PEUGEOT 206 2005.5 Instructieboekje (in Dutch)

Page 51 of 191

48 -Audio en telematica
01-10-2005
49
-Audio en telematica
01-10-2005
Automatisch opslaan van FM-
zenders (autostore)
Oproepen van opgeslagen
zenders
Druk bij elk golfbereik kort op één van
de toetsen
“1” t/m “6” waaronder de
gewenste zender is opgeslagen.
Bij een RDS-zender verschijnt enkele
seconden nadat de frequentie is
verschenen de naam van de zender
op het display.
Als een opgeslagen RDS-zender
wordt opgeroepen, kan het zijn dat
de radio eerst de frequentie van
de sterkste zender opzoekt die het
programma uitzendt in de regio waar
u zich bevindt.
Houd de toets
“BAND/AST” langer
dan twee seconden ingedrukt.
De autoradio/telefoon slaat automa-
tisch de 6 sterkste FM-zenders op.
Deze zenders worden op de FMast-
band opgeslagen.
Als er minder dan 6 zenders worden
gevonden, blijven de resterende
geheugens ongewijzigd.
Handmatig afstemmen
Druk kort op de toets H
of I om respectievelijk de
volgende of vorige zender te
selecteren.
Als deze toets wordt vast-
gehouden, blijft de radio
in de gekozen volgorde
frequenties afzoeken.
Het zoeken stopt zodra de
toets wordt losgelaten.
Handmatig opslaan van zenders
Kies het gewenste station.
Houd één van de voorkeuzetoetsen
“1” t/m “6” langer dan twee secon-
den ingedrukt.
Op het display verschijnt een venster
dat het nummer van de geselec-
teerde voorkeuzetoets weergeeft als
de zender is opgeslagen.

Page 52 of 191

50 -Audio en telematica
01-10-2005
51
-
Audio en telematica
01-10-2005
RDS
Gebruik van RDS-functie (Radio
Data System) op FM
De meeste FM-zenders maken
gebruik van het RDS-systeem.
Dit systeem biedt de mogelijkheid
om naar een zender te luisteren,
ongeacht de verschillende frequen-
ties die voor deze zender gebruikt
worden in de diverse regio's.
Op het display wordt
de naam van de
zender aangegeven.
Als de RDS-functie is
ingeschakeld, zoekt de autoradio/
telefoon steeds de sterkste zender
die hetzelfde programma uitzendt.
Dit kan de ontvangst enigszins
hinderen.
De functie kan worden in- of uitge-
schakeld door op de toets “RDS”
te drukken of via het hoofdmenu
“AUDIOFUNCTIES” .
Op het display verschijnt:
- “RDS” als deze functie is inge-
schakeld en beschikbaar is voor de
desbetreffende zender.
- “RDS” (doorgestreept) of “RDS”
(grijs weergegeven op het display*)
als deze functie wel ingeschakeld,
maar niet beschikbaar is.
Als de zender waarnaar u luistert in
de regio waar u zich bevindt niet via
meerdere frequenties uitzendt, kunt
u het automatisch volgen van RDS-
zenders uitschakelen.
Verkeersinformatie
Druk op de toets “TA/
PTY” om deze functie
in of uit te schakelen.
Op het multifunctio-
nele display verschijnt:
- TA als deze functie is ingescha-
keld.
- TA (doorgestreept of grijs*) als
deze functie wel ingeschakeld,
maar niet beschikbaar is.
Als deze functie is ingeschakeld,
wordt de geluidsbron die op dat
moment te horen is (radio, CD of
CD-wisselaar) onderbroken om voor-
rang te verlenen aan de ontvangen
verkeersinformatie.
Druk op de toets “TA/PTY” om de
verkeersinformatie te onderbreken.
Opmerkingen : het volume van de
verkeersinformatie is onafhanke-
lijk van het normale volume van
de radio.
U kunt dit instellen met de volume-
knop. De instelling wordt opgeslagen
en gebruikt bij volgende berichten.
Deze functie werkt uitsluitend als de
FM-band is geselecteerd.
Tijdens het afzoeken of automatisch
opslaan van zenders kunnen indien
de functie “TA” is geactiveerd,
zenders die verkeersinformatie
uitzenden voorrang krijgen bij de
ontvangst of het opslaan.
Het RDS moet aangeven dat de
weergegeven zender verkeersinfor-
matie uitzendt. Gekoppelde zenders in hetzelfde
gebied (EON) zijn regionale zenders
die verschillende programma's
uitzenden. Bij dit systeem is het
mogelijk om automatisch naar
andere zenders binnen het gebied
over te schakelen die verkeersinfor-
matie uitzenden.
Volgen van RDS-zenders
Regionale functie (REG)
Sommige gekoppelde zenders
zenden op bepaalde tijdstippen op
dezelfde frequentie verschillende,
regionale programma's uit. Met deze
functie kan een regionaal porgramma
worden beluisterd.
De functie biedt de volgende moge-
lijkheden:
• Volgen van één zender met een
regionaal programma.
• Volgen van een zender binnen een bepaald gebied, waarbij eventueel
kan worden overgeschakeld op
een ander programma binnen
hetzelfde gebied.
De functie kan worden in- of
uitgeschakeld via het hoofdmenu
“AUDIOFUNCTIES” of door langer
dan 2 seconden op de toets “RDS”
te drukken.
Het multifunctionele display geeft
aan:
- REG als deze functie is ingescha-
keld.
- REG (doorgestreept of grijs*)
als deze functie wel ingeschakeld,
maar niet beschikbaar is.
* Volgens type display

