OPEL ASTRA K 2018 Handleiding Infotainment (in Dutch)
Page 101 of 177
Inleiding101
Voor een gedetailleerde beschrijving
van de werking van de mobiele tele‐
foon via het infotainmentsysteem
3 129.
PROJECTIE
Maak verbinding met uw smartphone
om specifieke apps van uw smart‐ phone op het infotainmentsysteem
weer te geven.
Selecteer PROJECTIE om de weer‐
gavefunctie te starten.
Afhankelijk van de smartphone die is
verbonden, verschijnt er een hoofd‐ menu met verschillende apps die ukunt selecteren.
Voor een gedetailleerde beschrijving
3 122.
NAV
Selecteer om de navigatieapplicatie
BringGo te starten NAV.
Voor een gedetailleerde beschrijving
3 122.
INSTELLINGEN
Selecteer INSTELLINGEN om een
menu met de verschillende systeem‐
gerelateerde instellingen te openen,
bijvoorbeeld om Geluidsterugmelding
bij aanraken te deactiveren.OnStar
Select OnStar om een menu met de
OnStar Wi-Fi-instellingen te openen.
Zie de Gebruikershandleiding voor
een gedetailleerde beschrijving.
Page 102 of 177
102BasisbedieningBasisbedieningBasisbediening.......................... 102
Geluidsinstellingen ....................104
Volume-instellingen ...................105
Systeeminstellingen ...................106Basisbediening
Het display van het infotainmentsys‐
teem heeft een aanraakgevoelig
oppervlak voor rechtstreekse interac‐ tie met de getoonde menubedie‐
ningsorganen.Voorzichtig
Gebruik geen puntige of harde
voorwerpen zoals balpennen,
potloden en dergelijke voor het aanraakscherm.
9 schermtoets
Druk bij het navigeren door de menu's
in het betreffende submenu op 9 om
terug te gaan naar het bovenliggende
menu.
Wanneer de schermtoets 9 niet
wordt getoond, bent u op het hoogste niveau van het desbetreffende menu.Druk op ; om het startscherm weer
te geven.
Een schermtoets of menuoptie
selecteren of activeren
Druk op een schermtoets of menu‐
optie.
Page 103 of 177
Basisbediening103De betreffende systeemfunctie wordt
geactiveerd, er verschijnt een bericht
of een submenu met verdere opties.
Let op
In de volgende hoofdstukken
worden de stappen voor het selec‐
teren en activeren van een scherm‐ toets of een menuoptie via het
aanraakscherm beschreven als
"...selecteer <naam van toets>/
<naam van optie>".
Items in het startmenu
verplaatsenDruk op de items die u wilt verplaat‐
sen en houd ze ingedrukt tot de picto‐
grammen rood worden omkaderd.
Verplaats uw vinger naar de gewen‐
ste locatie en laat het element los.
Let op
Oefen een gelijkmatige druk uit en
beweeg uw vinger met een
constante snelheid.
Alle andere opties worden opnieuw
ingedeeld.
Druk op een van de toetsen op het
bedieningspaneel om de bewerkings‐ modus af te sluiten.
Let op
De bewerkingsmodus wordt auto‐ matisch verlaten als er 30 seconden niets wordt gedaan.Door lijsten scrollen
Als er meer items zijn dan er op het
scherm kunnen worden weergege‐
ven, dan moet u door de lijst bladeren.
Om door een lijst met menuopties te
bladeren kunt u:
● Het scherm op een willekeurige plek aanraken en dit naar boven
of onder slepen.
Let op
Oefen een gelijkmatige druk uit en
beweeg uw vinger met een
constante snelheid.
Page 104 of 177
104Basisbediening●Druk op S of R aan de boven- of
onderzijde van de schuifbalk.
● Beweeg de schuifbalk omhoog en omlaag met uw vinger.
Druk op de titel van de lijst om terug
te keren naar het begin.
Let op
In de volgende hoofdstukken
worden de stappen voor het blade‐
ren naar een optie uit de lijst via het
aanraakscherm beschreven als
"...blader naar <naam van optie>".
Door de pagina's bladerenLet op
U kunt alleen door pagina's bladeren als er meerdere pagina's beschik‐baar zijn.
Om van de ene pagina naar de
andere te bladeren:
● Plaats uw vinger op een willekeu‐
rige plek van het scherm en
beweeg hem naar links om naar
de vorige pagina te gaan of naar
rechts om naar de volgende
pagina te gaan.
Let op
Oefen een gelijkmatige druk uit en
beweeg uw vinger met een
constante snelheid.
● Druk op q of p op het scherm.
Let op
In volgende hoofdstukken worden
de stappen voor het bladeren door
pagina's via het aanraakscherm
beschreven als "...blader
naar...pagina...".Geluidsinstellingen
In het geluidsinstellingenmenu
kunnen de toonkarakteristieken
worden ingesteld. Het menu is
toegankelijk vanuit elk audiohoofd‐
menu.
