tow MAZDA MODEL 3 HATCHBACK 2015 Handleiding (in Dutch)

Page 140 of 741

*Bepaalde modellen.3–54
Alvorens te gaan rijden
Beveiligingssysteem
OPMERKING
  Het anti-diefstal beveiligingssysteem
kan ook in staat van paraatheid
gebracht worden door het
activeren van de automatische
hervergrendelfunctie terwijl
alle portieren, de achterklep/het
kofferdeksel en de motorkap gesloten
zijn.
 Zie Zender op pagina 3-5 .   Het systeem wordt buiten werking
gesteld wanneer binnen 20
seconden na het indrukken van de
vergrendeltoets een van de volgende
handelingen wordt uitgevoerd:
 


 Ontgrendelen van een van de
portieren
 


 Openen van een van de portieren
of de achterklep/het kofferdeksel.
 


 Openen van de motorkap.



 Wanneer het contact op ON wordt
gezet.
  Voor het opnieuw in staat van
paraatheid brengen van het systeem,
de procedure voor het in staat
van paraatheid brengen nogmaals
uitvoeren.
  Wanneer de portieren vergrendeld
worden door het indrukken van de
vergrendeltoets op de zender terwijl
het anti-diefstalbeveiligingssysteem
in staat van paraatheid is, zullen
de waarschuwingsknipperlichten
eenmaal knipperen om aan te
geven dat het systeem in staat van
paraatheid is.
Annuleren van de inbraaksensor
Als het anti-diefstal beveiligingssysteem
in staat van paraatheid gebracht is wanneer
er sprake is van een van onderstaande
omstandigheden, de inbraaksensor
annuleren om te voorkomen dat het alarm
onnodig geactiveerd wordt.
(Inbraaksensor)
 


 Wanneer de auto wordt achtergelaten
terwijl er zich een beweegbaar object,
passagiers of huisdieren in bevinden.
 


 Wanneer u een voorwerp in de auto
achterlaat dat heen en weer kan rollen,
zoals bijvoorbeeld wanneer de auto
bij transport op een schuin afl opende,
onstabiele ondergrond geplaatst wordt.
 


 Wanneer kleine voorwerpen/accessoires
in de auto zijn opgehangen, kleding
aan een kledinghaak is opgehangen of
andere voorwerpen zijn aangebracht die
gemakkelijk binnen in de auto kunnen
bewegen.
 


 Bij het parkeren op een plaats waar
zich sterke trillingen of harde geluiden
voordoen.
 


 Bij het gebruik van een hogedruk of
automatische autowasinstallatie.
 


 Wanneer voortdurend schokken
en trillingen van hagel of donder
en bliksem op de auto worden
overgebracht.
 


 Portieren vergrendeld worden terwijl
een raam of het schuifdak * is open
blijven staan.
 


 Een extra verwarming of apparaat dat
luchtstromen en trillingen produceert
in gebruik is, terwijl het anti-diefstal
beveiligingssysteem in staat van
paraatheid gebracht is.
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 302 of 741

*Bepaalde modellen.4–138
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
Mazda Radar Cruise Control (MRCC) systeem *
Het Mazda Radar Cruise Control (MRCC) systeem regelt de volgafstand *1 al naargelang
de rijsnelheid met behulp van een radarsensor (voor) die de afstand ten opzichte van een
voorliggend voertuig meet, zodat de bestuurder het gaspedaal of het rempedaal niet constant
hoeft te gebruiken.
*1 Volgafstandregeling: Regeling van de afstand tussen uw voertuig en het voorliggende
voertuig dat door het Mazda Radar Cruise Control (MRCC) systeem is bespeurd.
Als uw auto het voorliggende voertuig dichter begint te naderen, omdat bijvoorbeeld het
voorliggende voertuig plotseling afremt, wordt tegelijkertijd een waarschuwingsgeluid en
een waarschuwingsindikatie op de display geactiveerd om u te waarschuwen voldoende
afstand tussen de voertuigen te bewaren.
De volgende rijsnelheden kunnen ingesteld worden:
 


(Europees model)
 Ongeveer 30 km/h tot 200 km/h



(Behalve Europese modellen)
 Ongeveer 30 km/h tot 145 km/h
Gebruik het Mazda Radar Cruise Control (MRCC) systeem op snelwegen en overige
autowegen waarbij niet veel herhaalde acceleratie en snelheidsmindering vereist is.
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 385 of 741

