radio MAZDA MODEL MX-5 2017 Handleiding (in Dutch)

Page 80 of 631

6OHXWHOV
:$$56&+8:,1*
Laat nooit de sleutel in uw auto achter
wanneer er zich kinderen in bevinden en
bewaar ze op een plaats waar uw kinderen
ze niet kunnen vinden en er niet mee
kunnen spelen:
Het is gevaarlijk kinderen in een auto
achter te laten waarvan de sleutel in het
contact steekt. Dit kan tot gevolg hebben
dat iemand ernstig letsel wordt
toegebracht of zelfs tot een ongeluk met
dodelijke afloop leiden. Kinderen vinden
deze sleutels mogelijk interessant
speelgoed en zouden de elektrische
ruitbediening of andere functies in werking
kunnen stellen of zelfs de auto in beweging
kunnen zetten.
23*(/(7
¾Aangezien de sleutel (zender) gebruik
maakt van radiogolven van lage
intensiteit, bestaat de kans dat deze
onder de volgende omstandigheden niet
correct functioneert:
¾De sleutel wordt meegedragen samen
met communicatieapparatuur zoals
mobiele telefoons.
¾De sleutel komt in contact met of
wordt afgedekt door een metalen
voorwerp.
¾De sleutel bevindt zich in de buurt van
elektronische apparatuur zoals
personal computers.
¾Er is niet-originele Mazda apparatuur
in de auto geïnstalleerd.
¾Er bevindt zich apparatuur welke
radiogolven uitzendt in de buurt van
de auto.
¾Het is mogelijk dat de sleutel (zender)
buitengewoon veel batterijvermogen
verbruikt als deze radiogolven van hoge
intensiteit ontvangt. Plaats de sleutel niet
in de buurt van elektronische apparatuur
zoals televisies of personal computers.
¾Volg onderstaande instructies om
beschadiging van de sleutel (zender) te
voorkomen:
¾Laat de sleutel niet vallen.
¾Laat de sleutel niet nat worden.
¾Demonteer de sleutel niet.
¾Stel de sleutel niet bloot aan hoge
temperaturen op plaatsen zoals het
dashboard of de motorkap, onder
direct zonlicht.
¾Stel de sleutel niet bloot aan
magnetische velden van enigerlei
aard.
¾Plaats geen zware voorwerpen op de
sleutel.
¾De sleutel niet in een ultrasonisch
reinigingsapparaat plaatsen.
¾Geen magnetische voorwerpen in de
buurt van de sleutel brengen.

+HWFRGHQXPPHUYDQGHVOHXWHOVLV
LQJHSRQVWRSKHWSODDWMHGDWDDQGH
VOHXWHOVHWEHYHVWLJGLVPDDNGLWSODDWMHORV
HQEHZDDUGLWRSHHQYHLOLJHSODDWV QLHWLQ
GHDXWR YRRUKHWJHYDOXHHQQLHXZH
VOHXWHOPRHWEHVWHOOHQ KXOSVOHXWHO 
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
6OHXWHOV


Page 87 of 631

*HDYDQFHHUGH
DIVWDQGEHGLHQGH
SRUWLHUYHUJUHQGHOLQJ

:$$56&+8:,1*
Radiogolven van de sleutel kunnen van
invloed zijn op medische apparatuur zoals
pacemakers:
Alvorens de sleutel te gebruiken in de
nabijheid van personen die medische
apparatuur gebruiken, de fabrikant van de
apparatuur of uw arts vragen of de
radiogolven van de sleutel van invloed zijn
op de apparatuur.
0HWGHJHDYDQFHHUGHDIVWDQGEHGLHQGH
SRUWLHUYHUJUHQGHOLQJVIXQFWLHNXQWXKHW
SRUWLHUKHWNRIIHUGHNVHOHQGHDIVOXLWNOHS
YDQGHEUDQGVWRIWDQNGRSYHUJUHQGHOHQ
RQWJUHQGHOHQRIKHWNRIIHUGHNVHORSHQHQ
WHUZLMOXGHVOHXWHOELMXGUDDJW

