sensor MAZDA MODEL MX-5 RF 2017 Handleiding (in Dutch)

Page 74 of 663

2–54
Belangrijke veiligheidsuitrusting
SRS airbags
*Bepaalde modellen.
Inzittende passagier detectiesysteem *
Lees eerst nauwkeurig “Voorzorgsmaatregelen betreffende het aanvullende
beveiligingssysteem (SRS)” (pagina 2-39 ).
Inzittende passagier detectiesensor
Uw auto is uitgerust met een inzittende passagier detectiesensor als onderdeel van het
aanvullende beveiligingssysteem. Deze sensor is ingebouwd in het zitkussen van de
passagierszitting. Deze sensor meet de elektrostatische capaciteit van de passagierszitting.
De SAS eenheid is geconstrueerd om te voorkomen dat de voor- en zij-airbags en het
systeem van de veiligheidsgordelvoorspanner van de passagierszitting worden geactiveerd
als het airbag-uitgeschakeld OFF-indicatielampje van de passagiersairbag gaat branden.
Om de kans op letsel veroorzaakt door het activeren van de passagiersairbag te verminderen,
schakelt het systeem de voor- en zij-airbags van de passagierszitting en ook het systeem van
de veiligheidsgordelvoorspanner uit wanneer het airbag-uitgeschakeld OFF-indicatielampje
van de passagiersairbag gaat branden. Zie onderstaande tabel voor de omstandigheden
waarbij het airbag-uitgeschakeld indicatielampje van de passagiersairbag gaat branden.
Dit systeem schakelt de voor- en zij-airbags van de passagierszitting en ook het systeem
van de veiligheidsgordelvoorspanner uit, dus controleer dat het airbag-uitgeschakeld
indicatielampje van de passagiersairbag brandt overeenkomstig onderstaande tabel.
Het waarschuwingslampje van het systeem van airbag/veiligheidsgordelvoorspanner gaat
knipperen en het airbag-uitgeschakeld OFF-indicatielampje van de passagiersairbag gaat
branden in het geval er een defect is in de sensoren. Als dit gebeurt, zullen de voor- en zij-
airbags van de passagierszitting en het systeem van de veiligheidsgordelvoorspanner niet
geactiveerd worden.
Passagiersairbag-uitgeschakeld indicatielampjes
Deze indicatielampjes gaan branden om u er aan te herinneren dat de voor- en zij-airbags
van de passagierszitting en het systeem van de veiligheidsgordelvoorspanner tijdens een
botsing niet geactiveerd zullen worden.
Als de inzittende passagier detectiesensor in orde is, zullen beide indicatielampjes gaan
branden wanneer het contact op ON gezet wordt. De lampjes zullen na enkele seconden
uitgaan. Vervolgens zullen de indicatielampjes onder de volgende condities branden of
uitgaan:


Page 75 of 663

2–55
Belangrijke veiligheidsuitrusting
SRS airbags
Tabel voor aan/uit conditie van airbag-uitgeschakeld indicatielampje van
passagiersairbag
Conditie bespeurd door
systeem van inzittende
passagier detectiesensor Indicatielampje van de
deactiveringsschakelaar
van de passagiersairbag Voor- en zij-airbags
van passagierszitting Systeem van
veiligheidsgordelvoorspanner
van passagierszitting
Leeg (niet bezet)
Uitgeschakeld Uitgeschakeld
Er bevindt zich een kind in
een kinderzitje
*1 Uitgeschakeld Uitgeschakeld
Volwassene
*2Deze worden na een
korte periode van tijd
uitgeschakeld. Gereed Gereed
*1 Het is mogelijk dat de inzittende passagier detectiesensor een kind dat op de zitting, in een kinderstoeltje of op
een peuterzitje zit niet bespeurt, afhankelijk van de lengte van het kind en de zithouding.
*2 Als een kleine volwassene op de passagierszitting plaatsneemt, is het mogelijk dat afhankelijk van de fysieke
kenmerken van de persoon de sensoren de persoon als een kind detecteren.
Als beide airbag-uitgeschakeld indicatielampjes van de passagiersairbag niet gedurende
een bepaalde tijd gaan branden wanneer het contact op ON wordt gezet of als deze
niet gaan branden zoals aangegeven in de tabel voor de aan/uit conditie van het airbag-
uitgeschakeld indicatielampje van de passagiersairbag, niet toestaan dat een inzittende op
de passagierszitting plaatsneemt en zo spoedig mogelijk contact opnemen met een of¿ ciële
Mazda reparateur. De kans bestaat dat het systeem in het geval van een aanrijding niet
correct werkt.


