PEUGEOT 206 2006 Instructieboekje (in Dutch)

Page 41 of 184

42 -
AUTORADIO/TELEFOON GPS RT3
HendelFunctie
1 - Indrukken (achterzijde)Volume verhogen.
2 -
Indrukken (achterzijde)Volume verlagen.
1+2 - Gelijktijdig indrukkenGeluid onderbreken (mute); geluid keert terug door indrukken van een willekeurige toets.
3 - Indrukken Automatisch zoeken naar zenders in oplopende frequentie (radio) -

Volgend nummer selecteren (CD/MP3/CD-wisselaar).
Lang indrukken, tot het loslaten: snel vooruit spoelen (CD/C D-wisselaar),
snel afspelen van de volgende MP3’s (MP3-speler).
4 - Indrukken Automatisch zoeken naar zenders in aflopende frequentie (radio) -
Volgend nummer selecteren (CD/MP3/CD-wisselaar).
Lang indrukken, tot het loslaten: snel terugspoelen (CD/CD-w
isselaar),
snel afspelen van de vorige MP3’s (MP3-speler).
5 - Op het uiteinde
drukken
Wijzigen van de functie (radio/CD/CD-wisselaar) - B evestigen van een geselecteerd onderdeel (in een
menu of venster) - Opnemen/ophangen (telefoon, inko mend gesprek) - Ophangen (tel., bij verbinding).
Langer dan 2 seconden indrukken: weergeven van het snelmenu (te l., geen verbinding).
6 - Draaien (rechtsom) Selecteren van volgende opgeslagen zender of opslaan onder to
ets 1 van niet-opgeslagen
zender (radio) - Selecteren volgende CD - Selecteren van volgende MP3 -afspeellijst
(MP3-speler) - Selecteren van volgende item van een menu.
7 - Draaien (linksom) Selecteren van vorige opgeslagen zender of opslaan onder toets
6 van niet-opgeslagen zender
(radio) - Selecteren vorige CD - Selecteren van vorige MP3-afspeellijst (MP3-speler) -
Selecteren van vorige item van een menu.
Audio en telematica

Page 42 of 184

43
-Audio en telematica
Toets
Functie
A Indrukken: AAN/UIT-schakelaar radio/autotelefoon.
Draaien: volumeregeling
B
Uitwerpen van de CD.
C SOURCE Selecteren van de geluidsbron: radio, CD, MP3, CD-wisselaar of AU X.
D Opnemen (Tel./inkomend gesprek) - Weergave van het snelmenu (Tel./ geen verbinding).
E Toegang tot het servicemenu "PEUGEOT" (indien de optie en dien st beschikbaar zijn).
F MODE Wijziging van de weergave.
G
Indrukken: weergave van het snelmenu van het desbet reffende venster - Bevestiging ingevoerde tekst of instelling.
Draaien: cursor in menu verplaatsen - Selecteren functie/parameter - Audio-instellingen: muziekstijl, bassen,
hoge tonen, loudness, fader (geluidsverdeling voor/achter), bal ans (geluidsverdeling links/rechts), automatische
volumeregeling.
HZoeken naar zenders in oplopende frequentie, stapsgewijs of doorlopend (ingedrukt houden).
Selecteren van vorige MP3-afspeellijst (MP3-speler).
Selecteren van vorige CD (CD-wisselaar).
I
Zoeken naar zenders in aflopende frequentie, stapsgewijs of doorlo pend (ingedrukt houden).
Selecteren van volgende MP3-afspeellijst (MP3-speler).
Selecteren van volgende CD (CD-wisselaar).
J Infraroodvenster (IrDA).
K ESC Annuleren van de geselecteerde functie.
L Opening voor SIM-kaart.
M

Automatisch zoeken naar zenders in oplopende frequentie - Selecte ren van volgende nummer op CD.Twee keer indrukken: zenders afzoeken in de stand DX i.p.v. in de stand LO.
Langer dan twee seconden indrukken: snel vooruit spoelen (CD/C D-wisselaar), snel afspelen van de
volgende MP3’s (MP3-speler).

