OPEL VIVARO B 2016.5 Handleiding Infotainment (in Dutch)

Page 121 of 139

Telefoon121Telefoon met voorrang definiërenR15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Telefoon met voorrang definiëren
De telefoon met voorrang is de laatst
verbonden telefoon.
Na het inschakelen van het contact
zal het handsfree-telefoonsysteem
eerst naar de telefoon met voorrangs‐
koppeling gaan zoeken. Het zoeken
gaat door tot een gekoppelde tele‐
foon is gevonden.
Bluetooth-verbinding
Bluetooth is een radiografische norm
voor het draadloos verbinden van
bijv. een telefoon met andere appa‐
ratuur.
Informatie zoals een contactlijst voor de mobiele telefoon en gesprekken‐
lijsten kunnen worden overgedragen. Welke functies er beschikbaar zijn,hangt af van het model telefoon.Voorwaarden
Aan de volgende voorwaarden moet
worden voldaan om een Bluetooth-
compatibele mobiele telefoon via het
Infotainmentsysteem te regelen:
● De Bluetooth-functie van het in‐ fotainmentsysteem moet geacti‐
veerd zijn.
● De Bluetooth-functie van de Bluetooth-compatibele mobiele
telefoon moet worden geacti‐
veerd (zie gebruiksaanwijzing
van de mobiele telefoon).
● Afhankelijk van de mobiele tele‐ foon kan het nodig zijn om het
apparaat op "zichtbaar" in te stel‐
len (zie de bedieningsinstructies
van de mobiele telefoon).
● De mobiele telefoon moet aan/op
het Infotainmentsysteem gekop‐peld en aangesloten zijn.Bluetooth-functie van het
Infotainmentsysteem activeren
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Bluetooth activeren
Om het Infotainmentsysteem een
Bluetooth-compatibele mobiele tele‐ foon te laten herkennen en bedienen
moet de Bluetooth-functie eerst ge‐
activeerd zijn. Deactiveer de functie
als deze niet nodig is.
Druk op TEL en selecteer Bluetooth
door aan OK te draaien en deze in te
drukken.
Selecteer AAN of UIT en bevestig
door op de knop te drukken.
NAVI 50 IntelliLink - Bluetooth
activeren
Druk op 7, gevolgd door
ÿ INSTELLINGEN op het display‐
scherm.
Selecteer Bluetooth voor de volgende
opties:
● Bluetooth-apparatenlijst bekijken
● Bluetooth-apparaat zoeken
● Extern apparaat goedkeuren

