PEUGEOT 206 2004 Instructieboekje (in Dutch)

Page 111 of 184

106
14-06-2004
107
14-06-2004
UW 206 IN DETAIL
Actieradius
In deze stand geeft de computer aan
hoeveel kilometer u nog met de res-
terende hoeveelheid brandstof kunt
rijden.
Opmerking: Dit getal kan verhoogd
worden door een verandering in de
rijstijl of van het landschap, die een
aanzienlijke verlaging van het mo-
mentele verbruik tot gevolg heeft.
Als de actieradius minder dan 30 km
bedraagt, worden drie streepjes weer-
gegeven. Na het tanken wordt de actie-
radius weer weergegeven zodra deze
meer dan 100 km bedraagt.
Raadpleeg een PEUGEOT-service-
punt wanneer er tijdens het rijden
horizontale streepjes in plaats van
cijfers op het display verschijnen.
Momenteel verbruik
Dit is het verbruik dat geregistreerd is
tijdens de laatste seconden.
Deze informatie verschijnt alleen als
er met een snelheid van meer dan
30 km/h wordt gereden.
Gemiddeld verbruik
Dit is het gemiddelde verbruik sinds
de laatse nulstelling van de boord-
computer.
Afgelegde afstand
In deze stand geeft de boordcom-
puter de afgelegde afstand sinds de
laatste nulstelling aan.
Af te leggen afstand
Dit is de afstand tot de eindbestem-
ming. Deze afstand wordt op elk mo-
ment tijdens het navigeren berekend
of wordt ingevoerd door de gebrui-
ker, met aftrek van de kilometers die
sinds het invoeren zijn afgelegd.
Opmerking: Bij het ontbreken van
de afstand verschijnen er streepjes
in plaats van cijfers.
Gemiddelde snelheid
Dit is de gemiddelde snelheid sinds
de laatste nulstelling van de boord-
computer (contact aan).
Logboek
waarschuwingsmeldingen
Deze functie herhaalt de actieve
waarschuwingsmeldingen door ze
achtereenvolgend op het multifuncti-
onele display te laten verschijnen.
De trajecten
De trajecten "1" en "2" zijn onaf-
hankelijk en hebben dezelfde eigen-
schappen.
Traject "1" kan bijvoorbeeld gebruikt
worden voor een dagelijks verbruik
en traject "2" voor een maandelijks
verbruik.

Page 112 of 184

106
14-06-2004
107
14-06-2004
UW 206 IN DETAIL
BOORDCOMPUTER
Als de knop op het uiteinde van de
ruitenwisserschakelaar meermaals
wordt ingedrukt, worden achtereen-
volgens aangegeven:
Display B
- de actieradius,
- de afgelegde afstand,
- het gemiddelde verbruik,
- het momentele verbruik,
- de gemiddelde snelheid.
Op 0 zetten
Druk meer dan 2 seconden op de
knop.
Monochroom display CT
- Stand "auto" met:
• de actieradius, het momentele verbruik en de afstand die nog
moet worden afgelegd.
- Stand "1" (traject "1") met:
• het gemiddelde verbruik, de afgelegde afstand en de gemid-
delde snelheid gedurende het
traject "1".
- Stand "2" (traject "2") met dezelf-
de eigenschappen.
Bovendien kan op het multifunc-
tionele display een logboek met
waarschuwingsmeldingen worden
weergegeven.
Op 0 zetten
Druk de knop meer dan twee secon-
den in zodra het gewenste traject
wordt aangegeven.

Page 113 of 184

106
14-06-2004
107
14-06-2004
UW 206 IN DETAIL
Actieradius
In deze stand geeft de computer aan
hoeveel kilometer u nog met de res-
terende hoeveelheid brandstof kunt
rijden.
Opmerking: Dit getal kan verhoogd
worden door een verandering in de
rijstijl of van het landschap, die een
aanzienlijke verlaging van het mo-
mentele verbruik tot gevolg heeft.
Als de actieradius minder dan 30 km
bedraagt, worden drie streepjes weer-
gegeven. Na het tanken wordt de actie-
radius weer weergegeven zodra deze
meer dan 100 km bedraagt.
Raadpleeg een PEUGEOT-service-
punt wanneer er tijdens het rijden
horizontale streepjes in plaats van
cijfers op het display verschijnen.
Momenteel verbruik
Dit is het verbruik dat geregistreerd is
tijdens de laatste seconden.
Deze informatie verschijnt alleen als
er met een snelheid van meer dan
30 km/h wordt gereden.
Gemiddeld verbruik
Dit is het gemiddelde verbruik sinds
de laatse nulstelling van de boord-
computer.
Afgelegde afstand
In deze stand geeft de boordcom-
puter de afgelegde afstand sinds de
laatste nulstelling aan.
Af te leggen afstand
Dit is de afstand tot de eindbestem-
ming. Deze afstand wordt op elk mo-
ment tijdens het navigeren berekend
of wordt ingevoerd door de gebrui-
ker, met aftrek van de kilometers die
sinds het invoeren zijn afgelegd.
Opmerking: Bij het ontbreken van
de afstand verschijnen er streepjes
in plaats van cijfers.
Gemiddelde snelheid
Dit is de gemiddelde snelheid sinds
de laatste nulstelling van de boord-
computer (contact aan).
Logboek
waarschuwingsmeldingen
Deze functie herhaalt de actieve
waarschuwingsmeldingen door ze
achtereenvolgend op het multifuncti-
onele display te laten verschijnen.
De trajecten
De trajecten "1" en "2" zijn onaf-
hankelijk en hebben dezelfde eigen-
schappen.
Traject "1" kan bijvoorbeeld gebruikt
worden voor een dagelijks verbruik
en traject "2" voor een maandelijks
verbruik.

