Peugeot 206 CC 2006 Handleiding (in Dutch)

Page 61 of 133

59
-Comfort
"Met het gezicht in de rijrichting"
Wanneer een kinderzitje met het
gezicht in de rijrichting
op de pas-
sagiersstoel voor wordt geplaatst,
moet de stoel van de auto in de
middelste stand met de rugleuning
rechtop worden gezet en mag de
airbag aan passagierszijde** niet
worden uitgeschakeld.
BEVESTIGEN VAN
EEN KINDERZITJE
MET EEN DRIEPUNTS
VEILIGHEIDSGORDEL
"Met de rug in de rijrichting"
Wanneer een kinderzitje met de rug
in de rijrichting
op de passagiers-
stoel voor wordt geplaatst, moet
de airbag aan passagierszijde**
zijn uitgeschakeld. Anders kan het
kind bij het afgaan van de airbag
levensgevaarlijk gewond raken .
ALGEMENE INFORMATIE
MET BETREKKING TOT
KINDERZITJES
Hoewel PEUGEOT bij het ontwerp
van uw auto veel aandacht heeft
besteed aan veiligheidsvoorzie-
ningen voor uw kinderen, is hun
veiligheid natuurlijk ook afhankelijk
van u zelf.
Volg voor een optimale veiligheid de
volgende adviezen op:
- sinds 1992, en conform Richtlijn
2000/3 dienen kinderen jonger dan
12 jaar in gehomologeerde*, aan
het lichaamsgewicht aangepaste
kinderzitjes op met veiligheids-
gordels of ISOFIX-bevestigingen**
uitgeruste plaatsen te worden ver-
voerd,
- de veiligste plaats voor het ver-
voeren van een kind is volgens
de statistieken een plaats op de
achterbank van uw auto ,
- kinderen tot 9 kg moeten zowel voor- als achterin met de rug in
de rijrichting worden vervoerd.
PEUGEOT beveelt u aan kinderen
op de achterzitplaatsen van uw
auto te vervoeren:
- met de rug in de rijrichting tot
2 jaar,
- met het gezicht in de rijrichting
vanaf 2 jaar.
* Volgens de wettelijke bepalingen.
** Volgens uitvoering. Middelste stand
01-01-2006

Page 62 of 133

60 -Comfort
Groep 0 : vanaf de geboorte tot 10 kg
Groep 0+: vanaf de geboorte tot 13 kg
L1
“BRITAX
Babysure”
(E11 0344117)
Wordt met de rug in de rijrichting geplaatst. L2
“RÖMER
Baby-Safe”
(E1 03301146)
Wordt met de rug in de rijrichting geplaatst.
Groep 1, 2 en 3: van 9 tot 36 kg L3
“KIDDY Life”
(E1 03301135)
Omwille van de veiligheid van jonge kinderen (van 9 tot 18 kg), raadt
PEUGEOT u aan de gordelbescher- mer te gebruiken.
Groep 2 en 3: van 15 tot 36 kg
L4
“RECARO Start” (E1 03301108). L5
“KLIPPAN Optima”
(E17 030007) Vanaf 6 jaar
(ongeveer 22 kg): gebruik alleen de zitverhoging.
DOOR PEUGEOT AANBEVOLEN KINDERZITJES
PEUGEOT levert een complete reeks kinderzitjes met een artikelnummer van

Automobiles PEUGEOT die met een driepunts veiligheidsgordel kunnen
worden vastgemaakt:
** Volgens uitvoering.
Airbag aan passagierszijde OFF**
01-01-2006