6\VWHHPGHIHFWHQRIZDDUVFKXZLQJHQ
ZRUGHQDDQJHJHYHQGRRUGHYROJHQGH
ZDDUVFKXZLQJVODPSMHVRISLHSWRQHQ
•:DDUVFKXZLQJV]RHPHU
YHU]RHNVFKDNHODDURQEUXLNEDDU
=LH9HU]RHNVFKDNHODDUEXLWHQZHUNLQJ
ZDDUVFKXZLQJV]RHPWRRQ 0HW
JHDYDQFHHUGHDIVWDQGEHGLHQGH
SRUWLHUYHUJUHQGHOLQJVIXQFWLH RSSDJLQD

•6OHXWHOLQNRIIHUUXLPWHDFKWHUJHODWHQ
ZDDUVFKXZLQJV]RHPHU
=LH

Page 88 of 631

:HUNLQJVEHUHLN
+HWV\VWHHPZHUNWXLWVOXLWHQGZDQQHHUGH
EHVWXXUGHU]LFKLQGHDXWRRIELQQHQKHW
ZHUNLQJVEHUHLNEHYLQGWHQGHVOHXWHOELM
]LFKKHHIW
OPMERKING
Wanneer de batterij bijna uitgeput is of op
plaatsen waar er radiogolven met hoge
intensiteit of storing is, bestaat de kans dat
het werkingsbereik kleiner wordt of dat het
systeem niet functioneert. Zie voor het
bepalen van het vernieuwen van de
batterij Afstandbediende
portiervergrendeling op pagina 3-3.
▼9HUJUHQGHOHQRQWJUHQGHOHQYDQGH
SRUWLHUHQHQKHWNRIIHUGHNVHO
80 cm
80 cm
Werkingsbereik Buitenantenne
OPMERKING
•De kans bestaat dat het systeem niet
werkt als u zich te dicht bij de ramen of
de portierkrukken bevindt.
•Als de sleutel op de volgende plaatsen is
achtergelaten en u de auto verlaat,
bestaat de kans dat de portieren
afhankelijk van de condities van de
radiogolven vergrendeld worden, ook
als de sleutel in de auto is achtergelaten.
•Rondom het instrumentenpaneel
•In de opbergvakken zoals het
consolevak
•Vlakbij communicatieapparatuur
zoals een mobiele telefoon
▼▼2SHQHQYDQKHWNRIIHUGHNVHO
80 cm Buitenantenne
Werkingsbereik
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
*HDYDQFHHUGHDIVWDQGEHGLHQGHSRUWLHUYHUJUHQGHOLQJ


Page 90 of 631

OPMERKING
•Zet de motor altijd stop en sluit de
portieren. Laat bovendien ter
voorkoming van diefstal nooit
waardevolle voorwerpen in het interieur
achter.
•Als de sleutel op de volgende plaatsen is
achtergelaten en u de auto verlaat,
bestaat de kans dat de portieren
afhankelijk van de condities van de
radiogolven vergrendeld worden, ook
als de sleutel in de auto is achtergelaten.
•Rondom het instrumentenpaneel
•In de opbergvakken zoals het
consolevak
•Vlakbij communicatieapparatuur
zoals een mobiele telefoon
•De buitensluitingpreventiefunctie
voorkomt dat u uzelf uit de auto kunt
buitensluiten.
Beide portieren, het kofferdeksel en de
afsluitklep van de brandstofvuldop
zullen automatisch ontgrendeld worden
als deze vergrendeld worden met behulp
van de centrale portiervergrendeling
wanneer een van de portieren geopend
is.
Als beide portieren zijn gesloten
alhoewel het kofferdeksel open staat,
zullen beide portieren en de afsluitklep
van de brandstofvuldop vergrendeld
worden.
•(Portierontgrendel(regel)systeem met
collisiedetectie)
*
Dit systeem ontgrendelt automatisch de
portieren, het kofferdeksel en de
afsluitklep van de brandstofvuldop in het
geval de auto bij een ongeluk is
betrokken om de passagiers in staat te
stellen het voertuig onmiddellijk te
verlaten en te voorkomen dat zij
binnenin opgesloten raken. In het geval
de auto een botsing te verwerken krijgt
die krachtig genoeg is om de airbags op
te blazen en het contact is ingeschakeld,
worden ongeveer 6 seconden na het
tijdstip van het ongeval beide portieren,
het kofferdeksel en de afsluitklep van de
brandstofvuldop automatisch
ontgrendeld.
Het is mogelijk dat de portieren, het
kofferdeksel en de afsluitklep van de
brandstofvuldop niet ontgrendelen
afhankelijk van hoe de botsing wordt
opgevangen, de kracht van de botsing en
andere omstandigheden die zich bij het
ongeval voordoen.
Als systemen die verband houden met de
portieren of de accu defect zijn geraakt,
zullen de portieren, het kofferdeksel en
de afsluitklep van de brandstofvuldop
niet ontgrendelen.
•Bij het openen van een portier, worden
de elektrisch bediende ruiten
automatisch een klein stuk geopend. Bij
het sluiten van het portier, worden de
elektrisch bediende ruiten automatisch
gesloten. Deze functie dient om een
goede afdichting te waarborgen en
betekent niet dat er een probleem is.
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
3RUWLHUHQHQVORWHQ