Page 53 of 191

50 -Audio en telematica
01-10-2005
51
-Audio en telematica
01-10-2005
PTY-functie
Met behulp van deze functie is het
mogelijk zenders te beluisteren met
een speciieke programmering uit de
onderstaande lijst:
NIEUWS WETENSCHAPPELIJK
MAGAZINE DIVERSE
DIENSTEN POP
SPORT ROCK
EDUCATIEF CHANSONS
FICTIE LICHT KLASSIEK
CULTUUR OVERIGE MUZIEK
WEER VRIJE TIJD
ECONOMIE JAZZ
KINDEREN COUNTRY
SAMENLEVING NATIONAAL
RELIGIE NOSTALGISCH
FORUM FOLKLORE
REIZEN DOCUMENTAIRE
Houd, als FM is geselecteerd, de
toets
“TA/PTY” langer dan twee
seconden ingedrukt om deze functie
in of uit te schakelen. Zoeken van een
PTY-program-
mering:
- Schakel de PTY-functie in.
- Draai aan de knop G om de lijst
met de verschillende program-
matypes af te zoeken en bevestig
uw keuze.
Als er een programma naar wens
wordt weergegeven, druk dan op
één van de toetsen M of N om
automatisch af te stemmen (na het
afstemmen wordt de PTY-functie
weer uitgeschakeld).
In de stand PTY kunnen de verschil-
lende programmatypes worden
opgeslagen. Houd daarvoor de
voorkeuzetoetsen “1” t/m “6” langer
dan twee seconden ingedrukt. Een
bepaalde programmering kan nu
worden opgeroepen door de desbe-
treffende toets kort in te drukken.
EON
Dit systeem maakt koppelingen
tussen zenders in hetzelfde gebied.
Bij dit systeem is het mogelijk om
automatisch naar andere zenders
binnen het gebied over te schakelen
die verkeersinformatie of een PTY-
programmering uitzenden.
De EON-functie werkt alleen als de
functie TA of PTY is ingeschakeld.
Menu audiofuncties
Kies het menu “Audiofuncties”
vanuit het algemene menu voor
het:
- Inschakelen/uitschakelen volgen
van RDS-frequentie ,
- Inschakelen/uitschakelen regio-
nale functie ,
- I n s c h a k e l e n / u i t s c h a k e l e n
functie Radiotekst , indien deze
functie voor de desbetreffende
radiozender beschikbaar is (aan
de onderzijde van het display wordt
“RT” weergegeven),
- Inschakelen/uitschakelen gede-
tailleerde CD-informatie, tevens
weergave MP3-functie.

