tow MAZDA MODEL CX-5 2018 Handleiding (in Dutch)

Page 270 of 875

•Het is mogelijk dat het rempedaal
beweegt terwijl de handrem wordt
aangetrokken of vrijgezet, dit duidt
echter niet op een probleem.
•Als tijdens het rijden continu aan de
EPB schakelaar wordt getrokken, wordt
de handrem aangetrokken en wordt de
waarschuwingszoemer van de EPB
geactiveerd. Wanneer de schakelaar
wordt losgelaten, wordt de handrem
vrijgezet en stopt de zoemtoon.
•Als de handrem wordt aangetrokken
terwijl het contact uit staat of in stand
ACC staat, is het mogelijk dat het EPB
indicatielampje in de instrumentengroep
en het indicatielampje in de schakelaar
gedurende 15 seconden gaan branden.
•Wanneer u de auto door een
automatische autowasinstallatie laat
rijden, kan het nodig zijn het contact uit
te zetten en de handrem vrij te zetten,
afhankelijk van het type automatische
autowasinstallatie.
'HKDQGUHPDDQWUHNNHQ
'HKDQGUHPNDQZRUGHQDDQJHWURNNHQ
RQJHDFKWGHVWDQGYDQGH
FRQWDFWVFKDNHODDU
7UDSKHWUHPSHGDDOVWHYLJLQHQWUHNGH
(3%VFKDNHODDURPKRRJ
'HKDQGUHPZRUGWDDQJHWURNNHQHQKHW
(3%LQGLFDWLHODPSMHHQKHW
LQGLFDWLHODPSMHYDQGH(3%VFKDNHODDU
JDDQEUDQGHQ
=LH:DDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHODPSMHVRS
SDJLQD
'HKDQGUHPYULMJHYHQ
'H(3%NDQYULMJH]HWZRUGHQWHUZLMOKHW
FRQWDFWRS21VWDDWRIGHPRWRUGUDDLW
:DQQHHUGHKDQGUHPZRUGWYULMJH]HWJDDQ
KHW(3%LQGLFDWLHODPSMHHQKHW
LQGLFDWLHODPSMHYDQGH(3%VFKDNHODDUXLW
+DQGPDWLJYULM]HWWHQYDQGHKDQGUHP
7UDSKHWUHPSHGDDOVWHYLJLQHQGUXNGH
(3%VFKDNHODDULQ
$OVGH(3%VFKDNHODDUZRUGWLQJHGUXNW
]RQGHUKHWUHPSHGDDOLQWHWUDSSHQ
ZDDUVFKXZWGHGLVSOD\LQGH
LQVWUXPHQWHQJURHSGHEHVWXXUGHUGDWKHW
UHPSHGDDOQLHWLVLQJHWUDSW
7LMGHQVKHWULMGHQ
5HPPHQ


Page 385 of 875

23*(/(7
Schakel in de volgende gevallen het systeem uit om abusievelijk functioneren te voorkomen:
¾De auto wordt gesleept of sleept een ander voertuig.
¾De auto staat op een rollenbank.
¾Bij het rijden op slechte wegen of op plaatsen met dicht gras of off-road.
Zie Stopzetten van de werking van de geavanceerde stadsverkeer-remassistent (Advanced
SCBS) op pagina 4-211 voor het uitschakelen van het Advanced SCBS-systeem.
OPMERKING
•Het Advanced SCBS-systeem functioneert onder de volgende omstandigheden.
•Wanneer de motor draait.
•Het stadsverkeer-remassistent (SCBS) waarschuwingslampje (oranje) brandt niet.
•(Object is voorliggend voertuig)
De rijsnelheid ligt tussen ongeveer 4 en 80 km/h.
•(Object is een voetganger)
De rijsnelheid ligt tussen ongeveer 10 en 80 km/h.
•Het Advanced SCBS-systeem wordt niet uitgeschakeld.
•Onder de volgende omstandigheden bestaat de kans dat het Advanced SCBS-systeem niet
normaal functioneert:
•Het Advanced SCBS-systeem zal niet functioneren als de bestuurder opzettelijk gebruik
maakt van de rijbedieningsorganen (gaspedaal en stuurwiel).
•Als er de kans bestaat op gedeeltelijk contact met een voorliggend voertuig.
•Bij het rijden op een glad wegdek, zoals op natte wegen of met sneeuw of ijzel overdekte
wegen.
•Het remvermogen wordt nadelig beïnvloed als gevolg van lage temperaturen of natte
remmen.
•De auto met dezelfde snelheid rijdt als het voorliggende voertuig.
•Het gaspedaal ingetrapt wordt.
•Het rempedaal is ingedrukt.
•Het stuurwiel gedraaid wordt.
•De keuzehendel bediend wordt.
•In de volgende gevallen kan het Advanced SCBS-systeem functioneren.
•Voorwerpen op de weg bij de ingang van een bocht.
•Voertuigen die tijdens het maken van een bocht in de tegenovergestelde rijstrook
passeren.
•Bij het rijden door een tolhek.
•Bij het rijden door lage of smalle poorten, autowasinstallaties of tunnels.
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(


