OPEL ADAM 2015.5 Gebruikershandleiding (in Dutch)

Page 61 of 241

Opbergen59
Zwenk beide achterlichten zo ver mo‐gelijk naar achteren.
Wielhouder uitklappen
Verwijder de spanband en klap de
wielhouder uit.
Draagsysteem achteraan
vergrendelen
Verwijder de spanband en draai
beide spanhefbomen zover mogelijk
opzij.
Anders kan een veilige werking niet worden gegarandeerd.
Fietsendrager ineenzetten
Til de drager aan de achterzijde (1) op
en trek hem naar achteren.
Klap de drager omhoog (2).

Page 62 of 241

60Opbergen
Duw de drager omlaag (1) en draai dedraaihandgreep (2) naar achteren,zodat deze ingrijpt.
Druk knop (1) in en neem het linker‐
gedeelte van de drager (2) eraf.
Druk knop (1) in en steek het linker‐
gedeelte van de drager in het rech‐
tergedeelte (2).
Adapter bevestigen
Bij het vervoeren van twee fietsen moet de adapter vóór het bevestigen
van de eerste fiets worden vastgezet.
1. Adapter zoals in illustratie op het draagsysteem achterzijde plaat‐
sen.

Page 63 of 241

Opbergen61
2. Hendel (1) naar voren draaien envasthouden. Vervolgens de adap‐ter (2) aan de achterzijde omlaag
halen.
3. Hendel losmaken en controleren of de adapter goed vastzit.
4. Band aan de adapter onder dehendel voor het terugklappen van
het draagsysteem achterzijde
door halen. Spanband vastzetten.
Eerste fiets bevestigen
1. Pedalen in positie draaien zoals in
de illustratie en de fiets in de wiel‐ houder plaatsen.
Erop letten dat de fiets in het mid‐ den van de wielhouders staat.
2. De korte bevestigingsbeugel aan het fietsframe bevestigen. De
knop rechtsom vastdraaien.

Page 64 of 241

62Opbergen
3. Beide fietswielen met de span‐banden aan de wielhouders vast‐
maken.
4. Controleren of fiets goed vastzit.Voorzichtig
Zorg dat de ruimte tussen de fiets
en de auto minstens 5 cm is.
Stuurstang zo nodig losdraaien en opzij zwenken.
Tweede fiets bevestigen
Het bevestigen van een tweede fiets
verloopt op dezelfde manier als dat
van de eerste fiets. Houd echter re‐
kening met de volgende aanvullende
stappen:
1. Pedalen altijd in de juiste stand draaien alvorens de fiets te plaat‐
sen.2. Fietsen om en om op het draag‐ systeem achterzijde plaatsen.
3. Zet de achterste fiets op één lijn met de voorste fiets. De wielna‐
ven van de fietsen mogen elkaar
niet raken.
4. Bevestig de achterste fiets met de
langste bevestigingsbeugel en de bandhouders zoals beschreven
bij de voorste fiets. Bevestigings‐
beugels evenwijdig aan elkaar be‐ vestigen.5. Maak ook beide fietswielen van de achterste fiets met de span‐
banden aan de wielhouders vast.
Het wordt geadviseerd een waar‐ schuwingsteken op de achterste fiets aan te brengen, om de zichtbaarheid
te verhogen.
Draagsysteem achterzijde naar
achteren klappen
Het draagsysteem achterzijde kan
naar achteren worden geklapt om
toegang te krijgen tot de bagage‐
ruimte.

Page 65 of 241

Opbergen63
■ Zonder bevestigde adapter:
Voor ontgrendeling de hendel (1)
induwen en vasthouden.
De houder (2) naar achteren trek‐
ken om het draagsysteem achter‐
zijde naar om te klappen.
■ Met bevestigde adapter:
9 Waarschuwing
Wees voorzichtig bij het ontgren‐
delen van het draagsysteem ach‐
terzijde, omdat het achteroverkan‐
telt. Kans op letsel.
Frame (1) van achterste fiets met
één hand vastpakken en voor ont‐ grendeling aan de lus (2) trekken.
Achterste fiets met beide handen
vastpakken en het draagsysteem
achterzijde naar achteren klappen.
Ter verbetering van de zichtbaarheid worden de achterlichten van de auto
geactiveerd, wanneer het draagsys‐
teem achterzijde naar achteren ge‐
klapt is.
9 Waarschuwing
Bij het naar voren klappen van het
draagsysteem achterzijde eropletten dat het systeem goed ver‐
grendelt.
Fietsen verwijderen
Spanbanden van beide fietswielen
losmaken.
Knop linksom draaien en de bevesti‐
gingsbeugels verwijderen.
Adapter losmaken 1. Wielhouders inklappen.
2. Druksluiting spanband losmaken.

