MAZDA MODEL 6 2017 Handleiding (in Dutch)

Page 731 of 842

7–14
Als er zich een probleem voordoet
Lekke band
6. Verwijder de dop van de À es. Schroef
de inspuitslang op de À es terwijl u de
binnenste dop van de À es op zijn plaats
laat zitten en breek de binnenste dop
open.


Inspuitslang
Fles

7. Verwijder de ventieldop van de lekke
band. Druk de achterzijde van het
ventielafsluitergereedschap tegen de
afsluiter van het bandventiel en laat de
resterende lucht uit de band lopen.


Ventielafsluitergereedschap Ventiel
Ventieldop

OPGELET
Als er lucht in de band is achtergebleven
wanneer de ventielafsluiter wordt
verwijderd, kan de ventielafsluiter
naar buiten vliegen. De ventielafsluiter
voorzichtig verwijderen. 8. Draai de ventielafsluiter
linksom met behulp van het
ventielafsluitergereedschap en
verwijder de ventielafsluiter.


VentielVentielafsluiter

OPMERKING
Bewaar de ventielafsluiter op een plaats
waar deze niet vuil kan worden.
9. Verwijder de plug uit de inspuitslang en
steek de inspuitslang in het ventiel.


Plug
Inspuitslang



Page 732 of 842

7–15
Als er zich een probleem voordoet
Lekke band
10. Houd de À es met de onderkant
omhoog, knijp de À es met uw handen
in en spuit de volledige inhoud van de
bandreparatievloeistof in de band.


Ventiel
OPMERKING
De bandreparatievloeistof kan niet
opnieuw worden gebruikt. Koop een
nieuwe bandreparatieset bij een of¿ ciële
Mazda reparateur.
11. Trek de inspuitslang uit het ventiel.
Steek de ventielafsluiter weer in het
ventiel en monteer deze door rechtsom
te draaien weer op zijn plaats.
OPMERKING
Gooi de lege À es van de
bandreparatievloeistof na gebruik
niet weg. Breng de lege À es van
de bandreparatievloeistof naar een
of¿ ciële Mazda reparateur wanneer
de band vernieuwd wordt. De lege
À es van de bandreparatievloeistof zal
noodzakelijk zijn om de gebruikte
bandreparatievloeistof uit de band te
verwijderen en op te ruimen. 12. Plak de snelheidsbeperkingsticker op
de snelheidsmeter.



WAARSCHUWING
Bevestig de snelheidsbeperkingsticker
op een plaats waar deze voor de
bestuurder goed zichtbaar is:
 
 Aanbrengen van de
snelheidsbeperkingsticker op het
stuurwiel is gevaarlijk aangezien
deze de activering van airbag kan
hinderen wat ernstig letsel tot gevolg
kan hebben.
  Breng de sticker op geen andere
plaats aan dan op de plaats
aangegeven in de illustratie van de
snelheidsmeter.


Page 733 of 842

7–16
Als er zich een probleem voordoet
Lekke band
13. Bevestig de compressorslang aan het
bandventiel.


Ventiel Compressorslang

14. Steek de stekker van de compressor in
de stekkerbus voor accessoires in het
interieur en zet het contact op ACC
(pagina 5-162 ).


Middenconsole
Compressor Stekker van
compressor

OPGELET
  Controleer alvorens de stekker van
de compressor uit de elektrische
insteekbus te verwijderen of de aan/
uit schakelaar van de compressor
uitgeschakeld is.
  De compressor kan met behulp
van de druktoets schakelaar in- en
uitgeschakeld worden. 15. Zet de compressorschakelaar aan en
pomp de band voorzichtig op tot de
correcte bandenspanning is verkregen.
WAARSCHUWING
Gebruik de compressor nooit boven 300
kPa (3,1 kgf/cm 2 , 3 bar, 43,5 psi):
Het gebruik van de compressor boven
300 kPa (3,1 kgf/cm 2 , 3 bar, 43,5 psi) is
gevaarlijk. Als de bandenspanning hoger
wordt dan 300 kPa (3,1 kgf/cm
2 , 3 bar,
43,5 psi) wordt er hete lucht vanuit de
achterzijde van de compressor geblazen
waardoor u brandwonden kunt oplopen.
OPMERKING
  Controleer voor de correcte
bandenspanning het
bandenspanningslabel (frame van het
bestuurdersportier).
  Gebruik de compressor niet langer
dan 10 minuten, aangezien de
compressor beschadigd kan worden
wanneer deze gedurende langere
perioden gebruikt wordt.
  Als de band niet kan worden
opgepompt, is reparatie van de band
wellicht niet mogelijk. Als de band
binnen een periode van 10 minuten niet
op de correcte bandenspanning gebracht
kan worden, heeft de band een meer
uitgebreide beschadiging opgelopen.
In dit geval kan de lekke band
noodreparatieset niet worden gebruikt
om de band te repareren. Raadpleeg een
deskundige reparateur, bij voorkeur een
of¿ ciële Mazda reparateur.

