ESP MAZDA MODEL 6 2017 Handleiding (in Dutch)

Page 449 of 842

4–270
Tijdens het rijden
Parkeersensorsysteem
OPMERKING
  Breng geen accessoires aan binnen het detectiebereik van de sensoren. Dit kan de
werking van het systeem hinderen.
  Afhankelijk van de soort hindernis en de omgevingscondities, kan het detectiebereik
van een sensor verminderd worden, of bestaat de kans dat de sensoren de hindernissen
niet kunnen opsporen.
  Het is mogelijk dat het systeem onder de volgende omstandigheden niet normaal
werkt:
 


 Wanneer zich modder, ijs of sneeuw aan het sensorgedeelte heeft vastgehecht
(wanneer dit wordt verwijderd, werkt het systeem weer normaal).
 


 Wanneer het sensorgedeelte is bevroren (wanneer het ijs ontdooid is, werkt het
systeem weer normaal).
 


 Wanneer de sensor met een hand wordt afgedekt.



 Wanneer de sensor aan een krachtige schok is blootgesteld.



 Wanneer de auto buitengewoon scheef staat.



 Onder buitengewoon hete of koude weersomstandigheden.



 Wanneer er met de auto over oneffenheden, op hellingen of op onverharde of met
gras bedekte wegen wordt gereden.
 


 Alles dat in de buurt van de auto ultrageluid voortbrengt, zoals de claxon van
een andere auto, het motorgeluid van een motor¿ ets, het luchtremgeluid van een
vrachtwagen of de sensoren van een andere auto.
 


 Wanneer met de auto bij zware regenval wordt gereden of bij rijomstandigheden die
opspattend water veroorzaken.
 


 Wanneer een in de handel verkrijgbare staafantenne of een antenne voor
zendapparatuur in de auto is geïnstalleerd.
 


 Wanneer de auto in de richting gaat van een hoge of vierkante stoeprand.



 Wanneer de hindernis zich te dicht bij de sensor bevindt. 

 Hindernissen onder de bumper worden mogelijk niet opgespoord. Hindernissen
die lager zijn dan de bumper of smal zijn worden mogelijk in eerste instantie wel
opgespoord maar worden naarmate de auto de hindernis dichter nadert niet meer
opgespoord.
  Het is mogelijk dat de volgende soorten hindernissen niet opgespoord worden: 



 Dunne voorwerpen zoals kabel of touw



 Materialen die geluidsgolven gemakkelijk absorberen zoals katoen of sneeuw



 Hoekvormige voorwerpen



 Bijzonder lange voorwerpen, en die welke breed zijn aan de bovenzijde



 Kleine, korte voorwerpen 

 Laat het systeem altijd inspecteren door een deskundige reparateur, bij voorkeur een
of¿ ciële Mazda reparateur als de bumpers een schok of stoot hebben gekregen, ook bij
een klein ongeluk. Als de sensoren een afwijking hebben, kunnen ze hindernissen niet
opsporen.


Page 452 of 842

4–273
Tijdens het rijden
Parkeersensorsysteem
Hindernisdetectieaanduiding
De positie van een sensor die een hindernis heeft bespeurd wordt aangeduid. De meter gaat
op verschillende punten branden, afhankelijk van de afstand naar de hindernis die door de
sensor bespeurd wordt.
Naarmate de auto een hindernis dichter nadert, gaat de zone in de meter dichter bij de auto
branden.


LinkervoorhoeksensormeterRechtervoorhoeksensormeter
Rechterachterhoeksensormeter
LinkerachterhoeksensormeterVoorste sensormeter
Achterste sensormeter



Page 455 of 842

4–276
Tijdens het rijden
Parkeersensorsysteem
Voorste hoeksensor, achterste hoeksensor
Afstanddetectiegebied Afstand tussen het voertuig en de hindernis
Zoemtoon *1
Voorste/achterste hoeksensor
Grote afstand Ongeveer 50—38 cm

Gematigd onderbroken
geluid
Middenafstand Ongeveer 38—25 cm

Snel onderbroken geluid
Nabije afstand Binnen ongeveer 25 cm

Continu geluid
*1 De snelheid van de onderbroken pieptonen neemt toe naarmate de auto de hindernis nadert.


OPMERKING
Als er gedurende 6 seconden of langer een hindernis bespeurd wordt, stopt de pieptoon
(behalve voor de nabije afstand zone). Als dezelfde hindernis bespeurd wordt in een
andere zone, klinkt de bijbehorende pieptoon.