Page 122 of 139

122Telefoon●Wachtwoord wijzigen
● Smartphone
Beschikbaar afhankelijk van de
versie. Voor hulp met activeren
en bedienen van stembediening
kunt u "Stemherkenning" raad‐
plegen 3 112.
Als het Bluetooth -scherm wordt weer‐
gegeven, kunnen apparaten met in‐
geschakelde Bluetooth worden ge‐
koppeld met het Infotainmentsys‐
teem.
NAVI 80 IntelliLink - Bluetooth
activeren
Om vanuit de startpagina naar het
menu Telefooninstellingen te gaan,
drukt u op MENU, gevolgd door
Telefoon en Instellingen op het dis‐
playscherm.
De volgende opties worden getoond: ● Apparaten beheren
● Geluidsniveaus
● Voicemail
● Bluetooth in-/uitschakelen
● Telefoongegevens automatisch
downloaden (aan/uit)Druk op Bluetooth inschakelen om
het vakje ☑ ernaast te selecteren. Ap‐
paraten met ingeschakelde Bluetooth
kunnen nu met het Infotainmentsys‐
teem worden gekoppeld.
Raadpleeg (NAVI 80 IntelliLink) "Te‐ lefooninstellingen" in het hoofdstuk
"Bediening" voor meer informatie
3 125.
Mobiele telefoon koppelen aan
het handsfree-telefoonsysteem
Om uw handsfree-telefoonsysteem te
kunnen gebruiken, moet er een ver‐
binding tot stand worden gebracht
tussen de mobiele telefoon en het
systeem via Bluetooth, d.w.z. de mo‐
biele telefoon moet vóór gebruik aan
de auto gekoppeld worden. Daarom
moet de mobiele telefoon Bluetooth
ondersteunen. Raadpleeg de bedie‐
ningsinstructies van uw mobiele tele‐
foon.
Om een Bluetooth-verbinding tot
stand te brengen, moet het hands‐
free-telefoonsysteem ingeschakeld
en moet Bluetooth op de mobiele te‐
lefoon geactiveerd zijn.Let op
Als een andere telefoon tijdens een
nieuwe koppelingsprocedure auto‐
matisch wordt aangesloten, wordt
deze automatisch losgekoppeld om
de nieuwe koppelingsprocedure te laten plaatsvinden.
Door het koppelen kan het handsfree-
telefoonsysteem een mobiele tele‐
foon herkennen en in de apparaten‐ lijst opslaan. Er kunnen maximaal5 mobiele telefoons gekoppeld en in
de apparatenlijst opgeslagen worden,
maar er kan er maar één tegelijkertijd
verbonden zijn.
Let op
Afhankelijk van de versie van
NAVI 50 IntelliLink kunnen maxi‐
maal 8 mobiele telefoons worden
gekoppeld.
Wanneer het koppelen voltooid is,
wordt een bericht met de naam van
de gekoppelde telefoon op het dis‐
playscherm van het infotainmentsys‐
teem getoond en wordt de telefoon
automatisch met het handsfree-tele‐
foonsysteem verbonden. De mobiele

Page 123 of 139

Telefoon123telefoon kan dan via de bedienings‐
elementen van het het
infotainmentsysteem worden be‐
diend.
Let op
Wanneer een Bluetooth-verbinding
actief is, wordt bij gebruik van het
handsfree-telefoonsysteem de bat‐
terij van de mobiele telefoon sneller
ontladen.
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB - Een
mobiele telefoon koppelen
Koppel een telefoon aan het hands‐
free-telefoonsysteem door op TEL te
drukken en selecteer Apparaat
koppelen door aan OK te draaien en
deze in te drukken. Het scherm
Gereed voor koppelen verschijnt.
Zoek op de mobiele telefoon naar
Bluetooth-apparaten in de buurt van
het apparaat.
Selecteer My Radio (d.w.z. de naam
van het handsfree-telefoonsysteem)
uit de lijst op de mobiele telefoon en
voer via het toetsenbord van de mo‐
biele telefoon de koppelingscode indie op het displayscherm van het In‐
fotainmentsysteem staat weergege‐
ven.
Als het koppelen mislukt, gaat het
systeem terug naar het vorige menu
en verschijnt er een dienovereenkom‐
stig bericht. Herhaal de procedure zo
nodig.
NAVI 50 IntelliLink - Een mobiele
telefoon koppelen
Druk op 7, gevolgd door
ÿ INSTELLINGEN op het display‐
scherm.
Selecteer Bluetooth, gevolgd door
Bluetooth-apparaat zoeken of Extern
apparaat goedkeuren .
Het is ook mogelijk om in het menu‐
scherm Telefoon op het display op
y te drukken.
Zoek op de mobiele telefoon naar
Bluetooth-apparaten in de buurt van
het apparaat.
Selecteer de naam van het hands‐
free-telefoonsysteem (bijv.
MEDIA-NAV ) uit de lijst op de mobiele
telefoon en voer dan (zo nodig) via
het toetsenbord van de mobiele tele‐foon de koppelingscode in die op het
displayscherm van het Infotainment‐
systeem staat weergegeven.
Let op
De koppelingscode wordt wellicht al‐ leen korte tijd op het display van het
Infotainmentsysteem weergegeven.
De standaard koppelingscode is 0000 . Selecteer Wachtwoord
wijzigen om deze koppelingscode te
wijzigen voordat de koppelingsproce‐
dure wordt gestart.
Herhaal zo nodig de procedure als
het koppelen mislukt.
NAVI 80 IntelliLink - Een mobiele
telefoon koppelen
Om vanuit de startpagina naar het
menu Telefooninstellingen te gaan,
drukt u op MENU, gevolgd door
Telefoon en Instellingen op het dis‐
playscherm.
Selecteer Apparaten beheren uit de
lijst met opties. Op het display ver‐
schijnt een bericht waarin u wordt ge‐
vraagd om een Bluetooth-verbinding
tussen uw apparaat en het Infotain‐
mentsysteem tot stand te brengen.
Selecteer Ja om door te gaan. Het

