PEUGEOT 206 2008 Instructieboekje (in Dutch)

Page 101 of 123

95
PRAKTISCHE INFORMATIE
-
BIJZONDERHEDEN
LICHTMETALEN VELGENPlaatsen van het reservewiel
Indien uw auto is voorzien van een re-
servewiel met stalen velg is het nor-
maal dat bij het monteren de ringen
van de bouten de velg niet raken. Als
de bouten volledig zijn aangedraaid
zorgt het conische draagvlak van de
bouten voor de bevestiging van het
reservewiel. Antidiefstalbouten
Als de velgen zijn voorzien van anti-
diefstalbouten (één per wiel), dient u
eerst met behulp van het
gele gereed-
schap (in de doos aan de linkerzijde
van de bagageruimte) de chromen dop
en vervolgens de plastic huls te verwij-
deren alvorens de bout los te draaien
met behulp van de dopsleutel (in het
dashboardkastje) en de wielsleutel,
die zich in het rechter zijpaneel van de
bagageruimte bevindt.
Opmerking: noteer de op de dop-
sleutel gegraveerde code nauw-
keurig. Met deze code kunt u bij uw
PEUGEOT-servicepunt een nieuwe
dopsleutel verkrijgen.
Montage van winterbanden
Indien u uw auto voorziet van win-
terbanden met stalen velgen, is het
noodzakelijk
speciale bouten te ge-
bruiken die verkrijgbaar zijn bij het
PEUGEOT-netwerk.
Sierdoppen
De bouten van de lichtmetalen vel-
gen zijn afgedekt met verchroomde
doppen.
Verwijder deze met de gele sleutel
4
alvorens de bouten los te draaien.
De sleutel 4 bevindt zich in het rech-
ter zijpaneel van de bagageruimte.

Page 102 of 123

PRAKTISCHE INFORMATIE
96 -
Dimlicht H7 55W / grootlicht
H1 55W
F Verwijder de beschermkap A om
de lamp H7 55W te vervangen
of B om de lamp H1 55W te
vervangen.
F Neem de stekker(s) C los.
F Druk op het uiteinde van de
borglip(pen) D om deze los te
maken. Vervang de defecte
lamp.LAMPEN VERVANGEN
Verwijder aan de rechterzijde eerst
de vulpijp van het ruitensproeier-
reservoir om het vervangen van de
lampen te vergemakkelijken:
F draai de nok en de inkeping in lijn,
F trek de vulpijp omhoog.
1. Dimlicht/grootlicht
2. Parkeerlichten
3. Richtingaanwijzers F
Let bij het monteren op de
goede stand van de nokjes en
controleer of de borglip(pen)
stevig vastzit(ten).
F Sluit de stekker(s) weer aan.
F Plaats de beschermkap(pen)
en de vulpijp van het
ruitensproeierreservoir (rechts).

Page 103 of 123

97
PRAKTISCHE INFORMATIE
-
Richtingaanwijzers PY21W
amberkleurig
F
Draai de stekker met de lamphouder 3
een kwart omwenteling (in de richting van
de voorzijde van de auto) en trek deze los.
F Vervang de lamp. Zijknipperlichten WY5W
amberkleurig
F
Druk het zijknipperlicht naar
voren en trek het los.
F Verwijder en vervang het
zijknipperlicht.
De zijknipperlichten zijn verkrijgbaar
bij het PEUGEOT-netwerk.
Parkeerlicht W5W
F

Draai de stekker met de lamphouder 2
een kwart omwenteling en trek deze los.
F Vervang de lamp.
Raak de lampen uitsluitend
met een droge doek aan.
De koplampunits zijn voor-
zien van een glas van
polycarbonaat met een speciale
vernislaag. Reinig de koplampen
nooit met een droge of schuren-
de doek en gebruik geen oplos-
middelen.
Gebruik een spons en zeepwater.
Hogedrukreiniging
Spuit bij het verwijderen van hard-
nekkig vuil met een hogedrukreiniger
niet rechtstreeks op de omgeving
van de koplampen en achterlichten.
Hierdoor kunnen de lak en de af-
dichting beschadigd raken.

