sensor MAZDA MODEL CX-5 2018 Handleiding (in Dutch)

Page 416 of 875

*HEUXLNYDQGHIXQFWLHYRRUYHUZDFKWHULMOLMQ
(Werkelijke conditie)(Schermdisplay)
AB
A
B
C C
&RQWUROHHURI]LFKELQQHQGHYHUZDFKWHULMOLMQHQJHHQREVWDNHOVEHYLQGHQ
'UDDLKHWVWXXU]RGDWGHYHUZDFKWHULMOLMQHQELQQHQKHWREVWDNHO $ EOLMYHQHQULMGYRRUXLW
WRWGDWGHDXWRKHWREVWDNHOLVJHSDVVHHUG
$OVGHYHUZDFKWHULMOLMQHQYDQGHDXWRLQGHULFKWLQJYDQHHQREVWDNHO % RIYRRUELMKHW
REVWDNHO & ]LMQEHVWDDWGHNDQVGDWGHDXWRELMHHQVFKHUSHGUDDLLQJLQDDQUDNLQJNRPWPHW
KHWREVWDNHO
23*(/(7
¾Het detectiebereik van de parkeersensor heeft beperkingen. Obstakels die vanaf de zijkant
naderbij komen en lage objecten worden bijvoorbeeld mogelijk niet gedetecteerd.
Controleer tijdens het rijden steeds visueel de veiligheid rondom de auto.
Zie voor bijzonderheden de hindernisdetectieaanduiding en de waarschuwingszoemer van
de parkeersensor.
Zie “Parkeersensorsysteem” op pagina 4-296.
¾Draai het stuur niet meer totdat de auto het obstakel gepasseerd is, ook als het obstakel
niet op het beeld van het zijaanzicht zichtbaar is. Als het stuur nog verder gedraaid wordt,
bestaat de kans dat de auto bij een scherpe bocht met het obstakel in aanraking komt.
OPMERKING
•Aangezien er een verschil kan zijn tussen het beeld dat op het scherm wordt weergegeven
en de werkelijke omstandigheden, tijdens het rijden altijd de veiligheid van de omgeving
in de spiegels en rechtstreeks visueel controleren.
•Alhoewel het kan lijken dat de op het scherm geprojecteerde object, zoals een stoeprand
of een verdeelstreep van een parkeerruimte, parallel loopt met de parallelrichtlijnen van
de auto, zijn deze in feite mogelijk niet parallel.
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(


Page 433 of 875

5DGDUVHQVRU 9RRU
8ZDXWRLVXLWJHUXVWPHWHHQUDGDUVHQVRU YRRU 
'HYROJHQGHV\VWHPHQPDNHQHYHQHHQVJHEUXLNYDQGHUDGDUVHQVRU YRRU 
•0D]GD5DGDU&UXLVH&RQWURO 05&& V\VWHHP
•0D]GD5DGDU&UXLVH&RQWUROPHW6WRS *RIXQFWLH 05&&PHW6WRS *RIXQFWLH
•$IVWDQGKHUNHQQLQJVKXOSV\VWHHP '566
•6PDUW%UDNH6XSSRUWUHPKXOSV\VWHHP 6%6
'HUDGDUVHQVRU YRRU ]HQGWUDGLRJROYHQXLWGLHZHHUNDDWVWZRUGHQGRRUHHQYRRUOLJJHQG
YRHUWXLJRIHHQREVWDNHOHQGLHYHUYROJHQVZHHUGRRUGHUDGDUVHQVRUZRUGHQRSJHYDQJHQ
'HUDGDUVHQVRU YRRU LVJHPRQWHHUGDFKWHUKHWYRRUHPEOHHP
Radarsensor \(v
$OV