Page 469 of 842

5–12
Interieurvoorzieningen
Klimaatregelsysteem
OPMERKING
  De airconditioning werkt wanneer de
A/C schakelaar wordt ingedrukt, ook
als de aanjager uit is.
  De A/C ECO functie is bedoeld voor
een energiebesparend gebruik van
het klimaatregelsysteem. “ A/C ECO ”
wordt getoond om aan te geven dat
het klimaatregelsysteem optimaal is
ingesteld.
  Wanneer de buitentemperatuur
in de nabijheid komt van 0 °C,
het airconditioningsysteem niet
gebruiken.
Luchtinlaatkeuzeschakelaar
De standen voor aanvoer van buitenlucht
of recirculerende lucht kunnen worden
gekozen. Druk op de schakelaar voor het
kiezen van de stand voor aanvoer van
buitenlucht of recirculerende lucht.
Stand voor recirculerende lucht (
)
De aanvoer van buitenlucht is afgesloten.
Gebruik deze stand bij het rijden door
tunnels, bij het rijden in druk verkeer
(plaatsen met hoge concentraties van
uitlaatgassen) of wanneer snelle koeling
gewenst is.
Stand voor aanvoer van buitenlucht
(
)
Buitenlucht wordt het interieur
binnengelaten. Gebruik deze stand voor
ventilatie of ontdooien van de voorruit.
WAARSCHUWING
Bij koud of regenachtig weer de
stand niet gebruiken:
Gebruik van de
stand bij koud of
regenachtig weer is gevaarlijk
aangezien dit het beslaan van de ruiten
veroorzaakt. Uw uitzicht wordt dan
belemmerd, hetgeen een ernstig
ongeluk tot gevolg kan hebben.
DUAL schakelaar
Gebruik de DUAL schakelaar voor het
veranderen van de modus tussen de
individuele (bestuurder en passagier)
bedieningsmodus en de gekoppelde
(simultane) modi.
Individuele bedieningsmodus
(indicatielampje brandt)
De temperatuurinstelling kan voor de
bestuurder en voorpassagier individueel
geregeld worden.
Gekoppelde modus (indicatielampje is
uit)
De temperatuurinstelling voor de
bestuurder en voorpassagier wordt
gelijktijdig geregeld.
Voorruitontwasemingsschakelaar
Druk op de schakelaar voor het
ontwasemen van de voorruit en de
voorportierruiten.
Zie Ontdooien en ontwasemen van de
voorruit op pagina 5-13 .


Page 476 of 842

5–19
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
 


 Gebruik geen onconventionele discs
zoals hartvormige of achtkantige discs,
enz. De kans bestaat dat de disc niet
wordt uitgeworpen en dat de installatie
defect raakt.

 


 Als het geheugengedeelte van de CD
doorzichtig of doorschijnend is, de disc
niet gebruiken.

Doorzichtig  


 Het is mogelijk bij nieuwe CD's dat
de binnenste en buitenste randen
enigszins ruw zijn. Als een disc met
ruwe randen wordt gebruikt, kan deze
niet goed geplaatst worden met als
gevolg dat de CD speler de CD niet
afspeelt. Bovendien bestaat de kans dat
de disc niet wordt uitgeworpen en dat
de installatie defect raakt. Verwijder
tevoren de ruwe randen met behulp van
een balpen of een potlood, zoals getoond
in onderstaande afbeelding. Wrijf voor
het verwijderen van de ruwe randen, de
zijkant van de pen of het potlood tegen
de binnenste en buitenste rand van de
CD.


 


 Bij het rijden over oneffenheden
verspringt het geluid.

 


 CD's die voorzien zijn van het logo
dat in de afbeelding wordt aangegeven
kunnen worden afgespeeld. Er kunnen
geen andere discs worden weergegeven.

 


 Gebruik discs die legaal geproduceerd
zijn. Als illegaal gekopiëerde discs
zoals onwetmatig geproduceerde discs
gebruikt worden, bestaat de kans dat het
systeem niet correct functioneert.
 


 Let er op bij het gebruik van CD's nooit
het signaaloppervlak aan te raken. Pak
de CD vast door deze bij de buitenste
rand of bij de rand van het gat en de
buitenste rand vast te houden.

 


 Plak geen papier of plakband op de
CD. Voorkom het bekrassen van de
achterzijde (de zijde zonder label).
De kans bestaat dat de disc niet wordt
uitgeworpen en dat de installatie defect
raakt.