Page 124 of 139

124TelefoonInfotainmentsysteem gaat zoeken
naar Bluetooth-apparatuur in de buurt en toont vervolgens een lijst met ap‐
paraten.
Selecteer uw apparaat uit de ge‐
toonde lijst. Afhankelijk van het tele‐
foonmodel bevestigt u het koppe‐
lingsverzoek of voert u de koppelings‐
code in op het toetsenblok van de mo‐
biele telefoon om de koppeling met
het Infotainmentsysteem tot stand te
brengen.
Om andere apparaten te koppelen,
drukt u in het scherm Apparaten
beheren op < om een pop-upmenu te
openen. Hier selecteert u
Toevoegen om andere apparaten op
dezelfde wijze te koppelen.
Herhaal zo nodig de procedure als
het koppelen mislukt.
Mobiele telefoon
ontkoppelen van het
handsfree-telefoonsysteem
Wanneer de lijst met gekoppelde te‐
lefoons vol is, kan een nieuwe tele‐
foon alleen gekoppeld worden wan‐
neer een bestaande telefoon wordt
ontkoppeld.Let op
Bij het ontkoppelen van een telefoon
worden alle gedownloade contacten
en de belgeschiedenis in het tele‐
foonboek van het handsfree tele‐
foonsysteem gewist.
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB - Een
mobiele telefoon ontkoppelen
Om te ontkoppelen, d.w.z. een tele‐
foon uit het geheugen van het hands‐ free-telefoonsysteem te verwijderen,
drukt u op TEL en selecteert u
Apparaat verwijderen .
Selecteer de gewenste telefoon uit de apparatenlijst en druk op OK om het
verwijderen te bevestigen wanneer
daarom wordt gevraagd.
NAVI 50 IntelliLink - Een mobiele
telefoon ontkoppelen
Om te ontkoppelen, d.w.z. een tele‐
foon uit het geheugen van het hands‐ free-telefoonsysteem te verwijderen,
drukt u op 7, gevolgd door
ÿ INSTELLINGEN op het display‐
scherm.
Selecteer Bluetooth en Bluetooth-
apparatenlijst bekijken .Selecteer de gewenste telefoon uit de
apparatenlijst en druk op ë om het
apparaat te verwijderen. Verwijder zo
nodig alle apparaten door op Opties
te drukken, gevolgd door Alles
verwijderen . Bevestig de keuze door
op OK te drukken.
NAVI 80 IntelliLink - Een mobiele
telefoon ontkoppelen
Om te ontkoppelen, d.w.z. dat een te‐
lefoon uit het geheugen van het
handsfree-telefoonsysteem wordt
verwijderd, gaat u naar het scherm
Apparaten beheren .
Druk in de startpagina op MENU, ge‐
volgd door Telefoon en Instellingen
op het displayscherm.
Selecteer Apparaten beheren en druk
op < om een pop-upmenu te openen.
Selecteer vervolgens Verwijderen en
verwijder het geselecteerde apparaat van de lijst.

