MAZDA MODEL 6 2018 Handleiding (in Dutch)

Page 381 of 963

$FKWHUXLWULMZDDUVFKXZLQJVV\VWHHP 5&7$
+HW5&7$LVEHGRHOGRPGHEHVWXXUGHUWLMGHQVKHWDFKWHUXLWULMGHQWHDVVLVWHUHQELMKHW
FRQWUROHUHQYDQKHWJHELHGDDQGHDFKWHU]LMGHYDQGHDXWRDDQEHLGHNDQWHQGRRUGH
EHVWXXUGHUWHZDDUVFKXZHQYRRUGHDDQZH]LJKHLGYDQYRHUWXLJHQGLHYDQDIGHDFKWHU]LMGH
QDGHUHQ
+HW5&7$V\VWHHPEHVSHXUWYRHUWXLJHQGLHWLMGHQVKHWDFKWHUXLWULMGHQXLWHHQSDUNHHUUXLPWH
YDQDIGHOLQNHUDFKWHUUHFKWHUDFKWHUHQDFKWHU]LMGHYDQGHDXWRQDGHUHQHQZDDUVFKXZWGH
EHVWXXUGHUYRRUPRJHOLMNJHYDDUPHWEHKXOSYDQGHGRGHKRHNPRQLWRU %60
ZDDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHODPSMHVHQGHZDDUVFKXZLQJV]RHPHU
Detectiegebieden
Uw auto
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(

%HSDDOGHPRGHOOHQ

Page 382 of 963

%HGLHQLQJYDQKHW5&7$
 +HW5&7$IXQFWLRQHHUWZDQQHHUGHYHUVQHOOLQJVKHQGHO KDQGJHVFKDNHOGH
YHUVQHOOLQJVEDN RIGHNHX]HKHQGHO DXWRPDWLVFKHWUDQVPLVVLH LQGHDFKWHUXLWVWDQG 5
JH]HWZRUGW
 $OVHUGHNDQVEHVWDDWRSHHQERWVLQJPHWHHQQDGHUHQGYRHUWXLJJDDQGH
GRGHKRHNPRQLWRU %60 ZDDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHODPSMHVNQLSSHUHQHQZRUGW
WHJHOLMNHUWLMGGHZDDUVFKXZLQJV]RHPHUJHDFWLYHHUG
0HWDFKWHUXLWNLMNPRQLWRU
'HZDDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHYDQKHW5&7$LQGHDFKWHUXLWNLMNPRQLWRUZHUNWRRN
V\QFKURRQPHWKHWGRGHKRHNPRQLWRU %60 ZDDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHODPSMHRSGH
SRUWLHUVSLHJHOV
0HW

Page 383 of 963

:$$56&+8:,1*
Controleer altijd visueel de directe omgeving alvorens daadwerkelijk uw auto in de achteruit
te zetten:
Het systeem is enkel bedoeld om u bij het achteruitrijden te helpen op achteropkomende
voertuigen te controleren. Als gevolg van bepaalde beperkingen ten aanzien van de werking
van dit systeem, bestaat de kans dat de dodehoekmonitor (BSM)
waarschuwingsindicatielampjes niet of met vertraging knipperen alhoewel er zich een
voertuig achter uw auto bevindt. Neem het als bestuurder altijd tot uw verantwoordelijkheid
te controleren op achteropkomend verkeer.
OPMERKING
•In de volgende gevallen gaat het dodehoekmonitor (BSM) OFF indicatielampje branden
en wordt de werking van het systeem stopgezet. Laat de auto zo spoedig mogelijk bij een
officiële Mazda-dealer inspecteren als het dodehoekmonitor (BSM) OFF indicatielampje
blijft branden.
•Er heeft zich een probleem in het systeem voorgedaan, inclusief de dodehoekmonitor
(BSM) waarschuwingsindicatielampjes.
•Er is een grote afwijking ontstaan in de montagepositie van een radarsensor (achter).
•Er heeft zich een grote hoeveelheid sneeuw of ijs verzameld op de achterbumper nabij
een radarsensor (achter).
•Rijden gedurende langere perioden op met sneeuw bedekte wegen.
•De temperatuur in de buurt van de radarsensoren is buitengewoon hoog als gevolg van
het langdurig rijden op hellingen tijdens de zomer.
•De accuspanning is afgenomen.
•Onder de volgende omstandigheden kunnen de radarsensoren (achter) geen grote
objecten bespeuren of kunnen deze moeilijk bespeurd worden.
•De rijsnelheid bij het achteruitrijden is ongeveer 10 km/h of hoger.
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(


