MAZDA MODEL 3 HATCHBACK 2015 Handleiding (in Dutch)

Page 31 of 741

*Bepaalde modellen.2–7
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Zittingen
Rugleuningverstelling
(Handbediende zittingafstelling)
Om de hoek van de rugleuning te kunnen verstellen, een weinig voorover leunen en de
hendel omhoog trekken. Leun vervolgens achterover totdat de gewenste hoek bereikt is en
laat de hendel los.
Controleer of de hendel in de uitgangspositie is teruggekeerd en of de rugleuning op zijn
plaats vergrendeld is door te proberen deze even naar voren en naar achteren te duwen.
(Elektrische zittingafstelling)
Verander de hoek van de rugleuning door op de voor- of achterzijde van de
rugleuningschakelaar te drukken. Laat de schakelaar in de gewenste stand los.
Afstelling van de lendesteun (Bestuurdersstoel) *
Voor een toename van de stevigheid van de zitting, de hendel naar beneden verplaatsen.
Verplaats de hendel naar boven voor een vermindering van stevigheid.
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 32 of 741

*Bepaalde modellen.2–8
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Zittingen
Stoelverwarming *
De voorzittingen worden elektrisch
verwarmd. Het contact moet op ON staan.
Druk terwijl het contact op ON staat de
stoelverwarmingschakelaar in zodat het
indikatielampje gaat branden. De modus
verandert als volgt telkens wanneer
de stoelverwarmingschakelaar wordt
ingedrukt.
UIT
Hoog
Midden
Laag
WAARSCHUWING
Wees voorzichtig bij gebruik van de
stoelverwarming:
De warmte van de stoelverwarming
kan voor bepaalde personen te heet
zijn, zoals hieronder aangegeven, en
kan een lage-temperatuur brandwond
veroorzaken.
 
 Zuigelingen, kleine baby's, ouderen
en gehandicapten
  Personen met een gevoelige huid 
 Personen die buitengewoon
vermoeid zijn
  Personen die onder invloed zijn 
 Personen die slaapverwekkende
medicijnen gebruiken zoals
slaaptabletten of medicijnen tegen
verkoudheid
WAARSCHUWING
Gebruik de stoelverwarming niet met
afdekkingen die in hoge mate vocht
vasthouden, zoals een deken of kussen
op de zitting:
De kans bestaat dat de zitting te
heet wordt en een lage-temperatuur
brandwond veroorzaakt.
Ook wanneer u slechts korte tijd in de
auto gaat slapen, de stoelverwarming
niet gebruiken:
De kans bestaat dat de zitting te
heet wordt en een lage-temperatuur
brandwond veroorzaakt.
Plaats geen zware voorwerpen met
scherpe uitsteeksels op de zitting en er
geen naalden of spelden in steken:
Dit kan tot gevolg hebben dat de zitting
overmatig verhit raakt en dat door een
kleine brandwond letsel veroorzaakt
wordt.
OPGELET
Gebruik geen organische oplosmiddelen
voor het reinigen van de zitting. Dit kan
schade aan het zittingoppervlak en de
verwarming veroorzaken.
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 33 of 741

