PEUGEOT 207 2008 Instructieboekje (in Dutch)

Page 161 of 255

!
!
i
148
Maak de accupoolklemmen niet los
bij draaiende motor.
Laad de accu niet op zonder de ac-
cupoolklemmen los te nemen.
Duw of sleep de auto niet aan om
de motor te starten als deze is
voorzien van een "2 Tronic" ver-
snellingsbak.
Accu's bevatten schadelijke stof-
fen, zoals zwavelzuur en lood. Ac-
cu's moeten volgens de wettelijke
voorschriften worden afgevoerd en
mogen in geen geval bij het huis-
vuil terechtkomen.
Lever lege batterijen en accu's in
bij een speciaal inzamelpunt. Laden met behulp van een
acculader

 Maak de accupoolklemmen los.

 Volg de aanwijzingen van de fabri-
kant van de acculader.

 Sluit de accukabels weer aan, te be-
ginnen met de (-) kabel.

 Controleer of de accupolen en de
klemmen schoon zijn. Indien ze be-
dekt zijn met een (witte of groene) oxi-
datielaag, neem dan de accukabels
los en reinig de polen en klemmen.
De uitgeschakelde functies kunnen
tevens handmatig weer worden in-
geschakeld. Hierbij bestaat het ri-
sico dat de accu ontladen raakt.
SPAARFASE
De spaarfase stuurt de elektrische func-
ties van de auto aan om het ontladen
van de accu te voorkomen.
Tijdens het rijden kunnen in verband
met de laadtoestand van de accu en-
kele functies (airconditioning, achter-
ruitverwarming, ...) tijdelijk worden
uitgeschakeld.
Deze functies worden automatisch in-
geschakeld zodra de laadtoestand van
de accu dit toelaat.
Het is raadzaam de accu los te
koppelen als uw auto langer dan
een maand buiten gebruik is. Vóór het loskoppelen van de
accukabels
Wacht 2 minuten na het afzetten
van het contact.
Sluit de ruiten, het schuifdak en de
voorportieren.
Na het weer aansluiten van de
accukabels
Zet het contact aan en wacht
1 minuut alvorens de motor te star-
ten, zodat de elektronische syste-
men geïnitialiseerd kunnen worden.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk
als er zich na deze handeling toch
nog problemen voordoen.
Raadpleeg het des bet r eff ende
hoof ds t uk v oor het z elf opnieuw
init ialis er en v an:
- de sleutel met afstandsbedie-
ning,
- de elektrische bedienbare ruiten,
- het schuif-/kanteldak,
- het GPS navigatiesysteem.

Page 162 of 255

!
i
149
Als de accu ontladen is, kan de
motor niet gestart worden (zie de
desbetreffende paragraaf).
Als u op het moment dat de eco-
mode wordt ingeschakeld aan het
telefoneren bent:
- kan het gesprek nog 5 minuten worden voortgezet met de hands-
free set van de autoradio RD4,
- kan het telefoongesprek ge- woon worden voortgezet met
de radiotelefoon GPS RT4.
ECO-MODE
De eco-mode bepaalt de maximale ge-
bruiksduur van een aantal functies om te
voorkomen dat de accu ontladen raakt.
Nadat de motor is afgezet, kunt u een
aantal elektrische functies zoals radio,
ruitenwissers, dimlichten, plafonniers, ...
nog in totaal maximaal 30 minuten ge-
bruiken.
Uitschakelen van de eco-mode
De functies worden automatisch weer in-
geschakeld als de motor gestart wordt.

 Start om de functies direct weer te
kunnen gebruiken de motor en laat
deze gedurende enige tijd draaien.
De beschikbare tijd bedraagt het dub-
bele van de tijd dat de motor heeft ge-
draaid. Deze tijd zal echter altijd tussen
de 5 en 30 minuten bedragen.
Inschakelen van de eco-mode
Na deze 30 minuten geeft een melding
op het multifunctionele display aan dat de
eco-mode is ingeschakeld en de actieve
functies worden in de ruststand gezet.
WISSERBLADEN VERVANGEN
De ruitenwisserbladen kunnen zonder
gereedschap worden vervangen.
Demonteren van een wisserblad
vóór of achter

 Til de desbetreffende ruitenwisser-
arm op.