Open het geluidsinstellingenmenu
met Menu op de onderste regel van
het betreffende audiohoofdmenu.
Blader zo nodig door de lijst met
menuopties en selecteer Geluidsin‐
stellingen . Het betreffende menu
verschijnt.
Page 105 of 177
Basisbediening105EqualizermodusGebruik deze instelling voor een opti‐
maal geluid voor het genre, bijv.
Rock of Klassiek .
Selecteer de gewenste geluidsstijl in
de interactieve selectiebalk onderaan het scherm. Als u Aangepast kiest,
kunt u de volgende instellingen hand‐ matig aanpassen.
Bass
Met deze instelling kunt u de lage
frequenties van de audiobronnen
versterken of dempen.
Druk op + of - om de instelling aan te
passen.
Midden
Met deze instelling kunt u de midden‐
frequenties van de audiobron verster‐
ken of dempen.
Druk op + of - om de instelling aan te
passen.
Hoge ton.
Met deze instelling kunt u de hoge
frequenties van de audiobronnen
versterken of dempen.Druk op + of - om de instelling aan te
passen.
Balance en fader instellen
Gebruik de illustratie rechts van het menu om balance en fader in te stel‐
len.
Druk op het bijbehorende punt in de
afbeelding om het punt in het interieur
te bepalen waar het geluidsniveau
het hoogst is. Ook kunt u de rode
marker naar het gewenste punt
verschuiven.
Let op
De instellingen voor balance en
fader gelden voor alle audiobron‐
nen. Deze kunnen niet apart voor elke audiobron worden ingesteld.
Volume-instellingen
Maximaal opstartvolume
aanpassen
Druk op ; en selecteer vervolgens
Instellingen .
Selecteer Radio, blader door de lijst
en selecteer vervolgens Max.
inschakelvolume .Druk op + of - om de instelling aan te
passen.
Snelheidsgecompenseerd
volume aanpassen
Druk op ; en selecteer vervolgens
Instellingen .
Selecteer Radio, blader door de lijst
en selecteer vervolgens Automatisch
volume .
Selecteer een van de opties in de lijst
om de mate van volumeaanpassing
te wijzigen.
Uit : geen hoger volume bij een toene‐
mende snelheid.
Hoog : maximale verhoging van het
volume bij een toenemende snelheid.
Geluidsfeedbackfunctie voor
bediening activeren of
deactiveren
Als de geluidsfeedbackfunctie is
geactiveerd, hoort u een pieptoon als een schermtoets of menuoptie wordt
bediend.
Druk op ; en selecteer vervolgens
Instellingen .
Page 106 of 177
106BasisbedieningSelecteer Radio en blader in de lijst
naar Geluidsterugmelding bij
aanraken .
Druk op de schermtoets naast
Geluidsterugmelding bij aanraken om
de functie te activeren of deactiveren.
Volume van verkeersinformatie Stel het gewenste volume van de
verkeersinformatie in wanneer een
verkeersbericht door het systeem
wordt gegeven. De desbetreffende
instelling wordt dan door het systeem opgeslagen.
Systeeminstellingen
De onderstaande instellingen hebben
betrekking op het hele systeem. Alle
andere instellingen worden op onder‐
werp in de betreffende hoofdstukken
van deze handleiding beschreven.
Tijd- en datuminstellingen
Druk op ; en selecteer vervolgens
Instellingen .
Selecteer Tijd en datum om het
betreffende submenu weer te geven.Tijdformaat instellen
Selecteer de gewenste tijdnotatie door op het scherm de toetsen 12 h
of 24 h aan te raken.
Datumformaat instellen
U selecteert de gewenste datumno‐
tatie door op Datumformaat instellen
te drukken en een van de beschik‐
bare opties te kiezen.
Automatisch
Selecteer Automatisch om aan te
geven of de datum en tijd automatisch
of handmatig worden ingesteld.
Selecteer Aan - RDS om de datum en
tijd automatisch in te stellen.
Selecteer Uit - Handbediend om de
datum en tijd handmatig in te stellen. Als Automatisch op Uit -
Handbediend wordt ingesteld, zijn de
submenu-opties Tijd instellen en
Datum instellen beschikbaar.
Tijd en datum instellen
Selecteer Tijd instellen of Datum
instellen om de tijd en datum in te
stellen.
Page 107 of 177
Basisbediening107Raak + en - om de instellingen te
veranderen.
Taalinstellingen
Druk op ; en selecteer vervolgens
Instellingen .
Selecteer Taal(Language) om het
betreffende menu weer te geven.
Taal voor de menuteksten wijzigen:
druk op de gewenste taal.
Bladerfunctie voor tekst
Als er lange tekst op het scherm
verschijnt, zoals bij titels van
nummers en zendernamen, kan de
tekst continu over het scherm rollen of
kan deze eenmaal over het scherm
rollen en in verkorte vorm worden weergegeven.