Page 384 of 963

•Het detectiegebied van de radarsensor (achter) wordt gehinderd door een nabije muur
of geparkeerd voertuig. (Rijd achteruit tot een plaats waar het detectiegebied van de
radarsensor niet meer gehinderd wordt.)
Uw auto
•Er nadert een voertuig direct vanaf de achterzijde van uw auto.
Uw auto
•De auto staat op een helling geparkeerd.
Uw auto
•(Met dodehoekmonitor (BSM) OFF schakelaar)
Het systeem functioneert direct na het indrukken van de dodehoekmonitor (BSM) OFF
schakelaar.
•(Zonder dodehoekmonitor (BSM) OFF schakelaar)
Direct nadat het dodehoekmonitorsysteem (BSM) in werking is gesteld via de
gebruikersinstellingen.
•Ontvangststoring door een radarsensor op een voertuig dat dichtbij is geparkeerd.
•In de volgende gevallen kan het moeilijk zijn de dodehoekmonitor (BSM)
waarschuwingsindicatielampjes die op de portierspiegels zijn aangebracht te zien
branden/knipperen.
•De portierspiegels zijn bedekt met sneeuw of ijs.
•Wanneer de voorportierruit beslagen is of bedekt is met sneeuw, ijs of modder.
•Schakel het RCTA uit wanneer u een aanhanger trekt of wanneer u hulpuitrusting zoals
een fietsdrager aan de achterzijde van de auto hebt geïnstalleerd. Anders zullen de
radiogolven die door de radar worden uitgezonden geblokkeerd raken waardoor het
systeem niet meer normaal zal functioneren.
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(


Page 385 of 963

0D]GD5DGDU&UXLVH&RQWURO 05&& V\VWHHP
+HW05&&V\VWHHPUHJHOWGHYROJDIVWDQG
DOQDDUJHODQJGHULMVQHOKHLGPHWEHKXOSYDQHHQ
UDGDUVHQVRU YRRU GLHGHDIVWDQGWHQRS]LFKWHYDQHHQYRRUOLJJHQGYRHUWXLJPHHW]RGDWGH
EHVWXXUGHUKHWJDVSHGDDORIKHWUHPSHGDDOQLHWFRQVWDQWKRHIWWHJHEUXLNHQ