 Maak het wisserblad los en verwij-
der het.
Monteren van een wisserblad
vóór of achter

 Controleer bij de ruitenwissers vóór
de lengte van het wisserblad, omdat
het kortste blad aan de passagiers-
zijde van de auto gemonteerd moet
worden.

 Breng het nieuwe wisserblad aan en
klik het vast.

 Zet de ruitenwisserarm voorzichtig
terug.

Page 163 of 255

!i
150
SLEPEN VAN UW AUTO
U kunt uw auto laten slepen door een
andere auto of een andere auto slepen
met behulp van het sleepoog.
Toegang tot het gereedschap Slepen van uw auto

 Maak het klepje in de voorbumper
los door op de onderkant ervan te
drukken.

 Draai het sleepoog vast tot de aan-
slag.

 Bevestig de sleepstang.

 Schakel de alarmknipperlichten van
uw auto in.
 Maak het klepje in de achterbumper
los door op de onderkant ervan te
drukken.

 Draai het sleepoog vast tot de aan-
slag.

 Bevestig de sleepstang.

 Schakel de alarmknipperlichten van
de te slepen auto in.
Slepen van een andere auto
Het sleepoog bevindt zich onder de
vloerplaat van de bagageruimte:

 open de achterklep,

 til de vloerplaat op,

 bevestig het koord van de vloerplaat
met de haak aan de steun van de
hoedenplank,

 neem het sleepoog uit de houder. Gebruik voor het slepen van een
auto met de vier wielen op de grond
altijd een sleepstang.
Laat het takelen van de auto (met
twee wielen op de grond) uitslui-
tend uitvoeren door een professio-
neel takelbedrijf.
Bij het slepen van de auto met
stilstaande motor zijn de rem- en
stuurbekrachtiging uitgeschakeld.

 Zet de versnellingshendel in
de neutraalstand (stand N bij
"2 Tronic" versnellingsbak of
automatische transmissie).
Als deze richtlijn niet wordt opge-
volgd kan dit leiden tot het defect
raken van bepaalde onderdelen
van het remsysteem en het ont-
breken van de rembekrachtiging bij
het opnieuw starten van de motor.

Page 164 of 255

i
i
151
TREKKEN VAN EEN
AANHANGER, EEN CARAVAN...
Uw auto is hoofdzakelijk bedoeld voor
het vervoer van personen en bagage,
maar is tevens geschikt voor het trek-
ken van een aanhanger.
Adviezen
Het maximum aanhangergewicht is af-
hankelijk van het hellingspercentage en
de temperatuur van de buitenlucht.
Let in elk geval goed op de aanwijzing
van de koelvloeistoftemperatuurmeter.
Gewichtsverdeling

 Verdeel het gewicht in de caravan/
aanhanger gelijkmatig en houd u
aan de toegestane kogeldruk.
Door een geringere luchtdichtheid ne-
men de prestaties van de motor af als
men op grotere hoogte boven de zee-
spiegel komt. Trek boven de 1 000 m
10 % van het maximum aanhangerge-
wicht af en herhaal dit voor elke volgen-
de 1 000 m.
Raadpleeg het hoofdstuk "Technische
gegevens" voor de gewichten en aan-
hangergewichten die voor uw auto van
toepassing zijn.
Zijwind

 Houd er rekening mee dat de zijwind-
gevoeligheid van de auto groter is. Remmen
Het trekken van een aanhanger ver-
groot de remweg.
Banden

 Controleer de bandenspanning van de
auto en de aanhanger en deze indien
nodig op de juiste waarde.
Verlichting

 Controleer de verlichting van de aan-
hanger.
De parkeerhulp wordt automatisch
uitgeschakeld als bij het aankoppe-
len van een aanhanger een originele
PEUGEOT trekhaak wordt gebruikt.
 Als het verklikkerlampje van
de koelvloeistoftemperatuur
gaat branden in combina-
tie met het verklikkerlampje

STOP , stop dan zo snel mo-
gelijk en zet de motor af.
De trekhaak bestaat uit een mecha-
nisch systeem voor het aankoppelen
van een aanhanger of caravan en een
elektrische aansluiting voor de verlich-
ting en signalering.
Koeling
Het trekken van een aanhanger op een
helling veroorzaakt een hogere koel-
vloeistoftemperatuur.
De koelventilator wordt elektrisch be-
diend en is niet afhankelijk van het mo-
tortoerental.