Druk op ; en selecteer vervolgens
Instellingen .
Selecteer Radio.
Activeer Tekst bladeren als u wilt dat
de tekst continu doorloopt.
Deactiveer de instelling als wilt dat de tekst bloksgewijs wordt doorlopen.
Display uitzettenAls u het display niet wilt zien, bijvoor‐
beeld in de nachtelijke uren, kunt u
het display uitzetten.
Druk op ; en selecteer vervolgens
Instellingen .
Blader door de lijst en selecteer
Display uitschakelen . Het display
wordt uitgeschakeld, maar de audio‐
functies blijven actief.
Raak om het display weer in te scha‐ kelen het scherm aan of druk op een
knop.
Fabrieksinstellingen
Druk op ; en selecteer vervolgens
Instellingen .
Blader door de lijst en selecteer Terug
naar fabrieksinstellingen .
Selecteer Voertuiginstellingen
herstellen om alle persoonlijke instel‐
lingen terug te zetten.
Selecteer Alle privégegevens wissen
om de gekoppelde Bluetooth-appara‐ ten en de opgeslagen contactenlijst
en voicemailnummers te verwijderen.
Selecteer Radio-instellingen
herstellen om de geluids- en volume-
instellingen te resetten, alle favorie‐
ten te verwijderen en de gekozen beltoon te wissen.
In elk van deze gevallen verschijnt er
een waarschuwing. Selecteer
Doorgaan om de instellingen te reset‐
ten.
Page 108 of 177
108BasisbedieningSysteemversie
Druk op ; en selecteer vervolgens
Instellingen .
Blader door de lijst en selecteer
Software-informatie .
Als een USB-apparaat is aangeslo‐
ten, kunt u de voertuiginformatie op
dit USB-apparaat opslaan.
Selecteer Systeemupdate en vervol‐
gens Voertuiginfo opslaan op USB .
Neem contact op met uw garage voor een systeemupdate.
Voertuiginstellingen De Voertuiginstellingen worden in de
Gebruikershandleiding beschreven.
Page 109 of 177
Radio109RadioGebruik...................................... 109
Zender zoeken ........................... 109
Favorietenlijst ............................. 111
Radio Data System (RDS) .........112
Digital Audio Broadcasting ........113Gebruik
Radio activeren
Druk op ; en selecteer vervolgens
AUDIO . Het laatst geselecteerde
hoofdmenu audio verschijnt.
Selecteer Bron op de onderste regel
van het actieve radiohoofdmenu om
de interactieve selectiebalk te
openen.
Selecteer de gewenste golfband.
De laatst beluisterde zender van de specifieke golfband wordt ontvangen.
Zender zoeken
Automatisch zender zoeken
Druk kort op t of v op het bedie‐
ningspaneel of op het scherm om
naar de vorige of volgende zender in
het zendergeheugen te gaan.
Handmatig zender zoeken
Druk op t of v op het bedienings‐
paneel. Loslaten wanneer de gewen‐ ste frequentie bijna bereikt is.
Er wordt automatisch afgestemd op volgende zender met ontvangst.
Page 110 of 177
110RadioLet op
Frequentiebereik FM: Als de RDS-
functie is ingeschakeld, wordt er
alleen naar RDS-zenders 3 112
gezocht en als verkeersinformatie TP is ingeschakeld, wordt er alleen
naar zenders met verkeersinforma‐
tie 3 112 gezocht.
Afstemmen op zender
Druk op B op het scherm. Het
display Direct afstemmen verschijnt.
Voer de gewenste frequentie in.
Gebruik r om de ingevoerde cijfers
te verwijderen. Druk zo nodig op d of
c om vervolgens de invoer te wijzi‐
gen.
Bevestig de invoer om de zender te
beluisteren.
Zenderlijsten
Druk op Menu op de onderste regel
van het actieve radiohoofdmenu om
het bijbehorende submenu voor de
specifieke golfband te openen.
Selecteer de specifieke golfband
Zenderlijst . Alle zenders van de
betreffende golfband met ontvangst
in het huidige ontvangstgebied
worden weergegeven.
Selecteer de gewenste zender.
Let op
De momenteel beluisterde radiozen‐ der wordt aangeduid door het
symbool l naast de naam van de
zender.
Categorielijsten
Tal van radiozenders zenden een
PTY-code uit die het uitgezonden
programmatype aangeeft (bijv.
nieuws). Sommige zenders wijzigen
afhankelijk van de inhoud die op dat
moment wordt uitgezonden ook de
PTY-code.
Het infotainmentsysteem slaat deze
zenders, gesorteerd op programma‐
type, in de desbetreffende categorie‐
lijst op.
Let op
De lijstoptie Categorieën is alleen
beschikbaar voor de FM- en DAB-
golfband.
Selecteer Categorieën om een
programmatype te zoeken dat door
de zenders wordt aangeboden.
Er verschijnt een lijst met momenteel beschikbare programmatypen.