 9ROJDIVWDQGUHJHOLQJ5HJHOLQJYDQGHDIVWDQGWXVVHQXZDXWRHQKHWYRRUOLJJHQGH
YRHUWXLJGDWGRRUKHW05&&V\VWHHPLVJHGHWHFWHHUG
$OVXZDXWRKHWYRRUOLJJHQGHYRHUWXLJGLFKWHUEHJLQWWHQDGHUHQRPGDWELMYRRUEHHOGKHW
YRRUOLJJHQGHYRHUWXLJSORWVHOLQJDIUHPWZRUGWWHJHOLMNHUWLMGHHQZDDUVFKXZLQJVJHOXLGHQ
HHQZDDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHRSGHGLVSOD\JHDFWLYHHUGRPXWHZDDUVFKXZHQYROGRHQGH
DIVWDQGWXVVHQGHYRHUWXLJHQWHEHZDUHQ
'HYROJHQGHULMVQHOKHGHQNXQQHQLQJHVWHOGZRUGHQ
• (XURSHVHPRGHOOHQ
2QJHYHHUNPKWRWNPK
• %HKDOYH(XURSHVHPRGHOOHQ
2QJHYHHUNPKWRWNPK
*HEUXLNKHW05&&V\VWHHPRSVQHOZHJHQHQRYHULJHDXWRZHJHQZDDUELMQLHWYHHO
KHUKDDOGHDFFHOHUDWLHHQVQHOKHLGVPLQGHULQJYHUHLVWLV
:$$56&+8:,1*
Vertrouw niet volledig op het MRCC systeem en rijd altijd voorzichtig:
Het MRCC systeem is bedoeld om de bestuurder te ontlasten en hoewel een constante
rijsnelheid wordt aangehouden, of specifieker, er overeenkomstig de rijsnelheid een constante
afstand wordt aangehouden tussen uw auto en het bespeurde voorliggende voertuig, heeft
het systeem detectiebeperkingen afhankelijk van het soort voorliggende voertuig en de
conditie ervan, de weersomstandigheden en de verkeerssituatie. Verder is het mogelijk dat het
systeem niet in staat is voldoende af te remmen om een botsing met het voorliggende
voertuig te vermijden als het voorliggende voertuig plotseling afremt of een ander voertuig in
de rijstrook snijdt, waardoor een ongeluk veroorzaakt kan worden. Controleer altijd de
veiligheid van de omgeving en trap het rempedaal of gaspedaal in terwijl u een veiliger
afstand aanhoudt ten opzichte van voorliggende voertuigen of tegenliggers.
Gebruik het MRCC systeem niet op de volgende plaatsen. Anders kan dit een ongeluk tot
gevolg hebben:
¾Wegen met scherpe bochten en met druk verkeer waar er onvoldoende ruimte is tussen de
voertuigen. Wegen waar veelvuldig en herhaaldelijk geaccelereerd en afgeremd moet
worden (rijden onder deze omstandigheden met gebruik van het MRCC systeem is niet
mogelijk).
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(

%HSDDOGHPRGHOOHQ

Page 386 of 963

¾Bij op- en afritten van snelwegen, in- en uitrijden van tankstations en parkeerplaatsen
langs snelwegen (als u een snelweg verlaat terwijl de volgafstandregeling in gebruik is,
wordt het voorliggende voertuig niet langer gevolgd en bestaat de kans dat uw auto tot
aan de ingestelde rijsnelheid accelereert).
¾Gladde wegen zoals met ijs of sneeuw bedekte wegen (de banden kunnen gaan slippen
waardoor u de macht over het stuur kunt verliezen).
¾Lange
aflopende hellingen (voor het aanhouden van de afstand tussen voertuigen worden
de remmen automatisch en continu door het systeem in werking gesteld, hetgeen verlies
van remkracht tot gevolg kan hebben).
Met het oog op de veiligheid, het MRCC systeem uitschakelen wanneer dit niet wordt gebruikt.
23*(/(7
Als het voertuig gesleept wordt of als u een aanhanger trekt, het MRCC systeem uitschakelen
om een verkeerde bediening te voorkomen.
OPMERKING
•Het MRCC systeem functioneert wanneer aan alle volgende voorwaarden is voldaan.
•De rijsnelheid is als volgt:
•(Europese modellen)
Ongeveer 30 km/h tot 200 km/h
•(Behalve Europese modellen)
Ongeveer 30 km/h tot 145 km/h
•Het MRCC systeem is ingeschakeld.
•De handrem is niet aangetrokken.
•Het Smart Brake Support remhulpsysteem (SBS) is niet defect.
•De Dynamische stabiliteitsregeling (DSC) werkt normaal.
•Alle portieren zijn gesloten.
•De veiligheidsgordel van de bestuurder is vastgemaakt.
(Handgeschakelde versnellingsbak)
•De versnellingshendel staat in een andere stand dan achteruit (R) of neutraal (N).
•Het koppelingspedaal wordt niet ingetrapt.
(Automatische transmissie)
•De keuzehendel staat in de stand D (rijden) of de stand M (handmatig)
(handgeschakelde modus).
•In de volgende gevallen bestaat de kans dat de waarschuwingen niet geactiveerd worden
als uw auto het voorliggende voertuig dichter begint te naderen.
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(