Page 434 of 875

¾Als het voorste gedeelte van de auto bij een botsing beschadigd is geraakt, bestaat de kans
dat de radarsensor (voor) uit zijn positie is verschoven. Stop onmiddellijk met het gebruik
van het systeem en laat de auto altijd door een
officiële Mazda reparateur inspecteren.
¾Gebruik de voorbumper niet om tegen andere voertuigen of obstakels te duwen, zoals bij
het wegrijden uit een parkeerruimte. Anders bestaat de kans dat tegen de radarsensor
(voor) wordt gestoten en dat de positie ervan gaat afwijken.
¾De radarsensor (voor) niet verwijderen, demonteren of wijzigen.
¾Neem voor reparaties, vervangen van onderdelen of spuitwerk rondom de radarsensor
(voor) contact op met een officiële Mazda reparateur.
¾Geen wijzigingen aan de vering aanbrengen. Als er wijzigingen aan de vering worden
aangebracht, kan dit de hoogte van de auto veranderen en bestaat de kans dat de
radarsensor (voor) het voorliggende voertuig of een obstakel niet correct kan bespeuren.
OPMERKING
•Onder de volgende omstandigheden
bestaat de kans dat de radarsensor
(voor) voorliggende voertuigen of
obstakels niet correct kan bespeuren en
dat de systemen niet normaal
functioneren.
•De radiogolven worden door de
achterzijde van een voorliggend
voertuig niet effectief weerkaatst,
zoals bij een ongeladen aanhanger of
een auto met een laadbak die door
een canvaszeil is afgedekt, voertuigen
met een achterklep van hard plastic
en voertuigen met ronde vormen.
•Voorliggende voertuigen die laag zijn
met dus een kleiner gebied voor het
weerkaatsen van radiogolven.
•Het uitzicht wordt verminderd als
gevolg van het opspatten van water,
sneeuw of zand van de banden van
een voorliggend voertuig op uw
voorruit.
•Wanneer de bagageruimte beladen is
met zware voorwerpen of de
achterpassagierszittingen bezet zijn.
•IJs, sneeuw of verontreiniging op de
voorzijde van het voorembleem
aanwezig is.
•Tijdens slechte
weersomstandigheden, zoals regen,
sneeuw of zandstormen.
•Bij het rijden in de buurt van
faciliteiten of objecten die krachtige
radiogolven uitzenden.
•Onder de volgende omstandigheden is
het mogelijk dat de radarsensor (voor)
voorliggende voertuigen of obstakels
niet kan bespeuren.
•Het begin en het einde van een bocht.
•Continu bochtige wegen.
•Wegen met smalle rijstroken als
gevolg van wegwerkzaamheden of
afgesloten rijstroken.
•Het voorliggende voertuig komt in de
dode hoek van de radarsensor.
•Het voorliggende voertuig rijdt
abnormaal als gevolg van een
ongeluk of schade.
•Wegen met herhaalde op- en
aflopende hellingen.
•Rijden op slechte wegen of
onverharde wegen.
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(


Page 435 of 875

•De afstand tussen uw auto en het
voorliggende voertuig is
buitengewoon kort.
•Een voertuig komt plotseling dichtbij
zoals bij het snijden in de rijstrook.
•Gebruik om onjuiste werking van het
systeem te voorkomen banden van
dezelfde voorgeschreven maat,
fabrikant, merk en profiel op alle vier
wielen. Bovendien geen banden met
duidelijk zichtbaar verschillende
slijtagepatronen of bandenspanningen
op dezelfde auto gebruiken (inclusief
het noodreservewiel).
•Als de accucapaciteit zwak is, bestaat
de kans dat het systeem niet correct
functioneert.
•Bij het rijden op wegen met weinig
verkeer en weinig voorliggende
voertuigen of obstakels voor de
radarsensor (voor) om te bespeuren,
bestaat de kans dat “Radar voor
geblokkeerd” tijdelijk wordt getoond.
Dit duidt echter niet op een probleem.
•De radarsensoren zijn onderhevig aan
de betreffende radiogolfbepalingen van
het land waarin met de auto wordt
gereden. Als de auto in het buitenland
wordt gebruikt, is er mogelijk
goedkeuring vereist van het land
waarin met de auto wordt gereden.
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(