Page 54 of 191

52 -Audio en telematica
01-10-2005
53
-Audio en telematica
01-10-2005
Snelmenu
Door het indrukken van de draai-
knop
G, biedt het snelmenu toegang
tot de volgende functies:
- “Invoeren van een frequentie” ,
- “Lijst met zenders” om direct
toegang te krijgen tot de 30 lokaal
ontvangen zenders,
- “Updaten lijst” om deze lijst te
updaten,
- “Radiotekst weergeven” om de
door de geselecteerde zender
uitgezonden informatie weer te
geven, indien deze functie voor
de desbetreffende radiozender
beschikbaar is (aan de onderzijde
van het display wordt “RT” weerge-
geven).
Druk als de radiofunctie wordt weer-
gegeven op de draaiknop G om het
snelmenu Radio weer te geven en
de functie “Weergeven Radiotekst”
(door de geselecteerde zender
uitgezonden informatie, bijv. naam
van de artiest, titel van het nummer)
te selecteren.CD-SPELER
Selecteren van CD-speler
Zodra een CD in de CD-speler wordt
gestoken met het etiket naar boven
gericht, zal de CD-speler de CD
automatisch afspelen.
Als er al een CD in het apparaat zit,
druk dan op de toets “SOURCE” om
de CD-speler te selecteren. Selecteren van een nummer van
de CD
Druk op de toets
M om het volgende
nummer te selecteren.
Druk op de toets N om terug te gaan
naar het begin van het afgespeelde
nummer of het vorige nummer.
Druk herhaalde malen op de toets
om meerdere nummers over te
slaan.
Druk op de toets B
om de CD uit de CD-
speler te werpen.
Als de CD 10 tot
15 seconden na het uitwerpen nog
niet is verwijderd, wordt de CD auto-
matisch teruggetrokken in de speler,
zonder dat de CD wordt afgespeeld.
Uitwerpen van een CD Versneld afspelen
Houd één van de toetsen M of N
ingedrukt om de CD versneld vooruit
of achteruit af te spelen.
Het versneld afspelen stopt zodra de
toets wordt losgelaten.
Opmerkingen:
• Druk voordat u een CD in de speler
plaatst op de toets B om te contro-
leren of er nog een CD in de speler
zit.
• Als de navigatie-CD-ROM in de speler zit, kan er geen CD worden
beluisterd als de functie CD is
geselecteerd .

Page 55 of 191

52 -Audio en telematica
01-10-2005
53
-Audio en telematica
01-10-2005
Snelmenu
Door het indrukken van de draai-
knop
G, biedt het snelmenu toegang
tot de volgende functies:
- “Invoeren van een frequentie” ,
- “Lijst met zenders” om direct
toegang te krijgen tot de 30 lokaal
ontvangen zenders,
- “Updaten lijst” om deze lijst te
updaten,
- “Radiotekst weergeven” om de
door de geselecteerde zender
uitgezonden informatie weer te
geven, indien deze functie voor
de desbetreffende radiozender
beschikbaar is (aan de onderzijde
van het display wordt “RT” weerge-
geven).
Druk als de radiofunctie wordt weer-
gegeven op de draaiknop G om het
snelmenu Radio weer te geven en
de functie “Weergeven Radiotekst”
(door de geselecteerde zender
uitgezonden informatie, bijv. naam
van de artiest, titel van het nummer)
te selecteren.CD-SPELER
Selecteren van CD-speler
Zodra een CD in de CD-speler wordt
gestoken met het etiket naar boven
gericht, zal de CD-speler de CD
automatisch afspelen.
Als er al een CD in het apparaat zit,
druk dan op de toets “SOURCE” om
de CD-speler te selecteren. Selecteren van een nummer van
de CD
Druk op de toets
M om het volgende
nummer te selecteren.
Druk op de toets N om terug te gaan
naar het begin van het afgespeelde
nummer of het vorige nummer.
Druk herhaalde malen op de toets
om meerdere nummers over te
slaan.
Druk op de toets B
om de CD uit de CD-
speler te werpen.
Als de CD 10 tot
15 seconden na het uitwerpen nog
niet is verwijderd, wordt de CD auto-
matisch teruggetrokken in de speler,
zonder dat de CD wordt afgespeeld.
Uitwerpen van een CD Versneld afspelen
Houd één van de toetsen M of N
ingedrukt om de CD versneld vooruit
of achteruit af te spelen.
Het versneld afspelen stopt zodra de
toets wordt losgelaten.
Opmerkingen:
• Druk voordat u een CD in de speler
plaatst op de toets B om te contro-
leren of er nog een CD in de speler
zit.
• Als de navigatie-CD-ROM in de speler zit, kan er geen CD worden
beluisterd als de functie CD is
geselecteerd .