 Pas uw snelheid aan om het toeren-
tal te beperken.
Wij raden u aan gebruik te maken van
een speciaal door attelage d'origine
PEUGEOT geteste en goedgekeur-
de trekhaak inclusief bedrading en
deze door het PEUGEOT-netwerk te
laten monteren.
Als de trekhaak wordt gemonteerd
door een ander bedrijf dan dat van het
PEUGEOT-netwerk , moet bij de montage
gebruik worden gemaakt van de reeds
aanwezige elektrische voorzieningen
aan de achterzijde van de auto volgens
de voorschriften van de constructeur.
Het rijden met een aanhanger heeft
veel invloed op het rijgedrag van de
auto en vergt daarom extra aandacht
van de bestuurder.

Page 165 of 255

i
i
!
152
ALLESDRAGERS MONTEREN
(3-/5-DEURS)
Gebruik bij het monteren van dwarsdra-
gers de vier hiervoor bestemde beves-
tigingspunten:

 open de afdekplaatjes,

 plaats de allesdragers en stel de be-
vestigingspunten af.
Max. toegestane daklast op alles-
drager, bij een maximale laadhoog-
te van 40 cm (m.u.v. fi etsendrager):
65 kg.
Pas bij een belading hoger dan
40 cm de rijsnelheid aan aan de
rijomstandigheden om schade aan
de allesdragers en de bevestigings-
plaatsen op het dak te voorkomen.
Raadpleeg de wetgeving van uw
land met betrekking tot het vervoe-
ren van voorwerpen die langer zijn
dan de auto.
ALLESDRAGERS MONTEREN
(SW)
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk
voor het monteren van de dakrailings.
Let, bij het monteren van de dwarsdra-
gers, op de juiste bevestigingsplaatsen.
Deze zijn door middel van merktekens
op de dakrailing aangegeven.
Gebruik de door PEUGEOT aanbevo-
len accessoires en houd u aan de mon-
tagevoorschriften van de fabrikant.
Om bagage op het dak te kunnen ver-
voeren, moet uw auto zijn voorzien van
dakrailings waarop dwarsdragers zijn
gemonteerd.
De dakrailings kunnen niet worden ge-
demonteerd.
Max. toegestane daklast op alles-
drager, waarbij de laadhoogte niet
meer dan 40 cm mag bedragen
(m.u.v. fi etsendrager): 75 kg.
Pas, als de laadhoogte meer dan
40 cm bedraagt, de wagensnelheid
aan aan de wegomstandigheden om
schade aan de allesdrager en de be-
vestigingen op het dak te voorkomen.
Raadpleeg de wettelijke voorschrif-
ten in uw land voor het vervoer van
voorwerpen langer dan de auto zelf.
Er mogen geen riemen aan de uit-
einden van de dakrailings worden
bevestigd.

Page 166 of 255

!
i
153
Het monteren van elektrische uit-
rustingen of accessoires die niet
onder een artikelnummer in het
assortiment van PEUGEOT voor-
komen, kan storingen in het elek-
tronisch systeem van uw auto
veroorzaken.
Houdt u rekening met deze bijzon-
derheid en wij raden u aan contact
op te nemen met een vertegen-
woordiger van het merk PEUGEOT
om u te laten informeren over het
assortiment uitrustingen en acces-
soires voorzien van een artikel-
nummer van PEUGEOT .
Het PEUGEOT-netwerk biedt u een rui-
me keuze aan accessoires en originele
onderdelen.
Deze accessoires en onderdelen zijn
getest en goedgekeurd ten aanzien van
bedrijfszekerheid en veiligheid.
Ze zijn volledig aangepast aan uw auto,
voorzien van een artikelnummer van
PEUGEOT en worden geleverd met
PEUGEOT garantie.
Het aanbod van PEUGEOT Boutique is
onderverdeeld in 5 groepen: PROTECT -
CONFORT - AUDIO - DESIGN - TECNIC:
"Protect":
"Comfort":

"Audio":