5–19
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
Antenne
Antenne (Sedan)
De antenne is in het ruitglas ingebouwd.
OPGELET
Gebruik voor het reinigen van de
binnenzijde van een ruit met een
antenne een zachte doek bevochtigd met
lauw water en veeg de antennedraden
voorzichtig af.
Het gebruik van ruitreinigingsmiddelen
kan beschadiging van de antenne
veroorzaken.
Antenne (Hatchback)
Type A
Draai de antenne naar links om hem te
verwijderen.
Draai de antenne naar rechts om hem te
bevestigen.
Let er op de antenne stevig te bevestigen.
VerwijderenInstalleren
OPGELET
  Om beschadiging van de antenne
te voorkomen, deze verwijderen,
alvorens een autowasinstallatie
binnen te rijden of lage doorgangen
te passeren.
  Wees voorzichtig met het gedeelte
rondom de antenne bij het
verwijderen van sneeuw van het
dak. Anders bestaat de kans op
beschadiging van de antenne.
OPMERKING
Het verdient aanbeveling de antenne te
verwijderen en in de cabine op te bergen
wanneer u de auto onbeheerd achterlaat.
Type B
Antenne
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 614 of 741

6–76
Onderhoud en verzorging
Verzorging van het uiterlijk
OPMERKING
  Mazda stelt zich niet
verantwoordelijk voor krassen
die veroorzaakt worden door
automatische auto-wasinstallaties
of door een verkeerde manier van
wassen.
  Krassen zijn duidelijker
waarneembaar op auto's met donkere
kleuren.
Voor het minimaal houden van de kans op
het ontstaan van krassen op de laklaag:
 


 Alvorens de auto te wassen, eerst alle
vuil of vreemde bestanddelen afspoelen
met behulp van lauw of koud water.
 


 Gebruik bij het wassen van de auto een
ruime hoeveelheid lauw of koud water
en een zachte doek. Gebruik geen nylon
doek.
 


 Tijdens het wassen of drogen van de
auto de laklaag voorzichtig wrijven.
 


 Breng uw auto uitsluitend naar een
autowasinstallatie waarvan de borstels in
goede staat van onderhoud zijn.
 


 Gebruik geen sterke reinigingsmiddelen
of was die polijstmiddelen bevat.
OPGELET
  Gebruik geen staalwol,
schuurmiddelen of sterke
reinigingsmiddelen welke in hoge
mate alkali of bijtende bestanddelen
bevatten op onderdelen van chroom
of geanodiseerd aluminium. Dit kan
beschadiging van de beschermlaag
tot gevolg hebben alsmede
verkleuring of aantasting van de
laklaag.
 
(Met afneembare antenne) Om beschadiging van de antenne
te voorkomen, deze verwijderen,
alvorens een autowasinstallatie
binnen te rijden of lage doorgangen
te passeren.
Besteed speciale aandacht aan het
verwijderen van opeenhopingen van zout,
vuil, modder of andere substanties van de
onderzijde van de spatborden. Let er op
dat de afvoergaten in de benedenranden
van de portieren en drempelkokers schoon
zijn.
Beschadiging van de lak kan veroorzaakt
worden door kleine opeenhopingen van
teer, industriële neerslag, boomhars,
insecten en uitwerpselen van vogels,
indien deze substanties niet direct
verwijderd worden. Wanneer het
onmiddellijk afspoelen met enkel
water geen effect heeft, een zacht
reinigingsmiddel gebruiken dat speciaal
bestemd is voor auto's.
Na het wassen, de auto grondig met lauw
of koud water afspoelen. Laat de zeep niet
op het oppervlak van de kap drogen.
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 615 of 741

6–77
Onderhoud en verzorging
Verzorging van het uiterlijk
Na het wassen de auto afdrogen met
een schone zeem om de vorming van
watervlekken te voorkomen.
WAARSCHUWING
Droog remmen die nat geworden zijn
door langzaam te rijden, het gaspedaal
los te laten en het rempedaal enkele
malen licht in te trappen totdat de
remwerking weer normaal wordt:
Rijden met natte remmen is gevaarlijk.
De grotere remafstand of het naar
één kant trekken van de auto tijdens
het remmen kan een ernstig ongeluk
veroorzaken. Licht afremmen geeft aan
of het remvermogen verminderd is.
Gebruik van een automatische
autowasinstallatie
 




 Klap de portierspiegels in.



