Peugeot 207 CC 2007 Handleiding (in Dutch)

Page 31 of 194

!
i
40
Als dit menu is geselecteerd, kunnen de volgende parameters worden geselec-teerd:
- selecteren van het voor de weergave beschikbare kleurenpalet,- instellen van de lichtsterkte en de hel-derheid van het display,- instellen van de gesproken comman-do’s (volume, mannelijke of vrouwe-lijke stem); activeren van de AUX-ingang,- internationale parameters, instel-len van de datum en tijd (weergave in 12 of 24 uur, instellen minuten via GPS); instellen van eenheden (tem-peratuur in °Celsius of °Fahrenheit; brandstofverbruik in l/100 km, mpg of km/l),- kiezen van de taal van de informa-tie en de gesproken commando’s(Français, English, Italiano, Portugues, Espanol, Deutsch, Nederlands).
Configuratie van het display
Menu "Video"
In het dashboardkastje bevinden zich drie audio-/videoaansluitingen waarop u een videoapparaat (camcorder, digi-tale camera, DVD-speler, ...) kunt aan-sluiten.
De videoweergave werkt uitsluitend bij stilstaande auto.
Als dit menu is geselecteerd, hebt u toegang tot de volgende functies:
- "Videofunctie activeren" om de video-functie in of uit te schakelen,- "Parameters video" om het formaat van de weergave, de lichtsterkte, het contrast en de kleuren in te stellen. Druk op de toets "MODE" of "DARK" om de weergave van de videofunctie te onderbreken.
 Druk herhaaldelijk op de toets "SOURCE" om in plaats van de vi-deofunctie een andere functie van het audiosysteem te selecteren.

Page 32 of 194

41
BOORDCOMPUTER
Druk herhaaldelijk op de toets op het ui-teinde van de ruitenwisserschakelaar om de verschillende informaties van de boordcomputer weer te geven.
De boordcomputer kan de volgende in-formatie weergeven:
De boordcomputer geeft tijdens hetrijden verschillende informatie (actiera-dius, brandstofverbruik, ...).
 Druk langer dan 2 seconden op de toets om de afgelegde afstand, het gemiddelde brandstofverbruik en de gemiddelde snelheid op 0 te zetten.
Monochroom display AOp 0 stellen
Weergave van de informatie
- actieradius,
- momenteel brandstofverbruik,
- afgelegde afstand,
- gemiddeld brandstofverbruik,
- gemiddelde snelheid.

Page 33 of 194

!
i
i
43
Nog af te leggen afstand
(km of miles)
Dit is de nog af te leggen af-stand tot de eindbestemming. Deze afstand wordt op elk moment tijdens het gebruik van het navigatie-systeem berekend of wordt ingevoerd door de gebruiker.
Bij het ontbreken van de afstand ver-schijnen streepjes in plaats van cijfers.
Gemiddelde snelheid
(km/h of mph)
Dit is de gemiddelde snelheid sinds de laatste nulstelling van de boordcomputer (contact aan).
Actieradius
(km of miles)
De actieradius geeft op basis van het gemiddelde verbruik over de laatst afgelegde kilometers aan hoeveel kilometer u nog met de reste-rende brandstof kunt rijden
Momenteel brandstofverbruik
(l/100 km, km/l of mpg)
Dit is het verbruik dat geregi-streerd is tijdens de laatste se-conden.
Gemiddeld brandstofverbruik
(l/100 km, km/l of mpg)
Dit is het gemiddelde ver-bruik sinds de laatste nulstel-ling van de boordcomputer.
Afgelegde afstand
(km of miles)
In deze stand geeft de boordcomputer de afgeleg-de afstand sinds de laatste nulstelling aan.
Enkele begrippen...
Zodra de actieradius minder dan 30 km bedraagt, worden streepjes weergege-ven. Na het tanken van minimaal 5 liter brandstof wordt de actieradius opnieuw berekend en weergegeven zodra deze meer dan 100 km bedraagt.

Page 34 of 194

42
- de momentele informatie:
• actieradius,• momenteel brandstof-verbruik,• nog af te leggen af-stand,
Kleurendisplay DT
Traject op 0 zettenMonochroom display C
Druk herhaaldelijk op de toets op het ui-teinde van de ruitenwisserschakelaar om de verschillende standen van de boordcomputer weer te geven:
Weergave van de informatie
 Druk de toets langer dan 2 seconden in zodra het gewenste traject wordt aangegeven.
- traject "1":• afgelegde afstand,• gemiddeld brandstofver-bruik,• gemiddelde snelheid,voor het eerste traject.
- traject "2":
• afgelegde afstand,• gemiddeld brandstofver-bruik,• gemiddelde snelheid,voor het tweede traject.
De trajecten "1" en "2" zijn onafhankelijk en hebben dezelfde eigenschappen.
Traject "1" kan bijvoorbeeld gebruikt wor-den voor een dagelijks verbruik en traject "2" voor een maandelijks verbruik.
BOORDCOMPUTER
De boordcomputer geeft tijdens het ri-jden verschillende informatie (actiera-dius, brandstofverbruik, ...).