Page 43 of 184

44 -Audio en telematica
ToetsFunctie
N

Automatisch zoeken naar zenders in aflopende frequentie - Selecteren van vorige nummer op CD.
Twee keer indrukken: zenders afzoeken in de stand DX i.p.v. in stand LO.
Langer dan twee seconden indrukken: snel terugspoelen (CD/CD-w isselaar), snel afspelen van de
vorige MP3’s (MP3-speler).
O DARK 1 keer indrukken: weergave van de bovenste balk (de rest van het sch
erm is zwart) - 2 keer indrukken:
onderbreken weergave (scherm zwart) - 3 keer indrukken: terugkeer naar de normale weergave.
Langer dan 10 seconden indrukken: resetten van het systeem
P MENU Weergave van het algemene menu - Langer dan 2 seconden indrukke
n: weergave van een
hulpmenu met de lijst gesproken commando’s, een omschrijving van de versie van het systeem,
een demonstratiefunctie en de status van de functies.
Q Ophangen.
R BAND
AST Selecteren van het golfbereik FM1, FM2, FMast, AM.
Langer dan 2 seconden indrukken: automatisch opslaan van voorkeuze
zenders (autostore).
S TA/PTY Voorrang voor verkeersinformatie AAN/UIT.
Langer dan 2 seconden indrukken: PTY-functie AAN/UIT.
T RDS RDS-functie AAN/UIT.
Langer dan 2 seconden indrukken: regionale functie AAN/UIT.
U AUDIO Weergave van venster voor instelling van geluidsweergave, bassen,
hoge tonen, loudness,
balans en automatische volumeregeling.
V SOS 2 tot 8 seconden indrukken: noodoproep.
1 t/m 61 2 3 4 5 6Selecteren van een opgeslagen zender
Langer dan 2 seconden indrukken: opslaan van een zender.
1 t/m 51 2 3 4 5
Selecteren van een CD in de CD-wisselaar.
0 t/m 9
* # 0 1 2 3 4 5
6 7 8 9 * # Alfanumeriek toetsenbord voor het invoeren van omschrijvingen en te
lefoonnummers.

Page 44 of 184

45
-Audio en telematica
SELECTEREN VAN DE
GELUIDSBRON
Druk op de toets
SOURCE om de ge-
luidsbron te selecteren: RADIO, CD,
CD-WISSELAAR, MP3 of externe
audio/video-aansluiting (AUX)*.
ALGEMEEN MENU
Druk op de toets "P" voor toegang
tot de functies van de autoradio/tele-
foon/GPS RT3:
"Navigatie - Verkeersinformatie".
"Audiofuncties".
"Index".
"Telefoon en telematicadiensten".
"Configuratie" van uw auto.
"Kaart*".
"Video*".
DISPLAY
Afhankelijk van uw instellingen geeft
het display de functies Navigatie-
verkeersinformatie, Audio, Index,
Telefoon en Telematicadiensten, Con-
figuratie*, Kaart* en Video* weer.
U kunt de weergegeven informatie
rechts op het scherm wijzigen door
op "F" , "G" , "P" of "U" te drukken
of met behulp van gesproken
commando’s.
De aan de linker- en bovenzijde van
het scherm weergegeven informatie
is afhankelijk van de geselecteerde
informatie rechts op het scherm.
Sommige meldingen en functies (waar-
schuwing, instellingen, snelmenu) ver-
schijnen in een tijdelijk popup-venster.
VERPLAATSEN DOOR DE
MENU’S
Met behulp van de toetsen "G", "H" ,
"M" , "I" en "N" kunt u zich door de me-
nu’s verplaatsen om een functie te selec-
teren. Druk vervolgens op de toets "G"
om uw keuze te bevestigen.
Het is raadzaam om de toetsen van de
autoradio/telefoon/GPS RT3 niet te be-
dienen tijdens het rijden. In bepaalde
landen kunnen een aantal toetsen wor-
den uitgeschakeld (volgens de wettelijke
bepalingen in het desbetreffende land).
* Volgens type display.
Externe aansluiting (AUX)*
De externe aansluiting kan worden
aangesloten op een externe acces-
soire (MP3-speler, ...).
 De externe aansluiting moet wor-
den geactiveerd via het menu
"Configuratie" vervolgens "Geluid"
en tenslotte "Externe aansluiting
activeren".
 Sluit de losse accessoire aan op
de audio-aansluiting (wit en rood,
type RCA) in het dashboardkastje.
 Druk herhaaldelijk op de toets
SOURCE en selecteer AUX.