Page 387 of 963

•U rijdt met dezelfde snelheid als het voorliggende voertuig.
•Direct nadat het MRCC systeem is ingesteld.
•Wanneer het gaspedaal wordt ingetrapt of direct nadat het gaspedaal is losgelaten.
•Een ander voertuig snijdt in de rijstrook.
•De volgende objecten worden niet als fysieke objecten herkend.
•Voertuigen die naderen vanuit tegenovergestelde richting
•Voetgangers
•Stilstaande objecten (stilstaande voertuigen, obstakels)
•Als een voorliggend voertuig met buitengewoon lage snelheid rijdt, bestaat de kans dat
het systeem dit niet correct bespeurt.
•Tijdens het rijden met volgafstandregeling, het systeem niet instellen op tweewielige
voertuigen zoals motorfietsen en fietsen.
•Gebruik het MRCC systeem niet onder omstandigheden waarbij de waarschuwingen voor
korte volgafstand veelvuldig geactiveerd worden.
•Tijdens het rijden met volgafstandregeling, laat het systeem uw auto accelereren en
snelheid minderen overeenkomstig de snelheid van het voorliggende voertuig. Als het
echter voor een rijstrookverandering noodzakelijk is te accelereren of als het
voorliggende voertuig plotseling afremt waardoor u het voertuig snel dicht nadert,
accelereren met behulp van het gaspedaal of snelheid minderen met behulp van het
rempedaal afhankelijk van de omstandigheden.
•Terwijl het MRCC systeem in gebruik is, wordt dit niet geannuleerd als de keuzehendel
(automatische transmissie)/versnellingshendel (handgeschakelde versnellingsbak)
gebruikt wordt en vindt bedoeld afremmen op de motor niet plaats. Als
snelheidsvermindering vereist is, de instelling voor de rijsnelheid verlagen of het
rempedaal intrappen.
•De remlichten branden terwijl het automatisch afremmen van het MRCC systeem in
werking is, echter het is mogelijk dat deze niet branden wanneer de auto op een aflopende
helling rijdt met de ingestelde rijsnelheid of met constante snelheid rijdt en een
voorliggend voertuig volgt.
•Het waarschuwingslampje (oranje) van het MRCC systeem gaat branden wanneer er een
defect is in het systeem.
Zie “Contact opnemen met een officiële Mazda-reparateur en de auto laten inspecteren”
op pagina 7-53.
•(Met afstelbare snelheidsbegrenzer (ASL))
De volgafstandregeling kan uitgeschakeld worden en het systeem kan overgeschakeld
worden op enkel afstelbare snelheidsbegrenzer (ASL).
Zie Afstelbare snelheidsbegrenzer (ASL) op pagina 4-238.
•(Met Intelligente snelheidsondersteuning (ISA))
De volgafstandregeling kan uitgeschakeld worden en het systeem kan overgeschakeld
worden op enkel intelligente snelheidsondersteuning (ISA).
Zie “Intelligente snelheidsondersteuning (ISA)” op pagina 4-247.
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(


Page 388 of 963

•(Behalve afstelbare snelheidsbegrenzer (ASL)/intelligente snelheidsondersteuning
(ISA))
De regeling van de volgafstand kan uitgeschakeld worden en het systeem kan
overgeschakeld worden op enkel kruissnelheidsregeling.
Zie Kruissnelheidsregelaarfunctie op pagina 4-206.
▼'LVSOD\LQGLFDWLHYDQ0D]GD5DGDU&UXLVH&RQWURO 05&& V\VWHHP
'HLQVWHOOLQJVVWDWXVHQGHEHGLHQLQJVYRRUZDDUGHQYDQKHW05&&V\VWHHPZRUGHQ
DDQJHJHYHQLQGHPXOWLLQIRUPDWLHGLVSOD\HQGH$FWLYH'ULYLQJ'LVSOD\
,QVWUXPHQWHQJURHS 7\SH$
Multi-informatiedisplay
MRCC
Afstand-tussen-voertuigen
display
MRCC Ingestelde rijsnelheid
Voorliggend-voertuig display Voorliggend-voertuig display
MRCC
Afstand-tussen-voertuigen
display
MRCC Ingestelde
rijsnelheid
Active Driving Display
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(