Page 56 of 191

52 -Audio en telematica
01-10-2005
53
-Audio en telematica
01-10-2005
Snelmenu
Door het indrukken van de draai-
knop
G, kunnen vanuit het snelmenu
de volgende functies worden in- of
uitgeschakeld:
- Introscan (afspelen van het intro van de nummers),
- Random (willekeurig afspelen),
- programmeren van nummers,
- lijst met nummers.
Het afspelen van gekraste
CD's kan storingen ver-
oorzaken.
Gebruik uitsluitend CD's
met een ronde vorm. Afspelen van CD met MP3-
bestanden
Als een CD met MP3-bestanden in
de speler wordt geplaatst, begint
de speler met het afspelen van
het eerste nummer van de eerste
MP3-afspeellijst. U kunt een nummer
selecteren met de toets
M of N of
een MP3-afspeellijst selecteren met
de toets H of I.
Opmerking: Als de navigatie-CD-
ROM in de speler zit, kan er geen
CD worden beluisterd als de functie
CD is geselecteerd . Snelmenu MP3
Selecteren van een nummer
Druk op de toets MODE om de
MP3-functie te selecteren en de
MP3-afspeellijst weer te geven.
Druk op de draaiknop G om via het
snelmenu de functie “afspeellijst”
te selecteren. Druk op de draaiknop
G om vanuit de
MP3-functie de volgende functies in
of uit te schakelen:
- Introscan (afspelen van het intro van de nummers),
- Random (willekeurig afspelen),
- Herhalen van de momenteel beluisterde MP3-afspeellijst,
- Lijst met MP3's.
Met deze apparatuur kunt u luisteren
naar muziek die wordt beschermd
door nationale en internationale
auteursrechten.
Houdt u zich aan deze auteursrech-
ten.
De afspeelkwaliteit van MP3-bestan-
den is afhankelijk van de gebruikte
CD-brander en instellingen voor het
branden.
Het is raadzaam gebruik te maken
van ISO 9660 gecertiiceerde
apparatuur.
Druk op de toets
H
of I om de gewenste
MP3-afspeellijst te
selecteren.
Druk op de draaiknop
G om de MP3-afspeel-
lijst te openen.
Druk op de toets M of N om een
nummer te selecteren.
Bevestig met de draaiknop G.