Page 477 of 842

5–20
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
 


 Stof, vingerafdrukken en vuil kunnen
de hoeveelheid licht dat door het
signaaloppervlak weerkaatst wordt
verminderen, hetgeen een nadelige
invloed op de geluidskwaliteit heeft.
Indien de CD verontreinigd mocht
raken, deze voorzichtig met een zachte
doek vanaf het midden van de CD tot
aan de rand afvegen.
 


 Gebruik geen reinigings-sprays voor
grammofoonplaten, anti-statische
reinigingsmiddelen of huishoudelijke
spray-reinigers. Vluchtige chemische
middelen zoals benzine en terpentijn
kunnen het oppervlak van de CD
eveneens beschadigen en mogen dus
niet worden gebruikt. Alle middelen
die plastic aantasten, doen kromtrekken
of dof maken mogen nooit voor het
reinigen van CD's worden gebruikt.
 


 De CD speler werpt de CD uit als de
CD ondersteboven wordt ingestoken.
Verontreinigde en/of defecte CD's
kunnen ook uitgeworpen worden.
 


 Geen reinigingsdiscs in de CD speler
gebruiken.
 


 Geen disc insteken die voorzien is van
een etiket of sticker.
 


 De kans bestaat dat deze installatie
bepaalde CD-R/CD-RW's die gemaakt
zijn met een computer of een muziek
CD recorder niet kan afspelen als gevolg
van disckarakteristieken, krassen,
vlekken, vuil, enz., of als gevolg van
stof of condensvorming op de lens
binnen in het apparaat.
 


 Als CD's bewaard worden in de auto
wanneer deze aan direct zonlicht of hoge
temperaturen is blootgesteld, kunnen
de CD-R/CD-RW's zodanig beschadigd
worden dat ze niet meer afspeelbaar
zijn.
 


 Een CD-R/CD-RW van meer dan 700
MB kan niet worden afgespeeld.
 


 De kans bestaat dat deze installatie
bepaalde discs die gemaakt zijn
met behulp van een computer niet
kan afspelen als gevolg van de
instelling van de gebruikte toepassing
(schrijfsoftware). (Raadpleeg voor
bijzonderheden de plaats van aankoop
van de toepassing.)
 


 Het is mogelijk dat bepaalde
tekstgegevens, zoals titels die
opgenomen zijn op een CD-R/CD-
RW niet getoond worden wanneer
muziekgegevens (CD-DA) afgespeeld
worden.
 


 De tijdsduur vanaf wanneer een CD-
RW wordt ingestoken tot het moment
waarop deze met afspelen begint is
langer dan bij een normale CD of CD-R.
 


 Lees de bedieningshandleiding en
voorzorgsmaatregelen voor CD-R/CD-
RW's volledig.
 


 Gebruik geen discs waarop plakband
is aangebracht, met gedeeltelijk
losgeraakte labels of kleefmateriaal
dat van de randen van het CD label
naar buiten steekt. Gebruik ook
geen discs waarop een in de handel
verkrijgbaar CD-R label is aangebracht.
De kans bestaat dat de disc niet wordt
uitgeworpen en dat de installatie defect
raakt.



Page 481 of 842

5–24
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
 


 DVD's die voorzien zijn van het logo dat
in de afbeelding wordt aangegeven of
DVD-R/DVD
R/DVD-RW/DVD RW
die beschreven zijn met videodata
(DVD-Video/DVD-VR bestand) kunnen
worden afgespeeld.

 


 Gebruik discs die legaal geproduceerd
zijn. Als illegaal gekopiëerde discs
zoals onwetmatig geproduceerde discs
gebruikt worden, bestaat de kans dat het
systeem niet correct functioneert.
 


 Let er op bij het gebruik van DVD's
nooit het signaaloppervlak aan te raken.
Pak de DVD vast door deze bij de
buitenste rand of bij de rand van het gat
en de buitenste rand vast te houden.

 


 Plak geen papier of plakband op de
DVD. Voorkom het bekrassen van de
achterzijde (de zijde zonder label).
De kans bestaat dat de disc niet wordt
uitgeworpen en dat de installatie defect
raakt.
 