Page 45 of 184

46 -Audio en telematica
ALGEMENE FUNCTIES
AAN/UIT
Druk, als het contact
AAN is of in de stand
Accessoires staat, op
de knop A om het ra-
diogedeelte van de
a u t o r a d i o / t e l e f o o n
GPS RT3 in of uit te
schakelen.
Opmerking: druk als de contactsleu-
tel afwezig is op de knop A om de
telefoonfunctie in of uit te schakelen.
De autoradio/telefoon GPS RT3
kan gedurende 30 minuten werken
zonder dat het contact aanstaat.
REGELING VAN HET VOLUME
Draai aan de knop A om het volume
van de autoradio/telefoon te verho-
gen of te verlagen.
Diefstalbeveiliging
De autoradio/telefoon GPS RT3 is
zodanig gecodeerd dat deze uitslui-
tend in uw auto functioneert. Raad-
pleeg uw PEUGEOT-servicepunt als
u het systeem in een andere auto wilt
installeren.
De diefstalbeveiliging is volledig
automatisch en behoeft daarom
niet te worden ingeschakeld of in-
gesteld.
TIJDELIJK ONDERBREKEN
VAN DE GELUIDSWEERGAVE
Opmerkingen:
- de SIM-kaart mag alleen verwijderd
worden als de autoradio/telefoon is
uitgeschakeld,
- druk, als de autoradio/telefoon na 30 minuten automatisch uitgescha-
keld is, op toets D om een telefoni-
sche oproep te doen,
- de autoradio/telefoon kan na onder- breking van het contact weer inge-
schakeld worden door op toets D,
E of V te drukken of door een CD in
de CD-speler te plaatsen.
AUDIO-INSTELLINGEN
Druk herhaaldelijk op de
toets U voor toegang tot
de vensters voor instelling
van de Geluidsweerga-
ve, de Bassen , de Hoge tonen , de Loud-
ness , de Fader (geluidsverdeling V/A), de
Balans (geluidsverdeling L/R) en de Auto-
matische volumeregeling .
Deze functie wordt weer uitgeschakeld door
op de toets "ESC" te drukken of wordt na
enkele seconden automatisch weer uitge-
schakeld als er geen instellingen gewijzigd
worden.
Opmerking: De instellingen voor de bas-
sen, hoge tonen en loudness zijn gekop-
peld aan de op dat moment ingeschakelde
geluidsbron. Zo kan de toonhoogte voor de
radio, CD, MP3, CD-wisselaar of AUX ver-
schillend worden ingesteld.
Opmerkingen:
De regeling van het volume kan voor elke ge-
luidsbron worden gebruikt. Het volume kan
afzonderlijk op de radio, CD-speler, MP3,
CD-wisselaar of AUX geregeld worden.
Als de functie automatische volumerege-
ling is geactiveerd, wordt het volume auto-
matisch aangepast aan de wagensnelheid.
Als de autoradio/telefoon opnieuw wordt
ingeschakeld, wordt automatisch het laatst
ingestelde volume gekozen.
Gebruik de toets op het
stuurwiel om deze functie
te activeren.
Het geluid wordt onder-
broken, ongeacht de ge-
selecteerde functie. De
permanent weergegeven
geluidsbron (radio, CD,
CD-wisselaar, MP3 of externe aansluiting)
blijft onderbroken zolang de functie is ge-
activeerd, wat echter niet geldt voor de
overige geluidsbronnen (de aanwijzingen
van het navigatiesysteem bijvoorbeeld).
Druk op een van de twee toetsen van de
volumeregeling om de geluidsweergave
weer te activeren.
U kunt het volume ook
verhogen of verlagen
met de toetsen op het
stuurwiel.