Page 125 of 139

Telefoon125Noodoproep9Waarschuwing
Het tot stand brengen van de ver‐
binding kan niet onder alle om‐
standigheden worden gegaran‐
deerd. Vertrouw daarom niet al‐
leen op een mobiele telefoon bij
gesprekken van levensbelang
(bijv. bij het inroepen van medi‐
sche hulp).
Voor sommige netwerken kan het
noodzakelijk zijn dat er op de juiste manier een geldige simkaart in de
mobiele telefoon is aangebracht.
9 Waarschuwing
Denk eraan dat u met uw mobiele
telefoon alleen kunt bellen en ont‐ vangen indien u zich in een gebied
bevindt met een voldoende sterk
signaal.
Onder bepaalde omstandigheden
kunnen nooddiensten niet op alle
mobiele telefoonnetwerken wor‐
den gebeld; mogelijkerwijs kun‐
nen deze oproepen ook niet ge‐
daan worden wanneer bepaalde
netwerkdiensten en/of telefoon‐
functies actief zijn. Raadpleeg uw
netwerkprovider voor meer infor‐
matie.
Het alarmnummer verschilt afhan‐ kelijk van het land of de regio. Wij
raden u aan het juiste alarmnum‐
mer voor het relevante land of de
relevante regio van tevoren op te
vragen.
Kies het alarmnummer (zie &#34;Bedie‐
ning&#34; 3 125); er wordt verbinding ge‐
maakt met de alarmcentrale.
Antwoord als het dienstdoende per‐ soneel u vragen stelt over het nood‐
geval.
9 Waarschuwing
Beëindig het gesprek pas als de
alarmcentrale u daarom vraagt.
NAVI 50 IntelliLink
Het alarmnummer voor de huidige lo‐
catie zien: Druk op 7, gevolgd door
s KAART (beschikbaar afhankelijk
van de versie) op het displayscherm.
Druk op Opties en vervolgens op
Waar ben ik? .
Wanneer het scherm Waar ben ik?
verschijnt, drukt u op Opties, gevolgd
door Landinformatie op het display‐
scherm: Het alarmnummer (bijv. 112) verschijnt op het display.
Bediening
Inleiding Wanneer een Bluetooth-verbinding
tot stand is gebracht tussen uw mo‐ biele telefoon en het handsfree-tele‐
foonsysteem, kunnen bepaalde func‐ ties van uw mobiele telefoon via de
bedieningselementen van het Info‐
tainmentsysteem of het display wor‐
den bediend.

Page 126 of 139

126TelefoonHet is bijvoorbeeld mogelijk om de
contacten en telefoonnummers die in
uw mobiele telefoon zijn opgeslagen, in het handsfree-telefoonsysteem te
importeren.
Nadat de verbinding tot stand is ge‐
bracht, worden de gegevens van de
mobiele telefoon naar het handsfree-
telefoonsysteem gezonden. Afhanke‐ lijk van het model telefoon kan dit
enige tijd duren. Tijdens de gege‐
vensoverdracht is het bedienen van
de mobiele telefoon via het Infotain‐
mentsysteem slechts beperkt moge‐
lijk.
Let op
Niet elke mobiele telefoon onder‐
steunt de functies van het hands‐
free-telefoonsysteem. Daarom kan
het bereik aan beschreven functies
afwijken.Menu Telefoon
Het Telefoon -menu weergeven:
● druk op 6TEL
- of -
● druk op TEL
- of -
● druk op 7, gevolgd door
y Telefoon op het displayscherm
(NAVI 50 IntelliLink)
druk vanuit de startpagina op
MENU , gevolgd door Telefoon op
het displayscherm
(NAVI 80 IntelliLink)
Volumeregeling
R15 BT, R16 BT USB, CD16 BT,
CD18 BT USB - Volumeregeling
Draai tijdens een oproep aan m of
druk op ! of # (op de knoppen op de
stuurkolom) om het volume van de
oproep te wijzigen.
NAVI 50 IntelliLink - Volumeregeling
Druk tijdens een gesprek op ] of <
van het Infotainmentsysteem om het
gespreksvolume te wijzigen.Druk eventueel (met de knoppen op
de stuurkolom) op ! of #.
NAVI 80 IntelliLink - Volumeregeling Draai tijdens een gesprek aan X op
het Infotainmentsysteem om het ge‐
spreksvolume te wijzigen.
Druk eventueel (met de knoppen op
de stuurkolom) op ! of #.
Telefoonnummer bellen Er zijn verschillende opties beschik‐
baar voor het bellen van telefoon‐
nummers, waaronder het bellen van
een contact in het telefoonboek of
vanuit een gesprekkenlijst. Nummers
kunnen natuurlijk ook handmatig wor‐
den gekozen.
Handmatig een nummer invoeren
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Handmatig een nummer invoeren
Terwijl het Telefoon-menu wordt
weergegeven, selecteert u Kiezen uit
de lijst.

