OPEL INSIGNIA 2014.5 Handleiding Infotainment (in Dutch)

Page 141 of 151

Telefoon141
3. Selecteer de schermtoets KOPP;
om een nieuw apparaat te koppe‐ len.
4. Ga verder met stap 3 van "Kop‐ pelen via de toepassing instellin‐
gen" (zie bovenstaand).
5. Als het koppelen van het apparaat
voltooid is, wordt de apparatenlijst opnieuw weergegeven.
Let op
Bij problemen met de Bluetooth-ver‐ binding verschijnt er een storings‐
melding op het scherm van het Info‐
tainmentsysteem.
Een gekoppeld apparaat
verbinden
1. Druk op ; en selecteer vervol‐
gens het pictogram INSTELL..
Selecteer Bluetooth om het be‐
treffende submenu weer te ge‐
ven.
2. Selecteer Apparaatbeheer om de
apparaatlijst weer te geven.3. Selecteer het Bluetooth-apparaat dat u wilt aansluiten en selecteer
vervolgens de schermtoets
VERB. . Er verschijnt een melding
die u moet beantwoorden.
4. Bevestig het bericht. Het apparaat
is verbonden en wordt getoond in
het Verbonden -veld van de appa‐
raatlijst.
Een apparaat loskoppelen 1. Druk op ; en selecteer vervol‐
gens het pictogram INSTELL..
Selecteer Bluetooth om het be‐
treffende submenu weer te ge‐
ven.
2. Selecteer Apparaatbeheer om de
apparaatlijst weer te geven.
3. Selecteer het Bluetooth-apparaat dat u wilt ontkoppelen en selec‐
teer vervolgens de schermtoets Ophangen . Er verschijnt een mel‐
ding die u moet beantwoorden.
4. Bevestig het bericht. Het apparaat
is ontkoppeld en wordt getoond in het Niet verbonden -veld van de
apparaatlijst.Een apparaat wissen
1. Druk op ; en selecteer vervol‐
gens het pictogram INSTELL..
Selecteer Bluetooth om het be‐
treffende submenu weer te ge‐
ven.
2. Selecteer Apparaatbeheer om de
apparaatlijst weer te geven.
3. Selecteer het Bluetooth-apparaat dat u wilt verwijderen en selecteervervolgens de schermtoets
WISSEN . Er verschijnt een mel‐
ding die u moet beantwoorden.
4. Bevestig het bericht. Het apparaat
wordt uit de lijst verwijderd.
Noodoproep9 Waarschuwing
Het tot stand brengen van de ver‐
binding kan niet onder alle om‐
standigheden worden gegaran‐
deerd. Daarom is het belangrijk

Page 142 of 151

142Telefoondat u bij gesprekken van levens‐
belang (bijv. bij het inroepen van
medische hulp) niet alleen op een
mobiele telefoon vertrouwt.
Voor sommige netwerken kan het
noodzakelijk zijn dat er op de juiste
manier een geldige simkaart in de
mobiele telefoon is aangebracht.9 Waarschuwing
Denk eraan dat u met uw mobiele
telefoon kunt bellen en ontvangen indien u zich in een gebied bevindt
met een voldoende sterk signaal.
Onder bepaalde omstandigheden
kunnen nooddiensten niet op alle
mobiele telefoonnetwerken wor‐
den gebeld; mogelijkerwijs kun‐
nen deze oproepen niet gedaan
worden wanneer bepaalde net‐
werkdiensten en/of telefoonfunc‐
ties actief zijn. U kunt hierover uw lokale netwerkexploitant raadple‐
gen.
Het alarmnummer kan per land en regio variëren. Wij raden u aan het juiste alarmnummer voor de rele‐
vante regio van tevoren op te vra‐
gen.
Een noodoproep maken
Vorm het noodnummer (bijv. 112).
De telefoonaansluiting met het nood‐ oproepcentrum wordt ingesteld.
Beantwoord de vragen van het per‐
soneel over de noodoproep.
9 Waarschuwing
Beëindig het gesprek pas als de
alarmcentrale u daarom vraagt.
Bediening
Zodra er een Bluetooth-verbinding
tussen uw mobiele telefoon en het in‐
fotainmentsysteem tot stand is ge‐
bracht, kunt u tal van functies van uw mobiele telefoon via het infotainment‐
systeem bedienen.
Let op
Niet elke mobiele telefoon onder‐
steunt alle functies van de telefoon‐
portal. Zodoende is het mogelijk dat
de functionaliteit die bij deze speci‐
fieke mobiele telefoons staat be‐
schreven, afwijkt.
Telefoontoepassing
Druk op de knop ; en selecteer ver‐
volgens het TEL.-pictogram om het
telefoon-hoofdmenu weer te geven.