Page 57 of 191

54 -Audio en telematica
01-10-2005
55
-Audio en telematica
01-10-2005
CD-WISSELAAR
Selecteren van de CD-wisselaar
Druk herhaaldelijk op de toets
“SOURCE”
. Selecteren van een nummer van
een CD
Druk op de toets
M om het volgende
nummer te selecteren.
Druk op de toets N om terug te gaan
naar het begin van het afgespeelde
nummer of het vorige nummer.
Druk herhaalde malen op de toets
om meerdere nummers over te
slaan. Snelmenu
Druk op de draaiknop
G om het snel-
menu weer te geven en de volgende
functies in of uit te schakelen:
- Introscan (afspelen van het intro van de nummers),
- Random (willekeurig afspelen),
- programmeren van nummers,
- lijst met nummers.
Selecteren van een CD
Druk op één van de voorkeu-
zetoetsen “1” t/m “5” van de
autoradio/telefoon om de gewenste
CD te selecteren. Versneld afspelen
Houd één van de toetsen
M of N
ingedrukt om de CD versneld vooruit
of achteruit te spelen.
Het versneld afspelen stopt zodra de
toets wordt losgelaten.
Druk op de toets
H en
I om respectievelijk de
vorige of volgende CD
in de CD-wisselaar te
selecteren.
De CD-wisselaar begint
automatisch met het
afspelen van het eerste
nummer.
Als na het selecteren van een
andere geluidsbron de CD-wisselaar
weer wordt geselecteerd, wordt
het afspelen hervat waar het was
onderbroken.

Page 58 of 191

54 -Audio en telematica
01-10-2005
55
-Audio en telematica
01-10-2005
TELEFOON
Deze functie wordt verzorgd door
een 2-bands GSM-telefoon (900 en
1.800 MHz) die is geïntegreerd in de
autoradio/telefoon GPS RT3.
Het systeem is voorzien van een
“handsfree”
-functie, bestaande uit
een microfoon in de voorste plafon-
nier, luidsprekers, een schakelaar
aan de stuurkolom en spraakcom-
mando's waarmee de meeste functies
kunnen worden bediend (de toetsen
op het bedieningspaneel van de
autoradio/telefoon geven toegang tot
alle functies).
De belangrijkste mobiele-telefoon-
functies en de indexen worden
weergegeven op het multifunctionele
display.
De autoradio/telefoon is altijd
ingeschakeld , onafhankelijk van de
stand van het contact, zelfs wanneer
na 30 minuten
de melding “Spaarstand actief”
op het multifunctionele display
verschijnt. Menu “Telefoon en
telematicadiensten”
Druk op de toets
MENU en selecteer
met de draaiknop G de toepassing
“Telefoon en telematicadiensten”
en bevestig voor toegang tot de
volgende functies:
- “Bellen” .
- “Service” : toegang tot de diensten
van PEUGEOT.
- “Telefoonfuncties” : instellen van
alle telefoonfuncties.
- “SMS-berichten” : alle functies
met betrekking tot SMS-berichten. Snelmenu
Druk op de toets
D om het snelmenu
voor de telefoonfunctie weer te
geven.
Dit menu biedt toegang tot de vol-
gende functies:
- “Logboek gesprekken” .
- “Nummering” .
- Toegang tot de “index” .
- Toegang tot uw “voicemail”
(voicemail van uw GSM-provider).
Opmerking:
Houd als bestuurder uw aandacht
bij het verkeer en houdt u zich aan
de plaatselijke verkeersregels. Het
verdient aanbeveling om voor het
voeren van een telefoongesprek of
het bedienen van het systeem (bijv.
het invoeren van een telefoonnum-
mer) de auto op een veilige plaats
stil te zetten.