2–9
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Zittingen
OPMERKING
  Als het contact wordt uitgeschakeld
terwijl de stoelverwarming in
werking is (Hoog, Midden of Laag)
en vervolgens opnieuw wordt
ingeschakeld, zal de stoelverwarming
automatisch werken op de
temperatuur die ingesteld is alvorens
het contact werd uitgeschakeld.
  Gebruik de stoelverwarming
wanneer de motor draait. Als de
stoelverwarming gedurende langere
tijd ingeschakeld blijft terwijl de
motor niet draait, kan de accu
uitgeput raken.
  De temperatuur van de
stoelverwarming kan niet verder
worden afgesteld dan Hoog, Midden
en Laag, omdat de stoelverwarming
geregeld wordt door een thermostaat.
Achterzitting
Neerklappen van de rugleuning
(afzonderlijk/als geheel)
Door het neerklappen van de
rugleuning(en) van de achterzitting kan de
bagageruimte uitgebreid worden.
WAARSCHUWING
Nooit rijden wanneer inzittenden op de
neergeklapte rugleuning(en) of in de
bagageruimte hebben plaatsgenomen.
Het laten plaatsnemen van inzittenden
in de bagageruimte is gevaarlijk omdat
de veiligheidsgordels niet vastgemaakt
kunnen worden, wat ernstig of
dodelijk letsel kan veroorzaken tijdens
plotseling afremmen of een botsing.
Laat kinderen niet in de auto spelen
wanneer de rugleuning(en) zijn
neergeklapt.
Toestaan dat kinderen in de auto
spelen terwijl de rugleuning(en) zijn
neergeklapt is gevaarlijk. Als een
kind in de bagageruimte kruipt en de
rugleuning(en) terug omhoog gezet
zouden worden, bestaat de kans dat het
kind in de bagageruimte opgesloten
raakt, waardoor een ongeluk
veroorzaakt kan worden.
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 34 of 741

2–10
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Zittingen
WAARSCHUWING
Maak lading in de bagageruimte stevig
vast wanneer dit vervoerd wordt terwijl
de rugleuning(en) neergeklapt zijn.
Rijden zonder lading en bagage stevig
vast te zetten is gevaarlijk omdat dit
van zijn plaats kan schuiven en bij
plotseling afremmen of een botsing
de besturing kan hinderen, waardoor
ongelukken veroorzaakt kunnen
worden.
Bij het vervoer van lading, er voor
zorgen dat de lading de hoogte van de
rugleuning(en) niet overschrijdt.
Vervoer van lading die hoger
opgestapeld is dan de rugleuning(en)
is gevaarlijk, aangezien het uitzicht
aan de achterzijde en de zijkanten van
de auto verminderd wordt. Dit kan het
rijden belemmeren en een ongeluk
veroorzaken.
Neerklappen van de rugleuning(en)
OPGELET
Controleer de stand van een voorzitting
alvorens de rugleuning van een
achterzitting neer te klappen.
Afhankelijk van de stand van de
voorzitting is het misschien niet
mogelijk de rugleuning van een
achterzitting volledig neer te klappen,
aangezien deze de rugleuning van de
voorzitting zou kunnen raken waardoor
de voorzitting of het opbergzakje ervan
bekrast of beschadigd zou kunnen
worden. Zet indien nodig de hoofdsteun
van de zitting aan de portierzijde van de
achterzitting omlaag of verwijder deze.
(Sedan)
1 . (Afzonderlijk neerklapbaar type
zitting)
Open het kofferdeksel en trek aan de
hendel van de rugleuning die u wilt
neerklappen.
(Neerklapbaar type bankzitting)
Open het kofferdeksel en trek aan de
hendel van de rugleuning.
*1: Alleen met afzonderlijk
neerklapbaar type zitting
*1
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 35 of 741

2–11
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Zittingen
2. Open een achterportier en klap de
achterzitting naar voren.
(Hatchback)
Druk op de drukknop om de rugleuning
neer te klappen.
Terugzetten van de rugleuning in de
rechtop stand:
WAARSCHUWING
Bij het terugzetten van de rugleuning
in de rechtop stand, er op letten dat de
3-punts veiligheidsgordel niet tussen
de rugleuning beklemd raakt en dat de
3-punts veiligheidsgordel niet wordt
verdraaid.
Als de veiligheidsgordel gebruikt wordt
terwijl deze verdraaid is en tussen de
rugleuning beklemd is geraakt, kan
de veiligheidsgordel niet de volledige
bescherming bieden, hetgeen ernstig of
dodelijk letsel kan veroorzaken.
WAARSCHUWING
Bij het terugbrengen van de rugleuning
in de rechtop stand, er voor zorgen
dat deze stevig vergrendeld is en dat
de rode indikatie niet zichtbaar is
(Hatchback).
Als de rode indikatie achter de
drukknop zichtbaar is, betekent dit dat
de rugleuning niet vergrendeld is. Als
met de auto wordt gereden terwijl de
rugleuning niet vergrendeld is, kan
deze plotseling neerklappen en een
ongeluk veroorzaken.
Vergrendelstand
Ontgrendelstand
Rode indikatie
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 36 of 741

