display Peugeot 207 CC 2010 Handleiding (in Dutch)

Page 178 of 207

168
08
2
1
1
3
2
accepteren of om het gesprek te beëindigen.
Selecteer "Ja" om de oproep te accepteren of "Nee" om de oproep te weigeren en bevestig door op de draaiknop te drukken.
EEN OPROEP ONTVANGEN BELLEN
Wanneer u gebeld wordt, klinkt een beltoon en vers
chijnrschijnt een pop-upvenster op het multifunctionele display.
JA
Druk op de toets PHONE om het gesprek te beëindigen of druk op de draaiknop, selecteer "Gespr.beëind." en bevestig door op de draaiknop te drukken.
GESPR.BEËIND.
Druk op de toets PHONE.
Selecteer "Nummer kiezen" en voer het nummer in met het toetsenbord op het display.
Selecteer de functie Menu "Telefoon" en druk op de draaiknop om te bevestigen.
De lijst met de laatste 20 vanuit de auto gevoerde telefooelefoongesprekken verschijnt onder het Menu "Telefoon". U kunt een nu mmeummer selecteren en op de draaiknop drukken om naar dit nummer te be lle bellen.
NEE
Het telefoonnummer kunt u ook kiezen uit het adresboeesboek. Selecteer daarvoor "Bellen vanuit adresboek". Met de Peugeot Coeot Connect Nav kunnen maximaal 4000 kaarten worden opgeslagen. Druk langer dan twee seconden op het uiteinde van de n de stuurkolomschakelaar om het adresboek te openen.
MENU "TELEFOON"
NUMMER KIEZEN
Druk, om een nummer te wissen, op de toets PHONE eNE en vervolgens lang op een telefoonnummer waarna de volgende keuze keuze op het scherm verschijnt: Vermelding wissen Lijst wissen
BLUETOOTH-TELEFOON

Page 179 of 207

169
09
6
5
4
3
2
1
CONFIGURATIE
DATUM EN TIJD INSTELLEN De functie SETUP geeft toegang tot de volgende op
ties: Systeemtaal, Datum & tijd, Display, Helderheid, Kleur, Kleur kaart, Voertuig, Eenheden, Systeem.
Selecteer de functie "Datumformaat" en druk op de draaiknop om te bevestigen.
Bevestig het gewenste formaat met de draaiknop. Druk langer dan 2 seconden op de toets SET UP voorP voor toegang tot:
Bevestig het gewenste formaat met de draaiknop. Selecteer de functie "Tijdformaat" en druk op de draaiknop om te bevestigen.
BESCHRIJVING VAN UNIT
GPS-BEREIK
DEMOMODUS
Stel de parameters één voor één in door deze te bevestigen met de draaiknop.
Selecteer de functie "Datum & tijd instellen" en druk op de draaiknop om te bevestigen.
Deze instellingen dient u te verrichten elke keer nadat nadat de accu losgekoppeld is geweest.
Druk op de toets SET UP.
DATUM & TIJD INSTELLEN
Selecteer de functie Datum & tijd en druk op de draaiknop om te bevestigen.
DATUM & TIJD