"Design":
"Tecnic":
Met behulp van de ombouwpakketten
"Entreprise" kan de auto worden omge-
bouwd naar een bedrijfsuitvoering.
* Om te voorkomen dat de werking van de pedalen wordt geblokkeerd :
- controleer of de mat goed op zijn plaats ligt en goed is bevestigd,
- leg nooit meerdere matten boven op elkaar. Afhankelijk van het land van be-
stemming zijn veiligheidsvesten,
een gevarendriehoek en een set
reservelampen verplicht aan boord
van de auto.
inbraakalarm, graveren van
ruiten, wielbouten met slot,
verbandtrommel, gevarendrie-
hoek, veiligheidsvest, lokali-
satiesysteem gestolen auto,
sneeuwkettingen. matten*, kunststof bak baga-
geruimte, bagagenet, kleding-
hanger voor bevestiging aan
de hoofdsteun, aluminium of
PVC dorpellijsten.
Voor de vrijetijdsbesteding: al-
lesdragers, fi etsendrager voor
bevestiging op de trekhaak,
fi etsendrager voor bevestiging op de al-
lesdragers, skidragers, dakkoffers, zitver-
hogingen en kinderzitjes, zonneschermen
opzij en zonnescherm achter, midden-
armsteun vóór, opbergbox voor CD's, op-
bergruimte onder hoedenplank.
Trekhaak. Deze moet bij het PEUGEOT-
netwerk worden gemonteerd.
autoradio's, audio-/telefoon-
systeem, versterkers, na-
vigatiesystemen, handsfree
set, CD-wisselaar, luidsprekers,
DVD-speler, kit voor de aanslui-
ting van een MP3- of draagbare
CD-speler, parkeerhulp.
stoelhoezen geschikt voor stoe-
len met zij-airbags, aluminium
pookknop, mistlampen voor,
achterklepspoiler, gestyleerde
spatlappen, lichtmetalen velgen,
wieldoppen, sportuitlaat, kappen
voor chromen buitenspiegels. ruitensproeiervloeistof, reini-
gings-/onderhoudsmiddelen
voor interieur en exterieur.

Page 167 of 255

10
154
TECHNISCHE GEGEVENS
* Niet beschikbaar bij SW en SW Outdoor. UITVOERINGEN :
MOTOREN EN VERSNELLINGSBAKKEN

Type variant uitvoering KFV-C KFU-C KFU-C/P 8FS-C

BENZINEMOTOREN 1,4 liter 75 pk 1,4 liter 16V 90 pk *
1,4 liter VTi 16V
95 pk
Cilinderinhoud (cm
3) 1360 1360 1397
Boring x slag (mm) 75 x 77 75 x 77 75 x 77
Maximum vermogen : ECE-norm (kW) 54 65 70
Toerental bij maximum vermogen (t/min) 5400 52 50 6000
Maximum koppel: ECE-norm (kW) 118 133 136
Toerental bij maximum koppel (t/min) 3300 3250 4000
Brandstof Loodvrij Loodvrij Loodvrij
Katalysator Ja Ja Ja

VERSNELLINGSBAK Handgeschakeld
(5 versn.) Handgeschakeld
(5 versn.) "2 Tronic"
(5 versn.) Handgeschakeld
(5 versn.)

INHOUD CARTER (liter)

Motor (met vervangen fi lter) 3,25 3,25 3,25 4,25
Versnellingsbak - Differentieel 1,9 1,9 - 1,9

Page 168 of 255

10
155

UITVOERINGEN:
MOTOREN EN VERSNELLINGSBAKKEN

Type variant uitvoering: NFU-C 5FW-C 5FW-F 5FX-C 5FY-C

BENZINEMOTOREN
1,6 liter 16V
110 pk *
1,6 liter VTi 16V 120 pk
1,6 liter THP
16V 150 pk *
1,6 liter THP
16V 175 pk
Cilinderinhoud (cm
3) 1587 1598 1598 1598
Boring x slag (mm) 78,5 x 82 77 x 85,8 77 x 85,8 7 7 x 85,8
Maximum vermogen: ECE-norm (kW) 80 88 110 128
Toerental bij maximum vermogen (t/min) 5800 60 00 5800 6000
Maximum koppel: ECE-norm (Nm) 147 160 240 240
Toerental bij maximum koppel (t/min) 4000 4250 1400 1600
Brandstof Loodvrij Loodvrij Loodvrij Loodvrij **
Katalysator Ja Ja Ja Ja

VERSNELLINGSBAKKEN
Handgeschakeld
(5 versn.) Handgeschakeld (5 versn.) Automaat
(4 versn.) Handgeschakeld (5 versn.) Handgeschakeld
(5 versn.)