 Stof, vingerafdrukken en vuil kunnen
de hoeveelheid licht dat door het
signaaloppervlak weerkaatst wordt
verminderen, hetgeen een nadelige
invloed op de geluidskwaliteit heeft.
Indien de DVD verontreinigd mocht
raken, deze voorzichtig met een zachte
doek vanaf het midden van de DVD tot
aan de rand afvegen.
 


 Gebruik geen reinigings-sprays voor
grammofoonplaten, anti-statische
reinigingsmiddelen of huishoudelijke
spray-reinigers. Vluchtige chemische
middelen zoals benzine en terpentijn
kunnen het oppervlak van de DVD
eveneens beschadigen en mogen dus
niet worden gebruikt. Alle middelen
die plastic aantasten, doen kromtrekken
of dof maken mogen nooit voor het
reinigen van DVD's worden gebruikt.
 


 De DVD speler werpt de DVD uit als de
DVD ondersteboven wordt ingestoken.
Verontreinigde en/of defecte DVD's
worden mogelijk ook uitgeworpen.
 


 Geen reinigingsdiscs in de DVD speler
gebruiken.
 


 Geen disc insteken die voorzien is van
een etiket of sticker.
 


 De kans bestaat dat deze installatie
bepaalde DVD-R/DVD
R/DVD-RW/
DVD
RW's die gemaakt zijn met een
computer of een DVD recorder niet kan
afspelen als gevolg van
disckarakteristieken, krassen, vlekken,
vuil, enz., of als gevolg van stof of
condensvorming op de lens binnen in
het apparaat.
 


 Als DVD's bewaard worden in de auto
wanneer deze aan direct zonlicht of hoge
temperaturen is blootgesteld, kunnen de
DVD-R/DVD
R/DVD-RW/DVD
RW's zodanig beschadigd worden dat ze
niet meer afspeelbaar zijn.
 


 De kans bestaat dat deze installatie
bepaalde discs die gemaakt zijn
met behulp van een computer niet
kan afspelen als gevolg van de
instelling van de gebruikte toepassing
(schrijfsoftware). (Raadpleeg voor
bijzonderheden de plaats van aankoop
van de toepassing.)


Page 482 of 842

5–25
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
 


 Lees de gebruikershandleiding en alle
voorzorgsmaatregelen voor DVD-R/
DVD
R/DVD-RW/DVD RW ' s . 


 Gebruik geen discs waarop plakband
is aangebracht of met gedeeltelijk
losgeraakte labels of kleefmateriaal dat
vanaf de randen van het DVD label naar
buiten steekt. Gebruik ook geen discs
waarop een in de handel verkrijgbaar
DVD-R label is aangebracht. De
kans bestaat dat de disc niet wordt
uitgeworpen en dat de installatie defect
raakt.
 


 De voorwaarden waaronder een DVD
video kan worden afgespeeld kunnen
vooraf bepaald zijn, afhankelijk van
de bedoelingen van de ontwerper van
de disc-software. Het is mogelijk dat
functies niet werken zoals bedoeld door
de gebruiker, aangezien deze DVD
speler functioneert overeenkomstig de
bedoelingen van de softwareontwerper.
Raadpleeg altijd de instructies die zijn
meegeleverd met de disc die u gaat
afspelen.
 


 Gefabriceerd onder licentie van Dolby
Labouratories, Inc.. Dolby en het
dubbel-D symbool zijn handelsmerken
van Dolby Labouratories.

OPMERKING
  Videogegevens (DVD-Video/DVD-
VR bestanden) die geschreven zijn
naar DVD/DVD-R/DVD
R/DVD-
RW/DVD
RW kunnen worden
afgespeeld.
  Dit apparaat is geschikt voor
weergave van dubbellaagse DVD/
DVD-R.
  Regionummer voor dit apparaat is [2]
of [3] (regionummer is afhankelijk
van bestemmingsgebied).
  DVD-Video/DVD-VR bestanden die
geschreven zijn onder andere dan
de aangegeven speci¿ caties worden
mogelijk niet normaal weergegeven
of de bestandsnamen of mapnamen
worden mogelijk niet correct
getoond.


Page 483 of 842

5–26
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
Markeringen op disc
Op discs of verpakkingen worden de
volgende markeringen aangegeven:

Mark Betekenis
NTSC PAL Geeft een kleuren-TV
systeem aan (zendsysteem
is afhankelijk van
bestemmingsgebied).

Geeft het aantal
audiosporen aan.
Het getal geeft het aantal
audio-opnamen aan.

Geeft het aantal
ondertitelde talen aan.
Het getal geeft het aantal
opgenomen talen aan.