Page 46 of 184

47
-Audio en telematica
Muziekstijl
Met behulp van deze
functie kan één van
de volgende geluids-
weergaven worden
gekozen: "Geen",
"Rock", "Klassiek",
"Jazz", "Spraak" of
"Techno".
Draai aan de knop G om een geluids-
weergave te kiezen.
Door "Geen" te kiezen wordt toegang
verkregen tot alle onderstaande ge-
luidsinstellingen. Bij het kiezen van
een andere geluidsweergave worden
de bassen en hoge tonen automa-
tisch ingesteld.
Bassen
Druk, als het venster "Bassen" wordt
weergegeven, op de toets G om de
bassen in te stellen.
- "-9" minimum instelling bassen.
- "0" normale stand.
- "+9" maximum instelling bassen. Toonregeling
Druk, als het venster
"Hoge tonen"
wordt weergegeven, op de toets G
om de hoge tonen in te stellen.
- "-9" minimum instelling hoge tonen.
- "0" normale stand.
- "+9" maximum instelling hoge tonen.
Loudness-functie
Met deze functie kunnen de bassen
en hoge tonen bij een gering volume
versterkt worden.
Draai aan de knop G om deze functie
in of uit te schakelen.
Faderregeling
Als het venster "Fader" wordt weer-
gegeven:
- Draai de knop G rechtsom om het
volume vóór te versterken.
- Draai de knop G linksom om het
volume achter te versterken. Balansregeling
Als het venster
"Balans" wordt weer-
gegeven:
- Draai de knop G rechtsom om het
volume rechts te versterken.
- Draai de knop G linksom om het
volume links te versterken.
Automatische volumeregeling
Met deze functie wordt het volume
automatisch aangepast aan het ge-
luidsniveau ten gevolge van de snel-
heid van de auto.
Draai aan de knop G om deze functie
in of uit te schakelen.

Page 47 of 184

48 -Audio en telematica
RADIOFUNCTIE
Opmerkingen over
de radio-ontvangst
De ontvangst van uw autoradio/te-
lefoon wijkt af van de ontvangst van
uw radio thuis. De ontvangst van
middengolf (AM) en FM-zenders
(frequentiemodulatie) kan door di-
verse oorzaken worden gestoord.
Dit ligt niet aan de kwaliteit van het
apparaat, maar aan de opbouw van
de radiosignalen en de wijze van ver-
zenden.
Bij AM-zenders kunnen er storingen
optreden als er onder hoogspan-
ningskabels, in tunnels of onder via-
ducten wordt gereden.
Bij FM-zenders kunnen de afstand
van de zender, de reflectie van het
signaal door grote obstakels (ber-
gen, gebouwen, enz.) en het zender-
bereik oorzaak zijn van een mindere
ontvangst.Selecteren van de radiofunctie
Druk herhaaldelijk op de toets
"SOURCE"
. Automatisch afstemmen
Druk kort op één van de toetsen
M of
N om respectievelijk de volgende of
vorige zender te selecteren.
Het zoeken stopt bij de eerste zender
die wordt gevonden.
Als de functie TA is ingeschakeld,
wordt alleen afgestemd op de sterk-
ste zenders die verkeersinformatie
uitzenden.
Selecteren van het golfbereik
Druk herhaaldelijk kort op de toets
"BAND/AST" om de golflengte FM1,
FM2, FMast of AM te kiezen. Gevoeligheid van de zoekfunctie
Het automatisch zoeken naar zen-
ders kan in twee niveaus worden uit-
gevoerd:
- Kies om op de sterkste zenders af
te kunnen stemmen het niveau lo-
kaal "LO" (standaardinstelling).
- Kies om op zwakkere zenders af te kunnen stemmen het niveau "DX".
Eerst worden de zenders in de stand
"LO" (sterke zenders) afgezocht en
vervolgens in de stand "DX" (zwak-
kere zenders).
Druk twee keer op één van de toet-
sen M of N om direct zenders af te
zoeken in de stand "DX".