*Bepaalde modellen.2–12
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Zittingen
1. Zorg er voor dat de
veiligheidsgordel correct door de
veiligheidsgordelgeleider wordt
geleid en dat deze niet is verdraaid,
zet vervolgens de rugleuning
omhoog en voorkom daarbij dat de
veiligheidsgordel tussen de rugleuning
beklemd raakt.
(Sedan)
Veiligheidsgordelgeleiders
(Hatchback)
Rode indikatie
Veiligheidsgordelgeleider
2. Druk de rugleuning naar achteren en
vergrendel deze op zijn plaats. Na het
terugzetten van de rugleuning in de
rechtop stand, controleren dat deze
goed vergrendeld is.
Armsteun *
De achterste armsteun in het midden van
de rugleuning van de achterzitting kan
gebruikt worden of rechtop geplaatst
worden (geen inzittende op de middelste
zitting).
WAARSCHUWING
Plaats uw handen en vingers nooit
nabij de bewegende delen van de zitting
en de armsteun:
Het plaatsen van uw handen en vingers
nabij de bewegende delen van de zitting
en de armsteun is gevaarlijk, aangezien
de kans bestaat op letsel.
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 37 of 741

*Bepaalde modellen.2–13
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Zittingen
Hoofdsteunen
Uw auto is uitgerust met hoofdsteunen
op alle buitenste zitplaatsen en op de
middelste zitplaats van de achterzitting
* .
De hoofdsteunen zijn bedoeld om u en
uw passagiers te helpen beschermen tegen
nekletsel.
WAARSCHUWING
Rijd wanneer zittingen gebruikt worden
steeds met de hoofdsteunen ingestoken
en zorg ervoor dat ze goed afgesteld
zijn:
Het rijden zonder hoofdsteunen of
met te laag afgestelde hoofdsteunen is
gevaarlijk. Als u geen steun achter uw
hoofd heeft, kan in het geval van een
botsing uw nek ernstig letsel oplopen.
Afstelling van de hoogte
Voor het hoger zetten van de hoofdsteun,
deze tot in de gewenste positie omhoog
trekken.
Voor het omlaag zetten van de hoofdsteun,
de ontgrendeling indrukken en vervolgens
de hoofdsteun omlaag drukken.
Stel de hoofdsteun zodanig af dat het
midden daarvan op gelijke hoogte is
met de bovenzijde van de oren van de
passagier.
Buitenste zitting van voorzitting
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 38 of 741

*Bepaalde modellen.2–14
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Zittingen
Buitenste zitting van achterzitting
Middelste zitting van achterzitting*
Uitbouwen/Inbouwen
Voor het verwijderen van de hoofdsteun,
de ontgrendeling indrukken en de
hoofdsteun omhoog trekken.
Steek voor het installeren van de
hoofdsteun de pootjes in de gaten terwijl u
de ontgrendeling indrukt.
WAARSCHUWING
Rijd wanneer zittingen gebruikt worden
steeds met de hoofdsteunen ingestoken
en zorg ervoor dat ze goed geïnstalleerd
zijn:
Rijden zonder dat de hoofdsteunen zijn
geïnstalleerd is gevaarlijk. Als u geen
steun achter uw hoofd heeft, kan in het
geval van een botsing uw nek ernstig
letsel oplopen.
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 39 of 741