Aantal hoeken.
Het getal geeft het aantal
opgenomen hoeken aan.

Geeft de schermmodi
aan die kunnen worden
geselecteerd.
“16:9” geeft een breed
scherm aan en “4:3” geeft
een standaard scherm aan.

Geeft de regiocode aan
voor waar een disc kan
worden afgespeeld.
ALL geeft wereldwijd
gebruik aan en een getal
geeft gebruik op basis van
regio aan.

Woordenlijst
DVD-Video
DVD-Video is een
videobeeldopslagstandaard zoals bepaald
door het DVD forum.
Er wordt gebruik gemaakt van “MPEG2”,
een wereldwijde standaard in digitale
compressietechnologie, die gemiddeld
ongeveer 1/40-ste van de beeldgegevens
comprimeert en deze opslaat. Verder wordt
er gebruik gemaakt van een variabele-
snelheid coderingstechnologie, welke
de toegewezen hoeveelheid informatie
verandert overeenkomstig de vorm van
het schermbeeld. Audio-informatie
kan worden opgeslagen met behulp
van Dolby digitaal in plaats van PCM
(Pulscodemodulatie) waarmee een meer
werkelijkheidsgetrouw audiogeluid wordt
verkregen.
Verder zijn ter uitbreiding van de
mogelijkheden diverse aanvullende
functies aanwezig, zoals de
beschikbaarheid van meerdere talen.
DVD-VR
DVD-VR is een afkorting van
DVD Video Recording Format
(DVD Video Opnameformaat); een
videobeeldopslagstandaard zoals bepaald
door het DVD forum.
Multi-hoek
Een van de functies van de DVD speler.
Aangezien scènes kunnen worden
opgenomen onder meerdere hoeken
(camerapositie), kunnen gebruikers een
gewenste hoek kiezen.


Page 484 of 842

5–27
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
Meerdere talen
Als functie van de DVD speler kan
audio of ondertiteling voor dezelfde
videobeelden opgeslagen worden in
meerdere talen en kunnen de talen vrij
worden gekozen.
Regiocode
Aan DVD spelers en discs zijn voor elk
bestemmingsgebied codes toegewezen
en alleen discs die gefabriceerd zijn
voor die speci¿ eke regio kunnen worden
afgespeeld.
Een disc kan niet worden afgespeeld als de
regiocode die aan de speler is toegewezen
niet op de disc staat aangegeven.
Ook als op de disc geen regiocode
staat aangegeven, bestaat de kans dat
afhankelijk van de regio afspelen van de
disc verboden is. In dat geval kan een disc
mogelijk niet op deze DVD speler worden
afgespeeld.
Bedieningstips voor OGG
OGG is het audiocompressieformaat voor
Xiph. Org Foundation.
Audiogegevens kunnen gecreëerd en
opgeslagen worden met een hogere
compressieverhouding dan MP3.
Dit apparaat geeft bestanden met de
extensie (.ogg) weer als OGG bestanden.

OPGELET
Gebruik geen audiobestandsextensie
voor andere bestanden dan
audiobestanden. Ook de
audiobestandsextensie niet veranderen.
Anders zal het apparaat het bestand niet
correct herkennen wat ruis of een defect
kan veroorzaken.
 


 OGG bestanden die geschreven zijn
onder andere dan de aangegeven
speci¿ caties worden mogelijk
niet normaal weergegeven of de
bestandsnamen of mapnamen worden
mogelijk niet correct getoond.
 


 De bestandsextensie is mogelijk
niet aanwezig, afhankelijk van het
besturingssysteem van de computer,
versie, software of instellingen. Voeg
in dit geval de bestandsextensie “.ogg”
toe aan het einde van de bestandsnaam
en schrijf deze vervolgens op de disc/
geheugen.

Bedieningstips voor USB apparaat
Dit apparaat geeft audiobestanden als
volgt weer:

Extensie Afspelen met dit
apparaat
.mp3 MP3
.wma WMA
.aac
AAC
.m4a
.wav
*1 W A V
.ogg *1 OGG

OPGELET
Gebruik geen audiobestandsextensie
voor andere bestanden dan
audiobestanden. Ook de
audiobestandsextensie niet veranderen.
Anders zal het apparaat het bestand niet
correct herkennen wat ruis of een defect
kan veroorzaken.


Page:   < prev 1-10 ... 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 111-120 ... 150 next >