Page 76 of 663

2–56
Belangrijke veiligheidsuitrusting
SRS airbags
WAARSCHUWING
Laat niet een inzittende op de passagierszitting plaatsnemen in een houding die het voor
de inzittende passagier detectiesensor moeilijk maakt de inzittende correct te bespeuren:
Zitten op de passagierszitting in een houding die het voor de inzittende passagier
detectiesensor moeilijk maakt de inzittende correct te bespeuren is gevaarlijk. Als
de inzittende passagier detectiesensor de inzittende die zich op de passagierzitting
bevindt niet correct kan bespeuren, is het mogelijk dat de voor- en zij-airbags van de
passagierszitting en het systeem van de veiligheidsgordelvoorspanner niet in werking
treden (niet-geactiveerd) worden of dat deze abusievelijk in werking treden (geactiveerd)
worden. De passagier heeft dan niet de aanvullende beveiliging van de airbags of het
abusievelijk in werking treden (activering) van de airbags zou ernstig of dodelijk letsel
kunnen veroorzaken.
Onder de volgende condities kan de inzittende passagier detectiesensor een passagier
die zich op de passagierszitting bevindt niet correct bespeuren en kan de activering/niet-
activering van de airbags niet geregeld worden zoals aangegeven in de tabel voor de
aan/uit conditie van het airbag-uitgeschakeld indicatielampje van de passagiersairbag.
Bijvoorbeeld:
 
 Een passagier zit zoals getoond in de volgende afbeelding:


Page 77 of 663

2–57
Belangrijke veiligheidsuitrusting
SRS airbags
WAARSCHUWING
  Het zitkussen van de passagierszitting wordt omhoog geduwd door bagage of
andere voorwerpen die zijn geplaatst onder de passagierszitting of tussen de
passagierszitting en de bestuurdersstoel.
  Er is een voorwerp, zoals een kussen, geplaatst op de passagierszitting of tussen de
rug van de passagier en de rugleuning.
  Er is een zittinghoes over de passagierszitting geplaatst. 
 Er is bagage of er zijn andere voorwerpen op de zitting geplaatst waarop het
kinderzitje is geïnstalleerd.
  De zitting is afgewassen. 
 Er is vloeistof op de zitting gemorst. 
 De passagierszitting is naar achteren geschoven en drukt tegen bagage of andere
voorwerpen aan die erachter zijn geplaatst.
  Er is bagage of er zijn andere voorwerpen geplaatst tussen de passagierszitting en de
bestuurdersstoel.
  Er is een elektrisch apparaat op de passagierszitting geplaatst. 
 Er is een extra elektrisch apparaat, zoals een zittingverwarmer, bovenop de
passagierszitting geïnstalleerd.
De systemen van voor- en zij-airbags van de passagierszitting en de
veiligheidsgordelvoorspanner worden uitgeschakeld als het airbag-uitgeschakeld OFF-
indicatielampje van de passagiersairbag gaat branden.
OPGELET
  Om er zeker van te zijn dat de voor-airbag juist wordt geactiveerd en beschadiging van
de sensor in het zitkussen wordt voorkomen:
 


 Plaats geen scherpe voorwerpen op het zitkussen of laat er geen zware bagage op
achter.
 