2–15
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Veiligheidsgordelsysteem
Voorzorgsmaatregelen bij gebruik van de
veiligheidsgordels
Veiligheidsgordels helpen de kans op ernstig letsel tijdens ongevallen en plotseling stoppen
te verminderen. Het wordt door Mazda aangeraden dat de bestuurder en passagiers te allen
tijde gebruik maken van de veiligheidsgordels.
Voorzitting en buitenste zitting van achterzitting
De voorzittingen en de buitenste zitting van de achterzitting zijn voorzien van
heup/schoudergordels. Deze gordels zijn uitgerust met oprolautomaten met
traagheidsvergrendeling die er voor zorgen dat de gordels geen hinder vormen wanneer
ze niet gebruikt worden. De vergrendelingen maken het mogelijk dat de gordels soepel
en comfortabel om het lichaam sluiten, maar zullen op het moment van een aanrijding in
positie blokkeren.
Middelste zitting van achterzitting
Met 3-punts type veiligheidsgordel
De 3-punts type veiligheidsgordel is voorzien van heup/schoudergordels. Deze gordel is
voorzien van een oprolautomaat met traagheidsvergrendeling die er voor zorgt dat de gordel
geen hinder vormt wanneer deze niet gebruikt wordt. De vergrendeling maakt het mogelijk
dat de gordel soepel en comfortabel om het lichaam sluit, maar zal op het moment van een
aanrijding in positie blokkeren.
Met 2-punts type veiligheidsgordel
De 2-punts type veiligheidsgordel heeft een heupgordel die met de hand wordt afgesteld.
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 40 of 741

2–16
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Veiligheidsgordelsysteem
WAARSCHUWING
Draag altijd uw veiligheidsgordel en let er op dat alle inzittenden hun veiligheidsgordels
op de juiste wijze omgedaan hebben:
Het niet dragen van veiligheidsgordels is buitengewoon gevaarlijk. Inzittenden die
tijdens een botsing geen veiligheidsgordels dragen kunnen tegen iemand anders
of tegen objecten in de auto geslingerd worden. Zij kunnen daardoor ernstig letsel
mogelijk met dodelijke afl oop oplopen. Bij dezelfde botsing zullen de inzittenden die wel
gebruik van de veiligheidsgordels maken aanzienlijk minder letsel oplopen.
Draag nooit veiligheidsgordels die verdraaid zitten:
Veiligheidsgordels die verdraaid zitten zijn gevaarlijk. Bij een aanrijding is de volle
breedte van de gordel dan niet beschikbaar om de schok van de botsing op te vangen.
Dit leidt er toe dat er een grotere druk op de botten onder de gordel wordt uitgeoefend,
waardoor botbreuk of overig ernstig of dodelijk letsel kan ontstaan. Dus als uw
veiligheidsgordel verdraaid is, moet u de gordel recht trekken en de verdraaiingen er uit
halen zodat de veiligheidsgordel over de volledige breedte gebruikt kan worden.
Gebruik nooit meer dan één veiligheidsgordel voor meer dan één persoon tegelijkertijd:
Het gebruik van één veiligheidsgordel voor meer dan één persoon tegelijkertijd is
gevaarlijk. Een veiligheidsgordel die op deze wijze wordt gebruikt kan de kracht van de
schok niet op de juiste manier spreiden en de twee passagiers zouden tegen elkaar aan
gedrukt kunnen worden en ernstig of mogelijk dodelijk letsel kunnen oplopen. Gebruik
nooit meer dan één veiligheidsgordel voor meer dan één persoon tegelijkertijd en ga pas
met de auto rijden wanneer alle inzittenden hun veiligheidsgordels op de juiste wijze
hebben omgedaan.
Rijd niet met een auto met een beschadigde veiligheidsgordel:
Gebruik van een beschadigde veiligheidsgordel is gevaarlijk. Bij een ongeluk kan het
gordelmateriaal van de veiligheidsgordel die op dat moment werd gedragen beschadigd
raken. Een beschadigde veiligheidsgordel kan tijdens een aanrijding geen voldoende
bescherming bieden. Laat een deskundige reparateur, bij voorkeur een offi ciële Mazda
reparateur alle veiligheidsgordelsystemen die tijdens een aanrijding in gebruik waren
inspecteren alvorens deze weer in gebruik te nemen.
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 ... 750 next >