Page 436 of 875

5DGDUVHQVRUHQ $FKWHU
8ZDXWRLVXLWJHUXVWPHWUDGDUVHQVRUHQ DFKWHU 'HYROJHQGHV\VWHPHQPDNHQHYHQHHQV
JHEUXLNYDQGHUDGDUVHQVRUHQ DFKWHU 
•'RGHKRHNPRQLWRU %60
•$FKWHUXLWULMZDDUVFKXZLQJVV\VWHHP 5&7$
'HUDGDUVHQVRUHQ DFKWHU GHWHFWHUHQGHUDGLRJROYHQGLHGRRUGHUDGDUVHQVRUZRUGHQ
XLWJH]RQGHQHQRSKXQEHXUWZHHUNDDWVWZRUGHQGRRUHHQYRHUWXLJGDWYDQDFKWHUHQQDGHUWRI
GRRUHHQREVWDNHO
Radarsensoren \(achter\)
'HUDGDUVHQVRUHQ DFKWHU ]LMQLQJHERXZGLQGHDFKWHUEXPSHUppQDDQGHUHFKWHU]LMGHHQ
ppQDDQGHOLQNHU]LMGH
+RXGKHWRSSHUYODNYDQGHDFKWHUEXPSHULQGHEXXUWYDQGHUDGDUVHQVRUHQ DFKWHU DOWLMG
VFKRRQ]RGDWGHUDGDUVHQVRUHQ DFKWHU QRUPDDONXQQHQIXQFWLRQHUHQ%UHQJRRNJHHQ
YRRUZHUSHQ]RDOVVWLFNHUVDDQ
=LH9HU]RUJLQJYDQGHFDUURVVHULHRSSDJLQD
23*(/(7
Als de achterbumper een zware impact ontvangt, is het mogelijk dat het systeem niet meer
normaal functioneert. Zet het systeem onmiddellijk stop en laat de auto door een deskundige
reparateur, bij voorkeur een
officiële Mazda reparateur, inspecteren.
OPMERKING
•De detectiecapaciteit van de radarsensoren (achter) heeft beperkingen. In de volgende
gevallen bestaat de kans dat de detectiecapaciteit is verminderd en dat het systeem niet
normaal functioneert.
•De achterbumper in de buurt van de radarsensoren (achter) is vervormd geraakt.
•Nabij de radarsensoren (achter) op de achterbumper heeft zich sneeuw, ijs of modder
verzameld.
•Bij slechte weersomstandigheden, zoals regen, sneeuw en mist.
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(

%HSDDOGHPRGHOOHQ

Page 437 of 875

•Onder de volgende omstandigheden kunnen de radarsensoren (achter) geen grote
objecten bespeuren of kunnen deze moeilijk bespeurd worden.
•Stilstaande objecten op of langs de weg, zoals kleine, tweewielige voertuigen, fietsen,
voetgangers, dieren en winkelwagens.
•Voertuigen met vormen die radargolven niet goed weerkaatsen, zoals lege opleggers
met een lage voertuighoogte en sportauto's.
•Bij het verlaten van de fabriek is bij alle voertuigen de richting van de radarsensoren
(achter) afgesteld voor een voertuig in beladen toestand, zodat de radarsensoren (achter)
naderende voertuigen correct kunnen bespeuren. Laat de auto door een deskundige
reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda reparateur laten inspecteren als de richting
van de radarsensoren (achter) om een bepaalde reden is afgeweken.
•Raadpleeg een deskundige reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda reparateur voor
reparatie of vervanging van de radarsensoren (achter), of bumperreparaties,
lakherstellingen en vervanging van onderdelen in de buurt van de radarsensoren.
•Schakel het systeem uit wanneer u een aanhanger trekt of wanneer u hulpuitrusting zoals
een fietsdrager aan de achterzijde van de auto hebt geïnstalleerd. Anders zullen de
radiogolven die door de radar worden uitgezonden geblokkeerd raken waardoor het
systeem niet meer normaal zal functioneren.
•De radarsensoren zijn onderhevig aan de betreffende radiogolfbepalingen van het land
waarin met de auto wordt gereden. Als de auto in het buitenland wordt gebruikt, is er
mogelijk goedkeuring vereist van het land waarin met de auto wordt gereden.
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(


