MAZDA MODEL 2 2018 Handleiding (in Dutch)

Page 121 of 735

¾Als de motor niet met de correcte sleutel
gestart kan worden en het
beveiligingssysteemindicatielampje blijft
branden of knipperen, is er mogelijk een
defect in het systeem. Raadpleeg een
officiële Mazda-reparateur.
OPMERKING
•De sleutels bevatten een unieke
elektronische code. In verband hiermee
en om veiligheidsredenen is er een
wachttijd voor het verkrijgen van een
reservesleutel. Deze sleutels zijn
uitsluitend verkrijgbaar via een officiële
Mazda reparateur.
•Houd steeds een reservesleutel bij de
hand voor het geval er een sleutel
verloren raakt. Raadpleeg in het geval
van verlies van een sleutel zo spoedig
mogelijk een officiële Mazda reparateur.
•Als u een sleutel verliest, zal een
officiële Mazda reparateur de
elektronische codes van uw resterende
sleutels en het start-blokkeersysteem
opnieuw instellen. Breng alle resterende
sleutels naar een officiële Mazda
reparateur om deze opnieuw te laten
instellen.
Starten van uw auto met een sleutel
waarvan de code niet opnieuw is
ingesteld zal niet mogelijk zijn.
▼:HUNLQJ
OPMERKING
•De kans bestaat dat de motor niet start
en dat het
beveiligingssysteemindicatielampje
brandt of knippert als de sleutel op
plaatsen gelegd wordt waar het moeilijk
is voor het systeem het signaal te
ontvangen, zoals op het
instrumentenpaneel of in de
handschoenenkast. Breng de sleutel
naar een plaats binnen het
signaalbereik, zet het contact uit en start
vervolgens de motor opnieuw.
•Het is mogelijk dat uw
start-blokkeersysteem storing
ondervindt van signalen van een TV of
radiozender, van zend/ontvang
apparatuur of van een mobiele telefoon.
Als u de juiste sleutel gebruikt en u de
motor niet kunt starten, het
beveiligingssysteemindicatielampje
controleren.
,QVWDDWYDQSDUDDWKHLGEUHQJHQ
+HWV\VWHHPLVLQVWDDWYDQSDUDDWKHLG
ZDQQHHUKHWFRQWDFWYDQXLW21RSXLW
JH]HWZRUGW
+HWEHYHLOLJLQJVV\VWHHPLQGLFDWLHODPSMHLQ
GHLQVWUXPHQWHQJURHSNQLSSHUWHONH
VHFRQGHQWRWGDWKHWV\VWHHPEXLWHQ
ZHUNLQJJHVWHOGZRUGW

$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
%HYHLOLJLQJVV\VWHHP


Page 122 of 735

%XLWHQZHUNLQJVWHOOHQ
+HWV\VWHHPZRUGWEXLWHQZHUNLQJJHVWHOG
ZDQQHHUKHWFRQWDFWPHWEHKXOSYDQGH
FRUUHFWHJHSURJUDPPHHUGHVOHXWHORS21
JH]HWZRUGW+HW
EHYHLOLJLQJVV\VWHHPLQGLFDWLHODPSMHJDDW
JHGXUHQGHRQJHYHHUVHFRQGHQEUDQGHQ
HQJDDWGDQXLW$OVGHPRWRUQLHWPHWGH
FRUUHFWHVOHXWHOJHVWDUWNDQZRUGHQHQKHW
EHYHLOLJLQJVV\VWHHPLQGLFDWLHODPSMHEOLMIW
EUDQGHQRINQLSSHUHQKHWYROJHQGH
SUREHUHQ
=RUJHUYRRUGDWGHVOHXWHO]LFKELQQHQKHW
ZHUNLQJVEHUHLNYRRUVLJQDDORYHUGUDFKW
EHYLQGW=HWKHWFRQWDFWXLWHQVWDUW
YHUYROJHQVGHPRWRURSQLHXZ1HHP
FRQWDFWRSPHWHHQRIILFLsOH0D]GD
UHSDUDWHXULQGLHQGHPRWRUQDSRJLQJHQ
RIPHHUQLHWVWDUW
OPMERKING
•Indien het
beveiligingssysteemindicatielampje
tijdens het rijden voortdurend blijft
knipperen, de motor niet stopzetten. Ga
naar een officiële Mazda reparateur en
laat het lampje daar controleren. Als u
de motor stop zet terwijl het
indicatielampje knippert, zult u de motor
niet opnieuw kunnen starten.
•Aangezien bij reparatie van het
start-blokkeersysteem de elektronische
codes opnieuw ingesteld worden, zijn de
sleutels nodig. Breng alle sleutels naar
een officiële Mazda reparateur zodat
deze geprogrammeerd kunnen worden.
$QWLGLHIVWDO
EHYHLOLJLQJVV\VWHHP