Page 143 of 151

Telefoon143
Let op
Is er een gesprek actief terwijl u het
telefoonmenu opent, dan wordt er
een extra menu-optie getoond. Se‐
lecteer Actief gesprek om het ge‐
spreksscherm weer te geven.
Telefoongesprek initiëren
Toetsenblok
Druk op de knop ; en selecteer ver‐
volgens het TEL.-pictogram om het
telefoon-hoofdmenu weer te geven.
Kies de Toetsenblok -lijstoptie. Het
toetsenblok wordt weergegeven.Draai aan de MENU-knop om het cij‐
fer dat u wilt invoeren te markeren en
druk op de knop MENU om dit cijfer te
selecteren. Voer het gewenste huis‐
nummer in.
De autoinvoerfunctie vergelijkt de in‐ gevoerde cijfers met de in het sys‐
teem opgeslagen informatie.
Selecteer de schermtoets KLOPT om
een lijst met alle gevonden matches
weer te geven. Kies het gewenste
nummer.
Selecteer de schermtoets GESPR.
om direct een nummer te bellen.
Contacten
Druk op de knop ; en selecteer ver‐
volgens het TEL.-pictogram om het
telefoon-hoofdmenu weer te geven.
Selecteer het Contactpersonen -me‐
nupunt. De contactenlijst wordt ge‐
toond.
Blader door de lijst en selecteer het
gewenste contact. Het scherm met de contactdetails wordt weergegeven.
Selecteer een van de onder het con‐
tact opgeslagen telefoonnummers.
Het nummer wordt gebeld.Gesprekkenlijsten
Druk op de knop ; en selecteer ver‐
volgens het TEL.-pictogram om het
telefoon-hoofdmenu weer te geven.
Kies de Recente gesprekken -lijstop‐
tie. De recente gesprekkenlijst wordt
weergegeven.
Let op
De recente oproepenlijst van de ver‐
bonden mobiele telefoon wordt
weergegeven.
Selecteer een van de telefoonnum‐
mers in de recente gesprekkenlijst.
Het nummer wordt gebeld.
Inkomend telefoongesprek
Telefoongesprek aannemen
Is er een radio- of mediabron actief
als er een gesprek binnen komt, dan
wordt de audiobron gedempt. Dit blijft
zo tot het gesprek wordt beëindigd.
Er verschijnt een melding met de
naam of nummer van de beller.

Page 144 of 151

144Telefoon
Selecteer in het bericht schermtoets
AANN. om het gesprek te beantwoor‐
den.
Telefoongesprek afwijzen
Selecteer in het bericht schermtoets
NEG. om het gesprek af te wijzen.
Beltoon wijzigen
Druk op ; en selecteer vervolgens
het pictogram INSTELL..
Selecteer Bluetooth om het betref‐
fende submenu weer te geven en kies
vervolgens lijstoptie Beltonen. Er
wordt een lijst met alle aan het Info‐
tainmentsysteem gekoppelde tele‐
foons en de ingestelde beltonen voor deze telefoons getoond.
Kies de gewenste telefoon. Er wordt een lijst weergegeven met alle belto‐
nen voor de betreffende telefoon.
Selecteer de gewenste beltoon.
Functies tijdens een telefoongesprek
Tijdens een telefoongesprek wordt het gespreksscherm weergegeven.Telefoongesprek beëindigen
Selecteer de knop STOP GESPR. op
het scherm om de oproep te beëindi‐
gen.
Microfoon uitschakelen
Selecteer de schermtoets MIC. STIL
om de microfoon tijdelijk uit te scha‐
kelen.
De schermtoets verandert in AAN.
Microfoon opnieuw activeren, selec‐
teer de schermtoets AAN.
De handsfree-functie uitschakelen
Selecteer de schermtoets
HANDSET om het gesprek met uw
mobiele telefoon voort te zetten.
De schermtoets verandert in
HANDSFREE .
Selecteer nogmaals de schermtoets HANDSFREE om de handsfree-func‐
tie opnieuw te activeren.

Page 145 of 151

Telefoon145
Tweede oproep
Een tweede telefoongesprek initiëren Om een tweede telefoongesprek te
voeren, selecteert u de schermtoets
WACHT in het gespreksscherm. Het
actieve telefoongesprek wordt in de wacht gezet.
Een tweede telefoongesprek voeren.
Wilt u het toetsenblok gebruiken, se‐
lecteer dan de schermtoets TOETS.
in het gespreksscherm. Een gedetail‐ leerde beschrijving vindt u boven‐
staand.
Beide gesprekken worden in het ge‐
spreksscherm weergegeven.Tweede inkomende oproep
Er verschijnt een melding met de
naam of nummer van de beller.
Selecteer de schermtoets OMSCH.
om het tweede gesprek te beantwoor‐ den en het eerste in de wacht te zet‐
ten.
Selecteer de schermtoets NEG. om
het tweede binnenkomende gesprek af te wijzen.
Beëindigen van telefoongesprekken
De gesprekken kunnen één voor één
worden beëindigd.
Selecteer de knop STOP GESPR. op
het scherm. Het huidige gesprek
wordt beëindigd.
Tussen telefoongesprekken
schakelen
Draai aan de MENU-knop om het ge‐
sprek te markeren dat u wilt activeren.
Selecteer de knop OMSCH. op het
scherm. Uw huidige gesprek wordt in
de wacht gezet en het geselecteerde
gesprek wordt actief.Mobiele telefoons en
CB-zendapparatuur
Installatie-instructies enbedieningsrichtlijnen
De installatie-instructies die eigen zijn aan de auto en de bedieningsrichtlij‐
nen van de mobiele telefoon- en handsfreefabrikant moeten in acht
worden genomen wanneer u een mo‐
biele telefoon installeert en bedient.
Anders kunt u de voertuigtypegoed‐
keuring ongeldig maken (EU-richtlijn
95/54/EC).
Aanbevelingen voor probleemloze
werking:
■ Professioneel geïnstalleerde bui‐ tenantenne om het grootst moge‐
lijke bereik te verkrijgen,
■ Maximaal zendvermogen 10 watt, ■ Houd bij installatie van de telefoon op een daartoe geschikte plek, re‐
kening met de betreffende opmer‐
king in de Gebruikershandleiding,
hoofdstuk Airbagsysteem .

Page 146 of 151

146Telefoon
Laat u informeren over de voorziene
montageposities voor de buitenan‐
tenne of de toestelhouder en de mo‐
gelijkheden tot gebruik van toestellen met een zendvermogen van meerdan 10 watt.
Het gebruik van een handsfree-carkit
zonder buitenantenne voor mobiele
telefoons type GSM 900/1800/1900
en UMTS is alleen toegestaan, wan‐
neer het maximale zendvermogen
van de mobiele telefoon niet groter is
dan 2 watt bij GSM 900 en niet groter
is dan 1 watt bij de andere types.
Voor veiligheidsredenen mag u geen
telefoon gebruiken terwijl u rijdt. Zelfs het gebruik van een handsfree-tele‐
foon vormt een afleiding tijdens het
rijden.9 Waarschuwing
Gebruik van zendapparatuur en
mobiele telefoons die niet aan de
bovenstaande normen voor mo‐
biele telefoons voldoen en radio's
is alleen toegestaan met een bui‐ tenantenne op de auto.
Voorzichtig
Mobiele telefoons en zendappara‐ tuur kunnen als de voornoemde
aanwijzingen niet in acht worden
genomen bij gebruik in het interi‐
eur zonder buitenantenne aanlei‐
ding geven tot functiestoringen in
de autoelektronica.

Page 147 of 151

Telefoon147

Page 148 of 151

148TrefwoordenlijstAAlgemene aanwijzingen ............
................................ 110, 130, 138
Algemene informatie................... 133 AUX ......................................... 133
Bluetooth-muziek ....................133
CD ........................................... 130
Infotainment-systeem ..............110
Radio ....................................... 123
SD ........................................... 133
Telefoon .................................. 138
USB ......................................... 133
Antidiefstalfunctie ......................111
Audio afspelen ............................ 135
Audiobestanden ......................... 133
Automatische volumeregeling ....119
Auto Set ...................................... 120
AUX ............................................ 133
AUX activeren............................. 135
B BACK-knop ................................. 117
Balans......................................... 119
Bas ............................................. 119
Basisbediening ........................... 117
Instrumentenpaneel ................117
Vijfstandenknop ......................117
Bediening.................................... 142 AUX ......................................... 135Bluetooth-muziek....................135
CD ........................................... 131
Infotainment-systeem ..............115
Menu ....................................... 117
Radio ....................................... 123
SD-kaart .................................. 135
Telefoon .................................. 142
USB ......................................... 135
Bedieningselementen Infotainment-systeem ..............112
Stuurwiel ................................. 112
Bedieningspaneel Infotainment ..112
Beltoon ....................................... 142
Bestandsindelingen Audiobestanden ......................133
Bluetooth-muziek ........................133
Bluetooth-verbinding ..................139
C Categorielijst ............................... 123
CD-speler ................................... 130
CD-speler activeren ....................131
D
DAB ............................................ 127
DAB-koppeling............................ 127
Digital Audio Broadcasting .........127