Page 438 of 875

8OWUDVRQLVFKHVHQVRU $FKWHU
'HXOWUDVRQLVFKHVHQVRUHQ DFKWHU ]HQGHQXOWUDVRQLVFKHJROYHQXLWGLHZHHUNDDWVWZRUGHQ
GRRUREVWDNHOVDDQGHDFKWHU]LMGHHQGLHYHUYROJHQVZHHUGRRUGHXOWUDVRQLVFKHVHQVRUHQ
DFKWHU ZRUGHQRSJHYDQJHQ
Ultrasonische sensor \(achter\)
'HXOWUDVRQLVFKHVHQVRUHQ DFKWHU ]LMQJHPRQWHHUGLQGHDFKWHUEXPSHU
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(

%HSDDOGHPRGHOOHQ

Page 447 of 875

%DQGHQVSDQQLQJVFRQWUROHV\VWHHP
+HWEDQGHQVSDQQLQJVFRQWUROHV\VWHHP 7306 FRQWUROHHUWGHEDQGHQVSDQQLQJYDQHONH
EDQG
$OVGHEDQGHQVSDQQLQJLQppQRIPHHUGHUHEDQGHQWHODDJLVZDDUVFKXZWKHWV\VWHHPGH
EHVWXXUGHUYLDHHQZDDUVFKXZLQJVODPSMHLQGHLQVWUXPHQWHQJURHSHQGRRUHHQ
ZDDUVFKXZLQJV]RHPHU
=LH³&RQWDFWRSQHPHQPHWHHQRIILFLsOH0D]GDUHSDUDWHXUHQGHDXWRODWHQLQVSHFWHUHQ´RS
SDJLQD
=LH0DDWUHJHOHQQHPHQRSSDJLQD
=LH:DDUVFKXZLQJV]RHPHUYRRUEDQGHQVSDQQLQJRSSDJLQD

'HEDQGHQVSDQQLQJVHQVRUHQGLHRSHONZLHO]LMQJHPRQWHHUG]HQGHQGRRUPLGGHOYDQHHQ
UDGLRVLJQDDOEDQGHQVSDQQLQJVJHJHYHQVQDDUGHRQWYDQJHULQGHDXWR
Bandenspanningsensoren
OPMERKING
Wanneer de omgevingstemperatuur laag is als gevolg van seizoensveranderingen, wordt de
bandentemperatuur ook lager. Wanneer de bandentemperatuur afneemt, wordt de
bandenspanning ook lager. De kans bestaat dat het TPMS waarschuwingslampje vaker gaat
branden. Inspecteer de banden dagelijks visueel alvorens te gaan rijden en controleer de
bandenspanning elke maand met een bandenspanningsmeter. Bij het controleren van de
bandenspanning wordt het gebruik van een digitale bandenspanningsmeter aanbevolen.