Page 180 of 207

170
10
1
BOORDCOMPUTER / PARAMETERS AUTO
BOORDCOMPUTER
Druk op de toets MAIN of druk achtereenvolgens op de toets MODE tot de boordcomputer wordt weergegeven.
- Het tabblad "auto" met: de actieradius, het huidige verbruik en de nog af te leggen afstand. - Het tabblad "1" (traject 1) met: de gemiddelde snelheid, het gemiddelde verbruik en de afgelegde afstand berekend over het traject "1". - Het tabblad "2" (traject 2) met dezelfde gegevens voor een tweede traject.
Actieradius: in deze stand geeft de computer aan hoevn hoeveel kilometer u nog met de resterende hoeveelheid brandstof kunt rijdunt rijden, berekend op basis van het gemiddelde verbruik over dever de laatste afgelegde kilometers. De weergegeven waarde kan sterk variëren door een v een verandering in de wagensnelheid of het landschap. Als de actieradius minder dan 30 km bedraagt, verschijnrschijnen streepjes op het display. Na het tanken van minimaal 5 liter brand brandstof wordt de actieradius opnieuw berekend en weergegeven zodrn zodra deze meer dan 100 km bedraagt. Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk als tijdens het rijd en rijden voortdurend streepjes worden weergegeven in plaats van cijfers.
Momenteel verbruik: dit verbruik wordt berekend en w en weergegeven vanaf 30 km/h.
Gemiddeld verbruik: dit is het gemiddelde verbruik sinuik sinds de laatste nulstelling van de boordcomputer.
Afgelegde afstand: deze afstand wordt berekend sindsd sinds de laatste nulstelling van de boordcomputer.
Nog af te leggen afstand: dit is de afstand tot de door door de gebruiker ingevoerde eindbestemming. Als het navigatiesysteem teem in gebruik is, wordt deze afstand op elk moment tijdens het rijden rijden opnieuw berekend.
Gemiddelde snelheid: dit is de gemiddelde snelheid sheid sinds de laatste nulstelling van de boordcomputer (contact a an). aan).
Druk op de knop op het uiteinde van de ruitenwisserschserschakelaar om de volgende informatie van de boordcomputer op het di het display weer te geven.
ENKELE DEFINITIES

Page 189 of 207

180
1
22
10101111
131314141515
33445566778899
1212
01 BASISFUNCTIES
1. Aan/uit en volumeregeling.
2. Uitwerpen van de CD.
3. Selecteren van de weergave op het display: Audiofuncties (AUDIO), Boordcomputer (TRIP) en Telefoon (TEL).
4. Selecteren van de geluidsbron: radio, audio-CD-/MP3-CD-speler, USB, Jack-aansluiting, streaming audio.
5. Selecteren van het golfbereik FM1, FM2, FMast en AM.
6. Instellen van de geluidsweergave: geluidsverdeling voor/achter, links/rechts, loudness, geluidssferen.
7. Weergave van de lijst radiozenders, de nummer s van de CD of de MP3-afspeellijsten.
8. Annuleren van de bewerking.
9. Functie TA (verkeersinformatie) AAN/UIT. Lang indrukken: toegang tot de PTY-functie (programmatypen radio).
10. Bevestigen.
11. Automatisch zoeken naar zenders in afl opende/oplopende volgorde. Selecteren van het vorige/volgende nummer van de C D, MP3 of USB.
12. Selecteren van een lagere/hogere radiofrequentie. Selecteren van de vorige/volgende MP3-afspeellijst . Selecteren van de vorige/volgende afspeellijst/muziekstijl/artiest/afspeellijst van het USB-apparaat.
13. Weergave van het algemene menu.
14. Toetsen 1 t/m 6: Selecteren van een opgeslagen voorkeuzezender . Lang indrukken: opslaan van een zender als voorkeuzezender.
15. Met de toets DARK kan de weergave van het display worden gewijzigd voor extra rijcomfort 's nachts. 1 keer indrukken: alleen verlichting van het bovenste gedeelte. 2 keer indrukken: display volledig uitschakelen. 3 keer indrukken: terugkeren naar de normale weerg ave.

Page 192 of 207

183
22
33
44
11
22
44
33
11
04 AUDIO
Druk herhaalde malen op de toets SOURCE om de radiofunctie te selecteren.
Druk op de toets BAND AST om het golfbereik te selecteren: FM1, FM2, FMast of AM.
Druk kort op een van de toetsen om automatisch naar zenders te zoeken.
Druk op een van de toetsen om handmatig naar zenders te zoeken.
Druk op de toets LIST REFRESH voor een lijst van de beschikbare zenders in het gebied waar u zich bevindt (maximaal 30 zenders). Druk langer dan 2 seconden op de toets om deze lijst bij te werken.
Selecteer RDS VOLGEN ACTIVEREN
en druk op OK. Op het display
verschijnt de aanduiding RDS.