 Mors geen vloeistoffen op of onder de zittingen.


 Let altijd op de volgende punten om er voor te zorgen dat de sensoren goed kunnen
functioneren:
 


 Stel de zittingen zover mogelijk naar achteren af, ga altijd rechtop tegen de
rugleuningen te zitten en maak op de juiste wijze gebruik van de veiligheidsgordels.
 


 Als u uw kind meeneemt op de passagierszitting, het kinderzitje goed vastmaken en
de passagierszitting zover mogelijk naar achteren schuiven binnen de positie waarin
het kinderzitje kan worden geïnstalleerd.


Page 79 of 663

2–59
Belangrijke veiligheidsuitrusting
SRS airbags
Constante controle
De volgende onderdelen van de airbagsystemen en de actieve motorkap worden door een
diagnosesysteem gecontroleerd:
 


 Impactsensoren en diagnosemodule (SAS eenheid)



 Voorste airbagsensors



 Airbagmodules



 Zij-impactsensors



 Waarschuwingslampje voor systeem van airbag/voorspanner van veiligheidsgordel



 Voorspanners van veiligheidsgordels



 Aanverwante bedrading
(Met inzittende passagier detectiesysteem)
 


 Indicatielampje van de deactiveringsschakelaar van de passagiersairbag



 Inzittende passagier detectiesensor



 Inzittende passagier detectiemodule
(Met actieve motorkap)
 


 Actieve motorkap sensoren



 Actieve motorkap modules



 Actieve motorkap waarschuwingslampje
De diagnosemodule controleert constant of het systeem bedrijfsklaar is. Dit begint zodra het
contact op ON is gezet en gaat door terwijl er met de auto wordt gereden.


Page 80 of 663

2–60
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Actieve motorkap
*Bepaalde modellen.
Voorzorgsmaatregelen actieve motorkap *
In het onwaarschijnlijke geval dat een voetganger door de auto zou worden aangereden en
op de voorzijde van de auto een bepaalde impact wordt uitgeoefend, wordt de impact tegen
het hoofd van de voetganger als dit tegen de motorkap zou stoten verminderd doordat het
achterste gedeelte van de motorkap onmiddellijk omhoog gaat voor het aanhouden van een
brede ruimte tussen de motorkap en de onderdelen in de motorruimte. Als de sensor die aan
de achterzijde van voorbumper gemonteerd is een bepaalde impact bespeurt als gevolg van
een botsing met een voetganger of ander obstakel en de rijsnelheid voldoende is om het
systeem te activeren, wordt het systeem geactiveerd en gaat de motorkap omhoog.
Actuator
Actuator
Sensor Actieve motorkap
waarschuwingslampje
Elektronische
regeleenheid


Page 82 of 663

2–62
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Actieve motorkap
Werking en behandeling
 




 Controleer altijd alvorens te gaan rijden dat de motorkap volledig gesloten is. Anders
bestaat de kans dat het systeem niet normaal functioneert.
 


 Het is mogelijk dat het systeem gedurende ongeveer 8 seconden nadat het contact op ON
is gezet niet functioneert.
 


 Gebruik banden van dezelfde voorgeschreven maat op alle vier wielen. Als banden
van verschillende maat worden gebruikt, bestaat de kans dat het systeem niet normaal
functioneert.
 


 Als het gedeelte rondom de voorbumper door iets wordt geraakt, bestaat de kans dat de
sensor beschadigd wordt, ook als de actieve motorkap niet geactiveerd wordt. Raadpleeg
altijd een deskundige reparateur, bij voorkeur een of¿ ciële Mazda reparateur om de auto
te laten inspecteren.
 


 Geen onderdelen of bedrading van de actieve motorkap verwijderen of repareren.
Ook de elektrische circuits van het systeem niet testen met gebruik van een elektrisch
testapparaat. Anders bestaat de kans dat de actieve motorkap per ongeluk in werking
treedt of niet normaal functioneert. Raadpleeg een deskundige reparateur, bij voorkeur een
of¿ ciële Mazda reparateur wanneer reparatie of vervanging van onderdelen noodzakelijk
is.
 