Page 35 of 194

!
i
i
43
Nog af te leggen afstand
(km of miles)
Dit is de nog af te leggen af-stand tot de eindbestemming. Deze afstand wordt op elk moment tijdens het gebruik van het navigatie-systeem berekend of wordt ingevoerd door de gebruiker.
Bij het ontbreken van de afstand ver-schijnen streepjes in plaats van cijfers.
Gemiddelde snelheid
(km/h of mph)
Dit is de gemiddelde snelheid sinds de laatste nulstelling van de boordcomputer (contact aan).
Actieradius
(km of miles)
De actieradius geeft op basis van het gemiddelde verbruik over de laatst afgelegde kilometers aan hoeveel kilometer u nog met de reste-rende brandstof kunt rijden
Momenteel brandstofverbruik
(l/100 km, km/l of mpg)
Dit is het verbruik dat geregi-streerd is tijdens de laatste se-conden.
Gemiddeld brandstofverbruik
(l/100 km, km/l of mpg)
Dit is het gemiddelde ver-bruik sinds de laatste nulstel-ling van de boordcomputer.
Afgelegde afstand
(km of miles)
In deze stand geeft de boordcomputer de afgeleg-de afstand sinds de laatste nulstelling aan.
Enkele begrippen...
Zodra de actieradius minder dan 30 km bedraagt, worden streepjes weergege-ven. Na het tanken van minimaal 5 liter brandstof wordt de actieradius opnieuw berekend en weergegeven zodra deze meer dan 100 km bedraagt.

Page 36 of 194

44
MENU "BOORDCOMPUTER"
Display C
 Druk op de toets "MENU" voor toe-gang tot het algemene menu.
 Selecteer met de pijlen het menu "Boordcomputer" en druk op de toets "OK" om te bevestigen.
Selecteer in het menu "Boordcomputer"één van de volgende functies:
Logboek waarschuwingsmeldingen
Deze functie herhaalt de actieve waar-schuwingsmeldingen door ze achtereen-volgens op het multifunctionele display te laten verschijnen.
Toestand van de functies
Deze functie geeft aan of de verschil-lende functies van de auto zijn in- of uit-geschakeld.
Afstand tot de eindbestemming invoeren
Met behulp van deze functie kunt u een globale waarde invoeren voor de reste-rende afstand tot de eindbestemming.
Via dit menu kunt u verschillende infor-maties met betrekking tot de auto raad-plegen (logboek waarschuwingsmeldin-gen, status van functies, ...).

Page 37 of 194

45
Configuratie boordcomputer
Selecteer deze functie om de afstand tot de eindbestemming in te voeren (als het navigatiesysteem niet actief is; als dit wel actief is, zorgt het navigatiesy-steem voor deze informatie) en de een-heden te wijzigen (°C of °F, km/l, mpg of l/100 km)
Diagnose
Met behulp van deze functie kan het logboek met waarschuwingsmeldingen, de laadtoestand van de noodbatterie of het aantal door het GPS waargenomen satellieten worden weergegeven.
Display DT
 Druk op de toets "MENU" voor toe-gang tot het algemene menu.
 Selecteer met de draaiknop het menu "Boordcomputer" en druk op de draaiknop om te bevestigen.
Selecteer in het menu "Boordcomputer"één van de volgende functies:
Toestand van de functies
Deze functie geeft aan of de verschil-lende functies van de auto zijn in- of uit-geschakeld.

Page 38 of 194

46
VENTILATIE
De ventilatie zorgt voor een optimaal comfort in het interieur.
Luchtgeleiding
De lucht kan afhankelijk van de instel-lingen van de bestuurder via verschil-lende circuits worden toegevoerd:
- rechtstreekse toevoer naar het inte-rieur (toevoer van buitenlucht),- toevoer via het verwarmingscircuit,- toevoer via het circuit van de aircondi-tioning.
Stel de temperatuurregeling in: de lucht van de verschillende circuits wordt ge-mengd om het gewenste comfortniveau te bereiken.
Stel de luchtverdeling in: de lucht wordt via de gewenste uitstroomopeningen over het interieur verdeeld.
Stel de luchtopbrengst in: de aanjagers-nelheid wordt verhoogd of verlaagd.
Luchttoevoer
De lucht in het interieur wordt gefilterd en wordt van buitenaf toegevoerd via het luchtrooster onder de voorruit, of in het interieur gerecirculeerd.
Bedieningspaneel
Het systeem wordt bediend via het be-dieningspaneel A van de middenconso-le. Volgens uitvoering zijn de volgende functies aanwezig:
- temperatuurregeling,- luchtopbrengstregeling,- regeling luchtverdeling,- ontdooien en ontwasemen,- handbediende of automatische air-conditioning.
Luchtverdeling
1.Uitstroomopeningen voor het ontdooien of ontwasemen van de voorruit.
2. Uitstroomopeningen voor het ontdooien of ontwasemen van de zijruiten.
3. Afsluitbare en verstelbare zijventilatieroosters.
4. Afsluitbare en verstelbare middelste ventilatieroosters.
5. Uitstroomopeningen beenruimte voorpassagiers.
6. Uitstroomopeningen beenruimte achterpassagiers.

Page 39 of 194

i
47
GEBRUIKSADVIEZEN VOOR DE VERWARMING, VENTILATIE
EN AIRCONDITIONING

Page 40 of 194

48
VERWARMING/VENTILATIE
Bedieningspaneel met knoppen
Bedieningspaneel met toetsen
HANDBEDIENDE AIRCONDITIONING
Bedieningspaneel met knoppen
Bedieningspaneel met toetsen

Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 ... 200 next >