Page 390 of 875

•Voertuigen die tijdens het maken van een bocht in de tegenovergestelde rijstrook
passeren.
•Metalen voorwerpen, oneffenheden of uitstekende voorwerpen op de weg.
•Bij het rijden door een tolhek.
•Bij het rijden door lage of smalle poorten, autowasinstallaties of tunnels.
•Als u plotseling dicht bij een voorliggend voertuig komt.
•2-wielers, voetgangers, dieren of bomen.
•Wanneer wordt gereden terwijl sommige van de banden buitengewoon versleten zijn.
•(Handgeschakelde versnellingsbak)
Als de auto door de werking van de stadsverkeer-remassistent (SCBS) tot stilstand wordt
gebracht en het koppelingspedaal niet wordt ingetrapt, stopt de motor.
â–¼,QGLFDWLHODPSMHYDQ
VWDGVYHUNHHUUHPDVVLVWHQW 6&%6
5RRG
$OVGHVWDGVYHUNHHUUHPDVVLVWHQW 6&%6
LQZHUNLQJLVJDDWKHWLQGLFDWLHODPSMH
URRG NQLSSHUHQ

â–¼:DDUVFKXZLQJYRRUERWVLQJ
$OVHUGHNDQVEHVWDDWRSHHQERWVLQJPHW
HHQYRRUOLJJHQGYRHUWXLJNOLQNWHU
RQDIJHEURNHQHHQ]RHPWRRQHQZRUGWHHQ
ZDDUVFKXZLQJDDQJHJHYHQLQGH
PXOWLLQIRUPDWLHGLVSOD\RIGH$FWLYH
'ULYLQJ'LVSOD\
Multi-informatiedisplay
Active Driving Display
OPMERKING
De werkingsafstand en het volume van de
botsingwaarschuwing kan veranderd
worden. Zie Gebruikersinstellingen op
pagina 9-13.
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(


Page 395 of 875

•Bij het off-road rijden op plaatsen met gras en hooi.
•Bij het rijden door lage poorten, smalle poorten, autowasinstallaties en tunnels.
•Wanneer een trekhaak is gemonteerd of een aanhanger wordt getrokken.
•(Handgeschakelde versnellingsbak)
Als de auto door de werking van de stadsverkeer-remassistent (SCBS) tot stilstand wordt
gebracht en het koppelingspedaal niet wordt ingetrapt, stopt de motor.
•Wanneer het systeem in werking is, wordt de gebruiker op de hoogte gesteld door de
multi-informatiedisplay.
•De stadsverkeer-remassistent (SCBS) waarschuwingsindicatie (oranje) licht op wanneer
er een defect is in het systeem.
Zie Waarschuwingsindicatie/waarschuwingslampjes op pagina 4-51.
â–¼,QGLFDWLHODPSMHYDQ
VWDGVYHUNHHUUHPDVVLVWHQW 6&%6
5RRG
$OVGHVWDGVYHUNHHUUHPDVVLVWHQW 6&%6
LQZHUNLQJLVJDDWKHWLQGLFDWLHODPSMH
URRG NQLSSHUHQ
â–¼'LVSOD\YDQDXWRPDWLVFKH
UHPZHUNLQJ
1DGDWGHVWDGVYHUNHHUUHPDVVLVWHQW
6&%6 UHPLQZHUNLQJLVJHVWHOGZRUGW

Page 735 of 875

:$$56&+8:,1*
Monteer het noodreservewiel niet op de
voorwielen (aangedreven wielen):
Rijden met het noodreservewiel op een van
de voorste aangedreven wielen is
gevaarlijk. De wegligging wordt hierdoor
nadelig beïnvloed. De kans bestaat dat u
de macht over het stuur verliest, vooral op
gladde en met sneeuw overdekte wegen en
een ongeluk veroorzaakt. Breng een
normale band over naar het voorwiel en
monteer het noodreservewiel aan de
achterzijde.
23*(/(7
¾Bij het gebruik van het noodreservewiel is
het mogelijk dat de rijstabiliteit
vermindert vergeleken met wanneer
enkel de conventionele band wordt
gebruikt. Rijd voorzichtig.
¾Ter voorkoming van beschadiging van
het noodreservewiel of van de auto
dienen de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht genomen
te worden:
¾Rijd niet sneller dan 80 km/h.
¾Vermijd het rijden over obstakels. Rijd
niet met de auto door een
automatische autowas-installatie. De
diameter van deze band is kleiner dan
die van een conventionele band, de
grondspeling wordt daardoor
verminderd.
¾Geen sneeuwketting op deze band
gebruiken, aangezien deze niet goed
zal passen.
¾Gebruik dit noodreservewiel niet op
een andere auto, aangezien dit wiel
speciaal voor gebruik op uw Mazda
ontworpen is.
¾Gebruik slechts één noodreservewiel
tegelijkertijd op uw auto.
9HUZLMGHUHQYDQKHWUHVHUYHZLHO
 2SHQGHEDJDJHUXLPWHSODQNHQ
YHUZLMGHUGH]H
$OVHU]LFKHHQSUREOHHPYRRUGRHW
/HNNHEDQG