alarm Peugeot 301 2016 Handleiding (in Dutch)

Page 5 of 260

.
.
301_nl_Chap00a_sommaire_ed01-2016
Richtingaanwijzers 100
Alarmknipperlichten
10
0
Claxon
10 0
Ban

denspanningscontrolesysteem
10
1
Hulpsystemen bij het remmen
105
S

tabiliteitscontrolesystemen
10
6
Veiligheidsgordels
10

7
Airbags
110
Veiligheid
Kinderzitjes 11 4
uits

chakelen van de airbag vóór aan
passagierszijde
11

7
IS
oFIX

-bevestigingen
123
Vei

ligheidsvoorzieningen voor kinderen
128
Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
Brandstoftank 12 9
tankb

eveiliging (diesel)
130
B

randstoftank leeg (diesel)
132
Ad

ditief AdBlue
® en SCR-systeem
(BlueHDi-dieselmotor) 13 3
Bandenreparatieset
14

0
Reservewiel
14

5
Sneeuwkettingen
15

2
een la

mp vervangen
153
Z

ekering vervangen
159
12

V- ac c u
16
4
eco-m

ode
168
W

isserbladen vervangen
169
S

lepen van de auto
170
trek

ken van een aanhanger
172
S

neeuwscherm(en)
17
4
onderh

oudstips
17
5
Accessoires
17

5
Matten
17

7
Allesdragers
178
Praktische informatie
Benzinemotoren 188
gewi
chten (benzine)
189
D

ieselmotoren
19
0
gewi

chten (diesel)
191
A

fmetingen
19
2
Identificatie 193
technische gegevens
Autoradio / Bluetooth 195
Aut oradio
22
7
Audio en telematica
Visuele index Index
onderh
oud
Motorkap 180
B enzinemotoren
181
D

ieselmotor
18
2
Niveaus controleren
183
C

ontroles
18
6
Inhoud

Page 8 of 260

6
301_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed01-2016
Cockpit
1. Schakelaars snelheidsregelaar/-begrenzer.
2. Hende l stuurwielverstelling.
3.
Scha

kelaar verlichting en
richtingaanwijzers.
4.
Ins

trumentenpaneel.
5.
Air

bag bestuurder en claxon.
6.
Aans

teker / 12V-aansluiting.
uSB-

/Jack-aansluiting.
7.
Scha

kelaar stoelverwarming.
8.
Hende

l brandstofvulklep
Hendel ontgrendeling achterklep*.
9.
Hende

l motorkapontgrendeling.
10.
Ze

keringenkast.
11.
Ko

plampverstelling.
12 .
Kno

p dynamische stabiliteitscontrole
(
eSP/A

SR)
Kno

p openen achterklep*
Ver

klikkerlampje alarm.
13.
Bed

iening verstelling buitenspiegels.
14 .
Ver

stelbaar en afsluitbaar
zijventilatierooster.
15.
Zijr

uitontwaseming vóór.
* Volgens uitvoering.
overzicht

Page 9 of 260

7
301_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed01-2016
Cockpit
1. Stuur- en contactslot.
2. Sch akelaar ruitenwissers en
ruitensproeiers/boordcomputer.
3.
Kno