INHOUD CARTER (liter)
Motor (met vervangen fi lter) 3,25 4,25 4,25 4,25 4,25
Versnellingsbak - Differentieel 1,9 1,9 - 1,9 1,9
* Niet beschikbaar bij SW en SW Outdoor.
** PEUGEOT raadt u aan om voor optimale motorprestaties loo dvrije benzine 98 RON te gebruiken.

Page 169 of 255

10
164
TECHNISCHE GEGEVENS

UITVOERINGEN:
MOTOREN EN VERSNELLINGSBAKKEN

Type variant uitvoering: 8HZ-C 9HX-C 9HV-C 9HY-C 9HZ-C

DIESELMOTOREN
1,4 liter Turbo
HDI 70 pk *
1,6 liter Turbo HDI 16V 90 pk 1,6 liter Turbo HDI 16V 110 pk
Cilinderinhoud (cm
3) 1398 1560 1560
Boring x slag (mm) 73,7 x 82 75 x 88,3 75 x 88,3
Maximum vermogen: ECE-norm (kW) 50 66 80
Toerental bij maximum vermogen (t/min) 4000 40 00 4000
Maximum koppel: ECE-norm (Nm) 160 215 240
Toerental bij maximum koppel (t/min) 2000 1750 1750
Brandstof Diesel Diesel Diesel
Katalysator Ja Ja Ja
Roetfi lter Nee Nee Ja Nee Ja

VERSNELLINGSBAKKEN
Handgeschakeld (5 versn.) Handgeschakeld
(5 versn.) Handgeschakeld
(5 versn.)

INHOUD CARTER (liter)

Motor (met vervangen fi lter) 3,75 3,25 3,25
Versnellingsbak - Differentieel 1,9 1,9 1,9
* Niet leverbaar bij SW en SW Outdoor.

Page 170 of 255

10
156
TECHNISCHE GEGEVENS

VERBRUIKSCIJFERS 3-/5-DEURS Volgens richtlijn 80/1268/ECE

Benzinemotoren

Versnellingsbak

Type
variant
uitvoering
WC... WA...
WG... WM...
Binnen
bebouwde kom
(liter/100 km)
Buiten
bebouwde kom
(liter/100 km)

Gecombineerd
(liter/100 km)
CO2-uitstoot
(g/km)

1,4 liter 75 pk

Handgeschakeld
KFV-C 8,4 5,0 6,3 150

1,4 liter 16V 90 pk

Handgeschakeld KFU-C 8,5 5,2 6,4 152

"2 Tronic" KFU-C/P 7,9 5,2 6,2 146

1,4 liter VTi 16V 95 pk

Handgeschakeld
8FS-C 8,1 5,0 6,1 145

1,6 liter 16V 110 pk

Handgeschakeld
NFU-C 9,3 5,6 7,0 166

1,6 liter VTi 16V 120 pk

Handgeschakeld
5FW-C 8,4 4,8 6,1 145

Automaat 5FW-F 9,8 5,5 7,0 167

1,6 liter THP 16V 150 pk

Handgeschakeld
5FX-C 9,3 5,6 7,0 166

1,6 liter THP 16V 175 pk

Handgeschakeld
5FY-C 9,9 5,7 7,2 171
De aangegeven verbruikscijfers zijn de laatstbekende waarden te n tijde van het drukken van dit boekje.
Deze verbruikscijfers zijn gebaseerd op metingen die zijn uitgevo erd onder wettelijk voorgeschreven gebruiksomstandighe-
den (richtlijn 80/1268/ECE) en kunnen variëren afhankelijk van d e rijstijl van de bestuurder, de verkeersomstandigheden, de
weersomstandigheden, de belading van de auto, de staat van onderhoud van de auto en het gebruik van accessoires.

Page:   < prev 1-10 ... 121-130 131-140 141-150 151-160 161-170 171-180 181-190 191-200 201-210 ... 260 next >