Page 59 of 191

56 -Audio en telematica
01-10-2005
57
-
Audio en telematica
01-10-2005
In elk menu:
Verplaats de cursor
met de draaiknop G
en druk hem in om te
bevestigen. Gebruik van het alfanumerieke
toetsenbord
Druk herhaaldelijk op een toets om
het gewenste teken in te voeren.
Combinatie toetsen/tekens
[1]
1 of spatie
[2] 2 of A B C 2 of a b c 2
[3] 3 of D E F 3 of d e f 3
[4] 4 of G H I 4 of g h i 4
[5] 5 of J K L 5 of j k l 5
[6] 6 of M N O 6 of m n o 6
[7] 7 of P Q R S 7 of p q r s 7
[8] 8 of T U V 8 of t u v 8
[9] 9 of W X Y Z 9 of w x y z 9
[0] 0 of + (lang indrukken)
[#] # of bevestigen
[*] * of wissen laatst ingevoerde
teken (lang indrukken)
Annuleer een functie met de toets
“ESC”
.
Gebruik van de menu's, bijv.
“Telefoonfuncties”
Druk op de toets
“MENU” om het
algemene menu weer te geven.
Selecteer de telefoonfunctie en
bevestig “Telefoon en telematica-
diensten” om toegang te krijgen tot
de belangrijkste functies van de tele-
foon en vervolgens tot het submenu
van de gewenste functie.
Het hoofdmenu biedt toegang tot de
volgende functies:
- “Netwerk”: hiermee kunt u naar
een netwerk zoeken en worden de
beschikbare netwerken weergege-
ven.
- “Gesprekstotalen”: hiermee wordt
de totale tijd van de gesprekken
weergegeven en kan de nulstelling
hiervan worden uitgevoerd.
- “Beheer PIN-code”: hiermee kunt
u uw PIN-code instellen of wijzigen.
- “Gespreksopties”: hiermee kunt u
instellen of uw telefoonnummer wel
of niet wordt weergegeven op de
telefoon van uw gesprekspartner,
kunt u het automatisch opnemen
na X keer overgaan instellen, de
beltonen kiezen, het doorscha-
kelnummer voor SMS-berichten
invoeren en de lijst gesprekken en
SMS-berichten wissen.

Page 60 of 191

56 -Audio en telematica
01-10-2005
57
-Audio en telematica
01-10-2005
Installeren van de SIM-kaart
Open de lade
L door de ronde
opening erboven in te drukken met
een potloodpunt.
Steek uw SIM-kaart, verkrijgbaar bij
een operator van mobiele telefoons,
op de aangegeven manier in de lade
en sluit de lade.
Opmerking: verwijder of plaats de
SIM-kaart pas nadat de autoradio/
telefoon RT3 is uitgeschakeld
(contact in de stand S (stuurslot) en
display uitgeschakeld).
Indien u in het bezit bent van een
tweede SIM-kaart voor hetzelfde
nummer moet bij het invoeren of
bijwerken van de index de SIM-kaart
van uw mobiele telefoon worden
geïnstalleerd om de gegevens van
de index over te brengen naar de
index van de RT3 - zie het hoofd-
menu van de Index. Voer uw PIN-code in met behulp
van het alfanumerieke toetsenbord
en bevestig door op de draaiknop
G
of op de toets # te drukken om
toegang te krijgen tot het netwerk.
De verbinding met het netwerk wordt
bevestigd door een pictogram op het
multifunctionele display.
Let op: wanneer u achtereenvolgens
driemaal de onjuiste PIN-code
invoert, wordt uw SIM-kaart geblok-
keerd. Om deze te deblokkeren moet
de PUK-code worden ingevoerd.
De PUK-code is verkrijgbaar bij de
leverancier van uw SIM-kaart (na
het tienmaal onjuist invoeren van de
PUK-code is de SIM-kaart deinitief
onbruikbaar).
Opmerking: na het afzetten van het
contact moet de PIN-code opnieuw
worden ingevoerd, behalve als de
PIN-code is opgeslagen of als de
functie “Bescherming met PIN-code”
is uitgeschakeld.
Invoeren van de PIN-codeUitschakelen van het verzoek om
PIN-code in te voeren
Selecteer in het menu
“Telefoonfuncties” en vervolgens
“Invoeren van PIN-code” en
bevestig de functie “Deactiveren”.
Let op: zorg er in dit geval voor dat u
de SIM-kaart niet verliest; de vinder
kan er vanwege het ontbreken van
de beveiliging onbeperkt gebruik van
maken.

Page:   < prev 1-10 ... 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 91-100 ... 200 next >