$OVKHWDQWLGLHIVWDOEHYHLOLJLQJVV\VWHHP
EHVSHXUWGDWLHPDQGRSHHQRQMXLVWHZLM]H
WRHJDQJSUREHHUWWHNULMJHQWRWGHDXWRRI
DOVGHLQEUDDNVHQVRUEHZHJLQJELQQHQLQ
GHDXWREHVSHXUWKHWJHHQWRWJHYROJNDQ
KHEEHQGDWGHDXWR PHWLQEUDDNVHQVRU RI
GHLQKRXGHUYDQZRUGWJHVWROHQ
ZDDUVFKXZWHHQDODUPGHRPJHYLQJYRRU
HHQDEQRUPDOHVLWXDWLHGRRUKHWODWHQ
NOLQNHQYDQGHVLUHQHFOD[RQHQKHWODWHQ
NQLSSHUHQYDQGH
ZDDUVFKXZLQJVNQLSSHUOLFKWHQ

+HWV\VWHHP]DOQLHWIXQFWLRQHUHQDOVGLW
QLHWRSGHMXLVWHZLM]HLQVWDDWYDQ
SDUDDWKHLGLVJHEUDFKW:DQQHHUXGHDXWR
YHUODDWGLHQWXGHSURFHGXUHYDQKHWLQ
VWDDWYDQSDUDDWKHLGEUHQJHQGXVFRUUHFWWH
YROJHQ
,QEUDDNVHQVRU

'HLQEUDDNVHQVRUPDDNWJHEUXLNYDQ
XOWUDVRQLVFKHJROYHQYRRUKHWEHVSHXUHQ
YDQEHZHJLQJELQQHQLQGHDXWRHQODDWLQ
KHWJHYDOYDQLQEUDDNLQGHDXWRHHQ
ZDDUVFKXZLQJVDODUPDIJDDQ

'HLQEUDDNVHQVRUEHVSHXUWEHSDDOGH
YRUPHQYDQEHZHJLQJELQQHQLQGHDXWR
HFKWHUGH]HNDQRRNUHDJHUHQRS
JHEHXUWHQLVVHQEXLWHQGHDXWR]RDOV
ELMYRRUEHHOGWULOOLQJHQKDUGHJHOXLGHQ
ZLQGHQOXFKWVWURPHQ
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
%HYHLOLJLQJVV\VWHHP

%HSDDOGHPRGHOOHQ

Page 123 of 735

23*(/(7
Let op de volgende punten om de
inbraaksensor normaal te kunnen laten
functioneren:
¾Hang geen kleding of voorwerpen op
aan een hoofdsteun of een kledinghaak.
¾Plaats de uitschuifbare zonnekleppen in
hun oorspronkelijke posities terug.
¾De inbraaksensor niet afschermen door
deze af te dekken of er voorwerpen voor
te hangen.
¾Laat de inbraaksensor niet vuil worden
en deze niet met een vloeistof afvegen.
¾De inbraaksensor of het
inbraaksensorsierstuk niet blootstellen
aan schokken of stoten.
¾Breng geen zittingen aan die geen
originele Mazda producten zijn.
¾Om afscherming van de inbraaksensor te
voorkomen, geen voorwerpen of lading
hoger dan de hoofdsteunen in de buurt
van de inbraaksensor plaatsen.