 Als de bandenspanning van de band
te hoog is opgelopen, de schroefdop
boven op de compressor losdraaien
en enige hoeveelheid lucht aÀ aten.


Page 734 of 842

7–17
Als er zich een probleem voordoet
Lekke band
16. Wanneer de band op de juiste
bandenspanning is gebracht, de
compressorschakelaar uitzetten en de
compressorslang van het bandventiel
losmaken.
17. Monteer de dop van het bandventiel.
18. Berg de lekke band noodreparatieset op
in de kofferruimte en rijd verder.
OPGELET
  Rijd voorzichtig naar een deskundige
reparateur, bij voorkeur een of¿ ciële
Mazda reparateur en houd de
rijsnelheid onder de 80 km/h.
  Als er met de auto 80 km/h of sneller
wordt gereden, bestaat de kans dat de
auto begint te trillen.
OPMERKING
(Met bandenspanningcontrolesysteem)
Als de band niet de juiste spanning
heeft, zal het waarschuwingslampje van
het bandenspanningcontrolesysteem
gaan branden (pagina 4-54 ). 19. Controleer nadat u gedurende 10
minuten of 5 km met de auto heeft
gereden de bandenspanning met
behulp van de bandenspanningsmeter
welke bij de compressor behoort. Als
de bandenspanning tot beneden de
correcte bandenspanning is gedaald,
de band nogmaals op de correcte
bandenspanning brengen door het
volgen van de stappen vanaf nummer
14.
OPGELET
  Als de bandenspanning tot onder
130 kPa (1,3 kgf/cm 2 of bar, 18,9
psi) terugvalt, kan de reparatie
niet met behulp van de lekke band
noodreparatieset worden uitgevoerd.
Parkeer de auto op een vlakke
ondergrond op een veilige plaats
buiten het verkeer en neem contact
op met een deskundige reparateur,
bij voorkeur een of¿ ciële Mazda
reparateur.
  Als de bandenspanning na het
herhalen van de stappen 13 tot 20
voortdurend laag blijft, de auto op
een vlakke ondergrond op een veilige
plaats buiten het verkeer parkeren en
contact opnemen met een deskundige
reparateur, bij voorkeur een of¿ ciële
Mazda reparateur.
OPMERKING
Zorg ervoor dat de
compressorschakelaar is uitgezet
wanneer u met behulp van de
bandenspanningsmeter op de
compressoreenheid de bandenspanning
controleert.


Page 735 of 842

7–18
Als er zich een probleem voordoet
Lekke band
20. De noodreparatie van de lekke band
is voltooid als de bandenspanning niet
afneemt. Rijd zo spoedig mogelijk
voorzichtig naar de dichtstbijzijnde
deskundige reparateur, bij voorkeur een
of¿ ciële Mazda reparateur om de band
te laten vernieuwen. Het wordt door
Mazda aanbevolen de band door een
nieuwe te vervangen. Raadpleeg een
deskundige reparateur, bij voorkeur een
of¿ ciële Mazda reparateur als de band
gerepareerd en opnieuw gebruikt gaat
worden.
Trek de snelheidsbeperkingsticker los
na het verwisselen van de band.
OPGELET
  Wanneer een band met gebruik van
de lekke band noodreparatieset een
noodreparatie heeft ondergaan, wordt
het door Mazda aanbevolen de band
zo spoedig mogelijk door een nieuwe
te laten vervangen. Raadpleeg een
deskundige reparateur, bij voorkeur
een of¿ ciële Mazda reparateur als
de band gerepareerd en opnieuw
gebruikt gaat worden.
  De velg kan opnieuw worden
gebruikt nadat alle restanten
bandreparatievloeistof die er aan zijn
blijven kleven verwijderd zijn en
de velg nauwkeurig geïnspecteerd
is. Het bandventiel echter dient
vernieuwd te worden.
Inspectie van de lekke band
noodreparatieset
Inspecteer de lekke band noodreparatieset
met regelmatige tussenpozen.
 