Page 48 of 184

49
-Audio en telematica
Automatisch opslaan
van FM-zenders (autostore)
Oproepen van opgeslagen
zenders
Druk bij elk golfbereik kort op één van
de toetsen
"1" t/m "6" waaronder de
gewenste zender is opgeslagen.
Bij een RDS-zender verschijnt en-
kele seconden nadat de frequentie is
verschenen de naam van de zender
op het display.
Als een opgeslagen RDS-zender
wordt opgeroepen, kan het zijn dat
de radio eerst de frequentie van de
sterkste zender opzoekt die het pro-
gramma uitzendt in de regio waar u
zich bevindt.
Houd de toets
"BAND/AST" langer
dan twee seconden ingedrukt.
De autoradio/telefoon slaat automa-
tisch de 6 sterkste FM-zenders op.
Deze zenders worden op de FMast-
band opgeslagen.
Als er minder dan 6 zenders worden
gevonden, blijven de resterende ge-
heugens ongewijzigd.
Handmatig afstemmen
Druk kort op de toets H of I
om respectievelijk de vol-
gende of vorige zender te
selecteren.
Als deze toets wordt vastge-
houden, blijft de radio in de
gekozen volgorde frequen-
ties afzoeken.
Het zoeken stopt zodra de
toets wordt losgelaten.
Handmatig opslaan van zenders
Kies het gewenste station.
Houd één van de voorkeuzetoetsen
"1" t/m "6" langer dan twee secon-
den ingedrukt.
Op het display verschijnt een venster
dat het nummer van de geselecteer-
de voorkeuzetoets weergeeft als de
zender is opgeslagen.

Page 49 of 184

50 -Audio en telematica
RDS
Gebruik van RDS-functie
(Radio Data System) op FM
De meeste FM-zenders maken ge-
bruik van het RDS-systeem.
Dit systeem biedt de mogelijkheid om
naar een zender te luisteren, onge-
acht de verschillende frequenties die
voor deze zender gebruikt worden in
de diverse regio’s.Op het display wordt
de naam van de zen-
der aangegeven. Als
de RDS-functie is in-
geschakeld, zoekt de
autoradio/telefoon steeds de sterkste
zender die hetzelfde programma uit-
zendt. Dit kan de ontvangst enigs-
zins hinderen.
De functie kan worden in- of uitge-
schakeld door op de toets "RDS"
te drukken of via het hoofdmenu
"AUDIOFUNCTIES" .
Op het display verschijnt:
- "RDS" als deze functie is inge-
schakeld en beschikbaar is voor de
desbetreffende zender.
- "RDS" (doorgestreept) of "RDS"
(grijs weergegeven op het display*)
als deze functie wel ingeschakeld,
maar niet beschikbaar is.
Als de zender waarnaar u luistert in
de regio waar u zich bevindt niet via
meerdere frequenties uitzendt, kunt
u het automatisch volgen van RDS-
zenders uitschakelen. Verkeersinformatie
Druk op de toets "TA/
PTY" om deze functie
in of uit te schakelen.
Op het multifunctionele display ver-
schijnt:
- TA als deze functie is ingeschakeld.
- TA (doorgestreept of grijs*) als
deze functie wel ingeschakeld,
maar niet beschikbaar is.
Als deze functie is ingeschakeld,
wordt de geluidsbron die op dat
moment te horen is (radio, CD of
CD-wisselaar) onderbroken om voor-
rang te verlenen aan de ontvangen
verkeersinformatie.
Druk op de toets "TA/PTY" om de
verkeersinformatie te onderbreken.
Opmerkingen : het volume van de
verkeersinformatie is onafhanke-
lijk van het normale volume van
de radio.
U kunt dit instellen met de volume-
knop. De instelling wordt opgeslagen
en gebruikt bij volgende berichten.
Deze functie werkt uitsluitend als de
FM-band is geselecteerd.
Tijdens het afzoeken of automatisch
opslaan van zenders kunnen indien
de functie "TA" is geactiveerd, zen-
ders die verkeersinformatie uitzen-
den voorrang krijgen bij de ontvangst
of het opslaan.
Het RDS moet aangeven dat de
weergegeven zender verkeersinfor-
matie uitzendt. Gekoppelde zenders in hetzelfde
gebied (EON) zijn regionale zen-
ders die verschillende programma’s
uitzenden. Bij dit systeem is het mo-
gelijk om automatisch naar andere
zenders binnen het gebied over te
schakelen die verkeersinformatie uit-
zenden.
Volgen van RDS-zenders Regionale functie (REG)
Sommige gekoppelde zenders zen-
den op bepaalde tijdstippen op dezelf-
de frequentie verschillende, regionale
programma’s uit. Met deze functie kan
een regionaal porgramma worden be-
luisterd.
De functie biedt de volgende moge-
lijkheden:
• Volgen van één zender met een re-
gionaal programma.
• Volgen van een zender binnen een bepaald gebied, waarbij eventueel
kan worden overgeschakeld op een
ander programma binnen hetzelfde
gebied.
De functie kan worden in- of uitge-
schakeld via het hoofdmenu "AUDIO-
FUNCTIES" of door langer dan
2 seconden op de toets "RDS" te druk-
ken.
Het multifunctionele display geeft aan:
- REG als deze functie is ingescha-
keld.
- REG (doorgestreept of grijs*)
als deze functie wel ingeschakeld,
maar niet beschikbaar is.
* Volgens type display