 Vervang de voorbumper, motorkap, vering, aerodynamische onderdelen of velgen niet
door niet-originele Mazda onderdelen. Anders bestaat de kans dat het systeem niet
normaal functioneert.
 


 Monteer geen niet-originele Mazda accessoires aan de voorbumper. Monteer ook geen
voorwerpen op de motorkap. Anders bestaat de kans dat het systeem niet normaal
functioneert.
 


 De motorkap niet te hard dichtslaan en geen druk uitoefenen op de actuator. Anders
bestaat de kans dat de actuator beschadigd wordt waardoor het systeem niet meer normaal
kan functioneren.
 


 Geen wijzigingen aan de vering aanbrengen. Als de hoogte van de auto of de
dempingskracht van de vering wordt gewijzigd, bestaat de kans dat het systeem niet
normaal functioneert.
 


 Raadpleeg bij het monteren van onderdelen een deskundige reparateur, bij voorkeur een
of¿ ciële Mazda reparateur. Als onderdelen verkeerd gemonteerd worden, bestaat de kans
dat de actieve motorkap niet normaal geactiveerd wordt omdat deze dan geen impact kan
bespeuren.
 


 Raadpleeg voor het opruimen van de auto een deskundige reparateur, bij voorkeur een
of¿ ciële Mazda reparateur. Als de auto niet deskundig behandeld wordt, kan dit letsel
veroorzaken.
 


 Als de actieve motorkap eenmaal geactiveerd is, kan deze niet opnieuw gebruikt worden.
Laat het systeem door een deskundige reparateur, bij voorkeur een of¿ ciële Mazda
reparateur vervangen.


Page 92 of 663

3–8
Alvorens te gaan rijden
Sleutels
*Bepaalde modellen.
OPMERKING
 (Automatische
hervergrendelfunctie)
 Na het ontgrendelen met behulp van
de sleutel, zullen beide portieren,
het kofferdeksel en de afsluitklep
van de brandstofvuldop automatisch
vergrendeld worden als een van
de volgende handelingen niet
binnen ongeveer 30 seconden
wordt uitgevoerd. Als uw auto
uitgerust is met een anti-diefstal
beveiligingssysteem, zullen de
waarschuwingsknipperlichten
knipperen bij wijze van bevestiging.
 De tijd die nodig is om de portieren
automatisch te vergrendelen kan
gewijzigd worden.
 Zie Gebruikersinstellingen op pagina
9-10 .
 


 Een portier of het kofferdeksel
wordt geopend.
 


 Het contact in een andere stand dan
uit wordt gezet.
 
(Met anti-diefstal
beveiligingssysteem)
 Wanneer de portieren ontgrendeld
worden door het indrukken van de
ontgrendeltoets op de sleutel terwijl
het anti-diefstalbeveiligingssysteem
uitgeschakeld is, zullen de
waarschuwingsknipperlichten
tweemaal knipperen om aan te geven
dat het systeem uitgeschakeld is.
Kofferdekseltoets
Houd voor het openen van het kofferdeksel
de kofferdekseltoets ingedrukt totdat het
kofferdeksel geopend wordt.
Type A Type B
Annuleertoets van inbraaksensor *
Druk voor het annuleren van de
inbraaksensor (onderdeel van het anti-
diefstal beveiligingssysteem) binnen
20 seconden na het indrukken van de
vergrendeltoets op de annuleertoets van de
inbraaksensor en de waarschuwingslichten
zullen driemaal knipperen.
Zie Anti-diefstal beveiligingssysteem op
pagina 3-61 .