Selecteer de functie VOORKEUZE
FM en druk op OK.
Selecteer AUDIOFUNCTIES en druk
op OK.
Druk op de toets MENU.
VOORKEUZE FM
RDS VOLGEN ACTIVEREN
Er kunnen storingen in de ontvangst optreden door o
bstakels in de omgeving (bergen, gebouwen,
tunnels, parkeergarages, enz.), ook als de RDS-func tie is ingeschakeld. Dit is een normaal
verschijnsel en heeft niets te maken met een storin g in de autoradio.
RDS
Als de RDS-functie is ingeschakeld, zoekt de radio steeds naar
de sterkste frequentie van een zender, zodat u erna ar kunt blijven
luisteren. Sommige RDS-zenders zijn echter niet in het hele land te
ontvangen, omdat de frequenties van de zender niet het hele land
dekken. Dit verklaart dat de zender tijdens het rij den kan wegvallen.
RADIO
SELECTEREN VAN EEN ZENDER

Page 199 of 207

190
06
11
22
11
11
22
33
22
JA
EEN GESPREK ONTVANGEN
Een inkomend gesprek wordt aangegeven door een beltoon en het verschijnen van een venster op het multifunctionele display. Start de koppelingsprocedure tussen de telefoon en de auto. Deze procedure kan gestart worden via het telefoonmenu van de auto of via het toetsenbord van de telefoon, zie hiervoor de eerder beschreven stappen 1 t/m 10. Tijdens de koppeling moet de auto stilstaan en het contact aanstaan.
Selecteer in het telefoonmenu de te koppelen telefoon. Het audiosysteem wordt automatisch verbonden met d e zojuist gekoppelde telefoon.
Selecteer met behulp van de toetsen de knop JA op het scherm en bevestig met OK.
Druk op de toets OK op het stuurwiel om het gesprek te accepteren.
Selecteer in het menu Bluetooth-telefoon - Audio, Beheer van het telefoongesprek en vervolgens Bellen, Logboek gespr ekken of Adresboek.
Druk gedurende meer dan twee seconden op het uiteinde van de hendel aan de stuurkolom om toegang te krijgen tot uw adresboek. Of Gebruik, als de auto stilstaat, het toetsenbord van uw telefoon om een nummer in te voeren.
BELLEN
STREAMING BLUETOOTH-AUDIO
(IN DE LOOP VAN HET JAAR BESCHIKBAAR)
Draadloze overdracht van muziekbestanden van de te lefoon naar het audiosysteem van de auto. De telefoon moet de desbetreffende Bluetooth-profi elen (A2DP/AVRCP) kunnen ondersteune n.
* In sommige gevallen moet het afspelen van audiobestanden via het toetsenbord worden geactiveerd. ** Als de telefoon deze functie ondersteunt.
Activeer de bron Streaming door op de toets SOURCE * te drukken. Via de toetsen op het bedieningspaneel van de radio en de bediening op het stuurwiel kunt u op de gebruikelijke wijze de muziekstukken aansturen ** . De informatie over de muziekstukken kan op het display worden weergegeven.
PEUGEOT CONNECT BLUETOOTH

Page 201 of 207

192
9
08
Al Als de knop op het uiteinde van de ruitenwisserschakelaar meermaals wordt ingedrukt, worden de verschillende functies van de boordcomputer achtereenvolgend weergegeven op het display.
- het tabblad " auto " met: 