%HSDDOGHPRGHOOHQ

Page 128 of 631

¾Als de motor niet met de correcte sleutel
gestart kan worden en het
beveiligingssysteemindicatielampje blijft
branden of knipperen, is er mogelijk een
defect in het systeem. Raadpleeg een
officiële Mazda-reparateur.
OPMERKING
•De sleutels bevatten een unieke
elektronische code. In verband hiermee
en om veiligheidsredenen is er een
wachttijd voor het verkrijgen van een
reservesleutel. Deze sleutels zijn
uitsluitend verkrijgbaar via een officiële
Mazda reparateur.
•Houd steeds een reservesleutel bij de
hand voor het geval er een sleutel
verloren raakt. Raadpleeg in het geval
van verlies van een sleutel zo spoedig
mogelijk een officiële Mazda reparateur.
•Als u een sleutel verliest, zal een
officiële Mazda reparateur de
elektronische codes van uw resterende
sleutels en het start-blokkeersysteem
opnieuw instellen. Breng alle resterende
sleutels naar een officiële Mazda
reparateur om deze opnieuw te laten
instellen.
Starten van uw auto met een sleutel
waarvan de code niet opnieuw is
ingesteld zal niet mogelijk zijn.
▼:HUNLQJ
OPMERKING
•De kans bestaat dat de motor niet start
en dat het
beveiligingssysteemindicatielampje
brandt of knippert als de sleutel op
plaatsen gelegd wordt waar het moeilijk
is voor het systeem het signaal te
ontvangen, zoals op het
instrumentenpaneel. Breng de sleutel
naar een plaats binnen het
signaalbereik, zet het contact uit en start
vervolgens de motor opnieuw.
•Het is mogelijk dat uw
start-blokkeersysteem storing
ondervindt van signalen van een TV of
radiozender, van zend/ontvang
apparatuur of van een mobiele telefoon.
Als u de juiste sleutel gebruikt en u de
motor niet kunt starten, het
beveiligingssysteemindicatielampje
controleren.
,QVWDDWYDQSDUDDWKHLGEUHQJHQ
+HWV\VWHHPLVLQVWDDWYDQSDUDDWKHLG
ZDQQHHUKHWFRQWDFWYDQXLW21RSXLW
JH]HWZRUGW
+HWEHYHLOLJLQJVV\VWHHPLQGLFDWLHODPSMHLQ
GHLQVWUXPHQWHQJURHSNQLSSHUWHONH
VHFRQGHQWRWGDWKHWV\VWHHPEXLWHQ
ZHUNLQJJHVWHOGZRUGW

$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
%HYHLOLJLQJVV\VWHHP


Page 147 of 631

OPMERKING
(Vergrendeld stuurwiel)*
Als het startdrukknopindicatielampje
(groen) knippert en de pieptoon gegeven
wordt, geeft dit aan dat het stuurwiel niet
ontgrendeld is. Om het stuurwiel te
ontgrendelen, op de startdrukknop
drukken en het stuurwiel naar links en
naar rechts bewegen.
$&& $FFHVVRLUH
%HSDDOGHHOHNWULVFKHDFFHVVRLUHV
IXQFWLRQHUHQHQKHWLQGLFDWLHODPSMH
RUDQMH JDDWEUDQGHQ
,QGH]HVWDQGLVKHWVWXXUZLHO
RQWJUHQGHOG