Page 149 of 151

149
EEQ .............................................. 119
Equaliser..................................... 119
F
Fabrieksinstellingen terugzetten. 120
Fader .......................................... 119
Favoriete lijsten Zenders oproepen ...................124
Zenders opslaan .....................124
Favorietenlijst ............................. 124
Frequentielijst ............................. 123
G Gebruik ....................... 115, 123, 131
AUX ......................................... 135
Bluetooth-muziek ....................135
CD ........................................... 131
Infotainment-systeem ..............115
Menu ....................................... 117
SD-kaart .................................. 135
Telefoon .................................. 142
USB ......................................... 135
Geluidsinstellingen .....................119
H Het Infotainmentsysteem activeren.................................. 115
Het telefoonportaal activeren .....142
Home-toets ................................. 117I
Infotainmentsysteem inschakelen ............................. 115
Intellitext ..................................... 127
K Klokdisplay ................................. 120
Koppelen .................................... 139
L
L-Band ........................................ 127
M
Maximaal inschakelvolume......... 119 Menubediening ........................... 117
MENU-knop ................................ 117
Middenbereik .............................. 119
Mobiele telefoons en CB-zendapparatuur .................145
Mute............................................ 115
N
Noodoproep ................................ 141
O
Overzicht bedieningselementen. 112
P PIN vergeten............................... 120R Radio Categorielijst ........................... 123
DAB ......................................... 127
DAB-berichten ......................... 127
DAB-menu............................... 127
Digital Audio Broadcasting ......127
Favoriete lijsten .......................124
FM menu ................................. 126
Frequentielijst .......................... 123
Golfband.................................. 123
Intellitext .................................. 127
L-Band..................................... 127
Radio Data System .................126
RDS......................................... 126
Regio ....................................... 126
Regio-instelling........................ 126
TP............................................ 126
Traffic Program .......................126
Zender zoeken ........................ 123
Zenderlijst................................ 123
Zenders oproepen ...................124
Zenders opslaan .....................124
Radio activeren........................... 123
Radio Data System (RDS) ......... 126
Regio .......................................... 126
Regio-instelling ........................... 126

Page 150 of 151

150
SSD-kaart ..................................... 133
SD-kaart activeren ......................135
Selectie van frequentiebereik .....123
Streaming audio via Bluetooth activeren.................................. 135
Systeeminstellingen.................... 120 Beeldscherm ........................... 120
Fabrieksinstellingen
terugzetten .............................. 120
Taal ......................................... 120
Tijd en datum .......................... 120
Valetmodus ............................. 120
T
Taal............................................. 120
Telefoon Algemene informatie ...............138
Beltoon .................................... 142
Bluetooth ................................. 138
Bluetooth-verbinding ...............139
Handsfree-modus.................... 142
Noodoproepen ........................ 141
Recente gesprekken ...............142
Telefoonboek .......................... 142
Telefoonboek .............................. 142Telefoongesprek
Aannemen ............................... 142
Afwijzen ................................... 142
Initiëren ................................... 142
TP ............................................... 126
Traffic Program ........................... 126
Treble ......................................... 119
Tijd .............................................. 120
U USB ............................................ 133
USB activeren............................. 135
V Valetmodus Ontgrendelen .......................... 120
Vergrendelen .......................... 120
Volume Automatische volumeregeling. 119
Maximaal inschakelvolume .....119
Stiltefunctie.............................. 115
Volume instellen ......................115
Volumebeperking bij hoge
temperaturen ........................... 115
Volume-instellingen ....................119
Vijfstandenknop .......................... 117
Z
Zenderlijst ................................... 123
Zenders oproepen ......................124Zenders opslaan .........................124
Zender zoeken............................ 123

Page:   < prev 1-10 ... 101-110 111-120 121-130 131-140 141-150 151-160 next >