Page 205 of 207

195
Er is een verschil in geluidskwaliteit tussen de verschillende geluidsbronnen (radio, CD...).
Controleer of de audio-instellingen (volume, bassen, hoge tonen, geluidssfeer, loudness) zijn afgestemd op de verschillende geluidsbronnen. Het is raadzaam de AUDIO-functies (bassen, hoge tonen, balans V-A, balans L-R) in de middelste stand te zetten, de geluidssfeer "Geen" te selecteren en de functie Loudness in de stand "Actief" te zetten als de CD-speler is geselecteerd en in de stand "Inactief" te zetten als de radio is geselecteerd.
Voor een optimaal luistergenot kunt u de audio-ins tellingen (volume, bassen, hoge tonen, geluidssfeer, loudness) voor el ke geluidsbron afzonderlijk instellen. Hierdoor kunnen bij het selecteren van een andere geluidsbron (radio, CD...) verschillen in de geluid skwaliteit hoorbaar zijn.
De CD wordt steeds uitgeworpen of kan niet worden afgespeeld door de CD-speler.
- Controleer of de CD met de juiste zijde boven in de speler is geplaatst. - Controleer de staat van de CD: de CD kan niet worden gelezen als deze te veel is beschadigd. - Controleer de inhoud van de CD als deze zelf is gebrand: raadpleeg de tips in het hoofdstuk Audio. - De CD-speler van de autoradio kan geen DVD's afspelen. - De kwaliteit van sommige zelfgebrande CD's is onvoldoende om deze door de autoradio te laten afspelen.
De CD is ondersteboven in de speler geplaatst, kan niet worden gelezen, bevat geen audiobestanden of bevat audiobestanden d ie niet door de autoradio gelezen kunnen worden. De CD is voorzien van een beveiligingssysteem dat niet door de autoradio wordt herkend.
Op het display wordt de melding "Storing USB-randapparatuur" weergegeven.
Laad de batterij van de randapparatuur op. De Bluetooth-verbinding wordt onderbroken. De batterijspanning van de randapparatuur is misschien te laag.
De USB-stick wordt niet herkend. De stick is misschien defect. Formateer de stick opnieuw.
VRAAG OPLOSSING ANTWOORD
VEELGESTELDE VRAGEN
De CD-speler levert een slechte geluidskwaliteit. De gebruikte CD is gekrast of van slechte kwaliteit. Gebruik alleen CD's van goede kwaliteit en berg ze zorgvuldig op.
De audio-instellingen (bassen, hoge tonen, geluids sfeer) zijn niet op de CD-speler afgestemd. Zet het niveau van de bassen of de hoge tonen op 0, zonder een geluidssfeer te selecteren.

Page 206 of 207

196
De functie TA (verkeersinformatie) is ingeschakeld, maar ik krijg geen verkeersinformatie te horen.
Stem af op een zender die wel verkeersinformatie uitzendt. De geselecteerde radiozender maakt geen deel uit van het regionale netwerk van zenders die verkeersinformatie uitzende n.
VRAAG OPLOSSING ANTWOORD
De ontvangstkwaliteit van de beluisterde radiozender neemt geleidelijk af of de voorkeuzezenders kunnen niet worden ontvangen (geen geluid, 87,5 Mhz wordt weergegeven...).
De auto bevindt zich te ver van de zender van het beluisterde radiostation of er bevindt zich geen zender in het gebied waarin de auto zich bevindt.
De omgeving (bergen, gebouwen, tunnels, parkeergar ages, enz.) veroorzaakt storingen in de ontvangst, ook als de RDS-functie is ingeschakeld.
De antenne is niet aanwezig of beschadigd (bijvoor beeld in een wasstraat of ondergrondse parkeergarage).
Activeer de functie RDS om het systeem te laten controleren of er een sterkere zender in het gebied aanwezig is.
Dit is een normaal verschijnsel en heeft niets te maken met een storing in de autoradio.
Laat de antenne controleren door het PEUGEOT-netwerk.
Het geluid van de radio valt 1 tot 2 seconden weg.
Het RDS zoekt tijdens deze korte onderbreking van het geluid naar een eventuele sterkere zender voor een betere ontvangst van het station. Schakel de RDS-functie uit als dit verschijnsel zich te vaak en steeds op hetzelfde traject voordoet.
Na het afzetten van de motor wordt de radio na enkele minuten automatisch uitgeschakeld.
Als de motor is afgezet, blijft de radio nog werken zolang de laadtoestand van de accu dat toestaat. Het automatisch uitschakelen duidt erop dat de eco -modus van de autoradio is geactiveerd om te voorkomen dat de accu van de a uto ontladen raakt.
Start de motor om de accu op te laden.
De voorkeuzezenders kunnen niet worden ontvangen (geen geluid, 87,5 Mhz wordt weergegeven...).
Het verkeerde golfbereik is geselecteerd. Druk op de toets BAND AST om het golfbereik (AM, FM1, FM2, FMAST) terug te vinden waarin de voorkeuzezenders zijn opgeslagen.
De melding "het audiosysteem is oververhit" verschijnt op het display.
Schakel het audiosysteem enkele minuten uit om het systeem te laten afkoelen. Om het audiosysteem te beschermen tegen een te hog e omgevingstemperatuur, activeert de autoradio automatisch een thermische beveiliging die het geluidsvolume verlaagt of de CD-speler uitschakelt.

Page:   < prev 1-10 ... 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70