Page 114 of 184

108
14-06-2004
UW 206 IN DETAIL
Bijzonderheden monochroom
display CT
Algemeen menu
Druk op de toets "MENU" om het
algemene menu weer te geven.
Selecteer met de draaiknop het picto-
gram "Boordcomputer" en bevestig
om het menu "Boordcomputer" weer
te geven.
Het menu "Boordcomputer" biedt
verschillende mogelijkheden:
- Coniguratie van de boordcomputer.
- Logboek met waarschuwingsmel- dingen.
Snelmenu "Boordcomputer"
Het snelmenu is gekoppeld aan
de toepassing "Boordcomputer"
en verschijnt in een bovenliggend
scherm als dit van toepassing is op
het basisscherm.
Druk tijdens de permanente weerga-
ve van de boordcomputer kort op de
draaiknop om één van de volgende
functies te kiezen:
- Logboek waarschuwingsmeldingen.
- Af te leggen afstand tot bestemming. Coniguratie van de
boordcomputer
Selecteer deze functie om de afstand
tot de bestemming in te voeren (als
het navigatiesysteem niet actief is; als
dit wel actief is, zorgt het navigatie-
systeem voor deze informatie) en de
eenheden te wijzigen (°C of °F, km en
liters of mijl en Gallons).
Afstand tot bestemming
Als het navigatiesysteem niet actief
is, wordt voor de berekeningen van
de boordcomputer een globale waar-
de aangehouden.

Page 115 of 184

109
14-06-2004
UW 206 IN DETAIL
ELEKTRISCH BEDIENDE
PORTIERRUITEN
1. Schakelaar ruitbediening bestuurderszijde
- Handbediening:
Duw of trek de schakelaar 1 tot het
zware punt. De ruit stopt zodra de
toets wordt losgelaten.
- Automatische bediening:
Duw of trek de schakelaar 1 tot
voorbij het zware punt. De ruit
opent of sluit volledig.
Het automatisch sluiten werkt alleen
bij de ruit van het bestuurdersportier
en bij draaiende motor. 2.
Schakelaar ruitbediening
passagierszijde
3. Schakelaar ruitbediening links achter.
4. Schakelaar ruitbediening rechts achter.
ZIJRUITEN ACHTER
(3-DEURS)
Kantel de hendel naar voren en duw
de ruit open. Neem bij het verlaten van
de auto, zelfs voor een
korte periode, altijd de
sleutel uit het contact.
Wanneer tijdens het bedienen van
de ruit iets tussen de ruit en de
sponning bekneld raakt, moet de
ruit weer worden geopend. Druk
daarvoor op de desbetreffende
schakelaar.
Wanneer de bestuurder de ruit
aan passagierszijde bedient, moet
deze ervan verzekerd zijn dat
niets het correcte sluiten van de
ruit verhindert.
De bestuurder moet ervan verze-
kerd zijn dat de passagiers op de
juiste manier gebruik maken van
de elektrische ruitbediening.
Zorg ervoor dat ook kinderen zich
tijdens het bedienen van de ruiten
niet kunnen bezeren.
Met behulp van deze schakelaar
kan de bediening van de elektrisch
bediende ruiten achter geblokkeerd
worden.
Druk 1 keer op de schakelaar (het
lampje van de knop gaat branden)
om de blokkering te activeren. Druk
nogmaals op de schakelaar (het
lampje gaat uit) om de blokkering te
deactiveren.
Blokkeerschakelaar elektrisch
bediende ruiten achter
(beveiliging voor kinderen)

Page 116 of 184

110
14-06-2004
111
14-06-2004
Binnenspiegel
De binnenspiegel kent 2 standen:
- dagstand (normaal),
- nachtstand (antiverblinding).
De spiegel kan in de dag- en nacht-
stand gezet worden met behulp van
het hendeltje aan de onderzijde.
UW 206 IN DETAIL
Handmatig verstelbare
buitenspiegels
Stel de spiegel met behulp van de
hendel in de gewenste stand.
Tijdens het parkeren kunnen de
buitenspiegels handmatig ingeklapt
worden.ELEKTRISCH VERSTELBARE
BUITENSPIEGELS
Draai knop 1 naar links of rechts om
de desbetreffende spiegel te selec-
teren.
Duw knop 1 in de 4 richtingen om de
spiegel af te stellen.
Elektrisch inklapbare spiegels
Draai, als het contact aan is, knop 1
in stand A.
Het glas van de buitenspie-
gel aan bestuurderszijde is
sferisch om de "dode hoek"
op te heffen.
De weergegeven objecten in de
spiegels aan bestuurders- en pas-
sagierszijde lijken verder af dan ze
in werkelijkheid zijn. Hiermee moet rekening worden ge-
houden om de afstand ten opzichte
van achteropkomend verkeer goed
in te schatten.