Page 50 of 184

51
-Audio en telematica
PTY-functie
Met behulp van deze functie is het
mogelijk zenders te beluisteren met
een specifieke programmering uit de
onderstaande lijst:
NIEUWS WETENSCHAPPELIJK
MAGAZINE DIVERSE
DIENSTEN POP
SPORT ROCK
EDUCATIEF CHANSONS
FICTIE LICHT KLASSIEK
CULTUUR OVERIGE MUZIEK
WEER VRIJE TIJD
ECONOMIE JAZZ
KINDEREN COUNTRY
SAMENLEVING NATIONAAL
RELIGIE NOSTALGISCH
FORUM FOLKLORE
REIZEN DOCUMENTAIRE
Houd, als FM is geselecteerd, de
toets
"TA/PTY" langer dan twee se-
conden ingedrukt om deze functie in
of uit te schakelen. Zoeken van een
PTY-programme-
ring:
- Schakel de PTY-functie in.
- Draai aan de knop G om de lijst met
de verschillende programmatypes
af te zoeken en bevestig uw keuze.
Als er een programma naar wens
wordt weergegeven, druk dan op
één van de toetsen M of N om au-
tomatisch af te stemmen (na het af-
stemmen wordt de PTY-functie weer
uitgeschakeld).
In de stand PTY kunnen de verschillende
programmatypes worden opgeslagen.
Houd daarvoor de voorkeuzetoetsen
"1" t/m "6" langer dan twee seconden
ingedrukt. Een bepaalde programme-
ring kan nu worden opgeroepen door de
desbetreffende toets kort in te drukken.
EON
Dit systeem maakt koppelingen tus-
sen zenders in hetzelfde gebied. Bij
dit systeem is het mogelijk om au-
tomatisch naar andere zenders bin-
nen het gebied over te schakelen die
verkeersinformatie of een PTY-pro-
grammering uitzenden.
De EON-functie werkt alleen als de
functie TA of PTY is ingeschakeld.
Menu audiofuncties
Kies het menu "Audiofuncties" van-
uit het algemene menu voor het:
- Inschakelen/uitschakelen volgen
van RDS-frequentie ,
- Inschakelen/uitschakelen regio-
nale functie ,
-
Inschakelen/uitschakelen functie
Radiotekst , indien deze functie voor
de desbetreffende radiozender be-
schikbaar is (aan de onderzijde van
het display wordt "RT" weergegeven),
- Inschakelen/uitschakelen gede-
tailleerde CD-informatie, tevens
weergave MP3-functie.

Page:   < prev 1-10 ... 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 ... 190 next >