OPMERKING
Het afstandbediende
portiervergrendelingssysteem functioneert
niet wanneer de startdrukknop op ACC is
gezet en de portieren zullen niet
vergrendelen/ontgrendelen, ook niet als
deze met de hand vergrendeld zijn.
21
'LWLVGHQRUPDOHVWDQGZDDUELMGHPRWRU
GUDDLWQDGDWGH]HJHVWDUWLV+HW
LQGLFDWLHODPSMH RUDQMH JDDWXLW +HW
LQGLFDWLHODPSMH RUDQMH JDDWEUDQGHQ
ZDQQHHUKHWFRQWDFWRS21JH]HWZRUGWHQ
GHPRWRUQLHWGUDDLW
%HSDDOGHLQGLFDWLH
ZDDUVFKXZLQJVODPSMHVGLHQHQ
JHFRQWUROHHUGWHZRUGHQDOYRUHQVGHPRWRU
JHVWDUWZRUGW SDJLQD 
OPMERKING
Wanneer de startdrukknop op ON wordt
gedrukt, is het werkingsgeluid van de
brandstofpompmotor in de nabijheid van
de brandstoftank hoorbaar. Dit duidt
echter niet op een afwijking.
'HPRWRUVWDUWHQ
:$$56&+8:,1*
Radiogolven van de sleutel kunnen van
invloed zijn op medische apparatuur zoals
pacemakers:
Alvorens de sleutel te gebruiken in de
nabijheid van personen die medische
apparatuur gebruiken, de fabrikant van de
apparatuur of uw arts vragen of de
radiogolven van de sleutel van invloed zijn
op de apparatuur.
OPMERKING
•U dient de sleutel met u mee te dragen
omdat in de sleutel een
start-blokkeerchip is ingebouwd die op
korte afstand met het motorstuursysteem
moet communiceren.
•De motor kan gestart worden wanneer
de startdrukknop vanuit uit, ACC of ON
wordt ingedrukt.
7LMGHQVKHWULMGHQ
0RWRUVWDUWVWRS

%HSDDOGHPRGHOOHQ

Page 257 of 631

•Rijden op steile hellingen.
•Rijden over de top van een heuvel of bergpas.
•Bij een kleine draaicirkel (maken van een scherpe bocht, afslaan op kruisingen).
•Wanneer er verschil is in hoogte tussen uw rijstrook en de naastgelegen rijstrook.
•Het systeem functioneert direct na het indrukken van de BSM schakelaar.
•Als de weg bijzonder smal is, is het mogelijk dat voertuigen twee rijstroken verder
bespeurd worden. Het detectiegebied van de radarsensoren (achter) is ingesteld
overeenkomstig de breedte van snelwegen.
•Het is mogelijk dat de BSM waarschuwingslampjes gaan branden in reactie op
stilstaande objecten op of langs de weg, zoals vangrails, tunnels, zijwanden en
geparkeerde voertuigen.
Objecten zoals vangrails en betonnen muren
die langs de auto lopen.Plaatsen waar de breedte tussen de vangrails
of muren aan weerszijden van de auto smaller
wordt.
De muren aan de ingang en uitgangen van tunnels, afritten.
•De kans bestaat dat een BSM waarschuwingslampje gaat knipperen of dat de
waarschuwingszoemer enkele malen wordt geactiveerd bij het afslaan op een kruising in
een stad.
•Schakel de BSM uit wanneer u een aanhanger trekt of wanneer u hulpuitrusting zoals een
fietsdrager aan de achterzijde van de auto hebt geïnstalleerd. Anders zullen de
radiogolven van de radar geblokkeerd raken waardoor het systeem niet meer normaal zal
functioneren.
•In de volgende gevallen kan het moeilijk zijn de BSM waarschuwingslampjes die op de
portierspiegels zijn aangebracht te zien branden/knipperen.
•Wanneer de portierspiegels bedekt zijn met sneeuw of ijs.
•Wanneer de portierruit beslagen is of bedekt is met sneeuw, ijs of modder.
•Het systeem schakelt over naar de functie van het achteruitrijwaarschuwingssysteem
(RCTA) wanneer de versnellingshendel (handgeschakelde versnellingsbak) of de
keuzehendel (automatische transmissie) in de achteruitstand (R) gezet wordt.
Zie Achteruitrijwaarschuwingssysteem (RCTA) op pagina 4-119.
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(