Page 127 of 139

Telefoon127Voer het gewenste nummer in met
het numerieke toetsenbord ( 3 116)
en selecteer 7 om het kiezen te star‐
ten.
Kies het laatste nummer opnieuw
door TEL ingedrukt te houden.
NAVI 50 IntelliLink - Handmatig een
nummer invoeren
Als het menu yTelefoon wordt weer‐
gegeven, drukt u op S in de linkerbo‐
venhoek en selecteert u Kiezen uit de
lijst.
Voer het gewenste nummer in met
het numerieke toetsenbord en selec‐
teer y om het kiezen te starten.
Raadpleeg (NAVI 50 IntelliLink)
&#34;Toetsenborden op het display bedie‐ nen&#34; in het hoofdstuk &#34;Algemene in‐
formatie&#34; 3 116.
Ingevoerde gegevens kunnen wor‐ den gecorrigeerd met het toetsen‐
bordteken k. Houd k ingedrukt om
alle nummers tegelijk te wissen.NAVI 80 IntelliLink - Handmatig een
nummer invoeren
Druk in de startpagina op MENU, ge‐
volgd door Telefoon en Een nummer
kiezen op het displayscherm.
Voer het gewenste nummer in met
het numerieke toetsenbord en druk
op Bellen om het kiezen te starten.
Ingevoerde gegevens kunnen wor‐
den gecorrigeerd met het toetsen‐
bordteken k.
Telefoonboek Het telefoonboek telefoon bevat con‐
tactlijsten die alleen beschikbaar zijn voor de huidige autogebruiker. Van‐
wege vertrouwelijkheidsredenen kan
elke gedownloade contactenlijst al‐
leen worden bekeken wanneer de bij‐
behorende telefoon is aangesloten.
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Telefoonboek
Nadat de mobiele telefoon aan het In‐ fotainmentsysteem is gekoppeld,
wordt de contactlijst van de mobiele
telefoon naar het handsfree-telefoon‐
systeem gedownload.Om een nummer uit het telefoonboek
van de telefoon te kiezen terwijl het
menu Telefoon wordt weergegeven,
selecteert u Telefoonboek en het ge‐
wenste contact uit de alfabetische
lijst. Druk op OK om het kiesproces te
starten.
NAVI 50 IntelliLink - Contacten
Nadat de mobiele telefoon aan het In‐ fotainmentsysteem is gekoppeld,
wordt de contactlijst van de mobiele
telefoon naar het handsfree-telefoon‐
systeem gedownload.
Als het menu yTelefoon wordt weer‐
gegeven, drukt u op S in de linkerbo‐
venhoek en selecteert u
Telefoonboek uit de lijst.
Om een nummer uit het telefoonboek
te kiezen, selecteert u de gewenste
contactpersoon uit de lijst.
In plaats daarvan kunt u op het dis‐
play op Zoeken op naam drukken en
vervolgens de naam van de contact‐
persoon invoeren met behulp van het
toetsenbord.