 Controleer de periode van effectief
gebruik van de bandreparatievloeistof.
 


 Controleer de werking van de
luchtcompressor.

OPMERKING
De bandreparatievloeistof heeft een
periode van effectief gebruik. Controleer
de periode van effectief gebruik op het
etiket van de À es en gebruik de vloeistof
niet wanneer de periode is verstreken.
Laat de bandreparatievloeistof
vernieuwen bij een of¿ ciële Mazda
reparateur voordat de periode van
effectief gebruik verstreken is.


Page 736 of 842

7–19
Als er zich een probleem voordoet
Lekke band
Verwisselen van een lekke
band (Met reservewiel)
OPMERKING
Als zich tijdens het rijden het volgende
voordoet, kan dit duiden op een lekke
band.
 
 Sturen wordt zwaar. 
 De auto begint buitengewoon te
trillen.
  Het voertuig trekt naar één kant.
Als u een lekke band heeft, langzaam naar
een vlak gedeelte rijden en de band op een
plaats buiten het verkeer en op voldoende
afstand van de rijbaan verwisselen.
Stoppen in druk verkeer of langs de berm
van een drukke weg is gevaarlijk.
WAARSCHUWING
Volg bij het verwisselen van een band
de aanwijzingen:
Het verwisselen van een band is
gevaarlijk als dit niet op de juiste
manier wordt gedaan. De auto kan van
de krik glijden en iemand ernstig letsel
toebrengen.
Niemand mag een deel van zijn
lichaam onder een auto plaatsen die
door een krik ondersteund wordt.

Laat nooit iemand achter in een auto
die door een krik ondersteund wordt:
Het achterlaten van een passagier in
een opgekrikte auto is gevaarlijk. De
inzittende kan de auto van de krik af
doen glijden, hetgeen ernstig letsel kan
veroorzaken.
OPMERKING
Zorg ervoor dat de krik goed gesmeerd
is alvorens deze te gebruiken.
1. Parkeer op een harde, vlakke
ondergrond op een veilige plaats en
trek de handrem stevig aan.
2. Schakel bij een automatische
transmissie in stand P (parkeren) of bij
een handgeschakelde versnellingsbak
in stand R (achteruit) of 1 en zet de
motor stop.
3. Schakel de
waarschuwingsknipperlichten in.
4. Laat iedereen uitstappen en uit de buurt
van de auto en het verkeer gaan.
5. Verwijder de krik, de wielmoersleutel
en het reservewiel (pagina 7-4 ).
6. Blokkeer het wiel dat zich diagonaal
tegenover het wiel met de lekke band
bevindt. Bij het blokkeren van een wiel,
een wielblok zowel aan de voorzijde
als aan de achterzijde van de band
plaatsen.


OPMERKING
Gebruik bij het blokkeren van een wiel
houten blokken of stenen welke indien
mogelijk voldoende groot zijn om de
band op zijn plaats te houden.


Page 737 of 842

7–20
Als er zich een probleem voordoet
Lekke band
Verwijderen van een lekke band
1. Draai de wielmoeren los door ze
beurtelings één slag linksom te draaien.
Echter geen van de wielmoeren
verwijderen totdat de band van de
grond gekrikt is.



2. Plaats de krik op de grond.
3. Draai de krikschroef in de richting
aangegeven in de afbeelding en stel de
krikkop af dichtbij het kriksteunpunt.


Krikkop
4. Plaats de krik onder het kriksteunpunt
dat zich het dichtste bij de te
verwisselen band bevindt met de
krikkop recht onder het kriksteunpunt.


Kriksteunpunt

5. Ga door met het geleidelijk omhoog
brengen van de krikkop door de schroef
met uw hand te draaien totdat de
krikkop in het kriksteunpunt grijpt.


Wielblokken
Kriksteunpunt



Page 738 of 842

7–21
Als er zich een probleem voordoet
Lekke band
WAARSCHUWING
Gebruik uitsluitend de kriksteunpunten
aan de voor- en achterzijde die in deze
handleiding worden aanbevolen:
Het is gevaarlijk de auto op te krikken
bij andere kriksteunpunten dan die
welke in deze handleiding worden
aanbevolen. De auto kan van de krik
glijden en iemand ernstig letsel mogelijk
met dodelijke aÀ oop toebrengen.
Gebruik uitsluitend de kriksteunpunten
aan de voor- en achterzijde die in deze
handleiding worden aanbevolen.