Page 63 of 133

61
-Comfort
PLAATSING KINDERZITJES MET DE VEILIGHEIDSGORDEL
Conform de Europese wetgeving (Richtlijn 2000/3) geeft dit o
verzicht de mogelijkheden met betrekking tot het plaatsen van
een universeel gehomologeerd kinderzitje ( a) met de veiligheidsgordel, gerangschikt naar het gewicht van h et kind en de
plaats in de auto.
Bijzonderheden
De kinderzitjes L1 “BRITAX
Babysure”, L2 “RÖMER Baby-Safe”
en L3 “KIDDY Life” kunnen niet op
de achterzitplaatsen van uw auto
worden geplaatst.
Plaats Gewicht en leeftijdsindicatie van het kind
tot 13 kg(groep 0 ( b) en 0+)
Tot ± 1 jaar 9 tot 18 kg
(groep 1)
Van 1 tot ± 3 jaar 15 tot 25 kg
(groep 2)
Van 3 tot ± 6 jaar 22 tot 36 kg
(groep 3)
Van 6 tot ± 10 jaar
Vaste, in hoogte
verstelbare
passagiersstoel vóór U U U U
Buitenste zitplaats
achter X
RÖMER Duo (c) L4, L5 L4, L5
a : Universeel kinderzitje: kinderzitje
dat in alle auto’s met de veiligheids-
gordel kan worden bevestigd.
b : Groep 0: vanaf de geboorte tot
10 kg.
c : Uitsluitend bevestigd met de vei-
ligheidsgordel.
U : plaats geschikt voor het bevesti-
gen van een universeel goedgekeurd
kinderzitje met de veiligheidsgordel.
Kinderzitje geplaatst met de rug
in de rijrichting of het gezicht in de
rijrichting. X
: plaats niet geschikt voor het
bevestigen van een kinderzitje uit de
aangegeven gewichtsgroep.
L- : alleen de aangegeven kinderzitjes
mogen op de desbetreffende plaats
worden bevestigd (volgens land van
bestemming).
01-01-2006

Page 64 of 133

62 -Comfort
Het betreft 2 ringen die zijn geplaatst
tussen de rug en de zitting van de
stoel.
De ISOFIX-kinderzitjes beschikken
over 2 sloten die eenvoudig aan deze
ringen kunnen worden verankerd.
De ISOFIX-bevestigingen zorgen
voor een betrouwbare, degelijke en
snelle montage van het kinderzitje in
uw auto.
* Volgens uitvoering.
ISOFIX KINDERZITJE AANBEVOLEN DOOR PEUGEOT EN
GEHOMOLOGEERD VOOR UW AUTO
KIDDY isofix
Groep 0+: vanaf de geboorte tot 13 kgGroep 1: van 9 tot 18 kg
Wordt met de rug in de rijrichting geplaatst. Wordt met het gezicht in de rijrichting
geplaatst.
De rugleuning van het zitje moet tegen
de rugleuning van de desbetreffende
voorstoel steunen. De passagiersstoel vóór moet in de
middelste stand worden gezet.
Dit kinderzitje kan ook worden bevestigd op zitplaatsen die n iet zijn voorzien van
ISOFIX-bevestigingen. Het is in dat geval verplicht het kinderzi tje met de normale
driepunts veiligheidsgordel op de zitplaats van de auto te bevestigen.
Volg bij het plaatsen van het kinderzitje de gebruiksaan wijzing van de fabri-
kant van het zitje.
ISOFIX-BEVESTIGINGEN
Deze zitplaatsen* zijn uitgerust met
ISOFIX-bevestigingen.
01-01-2006

Page 65 of 133

60 -Comfort
Groep 0 : vanaf de geboorte tot 10 kg
Groep 0+: vanaf de geboorte tot 13 kg
L1
“BRITAX
Babysure”
(E11 0344117)
Wordt met de rug in de rijrichting geplaatst. L2
“RÖMER
Baby-Safe”
(E1 03301146)
Wordt met de rug in de rijrichting geplaatst.
Groep 1, 2 en 3: van 9 tot 36 kg L3
“KIDDY Life”
(E1 03301135)
Omwille van de veiligheid van jonge kinderen (van 9 tot 18 kg), raadt
PEUGEOT u aan de gordelbescher- mer te gebruiken.
Groep 2 en 3: van 15 tot 36 kg
L4
“RECARO Start” (E1 03301108). L5
“KLIPPAN Optima”
(E17 030007) Vanaf 6 jaar
(ongeveer 22 kg): gebruik alleen de zitverhoging.
DOOR PEUGEOT AANBEVOLEN KINDERZITJES
PEUGEOT levert een complete reeks kinderzitjes met een artikelnummer van

Automobiles PEUGEOT die met een driepunts veiligheidsgordel kunnen
worden vastgemaakt:
** Volgens uitvoering.
Airbag aan passagierszijde OFF**
01-01-2006