 De kans bestaat dat door de borstels
van de automatische autowasinstallatie
de laklaag sneller zijn glans verliest of
veroudert.
Bij gebruik van een hogedruk
autowasinrichting
Er zijn autowasinrichtingen die
werken met hoge watertemperatuur
en hoge waterdruk, afhankelijk
van het type autowasmachine.
Als het sproeiermondstuk van de
autowasinrichting te dicht bij de auto
wordt gehouden, kan door de kracht van
de waterstraal de sierlijst beschadigd of
vervormd worden waardoor de afdichting
van onderdelen wordt aangetast en water
het interieur kan binnendringen. Zorg voor
voldoende ruimte (30 cm of meer) tussen
het sproeiermondstuk en de auto. Richt
de waterstraal niet gedurende langere tijd
op hetzelfde gedeelte van de auto en wees
uiterst voorzichtig bij het spuiten tussen
openingen in portieren en rondom ramen.
In de was zetten
Uw auto dient in de was gezet te worden
wanneer waterdruppeltjes niet meer als
pareltjes bovenop de laklaag blijven
liggen.
De auto dient altijd eerst te worden
gewassen en gedroogd alvorens deze
in de was te zetten. Zet afgezien van de
carrosserie ook de metalen sierstukken in
de was, zodat de glans daarvan behouden
blijft.
1. Gebruik was die geen polijstmiddelen
bevat.
Was die polijstmiddelen bevat zal
deeltjes van de laklaag verwijderen
en kan de glanzende metalen delen
beschadigen.
2. Gebruik een natuurlijke was van goede
kwaliteit voor metallic, mica en vaste
kleuren.
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 618 of 741

6–80
Onderhoud en verzorging
Verzorging van het uiterlijk
Onderhoud van plastic onderdelen
 












 Bij het reinigen van de plastic
lenzen van de lampen, geen benzine,
petroleum, gezuiverde alcohol,
verfverdunner, reinigingmiddelen met
hoge zuurtegraad of sterke alkalische
reinigingsmiddelen gebruiken. Anders
kunnen deze chemische middelen de
buitenoppervlakken doen verkleuren
of beschadigen, wat een beduidend
verlies aan functionaliteit tot gevolg
kan hebben. Als plastic onderdelen
onvoorzien met deze chemische
middelen in aanraking komen,
onmiddellijk met water afspoelen.
 


 Als plastic onderdelen zoals de bumpers
onvoorzien in aanraking komen met
chemicaliën of vloeistoffen zoals
benzine, olie, motorkoelvloeistof of
accuvloeistof, kan dit verkleuring,
vlekken of afbladdering van de
laklaag veroorzaken. Veeg dergelijke
chemicaliën of vloeistoffen onmiddellijk
af met behulp van een zachte doek.
 


 Er zijn autowasinrichtingen die
werken met hoge watertemperatuur
en hoge waterdruk, afhankelijk van
het type hogedruk-autowasinstallatie.
Als het sproeiermondstuk van de
autowasinrichting te dicht bij de auto
wordt gehouden, of als deze gedurende
langere tijd op één plaats gericht blijft,
kunnen plastic onderdelen vervormd
raken of kan de laklaag beschadigd
worden.
 


 Gebruik geen was die schuurmiddelen
bevat (polijstmiddel). Anders kan
dit beschadiging van de laklaag
veroorzaken.
 


 Gebruik verder ook geen elektrisch
of persluchtgereedschap voor het
aanbrengen van was. Anders kunnen
door de opgewekte wrijvingswarmte
plastic onderdelen vervormd raken of
kan de laklaag beschadigd worden.
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 630 of 741

7–8
Als er zich een probleem voordoet
Lekke band
OPGELET
  Bij het gebruik van het
noodreservewiel is het mogelijk
dat de rijstabiliteit vermindert
vergeleken met wanneer enkel de
conventionele band wordt gebruikt.
Rijd voorzichtig.
  Ter voorkoming van beschadiging
van het noodreservewiel of van
de auto dienen de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht
genomen te worden:
 


 Rijd niet sneller dan 80 km/h.



 Vermijd het rijden over obstakels.
Rijd ook niet met de auto door
een automatische autowas-
installatie. De diameter van
deze band is kleiner dan die
van een conventionele band, de
grondspeling wordt daardoor met
ongeveer 10 mm verminderd.
 


 Geen sneeuwketting op deze band
gebruiken, aangezien deze niet
goed zal passen.
 


 Gebruik dit noodreservewiel niet
op een andere auto, aangezien dit
wiel speciaal voor gebruik op uw
Mazda ontworpen is.
 


 Gebruik slechts één
noodreservewiel tegelijkertijd op
uw auto.
Verwijderen van het reservewiel
1. Til de kofferruimte-/bagageruimtemat
op.
Kofferruimte-/Bagageruimtemat
2. Draai de bevestigingsbout van de
reserveband linksom.
Reservewielbevestigingsbout
Vastzetten van het reservewiel
Berg het reservewiel op in de omgekeerde
volgorde van het verwijderen. Controleer
na het opbergen dat het reservewiel stevig
is vastgezet.
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD