OPEL ADAM 2015 Gebruikershandleiding (in Dutch)
Page 91 of 229
Instrumenten en bedieningsorganen89MotoroliedrukI brandt rood.
Brandt na het inschakelen van de ont‐
steking en dooft vlak na het starten
van de motor.
Brandt bij een draaiende motorVoorzichtig
Motorsmering wordt mogelijk on‐
derbroken. Dit kan aanleiding ge‐
ven tot motorschade en/of tot het
blokkeren van de aandrijfwielen.
1. De koppeling intrappen.
2. Neutraalstand selecteren.
3. Zo spoedig mogelijk de verkeers‐ stroom verlaten zonder hierbij an‐dere weggebruikers te hinderen.
4. Ontsteking uitschakelen.
9 Waarschuwing
Bij uitgeschakelde motor gaat
remmen en sturen aanmerkelijk zwaarder.
Tijdens een Autostop werkt de
rembekrachtigingseenheid nog al‐ tijd.
Verwijder de sleutel niet voordat
de auto stilstaat, anders kan het
stuurslot onverwacht ingescha‐
keld worden.
Het oliepeil controleren alvorens de hulp van een werkplaats in te roepen
3 157.
Te laag brandstofpeil Y brandt of knippert geel.
Brandt
Peil in brandstoftank is te laag.
Knippert
Brandstofvoorraad opgebruikt. On‐
middellijk bijtanken. Tank nooit leeg‐
rijden.
Katalysator 3 128.
Startbeveiliging
d knippert geel.
Storing in de startbeveiliging. De mo‐
tor kan niet worden gestart.
Rijverlichting
8 brandt groen.
De rijverlichting is ingeschakeld
3 105.
Grootlicht C brandt blauw.
Brandt bij ingeschakeld grootlicht of
bij lichtsignaal 3 106.
Mistachterlicht
r brandt geel.
Het mistachterlicht is ingeschakeld
3 108.
Cruise control
m brandt wit of groen.
Brandt wit
Het systeem is ingeschakeld.
Page 92 of 229
90Instrumenten en bedieningsorganen
Brandt groen
De cruise control is actief.
Cruise control 3 134.
Portier open h brandt rood.
Een portier of de achterklep staat
open.Informatiedisplays
Driver Information Center
Het Driver Information Centre (DIC) is
ondergebracht in de instrumenten‐
groep.
Het wordt geleverd als Midlevel-dis‐ play of Uplevel-display.
Midlevel-display
Aanduiding van: ■ algemene kilometerteller
■ dagteller
■ controlelampen
■ boordinformatiemenu, zie hieron‐ der
■ informatiemenu rit/brandstof, zie hieronder
■ boordinformatie in de vorm van cij‐ fercodes 3 97.
Selecteer menupagina's met de toets MENU op de richtingaanwijzerhen‐
del.
Sommige weergegeven functies ver‐
schillen onderweg ten opzichte van
stilstand van de auto. Sommige func‐
ties zijn alleen onderweg beschik‐
baar.
Het boordinformatiemenu en het in‐
formatiemenu rit/brandstof zijn selec‐
teerbare pagina's, boordinformatie en controlelampen verschijnen en lich‐
ten op wanneer dat nodig is.
Page 93 of 229
Instrumenten en bedieningsorganen91
Uplevel-display
Aanduiding van:■ Informatie- menu voertuig X
■ Informatiemenu dagteller/
brandst. W
■ Menu rijhulp EcoFlex s
Selecteer menupagina's met de toets MENU op de richtingaanwijzerhen‐
del; de symbolen voor het hoofdmenu verschijnen op de bovenste regel van
het display.
Sommige weergegeven functies ver‐
schillen onderweg ten opzichte van
stilstand van de auto. Sommige func‐
ties zijn alleen onderweg beschik‐
baar.
Boordinformatie verschijnt wanneer nodig.
Persoonlijke instellingen 3 100.
Opgeslagen instellingen 3 21.
Menu's en functies selecteren
U selecteert de menu's en functies
met de toetsen op de richtingaanwij‐
zerhendel.Druk op de toets MENU om tussen de
menu's te schakelen of om vanuit een
submenu één niveau terug te gaan.
Draai aan het stelwiel om een menu-
optie te markeren of om een nume‐
rieke waarde in te stellen.
Druk op de toets SET/CLR om een
functie te kiezen of om een melding te bevestigen.
Informatie- menu voertuig Druk op de toets MENU om de Boord‐
informatiepagina te selecteren.
Draai aan het stelwiel om een sub‐
menu te selecteren.
Volg de instructies in de submenu's. ■ Eenheid
Druk op SET/CLR terwijl de pagina
wordt weergegeven. Selecteer En‐ gels (eenheid 1) of metriek (een‐
heid 3) door aan het stelwiel te
draaien. Druk op SET/CLR om de
eenheid in te stellen.
■ Bandenspanning
Onderweg wordt de bandenspan‐
ning van alle wielen op deze pagina
weergegeven 3 180.
Page 94 of 229
92Instrumenten en bedieningsorganen
■Bandenbelasting
Het bandenspanningsdisplay se‐
lecteert de bandenspanningscate‐
gorie Light, Eco of Max op basis
van de huidige bandenspanning.
Selecteer de categorie door aan
het stelwiel te draaien. Druk op
SET/CLR om de categorie in te
stellen 3 180.
■ Resterende levensduur olie
Geeft een schatting van de levens‐
duur van de olie. Het getal in %
staat voor de huidige resterende le‐ vensduur van de olie en geeft aanwanneer de motorolie en het filter
moeten worden ververst/vervan‐
gen 3 82.
■ Snelheidswaarschuwing
Het snelheidswaarschuwingsdis‐
play waarschuwt bij het overschrij‐
den van een ingestelde snelheid.
Stel de snelheidswaarschuwing in
door op SET/CLR te drukken terwijl
de pagina wordt weergegeven. Draai aan het stelwiel om de
waarde te selecteren. Druk op
SET/CLR om de snelheid in te stel‐
len.
Bij het overschrijden van de gese‐
lecteerde maximumsnelheid klinkt
er een geluidssignaal. Na het in‐
stellen van de snelheid kan deze
functie worden uitgeschakeld door
tijdens het bekijken van deze pa‐
gina op SET/CLR te drukken.
Selectie en aanduiding kunnen ver‐
schillen tussen Midlevel-display en
Uplevel-display.
Informatiemenu dagteller/
brandst.
Druk op de toets MENU om de infor‐
matiepagina Rit/Brandstof te selecte‐ ren.
Draai aan het stelwiel om een sub‐
menu te selecteren.
Page 95 of 229
Instrumenten en bedieningsorganen93
■ dagteller
■ gemiddeld verbruik
■ gemiddelde snelheid
■ dagteller 2
■ gemiddeld verbruik 2
■ gemiddelde snelheid 2
■ digitale snelheid
■ actieradius
■ momentaan verbruik
Selectie en aanduiding kunnen ver‐
schillen tussen Midlevel-display en
Uplevel-display.
Twee tripcomputers
De informatie van twee tripcomputers kan afzonderlijk worden teruggezet
voor de kilometerteller, het gemid‐
delde verbruik en de gemiddelde
snelheid. Zo kunnen er verschillende
tripgegevens worden weergegeven.
Dagteller
De dagteller geeft de huidige afstand
vanaf een bepaalde reset weer.
De dagteller telt tot een afstand van
2.000 km en start dan weer op 0.
Zet de dagteller terug door enkele se‐ conden op de toets SET/CLR op de
betreffende pagina te drukken.
Gemiddeld verbruik
Weergave van het gemiddelde ver‐
bruik. De meting kan altijd opnieuw
worden ingesteld en start met een
standaardwaarde.
Voor het resetten drukt u de toets
SET/CLR op de betreffende pagina
enkele seconden in.
Bij auto's met LPG-motoren: Het ge‐
middelde verbruik wordt aangegeven
voor de momenteel geselecteerde
modus: LPG of benzine.
Gemiddelde snelheid
Weergave van de gemiddelde snel‐ heid. De meting kan op elk moment
opnieuw worden gestart.
Voor het resetten drukt u de toets
SET/CLR op de betreffende pagina
enkele seconden in.
Digitale snelheid
Digitale weergave van de huidige
snelheid.
Page 96 of 229
94Instrumenten en bedieningsorganen
Actieradius brandstof
De actieradius wordt op basis van de
aanwezige tankinhoud en het mo‐
mentane verbruik berekend. Op het display verschijnen gemiddelde
waarden.
Na het tanken wordt de nieuwe actie‐ radius na korte tijd automatisch bijge‐
werkt.
Wanneer het brandstofpeil in de tank
laag is, verschijnt er een bericht op
het display. Y op de brandstofmeter
gaat branden.
Wanneer u onmiddellijk moet bijtan‐ ken, verschijnt er een waarschu‐
wingsbericht op het display. Y op de
brandstofmeter knippert.
Y 3 89.
Actieradius brandstof LPG-versie Weergeven van de actieradius brand‐ stof bij benadering met de resterende
brandstof in elke betreffende brand‐
stoftank met benzine en LPG, samen
met de totale actieradius van beide
brandstofsoorten samen. Schakel
tussen de modi door op de toets
SET/CLR te drukken.Momentaan verbruik
Weergave van het actuele verbruik.
Bij auto's met LPG-motoren: Het mo‐
mentane verbruik wordt aangegeven
voor de momenteel geselecteerde
modus: LPG of benzine.
Informatiemenu ECO s
Druk op de toets MENU om s op
de bovenste regel van het display te
selecteren.
Draai aan het stelwiel om een sub‐
menu te selecteren. Druk ter bevesti‐
ging op de toets SET/CLR.
Submenu's zijn:■ Schakelaanduiding : De huidige
versnelling verschijnt in een pijltje. Het cijfer erboven geeft aan dat de
bestuurder omwille van het brand‐
stofverbruik moet opschakelen.
Eco-index-display : Het huidige
brandstofverbruik verschijnt op een segmentendisplay. Pas voor een
zuinige rijstijl uw rijstijl zodanig aan
dat de gevulde segmenten binnen
de Eco-zone blijven. Hoe meer
segmenten er gevuld zijn, hoe ho‐
ger het brandstofverbruik. Tegelij‐
kertijd wordt de huidige verbruiks‐
waarde weergegeven.
Page 97 of 229
Instrumenten en bedieningsorganen95
■Grootverbruikers De lijst van de
hoogste momenteel ingeschakelde
comfortverbruikers verschijnt in af‐ lopende volgorde. De mogelijke
brandstofbesparing wordt aange‐
geven. Een uitgeschakelde verbrui‐ ker verdwijnt van de lijst en de ver‐bruikswaarde wordt bijgewerkt.
■ Zuinig rijden : geeft de gemiddelde
verbruiksontwikkeling over een af‐
stand van 50 km weer. Gevulde
segmenten tonen het verbruik in
stappen van 5 km en laten de ge‐ volgen van de terreingesteldheid of
het rijgedrag op het brandstofver‐
bruik zien.
Colour-Info-Display
Afhankelijk van de configuratie is de
auto uitgevoerd met een Colour-Info-
Display met aanraakschermfunctio‐
naliteit.
Het Colour-Info-Display met aanraak‐
schermfunctionaliteit geeft in kleur
aan:
■ tijd 3 77
■ buitentemperatuur 3 76
■ datum 3 77
■ instellingen elektronische klimaat‐ regeling 3 116
■ instructies m.b.t. de parkeerhulp en
de geavanceerde parkeerhulp
3 137
■ Infotainmentsysteem, zie beschrij‐ ving in de handleiding van het Info‐
tainmentsysteem
■ systeemberichten
■ boordinformatie 3 97
■ persoonlijke instellingen 3 100
Het type informatie en de weergave
daarvan is afhankelijk van de gecon‐
figureerde instellingen.
Menu's en instellingen
selecteren Via het display van het aanraak‐
scherm hebt u toegang tot menu's en
instellingen.
Page 98 of 229
96Instrumenten en bedieningsorganen
Toets ; indrukken: pagina Home
verschijnt.
Op schermpictogram Instellingen tik‐
ken: Menupagina Instellingen ver‐
schijnt. Selecteer een instelling door erop te tikken.
Tik nogmaals op een geselecteerde
instelling of waarde om deze te be‐
vestigen.
Druk op displaytoets q om een menu
of instelling af te sluiten zonder het
laatste teken in een tekenreeks te wij‐ zigen of te wissen.
Sluit het menu Instellingen af door
stapsgewijs op displaytoets q te
drukken of door na het bevestigen
van de wijzigingen op toets ; te druk‐
ken.
Persoonlijke instellingen 3 100.
Opgeslagen instellingen 3 21.
Graphic-Info-Display
Afhankelijk van de configuratie is de
auto uitgevoerd met een Graphic-
Info-Display.Het Graphic-Info-Display geeft aan:
■ tijd 3 77
■ buitentemperatuur 3 76
■ datum 3 77
■ instellingen elektronische klimaat‐ regeling 3 116
■ Infotainmentsysteem, zie beschrij‐ ving in de handleiding van het Info‐
tainmentsysteem
■ persoonlijke instellingen 3 100
Menu's en instellingen
selecteren
Via het display krijgt u toegang tot de menu's en instellingen.
Toets CONFIG indrukken: Menupa‐
gina Instellingen verschijnt.
Draai aan knop MENU-TUNE voor
selecteren van een instelling of
waarde.
Page 99 of 229
Instrumenten en bedieningsorganen97
Druk op toets MENU-TUNE voor be‐
vestigen van een instelling of waarde.
Druk op toets BACK om een menu of
instelling af te sluiten zonder het laat‐ ste teken in een tekenreeks te wijzi‐
gen of te wissen. Druk enkele secon‐
den op de toets om de gehele invoer
te wissen.
Sluit het menu Instellingen af door
stapsgewijs op toets BACK te druk‐
ken of door na het bevestigen van de wijzigingen op toets CONFIG te druk‐
ken.
Persoonlijke instellingen 3 100.
Opgeslagen instellingen 3 21.Boordinformatie
Meldingen worden voornamelijk
weergegeven op het Driver Informa‐
tion Center (DIC); in sommige geval‐
len samen met een waarschuwings‐
zoemer.
Druk op de knop SET/CLR, de knop
MENU of draai aan het stelwieltje om
een bericht te bevestigen.
Boordinformatie op
Midlevel-display
De boordinformatie verschijnt in de
vorm van cijfercodes.
Nr.Boordinformatie1motorolie verversen3koelvloeistofpeil te laag4airconditioning uit5stuurwiel is geblokkeerd7draai aan het stuurwiel, schakel
het contact uit en weer in
Page 100 of 229
98Instrumenten en bedieningsorganen
Nr.Boordinformatie9draai aan het stuurwiel, start demotor opnieuw12auto overbeladen13compressor oververhit15derde remlicht defect16remlicht defect17koplampverstelling defect18linker dimlicht defect19mistachterlicht defect20rechter dimlicht defect21zijmarkeringslicht links defect22zijmarkeringslicht rechts defect23achteruitrijlicht defect24kentekenverlichting defect25richtingaanwijzer linksvoor
defect26richtingaanwijzer linksachter
defect27richtingaanwijzer rechtsvoor
defectNr.Boordinformatie28richtingaanwijzer rechtsachter
defect35vervang batterij in handzender48reinig blindehoekdetectiesys‐
teem53draai tankdop vast56ongelijke bandenspanning op
vooras57ongelijke bandenspanning op
achteras58detectie winterbanden59open en sluit portierruit
bestuurder60open en sluit portierruit voor‐
passagier66service diefstalalarmsysteem67service stuurslot68service stuurbekrachtiging75service airconditioning76service blindehoekdetectiesys‐
teemNr.Boordinformatie79vul motorolie bij82ververs motorolie binnenkort84motorvermogen beperkt89service-indicatie95service airbag128motorkap open134parkeerhulpstoring, bumper
reinigen136onderhoud aan parkeerhulp
uitvoeren174accu bijna leeg258parkeerhulp uit