Inbraaksensor en
inbraaksensorsierstuk
▼▼:HUNLQJ
*HYDOOHQZDDUELMGHFOD[RQVLUHQH
ZRUGWLQJHVFKDNHOG
'HVLUHQHFOD[RQZRUGWPHWWXVVHQSR]HQ
LQJHVFKDNHOGHQGH
ZDDUVFKXZLQJVNQLSSHUOLFKWHQ]XOOHQ
JHGXUHQGHRQJHYHHUVHFRQGHQ
NQLSSHUHQZDQQHHUKHWV\VWHHPGRRUHHQ
YDQRQGHUVWDDQGHRRU]DNHQLQZHUNLQJ
ZRUGWJHVWHOG
•2QWJUHQGHOHQYDQHHQSRUWLHUPHWHHQ
ELQQHQYHUJUHQGHONQRS
•2SHQIRUFHUHQYDQHHQSRUWLHUGH
PRWRUNDSRIGHDFKWHUNOHSKHW
NRIIHUGHNVHO
•2SHQHQYDQGHPRWRUNDSPHWEHKXOS
YDQGHPRWRUNDSRQWJUHQGHOKHQGHO
•+HWFRQWDFWRS21]HWWHQ]RQGHUGH
VWDUWGUXNNQRSWHJHEUXLNHQ
• 0HWLQEUDDNVHQVRU
'HLQEUDDNVHQVRUUHJLVWUHHUWHHQ
EHZHJLQJLQGHDXWR
+HWV\VWHHP]DORSQLHXZLQZHUNLQJ
JHVWHOGZRUGHQ LQWRWDDONHHU DOVHHQ
YDQGHKLHUERYHQDDQJHJHYHQFRQGLWLHV
EOLMIWYRRUWEHVWDDQ
• 0HWLQEUDDNVHQVRU
/RVPDNHQYDQGHDFFXYHUELQGLQJ GH
ZDDUVFKXZLQJVNQLSSHUOLFKWHQNQLSSHUHQ
QLHW 
+HWV\VWHHP]DORQJHYHHUPDDOLQ
ZHUNLQJJHVWHOGZRUGHQ
OPMERKING
•De achterklep/het kofferdeksel kan niet
worden geopend terwijl het anti-diefstal
beveiligingssysteem is ingeschakeld.
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
%HYHLOLJLQJVV\VWHHP


Page 124 of 735

•Als de accu uitgeput raakt terwijl het
anti-diefstal beveiligingssysteem in staat
van paraatheid is, zal de sirene/claxon
geactiveerd worden en zullen de
waarschuwingsknipperlichten gaan
knipperen wanneer de accu geladen of
vervangen wordt.
▼,QVWDDWYDQSDUDDWKHLGEUHQJHQYDQ
KHWV\VWHHP
 'HUDPHQJRHGVOXLWHQ
OPMERKING
(Met inbraaksensor)
Ook als een raam is open blijven
staan, kan het systeem in staat van
paraatheid gebracht worden, echter
zelfs het gedeeltelijk open laten staan
van de ramen kan een uitnodiging zijn
tot diefstal, en wind die in de auto
blaast zou het alarm kunnen activeren.
De functie van de inbraaksensor kan
ook geannuleerd worden.
Zie Annuleren van de inbraaksensor
(Met inbraaksensor) op pagina 3-49.
 =HWKHWFRQWDFWRS2))
 =RUJHUYRRUGDWGHPRWRUNDSGH
SRUWLHUHQHQGHDFKWHUNOHSKHW
NRIIHUGHNVHOJHVORWHQ]LMQ
 'UXNRSGHYHUJUHQGHOWRHWVRSGH
]HQGHURIYHUJUHQGHOKHW
EHVWXXUGHUVSRUWLHUYDQDIGHEXLWHQ]LMGH
PHWGHKXOSVOHXWHO
'HZDDUVFKXZLQJVNQLSSHUOLFKWHQ
]XOOHQHHQPDDONQLSSHUHQ
0HWJHDYDQFHHUGHDIVWDQGEHGLHQGH
SRUWLHUYHUJUHQGHOLQJVIXQFWLH
'UXNRSHHQYHU]RHNVFKDNHODDU

