies met multifunctioneel display:een storing
van de oliedruksensor wordt aangegeven door het
aangaan van het controlelampje op het
instrumentenpaneel.
Versies met herconfigureerbaar multifunctioneel
display:de storing van de oliedruksensor wordt
aangegeven met een brandend pictogram op
de display.
173
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER

Page 180 of 319

Start&Stop systeem uitschakelen
❒Versies met herconfigureerbaar multifunctioneel
display:wanneer het Start&Stop systeem wordt
uitgeschakeld, verschijnt een melding op de
display.
❒Versies met herconfigureerbaar multifunctioneel
display:het
symbool en een speciaal bericht
verschijnen op het display wanneer het
Start&Stop systeem wordt uitgeschakeld.
De led boven de
knop brandt wanneer het
systeem is uitgeschakeld.
STORING START&STOP SYSTEEM
Versies met multifunctioneel display
Een storing in het Start&Stopsysteem wordt
aangegeven door het aangaan van het
lampje
(bij bepaalde versies/markten) op het
instrumentenpaneel en met een bericht op het
display.
Versies met herconfigureerbaar
multifunctioneel display)
Het symbool
en een speciaal bericht verschijnen
op het display wanneer er een storing in het
Start&Stop systeem wordt vastgesteld.
Neem contact op met het Lancia Servicenetwerk
als een storing in het Start&Stop systeem optreedt.
KANS OP GLAD WEGDEK
(voor bepaalde versies/markten)
Bij versies voorzien van "Herconfigureerbaar
multifunctioneel display" verschijnen er een
bericht en een symbool wanneer de
buitentemperatuur 3°C of lager bedraagt.
BELANGRIJK Bij een storing van de
buitentemperatuursensor, worden streepjes i.p.v.
temperatuurwaarden op het display weergegeven.
ASR SYSTEEM
ASR systeem uitschakelen
Het ASR systeem kan worden uitgeschakeld door
op de knop ASR OFF te drukken (zie de paragraaf
"ASR systeem" in het hoofdstuk "Kennismaking
met de auto").
Bij versies met herconfigureerbaar
multifunctioneel display, wordt bij uitschakeling
van het systeem een bericht en een symbool op het
display weergegeven; tegelijk gaat ook de led op
de ASR OFF knop branden.
176
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER

Page 217 of 319

ZEKERINGENKAST INSTRUMENTENPANEEL
fig. 155
APPARATEN ZEKERING AMPERE
+15 Hoogteregeling koplampen F13 5
+15 bediening via ingeschakeld contactslot met
blokkering tijdens starten van motorF31 5
+30 Klimaatregeleenheid, Blue&Me
TM-regeleenheid,
EOBD-aansluiting, radio-inbouwvoorbereidingF36 10
+15 schakelaar op rempedaal (NO) F37 7,5
Centrale portiervergrendeling F38 20
Tweeweg-ruitensproeierpomp F43 20
Elektrische ruitbediening bestuurderszijde F47 20
Elektrische ruitbediening passagierszijde F48 20
+15 Schuifdak, stoelverwarming, regen-/
schemersensor, bediening elektrische spiegels,
bedieningsverlichting, AUX-aansluitingF49 7,5
+15 Radio-inbouwvoorbereiding,
klimaatregeleenheid, schuifdak,
parkeerregeleenheid, rempedaalschakelaar (NC),
koppelingspedaalschakelaar (NC),
achteruitrijlichten, koplampsproeierbobineF51 5
+30 Instrumentenpaneel F53 7,5
+15 = plusklem vanaf contactsleutel
+30 = directe plusklem accu (niet vanaf
contactsleutel)
213
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER

Page 220 of 319

VERSIES MET Start&Stop SYSTEEM
(voor bepaalde versies/markten)
Ga voor het opladen van de accu als volgt te werk:
❒koppel de stekker A fig. 158 van de accusensor
C op de minklem D van de accu los;
❒sluit de pluskabel van de acculader aan op de
plusklem E van de accu en de minkabel op de
klem van de sensor D zoals aangegeven in
de figuur;
❒schakel de acculader in. Schakel na het opladen
de acculader uit;
❒sluit na de acculader te hebben afgekoppeld de
stekker A fig. 158 terug op de sensor C aan
zoals aangegeven in de figuur.
BELANGRIJK
Accuvloeistof is giftig en corrosief:
vermijd contact met huid en ogen.
Het opladen van de accu moet worden
uitgevoerd in een goed verluchte ruimte, ver
van open vuur en vonken: brand- en
ontploffingsgevaar.
fig. 158L0F0229
216
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER

Page 226 of 319

km x 1000 15 30 45 60 75 90105 120 135 150
Jaren12345678910
Visueel de toestand controleren van: buitenzijde van
carrosserie, bodemplaatbescherming, slangen en
leidingen (uitlaat, brandstof- en remsysteem en
rubber elementen (hoezen, balgen, bussen enz.)●●●●●
Stand en conditie van wisrubbers van ruitenwissers
voor/achter controleren●●●●●
Werking van ruitenwissers/-sproeiers controleren en
zo nodig de sproeiers afstellen●●●●●
Slot van motorkap en achterklep op aanwezigheid
van vuil controleren, schoonmaken en mechanismen
smeren●●●●●
Slag van handrem controleren en zo nodig afstellen●●●●●
Conditie en slijtage remblokken van schijfremmen
voor visueel controleren en de werking van
remblokslijtagesensor controleren●●●●●●●●●●
Conditie en slijtage van de achterste
trommelremvoeringen visueel inspecteren.●●●●●●●●●●
Conditie van aandrijfriem(en) hulporganen visueel
controleren●
Conditie en spanning van aandrijfriem(en)
hulporganen (alleen bij versies zonder automatische
riemspanner) controleren●●
Conditie van de getande distributieriem visueel
controleren (behalve 0.9 TwinAir 85 pk versies)●
222
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER

Page 230 of 319

km x 1000 20 40 60 80100 120 140 160 180 200
Jaren12345678910
Stand en conditie van wisrubbers van ruitenwissers
voor/achter controleren●●●●●
Werking van ruitenwissers/-sproeiers controleren en
zo nodig de sproeiers afstellen●●●●●
Slot van motorkap en achterklep op aanwezigheid
van vuil controleren, schoonmaken en mechanismen
smeren●●●●●
Slag van handrem controleren en zo nodig afstellen●●●●●
Conditie en slijtage remblokken van schijfremmen
voor visueel controleren en de werking van
remblokslijtagesensor controleren●●●●●●●●●●
Conditie en slijtage van de achterste
trommelremvoeringen visueel inspecteren.●●●●●●●●●●
Conditie van aandrijfriem(en) hulporganen visueel
controleren●●
Oliepeil handgeschakelde versnellingsbak
controleren●●●●●
226
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER

Page 315 of 319

Multifunctioneel display ....... 7
Niveaus controleren ......230-232
Onderhoud en zorg
– intensief gebruik van de
auto................................ 228
Onderhoud en zorg
– periodieke controles........ 228
Opheffen van het voertuig... 217
Parkeerlichten ..................... 53
Parkeer-/remlichten ............ 200
Parkeersensoren.................. 103
Parkeren ............................. 154
Plafondverlichting achter
– lamp vervangen .............. 203
Plafondverlichting ................ 62
– bagageruimteverlichting .. 65
– plafondverlichting
achter .............................. 64
– plafondverlichting voor .... 62
– verlichting
dashboardkastje............... 65
Plafondverlichting voor
– lamp vervangen .............. 203
Pollenfilter .......................... 235
Portieren .............................. 75– Centrale
portiervergrendeling ........ 75
Prestaties (topsnelheid)....... 262
Regensensor ........................ 57
Reiniging en onderhoud
– auto-interieur ................. 245
– Kunststof en gecoate
interieurdelen ................. 246
– Lederen interieurdelen ... 246
– Lederen stoelen .............. 246
– stoelen ............................ 245
Rem (mechanisch
slijtagedetectiesysteem) ..... 238
Remmen
– kenmerken ..................... 252
– remvloeistofniveau ......... 234
Richtingaanwijzers
– bediening ......................... 54
– lamp vervangen .............. 197
"Rijbaanwissel"-functie ....... 55
Roetfilter (DPF).................. 122
Ruiten reinigen..................... 56
Ruiten (reinigen) ................ 244– vloeistofniveau
ruitensproeier ................. 234
Ruitensproeiers van
achterruit .......................... 242
Ruitensproeiers van
vooruit .............................. 242
Ruitensproeier/-wisser
voorruit .............................. 56
Ruitenwissers
– niveau controleren ....230-232
– wisserbladen................... 240
– wisserbladen vervangen .. 241
SBR systeem....................... 126
Schemersensor ..................... 53
Schuifdak............................. 72
Setup-menu ......................... 10
Slepen van de auto.............. 218
Sleutel met
afstandsbediening
(batterij vervangen) ............ 27
Sleutels
– batterij
afstandsbediening
vervangen ........................ 27
– extra
afstandsbedieningen
aanvragen ........................ 27
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
311
Rijstijl ................................ 157Ruitensproeier

Page:   < prev 1-10 11-20 21-30