Page 128 of 139

128TelefoonRaadpleeg (NAVI 50 IntelliLink)
&#34;Toetsenborden op het display bedie‐ nen&#34; in het hoofdstuk &#34;Algemene in‐
formatie&#34; 3 116.
NAVI 80 IntelliLink - Contacten
Nadat de mobiele telefoon aan het In‐ fotainmentsysteem is gekoppeld,
wordt de contactlijst van de mobiele
telefoon naar het handsfree-telefoon‐
systeem gedownload.
Let op
Het delen van gegevens moet wor‐ den toegestaan op uw telefoon.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing
van uw mobiele telefoon of neem
contact op met uw netwerkprovider.
De functie &#34;Telefoongegevens auto‐ matisch downloaden&#34; moet even‐
eens worden ingeschakeld in het
menu Telefooninstellingen van het
infotainmentsysteem. Raadpleeg
(NAVI 80 IntelliLink) &#34;Telefooninstel‐ lingen&#34; hieronder.
Druk in de startpagina op MENU, ge‐
volgd door Telefoon en
Telefoonboek op het displayscherm.Om een nummer uit het telefoonboek
te kiezen, selecteert u de gewenste
contactpersoon uit de lijst. Als een
contactpersoon meer dan één opge‐
slagen nummer heeft, selecteer dan
het gewenste nummer wanneer daar
om wordt gevraagd.
Na de eerste koppeling van de tele‐
foon met het Infotainmentsysteem,
kan het systeem worden bijgewerkt
met de nieuwste contacten op uw mo‐
biele telefoon. Druk op < om een pop-
upmenu te openen en selecteer
Telefoongegevens bijwerken . Selec‐
teer zo nodig Help in het pop-upmenu
voor ondersteuning.
Om een contactpersoon aan uw fa‐
vorietenlijst toe te voegen, drukt u op
< en selecteert u Contact aan de
favorietenpagina toevoegen .
Let op
U hebt op elk moment toegang tot de
favorieten door op de startpagina op f te drukken.
Ga voor meer informatie naar
(NAVI 80 IntelliLink) &#34;Favorieten&#34; in
het hoofdstuk &#34;Inleiding&#34; 3 32.Gesprekslijsten
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Gesprekkenlijsten
Om een nummer uit de gesprekken‐
lijsten te kiezen (bijv. gekozen num‐
mers, ontvangen oproepen, gemiste
oproepen), selecteert u de relevante
optie, bijv. Recente oproepen uit het
menu Gesprekkenlijst . Selecteer het
gewenste contact en druk op OK om
het kiesproces te starten.
NAVI 50 IntelliLink -
Gesprekkenlijsten
Nadat de mobiele telefoon aan het In‐ fotainmentsysteem is gekoppeld,
wordt de lijst met gekozen nummers,
ontvangen oproepen en gemiste op‐
roepen in de mobiele telefoon auto‐
matisch naar het handsfree-telefoon‐
systeem verzonden.
Terwijl het menu yTelefoon wordt
weergegeven, drukt u op S in de lin‐
kerbovenhoek en selecteert u
Gesprekkenlijsten uit de lijst.