+HWYHLOLJKHLGVLQGLFDWLHODPSMHLQGH
LQVWUXPHQWHQJURHSJDDWJHGXUHQGH
VHFRQGHQWZHHPDDOSHUVHFRQGH
NQLSSHUHQ

 1DVHFRQGHQLVKHWV\VWHHPYROOHGLJ
LQVWDDWYDQSDUDDWKHLG
OPMERKING
•Het anti-diefstal beveiligingssysteem
kan ook in staat van paraatheid
gebracht worden door het activeren
van de automatische
hervergrendelfunctie terwijl alle
portieren, de achterklep/het
kofferdeksel en de motorkap gesloten
zijn.
Zie Zender op pagina 3-5.
•Het systeem wordt buiten werking
gesteld wanneer binnen 20 seconden
na het indrukken van de
vergrendeltoets een van de volgende
handelingen wordt uitgevoerd:
•Ontgrendelen van een van de
portieren.
•Openen van een van de portieren.
•Openen van de motorkap.
•Wanneer het contact op ON wordt
gezet.
Voor het opnieuw in staat van
paraatheid brengen van het systeem,
de procedure voor het in staat van
paraatheid brengen nogmaals
uitvoeren.
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
%HYHLOLJLQJVV\VWHHP


Page 125 of 735

•Wanneer de portieren vergrendeld
worden door het indrukken van de
vergrendeltoets op de zender of het
gebruik van de hulpsleutel terwijl
het anti-diefstal beveiligingssysteem
in staat van paraatheid is, zullen de
waarschuwingsknipperlichten
eenmaal knipperen om aan te geven
dat het systeem in staat van
paraatheid is.
▼$QQXOHUHQYDQGHLQEUDDNVHQVRU
0HWLQEUDDNVHQVRU
$OVKHWDQWLGLHIVWDOEHYHLOLJLQJVV\VWHHP
LQVWDDWYDQSDUDDWKHLGJHEUDFKWLVZDQQHHU
HUVSUDNHLVYDQHHQYDQRQGHUVWDDQGH
RPVWDQGLJKHGHQGHLQEUDDNVHQVRU
DQQXOHUHQRPWHYRRUNRPHQGDWKHWDODUP
RQQRGLJJHDFWLYHHUGZRUGW
•:DQQHHUGHDXWRZRUGWDFKWHUJHODWHQ
WHUZLMOHU]LFKHHQEHZHHJEDDUREMHFW
SDVVDJLHUVRIKXLVGLHUHQLQEHYLQGHQ
•:DQQHHUXHHQYRRUZHUSLQGHDXWR
DFKWHUODDWGDWKHHQHQZHHUNDQUROOHQ
]RDOVELMYRRUEHHOGZDQQHHUGHDXWRELM
WUDQVSRUWRSHHQVFKXLQDIORSHQGH
RQVWDELHOHRQGHUJURQGJHSODDWVWZRUGW
•:DQQHHUNOHLQHYRRUZHUSHQDFFHVVRLUHVLQGH
DXWR]LMQRSJHKDQJHQNOHGLQJDDQHHQ
NOHGLQJKDDNLVRSJHKDQJHQRIDQGHUH
YRRUZHUSHQ]LMQDDQJHEUDFKWGLHJHPDNNHOLMN
ELQQHQLQGHDXWRNXQQHQEHZHJHQ
•%LMKHWSDUNHUHQRSHHQSODDWVZDDU]LFK
VWHUNHWULOOLQJHQRIKDUGHJHOXLGHQ
YRRUGRHQ
•%LMKHWJHEUXLNYDQHHQKRJHGUXNRI
DXWRPDWLVFKHDXWRZDVLQVWDOODWLH
•:DQQHHUYRRUWGXUHQGVFKRNNHQHQWULOOLQJHQ
YDQKDJHORIGRQGHUHQEOLNVHPRSGHDXWR
ZRUGHQRYHUJHEUDFKW
•3RUWLHUHQYHUJUHQGHOGZRUGHQWHUZLMO
HHQUDDPLVRSHQEOLMYHQVWDDQ
•(HQH[WUDYHUZDUPLQJRIDSSDUDDWGDW
OXFKWVWURPHQHQWULOOLQJHQSURGXFHHUWLQ
JHEUXLNLVWHUZLMOKHWDQWLGLHIVWDO
EHYHLOLJLQJVV\VWHHPLQVWDDWYDQ
SDUDDWKHLGJHEUDFKWLV
OPMERKING
Als een portier of de achterklep/het
kofferdeksel gedurende 30 seconden
gesloten blijft, zullen alle portieren en de
achterklep/het kofferdeksel automatisch
opnieuw vergrendeld worden en zal het
anti-diefstalbeveiligingssysteem in staat
van paraatheid gebracht worden als een
ruit is open blijven staan.