Page 66 of 133

61
-Comfort
PLAATSING KINDERZITJES MET DE VEILIGHEIDSGORDEL
Conform de Europese wetgeving (Richtlijn 2000/3) geeft dit o
verzicht de mogelijkheden met betrekking tot het plaatsen van
een universeel gehomologeerd kinderzitje ( a) met de veiligheidsgordel, gerangschikt naar het gewicht van h et kind en de
plaats in de auto.
Bijzonderheden
De kinderzitjes L1 “BRITAX
Babysure”, L2 “RÖMER Baby-Safe”
en L3 “KIDDY Life” kunnen niet op
de achterzitplaatsen van uw auto
worden geplaatst.
Plaats Gewicht en leeftijdsindicatie van het kind
tot 13 kg(groep 0 ( b) en 0+)
Tot ± 1 jaar 9 tot 18 kg
(groep 1)
Van 1 tot ± 3 jaar 15 tot 25 kg
(groep 2)
Van 3 tot ± 6 jaar 22 tot 36 kg
(groep 3)
Van 6 tot ± 10 jaar
Vaste, in hoogte
verstelbare
passagiersstoel vóór U U U U
Buitenste zitplaats
achter X
RÖMER Duo (c) L4, L5 L4, L5
a : Universeel kinderzitje: kinderzitje
dat in alle auto’s met de veiligheids-
gordel kan worden bevestigd.
b : Groep 0: vanaf de geboorte tot
10 kg.
c : Uitsluitend bevestigd met de vei-
ligheidsgordel.
U : plaats geschikt voor het bevesti-
gen van een universeel goedgekeurd
kinderzitje met de veiligheidsgordel.
Kinderzitje geplaatst met de rug
in de rijrichting of het gezicht in de
rijrichting. X
: plaats niet geschikt voor het
bevestigen van een kinderzitje uit de
aangegeven gewichtsgroep.
L- : alleen de aangegeven kinderzitjes
mogen op de desbetreffende plaats
worden bevestigd (volgens land van
bestemming).
01-01-2006

Page 67 of 133

62 -Comfort
Het betreft 2 ringen die zijn geplaatst
tussen de rug en de zitting van de
stoel.
De ISOFIX-kinderzitjes beschikken
over 2 sloten die eenvoudig aan deze
ringen kunnen worden verankerd.
De ISOFIX-bevestigingen zorgen
voor een betrouwbare, degelijke en
snelle montage van het kinderzitje in
uw auto.
* Volgens uitvoering.
ISOFIX KINDERZITJE AANBEVOLEN DOOR PEUGEOT EN
GEHOMOLOGEERD VOOR UW AUTO
KIDDY isofix
Groep 0+: vanaf de geboorte tot 13 kgGroep 1: van 9 tot 18 kg
Wordt met de rug in de rijrichting geplaatst. Wordt met het gezicht in de rijrichting
geplaatst.
De rugleuning van het zitje moet tegen
de rugleuning van de desbetreffende
voorstoel steunen. De passagiersstoel vóór moet in de
middelste stand worden gezet.
Dit kinderzitje kan ook worden bevestigd op zitplaatsen die n iet zijn voorzien van
ISOFIX-bevestigingen. Het is in dat geval verplicht het kinderzi tje met de normale
driepunts veiligheidsgordel op de zitplaats van de auto te bevestigen.
Volg bij het plaatsen van het kinderzitje de gebruiksaan wijzing van de fabri-
kant van het zitje.
ISOFIX-BEVESTIGINGEN
Deze zitplaatsen* zijn uitgerust met
ISOFIX-bevestigingen.
01-01-2006

Page 68 of 133

63
-Toegang tot de auto
01-01-2006
SLEUTELS
Met behulp van de sleutels kunnen
de portieren, het kofferdeksel (ope-
nen), de tankdop en het slot van
het dashboardkastje onafhankelijk
van elkaar worden bediend, kan de
airbag aan passagierszijde worden
uitgeschakeld en kan het contactslot
worden bediend.
Afstandsbediening
Met de afstandsbediening kunnen
dezelfde functies worden uitgevoerd. Lokaliseren van de auto
Om de eerder vergrendelde auto te
lokaliseren op een parkeerplaats:

Druk op de knop A, de plafonnier
gaat branden en de knipperlich-
ten knipperen gedurende enkele
seconden.
Waarschuwingssignaal sleutel
Als het bestuurdersportier wordt
geopend terwijl de sleutel nog in het
contact steekt, klinkt er een geluids-
signaal.
Batterij van
afstandsbediening vervangen
Als de batterij leeg is, verschijnt in
combinatie met een geluidssignaal
de melding "Batterij afstandsbedie-
ning leeg" op het multifunctionele
display.
Draai de schroef los en wip het huis
met een muntstuk bij het oog los om de
batterij te vervangen (CR 2016/3 V).
Als de afstandsbediening na het
vervangen van de batterij niet werkt,
moet deze opnieuw gesynchroni-
seerd worden.
Synchroniseren van de
afstandsbediening
 Zet het contact uit.
 Zet het contact weer aan.
 Druk direct gedurende enkele
seconden op de knop A.
 Zet het contact uit en verwijder
de sleutel uit het contactslot. De
afstandsbediening werkt nu weer.
Vergrendelen en ontgrendelen
Met behulp van de sleutel
in het slot
van het bestuurdersportier:
- kunnen de portieren en het kof- ferdeksel gelijktijdig vergrendeld
worden.
- kunnen de portieren gelijktijdig ont- grendeld worden.
Wanneer een van de portieren is
geopend, werkt de centrale vergren-
deling niet.
Het kofferdeksel kan alleen ont-
grendeld worden met de sleutel in
het slot van het kofferdeksel. Vergrendelen
Druk op de knop
A om de auto te
vergrendelen.
Het vergrendelen wordt bevestigd
door het gedurende ongeveer 2
seconden branden van de richting-
aanwijzers.
Ontgrendelen
Druk op de knop B om de portieren
te ontgrendelen.
Het ontgrendelen wordt bevestigd
door het snel knipperen van de rich-
tingaanwijzers.
Opmerking: Druk de knop van de
afstandsbediening niet buiten het
bereik van de auto in. Hierdoor kan
het systeem buiten werking raken. In
dat geval moet de afstandsbediening
opnieuw gesynchroniseerd worden
(zie het desbetreffende hoofdstuk).

Page 69 of 133

64 -Toegang tot de auto
01-01-2006
ELEKTRONISCHE
STARTBLOKKERING
Deze diefstalbeveiliging blokkeert het
motormanagementsysteem zodra het
contact wordt afgezet en voorkomt
zo het starten van de motor bij een
inbraak.
In de sleutel is een chip aangebracht
die over een specifieke code beschikt.
Bij het aanzetten van het contact moet
de code van de sleutel worden her-
kend door de startblokkering, waarna
de motor gestart kan worden.
CODEKAART
De codekaart wordt u bij aflevering
van de auto samen met de twee
sleutels overhandigd.
Op deze kaart staat de identificatie-
code die uw PEUGEOT-servicepunt
nodig heeft bij werkzaamheden aan
de elektronische startblokkering. De
code is afgedekt, verwijder de film
alleen als dit strikt noodzakelijk is.
Bewaar de codekaart op een vei-
lige plaats buiten de auto.
Neem de codekaart mee wanneer u
een verre reis maakt en bewaar de
kaart bij uw persoonlijke documen-
ten.Noteer de sleutelnummers
zorgvuldig. De sleutelcode is
als streepjescode aangege-
ven op het label bij de sleutel.
Een PEUGEOT-servicepunt kan bij
verlies snel voor nieuwe sleutels
zorgen.
De radiografische afstandsbediening
is een systeem met een groot bereik.
Het is raadzaam om niet met de knop
van de afstandsbediening te spelen
om te voorkomen dat de portieren per
ongeluk ontgrendeld worden.
De afstandsbediening kan niet
functioneren als de sleutel in het
contactslot zit, zelfs als het contact
uitstaat, behalve voor het herpro-
grammeren.
Het rijden met vergrendelde portieren
kan in geval van nood de toegang tot
het interieur belemmeren.
Neem uit veiligheidsoverwegingen
(kinderen in de auto) de sleutel met
afstandsbediening mee als u de auto
verlaat, zelfs al is dit voor korte duur.
Druk nooit op de knoppen van uw
afstandsbediening buiten het bereik van
uw auto.
De afstandsbediening kan dan onbruik-
baar worden en moet in dat geval
opnieuw worden geprogrammeerd.
Let er bij het aanschaffen van een
gebruikte auto op dat:
- u in het bezit bent van de codekaart;
- uw sleutels door een PEUGEOT- servicepunt in het elektronische
geheugen worden opgeslagen,
zodat u er zeker van kunt zijn dat de
in uw bezit zijnde sleutels de enige
zijn waarmee de auto kan worden
gestart.
Breng geen wijzigingen aan in de elek-
tronische startblokkering.
Bij een storing in het systeem
zal, als het contact wordt aangezet
(2
e stand van de sleutel), het ver-
klikkerlampje van de schakelaar
centrale vergrendeling op het mid-
delste gedeelte van het dashboard
snel gaan knipperen.
De auto kan dan niet gestart wor-
den.
Raadpleeg zo snel mogelijk een
PEUGEOT-servicepunt.