Page 129 of 139

Telefoon129Om een nummer uit de gesprekken‐
lijsten te kiezen, selecteert u een van
de volgende opties op het display:
● yAlle : Toont een overzicht van
alle oproepen in de onder‐
staande lijsten.
● ú: Gekozen nummers.
● ù: Ontvangen oproepen.
● û: Gemiste oproepen.
Let op
Het aantal gemiste oproepen wordt
naast het symbool weergegeven.
De meest recente oproepen worden
bovenaan weergegeven. Selecteer
het gewenste contact uit de gekozen
lijst om het kiezen te starten.
NAVI 80 IntelliLink -
Gesprekkenlijsten
Nadat de mobiele telefoon aan het In‐ fotainmentsysteem is gekoppeld,
wordt de lijst met gekozen nummers,
ontvangen oproepen en gemiste op‐
roepen in de mobiele telefoon auto‐
matisch naar het handsfree-telefoon‐
systeem verzonden.Let op
Het delen van gegevens moet wor‐
den toegestaan op uw telefoon.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing
van uw mobiele telefoon of neem
contact op met uw netwerkprovider.
De functie &#34;Telefoongegevens auto‐ matisch downloaden&#34; moet even‐
eens worden ingeschakeld in het
menu Telefooninstellingen van het
infotainmentsysteem. Raadpleeg
(NAVI 80 IntelliLink) &#34;Telefooninstel‐ lingen&#34; hieronder.
Druk in de startpagina op MENU, ge‐
volgd door Telefoon en
Gesprekkenlijsten op het display‐
scherm.
Om een nummer uit de gesprekken‐
lijsten te kiezen, selecteert u een van de volgende opties op het display:
● Alle : Toont een overzicht van alle
oproepen in de onderstaande lijs‐
ten.
● ù: Ontvangen oproepen.
● þ: Gemiste oproepen.
● ú: Gekozen nummers.De meest recente oproepen worden
bovenaan weergegeven. U kunt ook
op 4 of 1 drukken om in het display
omhoog of omlaag te bladeren.
Selecteer het gewenste contact uit de
gekozen gesprekkenlijst om het kie‐
zen te starten.
Let op
Druk indien nodig op < (om een pop-
upmenu te openen) en selecteer
Telefoongegevens bijwerken om de
gesprekkenlijsten bij te werken.
Voicemailbox
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Voicemailbox
Wanneer de mobiele telefoon is ver‐
bonden, kunt u voicemailberichten
van de telefoon beluisteren via het In‐ fotainmentsysteem. Selecteer hier‐
voor het menu Voicemailbox.
NAVI 80 IntelliLink - Voicemailbox
Om voicemailberichten van de mo‐
biele telefoon via het Infotainment‐
systeem te beluisteren als de telefoon

Page 130 of 139

130Telefoonis verbonden, drukt u in de startpa‐
gina op MENU, gevolgd door
Telefoon en Voicemail op het display‐
scherm.
Het configuratiescherm verschijnt als
de voicemailbox nog niet is geconfi‐
gureerd. Voer het nummer in op het
numerieke toetsenbord en bevestig
de invoer.
Gesprekken ontvangen
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Inkomende oproepen
Het gesprek aannemen, afhankelijk
van de configuratie van de auto:
● Druk kort op 7 (op de knoppen
op de stuurkolom).
● Selecteer het pictogram 7 op het
display (door aan OK te draaien
en deze in te drukken).Het gesprek niet aannemen, afhan‐
kelijk van de configuratie van de auto:
● Houd 8 ingedrukt (op de knop‐
pen op de stuurkolom).
● Selecteer het pictogram } op
het display (door aan OK te
draaien en deze in te drukken).
Wanneer een gesprek wordt ontvan‐
gen, kan het nummer van de beller
worden weergegeven op het display‐
scherm van het Infotainmentsysteem.
Wanneer het nummer is opgeslagen
in het systeemgeheugen, wordt in dat geval de naam weergegeven. Wan‐
neer het nummer niet kan worden weergegeven, wordt het bericht
Privénummer getoond.
NAVI 50 IntelliLink - Inkomende
oproepen
De oproep aannemen:
● Druk op Aannemen/Akkoord op
het displayscherm.
● Druk kort op 7 (op de knoppen
op de stuurkolom).Het gesprek niet aannemen:
● Druk op Weigeren/Niet
aannemen op het displayscherm.
● Houd 8 ingedrukt (op de knop‐
pen op de stuurkolom).
Wanneer een gesprek wordt ontvan‐
gen, kan het nummer van de beller
worden weergegeven op het display‐
scherm van het Infotainmentsysteem. Wanneer het nummer is opgeslagen
in het systeemgeheugen, wordt in dat
geval de naam weergegeven. Wan‐
neer het nummer niet kan worden weergegeven, wordt het bericht
Onbekend /Onbekend nummer ge‐
toond.
NAVI 80 IntelliLink - Inkomende
oproepen
De oproep aannemen:
● druk op Aannemen op het dis‐
playscherm
● druk kort op 7 (op de knoppen op
de stuurkolom)

Page:   < prev 1-10 ... 81-90 91-100 101-110 111-120 121-130 131-140 next >