9RRUKHWDQQXOHUHQYDQGHLQEUDDNVHQVRU
GHWRHWVRSGH]HQGHUELQQHQVHFRQGHQ
QDKHWLQGUXNNHQYDQGHYHUJUHQGHOWRHWV
LQGUXNNHQ
'HZDDUVFKXZLQJVNQLSSHUOLFKWHQ]XOOHQ
GULHPDDONQLSSHUHQ
OPMERKING
•Voor het opnieuw activeren van de
inbraaksensor, het anti-diefstal
beveiligingssysteem uitschakelen en dit
vervolgens opnieuw in staat van
paraatheid brengen.
•De inbraaksensor is in werking wanneer
het anti-diefstal beveiligingssysteem in
staat van paraatheid is gebracht. Voor
het annuleren van de inbraaksensor, op
de annuleertoets van de inbraaksensor
drukken wanneer het anti-diefstal
beveiligingssysteem in staat van
paraatheid is gebracht.
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
%HYHLOLJLQJVV\VWHHP


Page 126 of 735

▼8LWVFKDNHOHQYDQHHQLQVWDDWYDQ
SDUDDWKHLGJHEUDFKWV\VWHHP
(HQV\VWHHPGDWLQVWDDWYDQSDUDDWKHLGLV
JHEUDFKWNDQXLWJHVFKDNHOGZRUGHQPHW
JHEUXLNYDQHHQYDQRQGHUVWDDQGH
PHWKRGHV
•'HRQWJUHQGHOWRHWVRSGH]HQGHU
LQJHGUXNWZRUGW
•6WDUWHQYDQGHPRWRUPHWGH
VWDUWGUXNNQRS
• 0HWJHDYDQFHHUGHDIVWDQGEHGLHQGH
SRUWLHUYHUJUHQGHOLQJVIXQFWLH
•,QGUXNNHQYDQHHQYHU]RHNVFKDNHODDU
RSGHSRUWLHUHQ
'HZDDUVFKXZLQJVNQLSSHUOLFKWHQ]XOOHQ
WZHHPDDONQLSSHUHQ
OPMERKING
Wanneer de portieren ontgrendeld worden
door het indrukken van de ontgrendeltoets
op de zender terwijl het anti-diefstal
beveiligingssysteem uitgeschakeld is,
zullen de waarschuwingsknipperlichten
tweemaal knipperen om aan te geven dat
het systeem uitgeschakeld is.
▼6WRS]HWWHQYDQKHW
ZDDUVFKXZLQJVDODUP
(HQJHDFWLYHHUGDODUPNDQXLWJHVFKDNHOG
ZRUGHQPHWJHEUXLNYDQHHQYDQ
RQGHUVWDDQGHPHWKRGHV
•,QGUXNNHQYDQGHRQWJUHQGHOWRHWVRIGH
NRIIHUGHNVHOWRHWV 6HGDQ RSGH]HQGHU
•6WDUWHQYDQGHPRWRUPHWGH
VWDUWGUXNNQRS
• 0HWJHDYDQFHHUGHDIVWDQGEHGLHQGH
SRUWLHUYHUJUHQGHOLQJVIXQFWLH
•,QGUXNNHQYDQHHQYHU]RHNVFKDNHODDU
RSGHSRUWLHUHQ
•,QGUXNNHQYDQGHHOHNWULVFKH