Page 104 of 123

PRAKTISCHE INFORMATIE
98 -
Maak de zijbekleding in de bagage-
ruimte los.
Maak de schuimrubber afdekking los
en steek uw hand achter de afdek-
king om bij de vleugelmoer te ko-
men.
Verwijder de vleugelmoer.
Verwijder de lichtunit.
Druk op de nok A en neem de stek-
ker los.
Verwijder de isolatie.
Duw de borglippen B naar buiten en
verwijder de lamphouder.
Vervang de defecte lamp(en).
Controleer na het vervangen of de
lamphouder, de achterlichtunit en de
schuimrubber afdekking weer goed
op hun plaats zitten. 3e remlicht 5 lampen W5W
Draai de 2 moeren
A met behulp van
een 10 mm sleutel los.
Verwijder de lichtunit.
Druk de 2 borglippen B in om de
lamphouder los te nemen.
Vervang de defecte lamp(en).
Achterlichten
1.
Richtingaanwijzer P21W.
2. Achteruitrijlicht P21W.
3. Rem-/achterlicht P21/5W.

Page 105 of 123

99
PRAKTISCHE INFORMATIE
-
Mistlampen vóór H1 55W
Druk aan de onderzijde van het luik
om het los te maken.
Open het luik.
Draai het afdekplaatje om het te ver-
wijderen.
Neem de stekker van de lamp los.
Druk op de uiteinden van de beide
borglippen om de lamp los te ma-
ken. Mistachterlicht P21W
Neem het mistachterlicht uit de klem-
men en trek deze los.
Draai de stekker met de lamphouder een
kwart omwenteling en trek deze los.
Vervang de lamp.
Kentekenplaatverlichting W5W
Steek een kleine schroevendraaier in
een van de buitenste gaten van het
lampglas.
Duw de schroevendraaier naar bui-
ten om het lampglas los te maken.
Verwijder het lampglas.
Vervang de defecte lamp(en).

Page 106 of 123

PRAKTISCHE INFORMATIE
100 -
ZEKERINGEN VERVANGEN
De zekeringkasten bevinden zich on-
der het dashboard en onder de mo-
torkap.
GoedDefect
Klem A
Zekeringkast dashboard
Draai de schroef een kwart omwente-
ling met een muntstuk los en verwijder
de afdekplaat om bij de zekeringen te
komen.
De reservezekeringen en de tang
A
zijn aangebracht aan de binnenkant
van het deksel van de zekeringkast
onder het dashboard. Vervangen van een zekering
Voordat een zekering wordt vervangen, moet eerst de oorzaak van de
storing
opgespoord en verholpen worden. De nummers van de zekeringen zijn aange-
geven op de zekeringkast.
Gebruik de tang A.
Vervang een defecte zekering (stroomsterkte vermeld op zeke ring) altijd
door een zekering met dezelfde stroomsterkte.

Page 107 of 123

PRAKTISCHE INFORMATIE
100 -
ZEKERINGEN VERVANGEN
De zekeringkasten bevinden zich on-
der het dashboard en onder de mo-
torkap.
GoedDefect
Klem A
Zekeringkast dashboard
Draai de schroef een kwart omwente-
ling met een muntstuk los en verwijder
de afdekplaat om bij de zekeringen te
komen.
De reservezekeringen en de tang
A
zijn aangebracht aan de binnenkant
van het deksel van de zekeringkast
onder het dashboard. Vervangen van een zekering
Voordat een zekering wordt vervangen, moet eerst de oorzaak van de
storing
opgespoord en verholpen worden. De nummers van de zekeringen zijn aange-
geven op de zekeringkast.
Gebruik de tang A.
Vervang een defecte zekering (stroomsterkte vermeld op zeke ring) altijd
door een zekering met dezelfde stroomsterkte.