+HW7306V\VWHHPRQWGRHWXQLHWYDQGHQRRG]DDNGHGUXNHQGHWRHVWDQGYDQDOOHYLHU
EDQGHQUHJHOPDWLJWHFRQWUROHUHQ
7LMGHQVKHWULMGHQ
%DQGHQVSDQQLQJVFRQWUROHV\VWHHP

%HSDDOGHPRGHOOHQ

Page 449 of 875

▼6\VWHHPIRXWDFWLYHULQJ
$OVKHWZDDUVFKXZLQJVODPSMHNQLSSHUWLV
HUPRJHOLMNHHQGHIHFWLQKHWV\VWHHP
5DDGSOHHJHHQRIILFLsOH0D]GDGHDOHU
(HQV\VWHHPIRXWDFWLYHULQJNDQ]LFK
YRRUGRHQLQGHYROJHQGHJHYDOOHQ
•:DQQHHUHU]LFKXLWUXVWLQJRIDSSDUDWXXU
LQGHEXXUWYDQGHDXWREHYLQGWGLH
JHEUXLNPDDNWYDQGH]HOIGH
UDGLRIUHTXHQWLHDOVGH
EDQGHQVSDQQLQJVHQVRUV
•:DQQHHUHHQPHWDOHQYRRU]LHQLQJ]RDOV
HHQQLHWRULJLQHHOQDYLJDWLHV\VWHHP
ZRUGWJHwQVWDOOHHUGQDELMKHWPLGGHQYDQ
KHWLQVWUXPHQWHQSDQHHONXQQHQ
GDDUGRRUGHUDGLRVLJQDOHQYDQGH
EDQGHQVSDQQLQJVVHQVRUQDDUGH
RQWYDQJHUHHQKHLGJHEORNNHHUGZRUGHQ
•%LMJHEUXLNYDQGHYROJHQGHDSSDUDWXXU
LQGHDXWRGLHUDGLRVWRULQJPHWGH
RQWYDQJHUNDQYHURRU]DNHQ
•'LJLWDOHDSSDUDWXXU]RDOVHHQSHUVRQDO
FRPSXWHU
•(HQVSDQQLQJVRPYRUPHU]RDOVHHQ
'&$&RPYRUPHU
•:DQQHHUHU]LFKEXLWHQJHZRRQYHHOLMV
RIVQHHXZDDQGHDXWRKHHIWYDVWJH]HW
YRRUDOURQGRPGHYHOJHQ
•:DQQHHUGHEDWWHULMHQYDQGH
EDQGHQVSDQQLQJVHQVRUXLWJHSXW]LMQ
•%LMJHEUXLNYDQHHQYHOJZDDURSJHHQ
EDQGHQVSDQQLQJVHQVRULVJHPRQWHHUG
•%LMJHEUXLNYDQEDQGHQPHW
VWDDOGUDDGYHUVWHYLJLQJLQGH]LMZDQGHQ
•%LMJHEUXLNYDQVQHHXZNHWWLQJHQ
▼%DQGHQHQYHOJHQ
23*(/(7
Bij het inspecteren of afstellen van de
bandenspanning, geen overmatige druk
uitoefenen op het ventielgedeelte van de
velg. De kans bestaat dat het
ventielgedeelte beschadigd wordt.
9HUZLVVHOHQYDQEDQGHQHQYHOJHQ
9LDRQGHUVWDDQGHSURFHGXUHNDQKHW7306
V\VWHHPGHXQLHNH,'VLJQDDOFRGHYDQHHQ
EDQGHQVSDQQLQJVHQVRUKHUNHQQHQWHONHQV
ZDQQHHUEDQGHQRIYHOJHQYHUZLVVHOG
ZRUGHQ]RDOVELMKHWYHUZLVVHOHQYDQHQ
QDDUZLQWHUEDQGHQ
OPMERKING
Elke bandenspanningsensor heeft een
unieke ID signaalcode. De signaalcode
moet in het TPMS systeem geregistreerd
worden alvorens dit kan functioneren. De
gemakkelijkste manier om dit te doen is
om uw banden door een officiële Mazda
dealer te laten verwisselen en de
registratie van de ID signaalcode te laten
voltooien.
:DQQHHUXEDQGHQGRRUHHQRIILFLsOH
0D]GDGHDOHUODDWYHUZLVVHOHQ
:DQQHHUGHEDQGHQYDQXZDXWRGRRUHHQ
RIILFLsOH0D]GDGHDOHUZRUGHQYHUZLVVHOG
]XOOHQ]LMGHUHJLVWUDWLHYDQGH,'
VLJQDDOFRGHYDQGHEDQGHQVSDQQLQJVHQVRU
YROWRRLHQ