Page 70 of 133

64 -Toegang tot de auto
01-01-2006
ELEKTRONISCHE
STARTBLOKKERING
Deze diefstalbeveiliging blokkeert het
motormanagementsysteem zodra het
contact wordt afgezet en voorkomt
zo het starten van de motor bij een
inbraak.
In de sleutel is een chip aangebracht
die over een specifieke code beschikt.
Bij het aanzetten van het contact moet
de code van de sleutel worden her-
kend door de startblokkering, waarna
de motor gestart kan worden.
CODEKAART
De codekaart wordt u bij aflevering
van de auto samen met de twee
sleutels overhandigd.
Op deze kaart staat de identificatie-
code die uw PEUGEOT-servicepunt
nodig heeft bij werkzaamheden aan
de elektronische startblokkering. De
code is afgedekt, verwijder de film
alleen als dit strikt noodzakelijk is.
Bewaar de codekaart op een vei-
lige plaats buiten de auto.
Neem de codekaart mee wanneer u
een verre reis maakt en bewaar de
kaart bij uw persoonlijke documen-
ten.Noteer de sleutelnummers
zorgvuldig. De sleutelcode is
als streepjescode aangege-
ven op het label bij de sleutel.
Een PEUGEOT-servicepunt kan bij
verlies snel voor nieuwe sleutels
zorgen.
De radiografische afstandsbediening
is een systeem met een groot bereik.
Het is raadzaam om niet met de knop
van de afstandsbediening te spelen
om te voorkomen dat de portieren per
ongeluk ontgrendeld worden.
De afstandsbediening kan niet
functioneren als de sleutel in het
contactslot zit, zelfs als het contact
uitstaat, behalve voor het herpro-
grammeren.
Het rijden met vergrendelde portieren
kan in geval van nood de toegang tot
het interieur belemmeren.
Neem uit veiligheidsoverwegingen
(kinderen in de auto) de sleutel met
afstandsbediening mee als u de auto
verlaat, zelfs al is dit voor korte duur.
Druk nooit op de knoppen van uw
afstandsbediening buiten het bereik van
uw auto.
De afstandsbediening kan dan onbruik-
baar worden en moet in dat geval
opnieuw worden geprogrammeerd.
Let er bij het aanschaffen van een
gebruikte auto op dat:
- u in het bezit bent van de codekaart;
- uw sleutels door een PEUGEOT- servicepunt in het elektronische
geheugen worden opgeslagen,
zodat u er zeker van kunt zijn dat de
in uw bezit zijnde sleutels de enige
zijn waarmee de auto kan worden
gestart.
Breng geen wijzigingen aan in de elek-
tronische startblokkering.
Bij een storing in het systeem
zal, als het contact wordt aangezet
(2
e stand van de sleutel), het ver-
klikkerlampje van de schakelaar
centrale vergrendeling op het mid-
delste gedeelte van het dashboard
snel gaan knipperen.
De auto kan dan niet gestart wor-
den.
Raadpleeg zo snel mogelijk een
PEUGEOT-servicepunt.

Page:   < prev 1-10 ... 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 ... 140 next >