Page 108 of 123

101
PRAKTISCHE INFORMATIE
-
Zekering Ampère Functies
1 15A Stoelverwarming - sirene alarm
4 20A Multifunctioneel display - bagageruimteverlichting - autoradio
- stuurkolomschakelaars -
trekhaak
5 15A Diagnosesysteem automatische transmissie
6 10A Koelvloeistofniveaumeter - automatische transmissie - autoradio - stuurwielsensor (ESP)
7 15A Dubbele bediening lesauto - naderhand ingebouwd al armsysteem
9 30A Elektrisch bediende ruiten achter
10 40A Achterruit- en buitenspiegelverwarming 11 15A Ruitenwisser achter
12 30A Elektrisch bediende ruiten vóór - schuif-/kanteldak
14 10A Servicecentrale motor - airbags - stuurkolomschakelaars - regensensor
15 15A Instrumentenpaneel - multifunctioneel display - aircond itioning - autoradio
16 30A Bediening centrale portiervergrendeling
20 10A Remlicht rechts
21 15A Remlicht links - derde remlicht
22 20A Plafonnier vóór - kaartleeslampje - verlichting dashboardkastje - aansteker
S1 Shunt Shunt PARC

Page 109 of 123

PRAKTISCHE INFORMATIE
102 -
of Bij het ontwerp van het
elektrische circuit van uw
auto is reeds rekening ge-
houden met de montage
van zowel de standaard-
uitrusting als eventuele opties.
Raadpleeg het PEUGEOT-net-
werk voordat u andere elektrische
voorzieningen of accessoires in de
auto monteert of laat monteren.
Sommige elektrische accessoires
zelf, of de wijze waarop die zijn
gemonteerd, kunnen de werking
van de elektrische systemen van
de auto (de elektronische bedie-
ningssystemen, het audiosysteem
en het laadcircuit) nadelig beïn-
vloeden.
PEUGEOT is niet aansprakelijk
voor kosten die voortvloeien uit
het verhelpen van storingen ver-
oorzaakt door het monteren van
extra accessoires die niet door
PEUGEOT aanbevolen en gele-
verd worden. Dit geldt ook voor
voorzieningen die niet volgens de
voorschriften van PEUGEOT zijn
gemonteerd en met name voor
apparatuur met een stroomver-
bruik van meer dan 10 mA.
Zekering Ampère Functies
1 * 20A Motorventilateur
2 * 60A ABS/ESP
3 * 30A ABS/ESP
4 * 70A Voeding intelligente servicecentrale
5 * 70A Voeding intelligente servicecentrale
6 * - Vrij
7 * 30A Voeding stuur-/contactslot
8 * 20A Versterker autoradio
Zekeringkast motorruimte
Maak het deksel los om de zekeringkast (naast de accu) in de motorruimt
e te
openen.
Sluit na de werkzaamheden het deksel zorgvuldig.
* De hoofdzekeringen zorgen voor een extra beveiliging van de elektrische
installatie. Laat werkzaamheden aan hoofdzekeringen alleen door het
PEUGEOT-netwerk uitvoeren.

Page 110 of 123

103
PRAKTISCHE INFORMATIE
-
Zekering Ampère Functies
1 10A Elektronische eenheid voorgloeien (diesel) - sensor water in brandst
of - schakelaar
achteruitrijlicht - snelheidssensor - luchthoeveelheidsmeter (diesel)
2 15A Elektroklep absorptievat - brandstofpomp
3 10A Elektronische eenheid motor ABS/ESP - remlichtschakelaar ESP
4 10A Elektronische eenheid automatische transmissie - elektronische eenheid motor
5 - Vrij
6 15A Mistlampen vóór
7 20A Koplampsproeierpomp
8 20A Relais motorventilateur - elektronische eenheid motor - inspuitpo
mp
diesel - brandstofdrukregelaar diesel - elektroklep motormanagement
9 15A Dimlicht links
10 15A Dimlicht rechts
11 10A Grootlicht links
12 15A Grootlicht rechts
13 15A Claxon
14 10A Ruitensproeierpomp voor en achter
15 30A Voorverwarming smoorklephuis - inspuitpomp diesel - lambdasonde - ele
ktronische
eenheid motor - luchthoeveelheidsmeter - bobine - elektroklep mot ormanagement -
voorverwarming brandstof (diesel) - verstuivers
16 30A Relais luchtpomp
17 30A Hoge en lage snelheid ruitenwissers
18 40A Aanjager

Page:   < prev 1-10 ... 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 111-120 121-130 next >