Page 112 of 663

3–28
Alvorens te gaan rijden
Brandstof en emissie
Voorzorgsmaatregelen ten aanzien van brandstof en
motoruitlaatgassen
Vereiste brandstof
Voertuigen met katalysator of zuurstofsensors dienen gebruik te maken van UITSLUITEND
LOODVRIJE BRANDSTOF, welke de uitstoot van uitlaatgassen vermindert en de
verontreiniging van de bougies minimaal houdt.
De auto zal de beste prestaties leveren met de soort brandstof die in de tabel is aangegeven.
Brandstof Octaangetal (RON) Land
Loodvrije
superbrandstof
(Overeenkomstig EN
228 en binnen E10)
*1
95 of hoger Nieuw-Caledonië, Turkije, Canarische Eilanden, Reünion,
Marokko, Oostenrijk, Griekenland, Italië, Zwitserland,
België, Denemarken, Finland, Noorwegen, Portugal, Spanje,
Zweden, Hongarije, Duitsland, Polen, Bulgarije, Kroatië,
Slovenië, Luxemburg, Slowakije, Letland, Litouwen,
Frankrijk, Tsjechië, Estland, Roemenië, Nederland,
Macedonië, Bosnië en Herzegovina, Servië, Montenegro,
Guadeloupe, Martinique, Singapore, Hongkong, Maleisië,
Thailand, Brunei, Macau, Sri Lanka, Zuid-Afrika, Jamaica,
Suriname, Trinidad en Tobago, Dominicaanse Gemenebest,
Myanmar, Taiwan, Filippijnen, Cambodja, Laos, Tahiti,
Kuweit, Oman, Qatar, Saoedie-Arabië, Verenigde Arabische
Emiraten, Bahrein, Libanon, Israël, Tunesië, Egypte, Chili,
El Salvador, Guatemala, Costa Rica, Ecuador, Bolivia,
Colombia, Dominicaanse Republiek (Links stuur), Panama,
Uruguay, Honduras, Peru, Cyprus, Malta, Ierland, Verenigd
Koninkrijk
Normale loodvrije
brandstof 90 of hoger Fiji
*1 Europa
Brandstof met een lager getal heeft een negatieve invloed op de werking van het
uitlaatgasreinigingssysteem en kan ook pingelen van de motor en ernstige motorschade tot
gevolg hebben.


Page 113 of 663

3–29
Alvorens te gaan rijden
Brandstof en emissie
OPGELET
  GEBRUIK UITSLUITEND LOODVRIJE BRANDSTOF.  Loodhoudende brandstof is schadelijk voor de katalysator en de zuurstofsensors en
leidt tot verminderde werking van het uitlaatgasreinigingssysteem en/of defecten.
  Het gebruik van E10 brandstof met 10 % ethanol in Europa is veilig voor uw auto.
Schade aan uw auto kan optreden wanneer de hoeveelheid ethanol hoger is dan hier
aanbevolen.
  Voorzie het brandstofsysteem nooit van toevoegingen, aangezien het
uitlaatgasreinigingssysteem daardoor beschadigd kan worden. Raadpleeg
een deskundige reparateur, bij voorkeur een of¿ ciële Mazda reparateur voor
bijzonderheden.
Uitlaatgasreinigingssysteem
Deze auto is voorzien van een uitlaatgasreinigingssysteem (de katalysator is een onderdeel
van dit systeem) dat de auto in staat stelt te voldoen aan wettelijke bepalingen betreffende de
uitstoot van uitlaatgassen.
WAARSCHUWING
Parkeer de auto daarom nooit op of bij brandbare materialen:
Parkeren op of bij brandbare materialen, zoals droog gras, is gevaarlijk. Ook wanneer
de motor is stopgezet, blijft het uitlaatsysteem na normaal gebruik bijzonder heet en kan
dit alles wat brandbaar is tot ontbranding brengen. Eventueel hierdoor veroorzaakte
brand kan ernstig letsel mogelijk met dodelijke aÀ oop veroorzaken.


Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 ... 70 next >