Page 263 of 631

•Er nadert een voertuig direct vanaf de achterzijde van uw auto.
Uw auto
•De auto staat op een helling geparkeerd.
Uw auto
•Het systeem functioneert direct na het indrukken van de dodehoekmonitor (BSM)
schakelaar.
•In de volgende gevallen kan het moeilijk zijn de dodehoekmonitor (BSM)
waarschuwingslampjes die op de portierspiegels zijn aangebracht te zien branden/
knipperen.
•De portierspiegels zijn bedekt met sneeuw of ijs.
•Wanneer de portierruit beslagen is of bedekt is met sneeuw, ijs of modder.
•Schakel het RCTA uit wanneer u een aanhanger trekt of wanneer u hulpuitrusting zoals
een fietsdrager aan de achterzijde van de auto hebt geïnstalleerd. Anders zullen de
radiogolven die door de radar worden uitgezonden geblokkeerd raken waardoor het
systeem niet meer normaal zal functioneren.
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(


Page 274 of 631

•Bij slechte weersomstandigheden, zoals regen, sneeuw en mist.
•Onder de volgende omstandigheden kunnen de radarsensoren (achter) geen grote
objecten bespeuren of kunnen deze moeilijk bespeurd worden.
•Stilstaande objecten op of langs de weg, zoals kleine, tweewielige voertuigen, fietsen,
voetgangers, dieren en winkelwagens.
•Voertuigen met vormen die radargolven niet goed weerkaatsen, zoals lege opleggers
met een lage voertuighoogte en sportauto's.
•Bij het verlaten van de fabriek is bij alle voertuigen de richting van de radarsensoren
(achter) afgesteld voor een voertuig in beladen toestand, zodat de radarsensoren (achter)
naderende voertuigen correct kunnen bespeuren. Laat de auto door een deskundige
reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda reparateur laten inspecteren als de richting
van de radarsensoren (achter) om een bepaalde reden is afgeweken.
•Raadpleeg een deskundige reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda reparateur voor
reparatie of vervanging van de radarsensoren (achter), of bumperreparaties,
lakherstellingen en vervanging van onderdelen in de buurt van de radarsensoren.
•Schakel het systeem uit wanneer u een aanhanger trekt of wanneer u hulpuitrusting zoals
een fietsdrager aan de achterzijde van de auto hebt geïnstalleerd. Anders zullen de
radiogolven die door de radar worden uitgezonden geblokkeerd raken waardoor het
systeem niet meer normaal zal functioneren.
•De radarsensoren zijn onderhevig aan de betreffende radiogolfbepalingen van het land
waarin met de auto wordt gereden. Als de auto in het buitenland wordt gebruikt, is er
mogelijk goedkeuring vereist van het land waarin met de auto wordt gereden.
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(


Page 316 of 631

 9RRUKHWLQVWHOOHQYDQHHQNDQDDOHHUVW
0:/:)0RI)0NLH]HQ6WHPDI
RSGHJHZHQVWH]HQGHU
 +RXGHHQYDQGH
YRRUNHX]H]HQGHUWRHWVHQJHGXUHQGH
RQJHYHHUVHFRQGHQLQJHGUXNWWRWGDW
XHHQSLHSWRRQKRRUW+HW
YRRUNHX]H]HQGHUQXPPHURIGH
]HQGHUIUHTXHQWLHZRUGWJHWRRQG'H
]HQGHULVQXLQKHWJHKHXJHQ
RSJHVODJHQ
 +HUKDDOGH]HSURFHGXUHYRRUGH
RYHULJH]HQGHUVHQJROIEDQGHQGLHX
ZLOWRSVODDQ9RRUKHWDIVWHPPHQRS
HHQ]HQGHUGLHLQKHWJHKHXJHQLV
RSJHVODJHQ0:/:)0RI)0
NLH]HQHQYHUYROJHQVGHELMEHKRUHQGH
YRRUNHX]H]HQGHUWRHWVLQGUXNNHQ'H
]HQGHUIUHTXHQWLHRIKHW
YRRUNHX]H]HQGHUQXPPHUZRUGW
JHWRRQG
▼5DGLRGDWDV\VWHHP 5'6
OPMERKING
Het radio data systeem (RDS) werkt niet
als dit zich buiten het servicegebied van
het systeem bevindt.
$OWHUQDWLHYHIUHTXHQWLH $)
$)IXQFWLRQHHUWYRRUGH)0]HQGHUV'UXN
RSGHPHQXWRHWV
HQNLHVGH$)
PRGXVRPGH]HLQWHVFKDNHOHQHQ

Page:   1-10 11-20 next >