Page 389 of 963

,QVWUXPHQWHQJURHS 7\SH%
Multi-informatiedisplay
MRCC
Afstand-tussen-voertuigen
display
MRCC Ingestelde rijsnelheid
Voorliggend-voertuig display
Voorliggend-voertuig displayMRCC
Afstand-tussen-voertuigen
display
MRCC Ingestelde
rijsnelheid
Active Driving Display
▼▼:DDUVFKXZLQJYRRUNRUWHYROJDIVWDQG
$OVXZDXWRKHWYRRUOLJJHQGHYRHUWXLJVQHOQDGHUWRPGDWKHWYRHUWXLJSORWVHOLQJDIUHPW
WHUZLMOXPHWYROJDIVWDQGUHJHOLQJULMGWZRUGWKHWZDDUVFKXZLQJVJHOXLGJHDFWLYHHUGHQZRUGW
GHUHPZDDUVFKXZLQJDDQJHJHYHQLQGHGLVSOD\&RQWUROHHUDOWLMGGHYHLOLJKHLGYDQGH
RPJHYLQJHQWUDSKHWUHPSHGDDOLQWHUZLMOXHHQYHLOLJHUDIVWDQGWHQRS]LFKWHYDQKHW
YRRUOLJJHQGHYRHUWXLJDDQKRXGW+RXGRRNDOWLMGHHQYHLOLJHUDIVWDQGDDQWHQRS]LFKWHYDQ
DFKWHURSNRPHQGHYRHUWXLJHQ
▼,QVWHOOHQYDQKHWV\VWHHP
CANCEL schakelaar
RES schakelaar
OFF schakelaar schakelaar schakelaar
MODE schakelaar
SET- schakelaar
SET+ schakelaar
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(


Page 390 of 963

:DQQHHUGH02'(VFKDNHODDUZRUGWLQJHGUXNWOLFKWGHKRRIGLQGLFDWLH ZLW YDQKHW05&&
V\VWHHPRSHQNDQLQGHYROJDIVWDQGUHJHOLQJGHULMVQHOKHLGHQGHDIVWDQGWXVVHQYRHUWXLJHQ
ZRUGHQLQJHVWHOG
OPMERKING
•Wanneer het contact overgeschakeld wordt van ACC naar OFF terwijl het MRCC systeem
ON is, blijft het MRCC systeem automatisch op ON ingesteld.
•Wanneer de MODE schakelaar wordt ingedrukt terwijl het MRCC systeem is
ingeschakeld, schakelt het systeem over naar de kruissnelheidsregelaarfunctie.
,QVWHOOHQYDQGHVQHOKHLG
 6WHOGHULMVQHOKHLGDIRSGHJHZHQVWHLQVWHOOLQJPHWEHKXOSYDQKHWJDVSHGDDO
 9ROJDIVWDQGUHJHOLQJEHJLQWZDQQHHUGH6(7
RI6(7VFKDNHODDUZRUGWLQJHGUXNW'H
LQJHVWHOGHVQHOKHLGHQGHDIVWDQGWXVVHQYRHUWXLJHQGLVSOD\JHYXOGPHWZLWWHOLMQHQ
ZRUGWJHWRRQG'HLQVWHOLQGLFDWLH JURHQ YDQKHW05&&V\VWHHPZRUGWWHJHOLMNHUWLMG
JHWRRQG
5LMVWDWXV0XOWLLQIRUPDWLHGLVSOD\
$FWLYH'ULYLQJ'LVSOD\
7\SH$ 7\SH%
7LMGHQVKHWULMGHQPHWFRQ
VWDQWHVQHOKHLG
7LMGHQVKHWULMGHQPHW
YROJDIVWDQGUHJHOLQJ
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(


Page:   < prev 1-10 ... 341-350 351-360 361-370 371-380 381-390 391-400 401-410 411-420 421-430 ... 970 next >