Page 66 of 241

64Opbergen
3. Hendel (1) naar voren draaien envasthouden.
4. Adapter (2) aan de achterzijde op‐
tillen en verwijderen.
Fietsendrager uiteennemen
Druk knop (1) in en neem het boven‐
gedeelte van de drager (2) eraf.
Druk knop (1) in en monteer de drager (2) weer.
Bevestigingsbeugel plaatsen zoals inde illustratie.
Hendel (1) opzij draaien om de hou‐ der (2) te ontgrendelen en op te tillen.

Page 67 of 241

Opbergen65
Houder naar achteren klappen en
vervolgens tot aan de aanslag naar
voren duwen (1).
Houder aan de achterzijde omlaag‐
duwen (2).
Wielhouder inklappen
Wielhouder inklappen. Spanband
vastzetten.Spanbanden op de juiste manier op‐
bergen.
Draagsysteem achterzijde
ontgrendelen
Beide spanhefbomen zover mogelijk
naar binnen draaien. Spanband vast‐ zetten.

Page 68 of 241

66Opbergen
Achterlichten inklappen
Zwenk eerst de achterlichten (1) zo
ver mogelijk opzij.
Zwenk daarna de scharnieren (2) zo
ver mogelijk naar voren.
Kentekenverlichting inklappen
Klap de kentekenverlichting naar vo‐
ren.
Draagsysteem achteraan inschuiven
Voorzichtig
Let erop dat alle inklapbare onder‐ delen, bijv. de wielhouders en be‐
vestigingsbeugels, goed wegge‐
borgen zijn. Anders raakt het
draagsysteem achterzijde moge‐
lijk beschadigd bij een poging tot
uitschuiven.
Ontgrendelingshendel omhoogdu‐
wen en vasthouden. Het systeem een beetje heffen en in de bumper duwen
tot het vastzit.
Ontgrendelingshefboom moet naar
uitgangspositie terugkeren.
9 Waarschuwing
De hulp van een werkplaats inroe‐
pen, als het systeem niet goed kan
worden uitgeschoven.

Page 69 of 241

Opbergen67Bagageruimte
De rugleuning van de achterbank be‐ staat uit twee delen. U kunt beide de‐
len apart neerklappen.
Bagageruimte vergroten
Verwijder zo nodig de bagageruimte-
afdekking.
Borgveer indrukken en de hoofdsteun
omlaag drukken.
Steek de gesp van de veiligheidsgor‐
del in de zijhouder om schade aan de gordel te voorkomen.
Trek aan de band op een of beide
rugleuningen en klap ze neer op het
zittingkussen.
Klap de rugleuningen omhoog door
ze rechtop te zetten en ze hoorbaar
te laten vastklikken.
De rugleuningen zijn goed vastgeklikt
wanneer de rode merktekens op
beide ontgrendelingsbanden niet
zichtbaar zijn.
9 Waarschuwing
Bij opklappen moet u zich ervan
verzekeren dat de rugleuningen
stevig op hun plaats vergrendeld
zijn alvorens te gaan rijden. Het
nalaten hiervan kan lichamelijk let‐ sel of schade aan de bagage of deauto tot gevolg hebben bij hard
remmen of een botsing.
Haak voor draagtassen

Page 70 of 241

68Opbergen
Gebruik de haak op de zijwand rechts
van de bagageruimte voor het ophan‐
gen van draagtassen. Maximale be‐
lasting: 5 kg.
Opbergruimte achter Opbergvak
In de bagageruimte bevindt zich een afsluitbaar opbergvak. U sluit de af‐ dekking af door aan de knop te
draaien. Deze moet onderweg wor‐
den afgesloten.
Open de afdekking door deze te ont‐
grendelen en op te tillen.
Verwijder de afdekking door deze te
openen en naar links te schuiven.
Het vak van met een verdeler worden afgescheiden.
De max. belasting van de afdekking
van het opbergvak is 20 kg.
Verwijderen
Voor toegang tot het pechhulpge‐
reedschap of voor het vervangen van gloeilampen van de achterlichten
moet het opbergvak worden verwij‐
derd:■ Bagagerolhoes bagageruimte ver‐ wijderen 3 68.
■ Klap de rugleuningen achter neer 3 67.
■ Open het opbergvak.
■ Draai de vergrendelhaken aan beide zijden naar achteren en druk
de sjorogen omlaag in de uitsparin‐
gen.
■ Til het opbergvak op en plaats het op de neergeklapte rugleuningen.
■ Haal het opbergvak uit de bagage‐ ruimte.
Monteren
■ Plaats het opbergvak op de neer‐ geklapte rugleuningen.
■ Laat het vak in de bagageruimte zakken.
■ Open het opbergvak.
■ Zet de sjorogen aan beide zijden omhoog en draai de vergrendelha‐
ken naar voren om het vak aan de
sjorogen te bevestigen.
■ Zet de achterbankrugleuningen omhoog en breng de bagage‐
ruimte-afdekking aan.
■ Berg de kist met de bandenrepara‐
tieset op in een compartiment van
het opbergvak.
■ Sluit en vergrendel de afdekking.
Bagageruimte-afdekking Leg niets op de afdekking.

Page:   < prev 1-10 ... 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 ... 250 next >