DFKWHUNOHSNRIIHUGHNVHORSHQHU
ZDQQHHUXGHVOHXWHOPHHGUDDJW
'HZDDUVFKXZLQJVNQLSSHUOLFKWHQ]XOOHQ
WZHHPDDONQLSSHUHQ
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
%HYHLOLJLQJVV\VWHHP


Page 127 of 735

,QULMGHQ
(ULVJHHQVSHFLDOHLQULMSHULRGH
QRRG]DNHOLMN(FKWHUKHWRSYROJHQYDQ
HQNHOHHHQYRXGLJHYRRU]RUJVPDDWUHJHOHQ
JHGXUHQGHGHHHUVWHNPNDQKHW
PRWRUUHQGHPHQWKHWEUDQGVWRIYHUEUXLNHQ
GHOHYHQVGXXUYDQGHDXWRWHQJRHGH
NRPHQ
•9RHUKHWWRHUHQWDOYDQGHPRWRUQLHWWH
KRRJRS
•5LMGQLHWJHGXUHQGHODQJHUHWLMGPHW
GH]HOIGHVQHOKHLGVQHORIODQJ]DDP
•1LHWJHGXUHQGHODQJHUHWLMGFRQVWDQWPHW
YROJDVRIPHWKRJHPRWRUWRHUHQWDOOHQ
ULMGHQ
•9HUPLMGNUDFKWLJDIUHPPHQEHKDOYHLQ
QRRGJHYDOOHQ
•9HUPLMGKHWVWDUWHQELMYROJDV
•*HHQDDQKDQJHUWUHNNHQ
%UDQGVWRIEHVSDULQJHQ
PLOLHXEHVFKHUPLQJ
'HPDQLHUZDDURSXXZ0D]GDJHEUXLNW
EHSDDOWGHDIVWDQGGLHXPHWHHQYROOHWDQN
NXQWDIOHJJHQ9ROJRQGHUVWDDQGH
VXJJHVWLHVRPEUDQGVWRIWHKHOSHQ
EHVSDUHQHQGH&2
XLWVWRRWWH
YHUPLQGHUHQ
•/DDWGHPRWRUQLHWODQJGXULJVWDWLRQDLU
GUDDLHQRPRSWHZDUPHQ%HJLQWH
ULMGHQ]RGUDGHPRWRUVRHSHOGUDDLW
•%HVSDDUEUDQGVWRIGRRUVQHODFFHOHUHUHQ
WHYHUPLMGHQ
•5LMGPHWODJHUHVQHOKHGHQ
•$QWLFLSHHUELMKHWJHEUXLNYDQGH
UHPPHQ YHUPLMGSORWVHOLQJDIUHPPHQ 
•+RXGXDDQKHWVFKHPDYDQSHULRGLHNH
RQGHUKRXGVEHXUWHQ SDJLQD HQ
ODDWHHQGHVNXQGLJHUHSDUDWHXUELM
YRRUNHXUHHQRIILFLsOH
0D]GDUHSDUDWHXUFRQWUROHVHQ
RQGHUKRXGXLWYRHUHQ
•*HEUXLNGHDLUFRQGLWLRQLQJXLWVOXLWHQG
LQGLHQGLWQRRG]DNHOLMNLV
•5LMGODQJ]DDPWLMGHQVKHWULMGHQRS
VOHFKWHZHJHQ
•=RUJHUYRRUGDWGHEDQGHQVWHHGVGH
YRRUJHVFKUHYHQVSDQQLQJKHEEHQ
•9HUYRHUJHHQRQQRGLJJHZLFKWLQGH
DXWRPHH
•/DDWXZYRHWWLMGHQVKHWULMGHQQLHWRS
KHWUHPSHGDDOUXVWHQ
•=RUJHUYRRUGDWGHZLHOHQVWHHGVFRUUHFW
XLWJHOLMQG]LMQ
•+RXGELMKHWULMGHQPHWKRJHVQHOKHGHQ
GHUDPHQJHVORWHQ
•1HHPVQHOKHLGWHUXJELMKHWULMGHQPHW
VWHUNH]LMZLQGRIWHJHQZLQG
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
5LMWLSV