De auto niet opkrikken op een
andere plaats dan bij het aangewezen
kriksteunpunt en plaats geen
voorwerpen op of onder de krik:
Het opkrikken van de auto op een
andere plaats dan het aangewezen
kriksteunpunt of het plaatsen van
voorwerpen op of onder de krik is
gevaarlijk aangezien de carrosserie
kan vervormen of de auto van de
krik kan glijden wat een ongeluk kan
veroorzaken.

Maak uitsluitend gebruik van de bij uw
Mazda geleverde krik:
Het is gevaarlijk wanneer een krik
wordt gebruikt die voor uw Mazda
niet bestemd is. Het is mogelijk dat de
auto dan van de krik glijdt en iemand
ernstig letsel toebrengt.

Nooit voorwerpen onder de krik
plaatsen:
Het opkrikken van een auto door een
voorwerp onder de krik te plaatsen is
gevaarlijk. De krik kan wegglijden en
iemand kan door de krik of de vallende
auto ernstig letsel toegebracht worden. 6. Haak de krikslinger vast en bevestig de
wielmoersleutel aan de wielkrik.



7. Draai de krikhendel rechtsom en
krik de auto zodanig omhoog dat het
reservewiel gemonteerd kan worden.
Controleer alvorens de wielmoeren te
verwijderen of uw Mazda stabiel is en
er geen kans is dat deze van de krik kan
glijden.





Page 739 of 842

7–22
Als er zich een probleem voordoet
Lekke band
WAARSCHUWING
De auto niet hoger opkrikken dan
noodzakelijk:
Het hoger opkrikken van de auto dan
noodzakelijk is gevaarlijk aangezien dit
de auto uit balans kan brengen wat een
ongeluk kan veroorzaken.

Wanneer de auto op de krik staat de
motor niet starten en de auto niet aan
het wankelen brengen:
Het starten van de motor of het aan het
wankelen brengen van de auto wanneer
deze op de krik staat is gevaarlijk
aangezien de auto hierdoor van de
krik kan glijden wat een ongeluk kan
veroorzaken.

Kruip nooit onder de auto wanneer
deze op de krik staat:
Het onder de auto kruipen wanneer
deze op de krik staat is gevaarlijk
aangezien dit ernstig of dodelijk letsel
kan veroorzaken in het geval de auto
van de krik zou glijden.
8. Verwijder de wielmoeren door deze
linksom te draaien en verwijder
vervolgens het wiel en de middendop.

Monteren van het reservewiel
1. Verwijder alle vuil en overige
verontreiniging van de montagevlakken
van het wiel, de naaf en de naafbouten
met behulp van een doek.



WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat de montagevlakken
van het wiel, de naaf en de wielmoeren
schoon zijn alvorens banden te
verwisselen of te vernieuwen:
Het is gevaarlijk wanneer bij het
verwisselen of vernieuwen van een
band vuil en overige verontreiniging
niet van de montagevlakken van het
wiel, de naaf en de wielbouten wordt
verwijderd. De wielmoeren kunnen
tijdens het rijden lostrillen, hetgeen het
verlies van een wiel gevolgd door een
ongeluk kan veroorzaken.
2. Breng het reservewiel op de plaats aan.


Page 740 of 842

7–23
Als er zich een probleem voordoet
Lekke band
3. Monteer de wielmoeren met de
afgeschuinde zijde naar binnen gericht;
draai ze vervolgens hand-vast.



WAARSCHUWING
Breng geen olie of vet op de
wielmoeren en bouten aan en trek
de wielmoeren niet verder dan het
voorgeschreven aantrekkoppel aan:
Het aanbrengen van olie en vet op
wielmoeren en bouten is gevaarlijk.
De wielmoeren kunnen tijdens het
rijden lostrillen, hetgeen het verlies
van een wiel gevolgd door een ongeluk
kan veroorzaken. Bovendien kunnen
wielmoeren en bouten beschadigd
worden wanneer deze meer dan
noodzakelijk aangetrokken worden. 4. Draai de wielmoersleutel linksom en
laat de auto tot op de grond zakken.
Gebruik de wielmoersleutel om de
wielmoeren in de aangegeven volgorde
vast te draaien.



Indien u onzeker bent of de wielmoeren
voldoende strak aangetrokken zijn,
dient u ze te laten controleren door een
deskundige reparateur, bij voorkeur een
of¿ ciële Mazda reparateur.

Aantrekkoppel van wielmoeren
N·m (kgf·m) 108—147 (12—14)



Page:   < prev 1-10 ... 691-700 701-710 711-720 721-730 731-740 741-750 751-760 761-770 771-780 ... 850 next >