Page 117 of 184

112
14-06-2004
113
14-06-2004
UW 206 IN DETAIL
PLAFONNIERS
Plafonnier voor (knop A) Kaartleeslampje (knop B)
Draai, als de sleutel in de stand ac-
cessoires staat of als het contact
is aangezet, de knop
B rechts- of
linksom.
VENSTERS VOOR TOL-/
PARKEERKAARTEN
De athermische voorruit bevat twee
niet-relecterende gedeelten aan
weerskanten van de binnenspiegel.
Hier kunnen de tol- en/of parkeer-
kaarten worden bevestigd.
ZONNEKLEP
De zonnekleppen zijn voorzien van
make-upspiegels, aan bestuurders-
zijde is deze met een klepje afge-
dekt.
Plafonnier achter (206 SW)
In deze stand gaat de plafon-
nier ongeveer 30 seconden
branden:
- als de auto wordt ontgrendeld,
- als een portier wordt geopend,
- als de achterklep of de achterruit (206 SW) wordt geopend,
- als het contact wordt afgezet.
De plafonnier gaat uit als de auto
wordt vergrendeld.
De plafonnier knippert als tijdens het
rijden een portier of de achterklep
niet goed is gesloten.
Permanent uit.
Brandt constant als het con-
tact aan is of in de stand ac-
cessoires staat. In deze stand gaat de plafon-
nier ongeveer 30 seconden
branden:
- als de auto wordt ontgrendeld,
- als een portier, de achterklep of de achterruit (206 SW) wordt ge-
opend,
- als het contact wordt afgezet.
De plafonnier gaat uit als de auto
wordt vergrendeld.
De plafonnier knippert als tijdens het
rijden een portier of de achterklep
niet goed is gesloten.
Permanent uit.
Brandt constant als het con-
tact aan is of in de stand ac-
cessoires staat.

Page 118 of 184

110
14-06-2004
111
14-06-2004
UW 206 IN DETAIL
KOPLAMPVERSTELLING
Afhankelijk van de belading kan de
koplamphoogte afgesteld worden.
0 - 1 of 2 personen op de
voorstoelen
- - 3 personen
1 - 5 personen
2 - 5 personen + maximaal
toegestane belading
3 - Bestuurder + maximaal
toegestane belading
Oorspronkelijke koplamphoogte:
stand 0
STUURWIEL IN HOOGTE
VERSTELLEN
Druk bij stilstaande auto de hendel
naar beneden om het stuurwiel te
ontgrendelen.
Zet het stuurwiel in de gewenste
stand en trek aan de hendel om het
stuurwiel te vergrendelen.
CLAXON
Druk op een van de spaken
of in het midden van het
stuurwiel.

Page 119 of 184

112
14-06-2004
113
14-06-2004
UW 206 IN DETAIL
DASHBOARDKASTJE
Trek aan de handgreep om het dash-
boardkastje te openen.
De verlichting van het dashboard-
kastje gaat dan branden.
1. Vak voor boorddocumentatie.
2. Bekerhouder.
3. Pennenhouder.
4. Brillenvak.
5. Kaartenvak.
6. Muntenvak.
ASBAK VÓÓR
Sluit de asbak om deze te verwijde-
ren.
Trek aan de lip en trek de asbak
omhoog.
AANSTEKER
Druk de aansteker in en wacht en-
kele ogenblikken tot de aansteker uit
zichzelf terugspringt.
Hij kan worden gebruikt als het con-
tact in de stand accessoires (1
e stand
van de sleutel) of AAN staat.

Page 120 of 184

114
14-06-2004
115
14-06-2004
UW 206 IN DETAIL
Bagagenet
Bevestig het bagagenet aan de sjoro-
gen op de vloer van de bagageruimte
en op de achterbankleuning.
Er zijn meerdere mogelijkheden om
de hoedenplank op te bergen:
- Achter de voorstoelen.
- Achter de achterbank, met behulp
van het bagagenet.
- Plat in de bagageruimte.
Hoedenplank
Verwijderen van de hoedenplank:
- Maak de twee koorden
1 los.
- Til de hoedenplank iets op en ver- wijder hem.
INDELING BAGAGERUIMTE
(3-/5-deurs)

Page:   < prev 1-10 ... 71-80 81-90 91-100 101-110 111-120 121-130 131-140 141-150 151-160 ... 190 next >