Page 128 of 735

:$$56&+8:,1*
Nooit tijdens het afdalen van hellingen de
motor afzetten:
Het afzetten van de motor bij het afdalen
van hellingen is gevaarlijk. De
stuurbekrachtiging en de
rembekrachtiging zullen dan buiten
werking gesteld worden, hetgeen
beschadiging van het aandrijfmechanisme
tot gevolg kan hebben. Verlies van de
stuurbekrachtiging of rembekrachtiging
kan tot een ongeluk leiden.
0RHLOLMNH
ULMRPVWDQGLJKHGHQ
:$$56&+8:,1*
Wees uiterst voorzichtig als het nodig is op
een glad wegdek terug te schakelen:
Het op een glad wegdek terugschakelen bij
een handgeschakelde versnellingsbak of
naar een lage versnelling bij een
automatische transmissie is gevaarlijk.
Door de plotselinge verandering in de
draaisnelheid van de banden kunnen de
banden gaan slippen. Dit kan er toe leiden
dat u de macht over het stuur verliest en
een ongeluk veroorzaakt.
%LMKHWULMGHQPHW]ZDUHUHJHQYDOVQHHXZ
LM]HOGRRUPRGGHU]DQGRIRQGHU
VRRUWJHOLMNHJHYDDUOLMNHRPVWDQGLJKHGHQ
•5LMGYRRU]LFKWLJHQQHHPH[WUD
UHPDIVWDQGLQDFKW
•9HUPLMGDEUXSWUHPPHQHQSORWVHOLQJ
GUDDLHQYDQKHWVWXXUZLHO
•+HWUHPSHGDDOQLHWSRPSHQGLQGUXNNHQ
%OLMIKHWUHPSHGDDOLQJHGUXNWKRXGHQ
=LHKHW$QWLEORNNHHUUHPV\VWHHP $%6
RSSDJLQD
•,QGLHQGHDXWRYDVWLVNRPHQWH]LWWHQ
HHQODJHUHYHUVQHOOLQJNLH]HQHQ
ODQJ]DDPDFFHOHUHUHQ9RRUNRPGDWGH
YRRUZLHOHQJDDQVOLSSHQ
•*HEUXLN]DQG]RXWVQHHXZNHWWLQJHQ
WDSLMWHQRISODDWVDQGHUDQWLVOLS
PDWHULDDORQGHUGHYRRUZLHOHQYRRU
PHHUDDQGULMINUDFKWELMKHWZHJULMGHQRS
HHQJODGGHRQGHUJURQG]RDOVLMVRI
RSHHQJHKRRSWHVQHHXZ
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
5LMWLSV