7LMGHQVKHWULMGHQ
%DQGHQVSDQQLQJVFRQWUROHV\VWHHP


Page 450 of 875

:DQQHHUX]HOIEDQGHQYHUZLVVHOW
$OVXRILHPDQGDQGHUVGHEDQGHQ
YHUZLVVHOWNXQQHQGHVWDSSHQYRRUKHW
YROWRRLHQYDQGHUHJLVWUDWLHYDQGH,'
VLJQDDOFRGHLQKHW7306V\VWHHPRRN
GRRUX]HOIRILHPDQGDQGHUVXLWJHYRHUG
ZRUGHQ
 =HWQDGDWGHEDQGHQ]LMQYHUZLVVHOG
KHWFRQWDFWRS21HQYHUYROJHQVWHUXJ
RS$&&RI2))
 :DFKWRQJHYHHUPLQXWHQ
 *DQDRQJHYHHUPLQXWHQPHWGH
DXWRULMGHQPHWHHQVQHOKHLGYDQ
WHQPLQVWHNPKJHGXUHQGHRQJHYHHU
PLQXWHQHQGH,'VLJQDDOFRGHYDQ
GHEDQGHQVSDQQLQJVHQVRU]DO
DXWRPDWLVFKZRUGHQJHUHJLVWUHHUG
OPMERKING
Als er na minder dan ongeveer 15 minuten
na het verwisselen van de banden met de
auto gereden wordt, zal het
waarschuwingslampje van het
bandenspanningcontrolesysteem gaan
knipperen omdat de ID signaalcode van de
bandenspanningsensor dan nog niet
geregistreerd is. Parkeer in dit geval de
auto gedurende ongeveer 15 minuten,
waarna de ID signaalcode van de sensor
geregistreerd zal worden wanneer er
gedurende 10 minuten met de auto wordt
gereden.
9HUZLVVHOHQYDQEDQGHQHQYHOJHQ
23*(/(7
¾Bij het vervangen/repareren van banden
of velgen of beide, het werk door een
officiële Mazda dealer laten uitvoeren,
omdat anders de kans bestaat dat de
bandenspanningsensoren beschadigd
worden.
¾De velgen waarmee uw Mazda is
uitgerust zijn speciaal ontworpen voor
het monteren van de
bandenspanningsensoren. Gebruik geen
niet-originele velgen, omdat het anders
misschien niet mogelijk is de
bandenspanningsensoren te monteren.
=RUJHUYRRUGDWWHONHQVZDQQHHUGH
EDQGHQRIYHOJHQYHUQLHXZGZRUGHQGH
EDQGHQVSDQQLQJVHQVRUHQZRUGHQ
JHPRQWHHUG
:DQQHHUXHHQEDQGRIYHOJRIEHLGHODDW
YHUQLHXZHQ]LMQGHYROJHQGHPDQLHUHQ
YRRUKHWPRQWHUHQYDQGH
EDQGHQVSDQQLQJVHQVRUPRJHOLMN
•'HEDQGHQVSDQQLQJVHQVRUZRUGW
YHUZLMGHUGYDQGHRXGHYHOJHQRSGH
QLHXZHJHPRQWHHUG
•'H]HOIGHEDQGHQVSDQQLQJVHQVRUZRUGW
JHEUXLNWPHWGH]HOIGHYHOJ(QNHOGH
EDQGZRUGWYHUQLHXZG
•(UZRUGWHHQQLHXZH
EDQGHQVSDQQLQJVHQVRURSHHQQLHXZH
YHOJJHPRQWHHUG
7LMGHQVKHWULMGHQ
%DQGHQVSDQQLQJVFRQWUROHV\VWHHP


Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 next >