Page 129 of 735

OPMERKING
Gebruik uitsluitend sneeuwkettingen op de
voorwielen.9ORHUPDW
:HUDGHQKHWJHEUXLNYDQRULJLQHOH
0D]GDYORHUPDWWHQDDQ
:$$56&+8:,1*
Zet de vloermatten met de doorvoerbuisjes
of de houders vast om te voorkomen dat
deze onder de voetpedalen beklemd raken
(bestuurderszijde):
Gebruik van een vloermat die niet goed is
bevestigd is gevaarlijk aangezien deze de
bediening van het gas- en rempedaal
(bestuurderszijde) zal hinderen wat een
ongeluk kan veroorzaken.
Gebruik enkel een vloermat die
overeenkomt met de vorm van de vloer
aan de bestuurderszijde en plaats deze in
de juiste richting.
Zet de vloermat vast met gebruik van de
openingen of sluitingen.
Er zijn diverse manieren om vloermatten
vast te zetten afhankelijk van het gebruikte
type, dus zet de mat vast overeenkomstig
het type.
Controleer na het aanbrengen van de
vloermat dat deze niet heen en weer of van
voren naar achteren schuift en dat er
voldoende ruimte is tussen de mat en de
gas- en rempedalen aan de
bestuurderszijde.
Nadat u voor schoonmaken of om een
andere reden de vloermat heeft verwijderd,
deze altijd weer stevig op zijn plaats
aanbrengen en daarbij de zojuist vermelde
voorzorgsmaatregelen in acht nemen.
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
5LMWLSV


Page 130 of 735

Breng geen twee vloermatten bovenop
elkaar aan de bestuurderszijde aan:
Het aanbrengen van twee vloermatten
bovenop elkaar aan de bestuurderszijde is
gevaarlijk aangezien de opsluitpennen
enkel het naar voren schuiven van één
vloermat kunnen voorkomen.
Losse vloermat(ten) kunnen de bediening
van de voetpedalen hinderen en een
ongeluk veroorzaken.
Als u in de winter een allweather type
vloermat gebruikt, altijd de oorspronkelijke
vloermat verwijderen.
%LMKHWSODDWVHQYDQHHQYORHUPDWGH]H
EHYHVWLJHQGRRUGHRSHQLQJHQRI
VOXLWLQJHQHUYDQRSGHXLWVWHHNVHOVYDQGH
RSVWDDQGHNOHPPHQWHVWHNHQ
2SHLJHQNUDFKWORVWUHNNHQ
YDQGHDXWR
:$$56&+8:,1*
Laat de wielen nooit met hoge snelheid
doordraaien en let er op dat bij het
aanduwen van de auto niemand achter
een wiel staat:
Het is gevaarlijk wanneer de auto is
vastgeraakt en u de wielen met hoge
snelheid laat doordraaien. De draaiende
band kan oververhit raken en uit elkaar
springen. Dit kan ernstig letsel tot gevolg
hebben.
23*(/(7
Wanneer u te lang achter elkaar probeert
de auto op eigen kracht los te trekken kan
dit defecten aan de motor of het
aandrijfaggregaat of beschadiging van de
banden tot gevolg hebben.
$OVXGHDXWRRSHLJHQNUDFKWPRHW
ORVWUHNNHQXLWVQHHXZ]DQGRIPRGGHUKHW
JDVSHGDDOHHQZHLQLJLQGUXNNHQHQGH
YHUVQHOOLQJVKHQGHONHX]HKHQGHO
YRRU]LFKWLJYDQ ' QDDU5YHUSODDWVHQ
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
5LMWLSV


Page:   < prev 1-10 ... 81-90 91-100 101-110 111-120 121-130 131-140 141-150 151-160 161-170 ... 740 next >