p centrale vergrendeling /
ontgrendeling.
4.
open op

bergvak.
of Mon

ochroom display C (Autoradio /
Bluetooth).
5.
Mid

delste verstelbare en afsluitbare
ventilatieroosters.
6.
Vo

orruitontwaseming.
7.
Pa

ssagiersairbag.
8.
Das

hboardkastje
uitsc

hakeling passagiersairbag.
9.
Scha

kelaar alarmknipperlichten.
10.
Auto

radio.
11.
Bed

iening verwarming / airconditioning.
12 .
Asb

ak / bekerhouder.
13.
Bed

iening elektrische ruitbediening.
14 .
Ver

snellingshendel.
15.
Hand

rem.
.
overzicht

Page 39 of 260

37
301_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2016
Dit systeem beveiligt uw auto tegen inbraak en
diefstal en bestaat uit een omtrekbeveiliging en
een automatische beveiliging.
Alarm
Omtrekbeveiliging
Dit systeem houdt de te openen
carrosseriedelen van de auto in de gaten.
Het alarm gaat af als iemand een portier, de
achterklep of de motorkap probeert te openen.
Automatische
beveiligingsfunctie
Dit systeem treedt in werking als iemand
probeert het alarm te saboteren.
Het alarm gaat af als iemand probeert
de accu, de bedieningseenheid of de
kabels van de sirene uit te schakelen of
te beschadigen.
Vergrendelen van de auto met
inschakelen van het alarm
Inschakelen
F Zet het contact af en verlaat de auto.F
Dru
k op de vergrendelknop van
de afstandsbediening.
De omtrekbeveiliging wordt 5
se

conden nadat
de vergrendelknop van de afstandsbediening is
ingedrukt, geactiveerd.
Indien een portier of de achterklep niet goed is
gesloten, wordt de auto niet vergrendeld, maar
wordt het alarm wel ingeschakeld.
F
Dru

k op de ontgrendelknop van
de afstandsbediening.
Uitschakelen
Het alarm wordt uitgeschakeld; het
verklikkerlampje gaat uit.
Het alarm wordt geactiveerd: een
verklikkerlampje op de rij schakelaars
links van het stuur wiel zal één keer
per seconde knipperen.
Raadpleeg het P
euge

ot
-ne

twerk
of een gekwalificeerde werkplaats
alvorens wijzigingen aan het
alarmsysteem aan te brengen.
2
toegang tot de auto

Page 40 of 260

38
301_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2016
Afgaan van het alarmVergrendelen van de auto zonder
het alarm in te schakelen
F Vergrendel de auto met de sleutel.
Storing afstandsbediening
om de alarmsystemen uit te schakelen:
F
ontgre
ndel de auto met de sleutel.
F
open h

et portier; het alarm gaat af.
F
Zet h

et contact aan; het alarm stopt.
Storing
Als het alarm afgaat, treedt de sirene in
werking en knipperen de richtingaanwijzers
gedurende dertig seconden.
Als bij het aanzetten van het contact het
verklikkerlampje blijft branden, duidt dit op een
storing in het systeem.
Laat het systeem controleren door
het P
eug

eot
-ne
twerk of door een
gekwalificeerde werkplaats.
Als het verklikkerlampje snel knippert
bij het ontgrendelen van de auto met
de afstandsbediening, is het alarm
tijdens uw afwezigheid afgegaan. Het
lampje stopt met knipperen als het
contact wordt aangezet.
toegang tot de auto

Page 102 of 260

100
301_nl_Chap07_securite_ed01-2016
Richtingaanwijzers
F Links: duw de hendel helemaal omlaag, tot
voorbij de weerstand.
F
Rec

hts: duw de hendel helemaal omhoog,
tot voorbij de weerstand.
Drie keer knipperen
F Beweeg de schakelaar kort omhoog
of o mlaag, zonder deze door de
weerstand te drukken. De desbetreffende
richtingaanwijzers zullen drie keer
knipperen.
Alarmknipperlichten
Automatisch inschakelen
van de alarmknipperlichten
Bij een noodstop worden de
alarmknipperlichten, afhankelijk van de mate
van remvertraging, automatisch ingeschakeld.
Zodra er weer gas wordt gegeven gaan de
alarmknipperlichten uit.
F
u ku

nt de alarmknipperlichten echter ook
uitschakelen door de knop in te drukken.
F
Dru

k deze knop in: de richtingaanwijzers
knipperen tegelijkertijd.
De alarmknipperlichten werken ook als het
contact is afgezet.
Claxon
F Druk op het middelste gedeelte van het
st uurwiel.
Systeem om uw medeweggebruikers met een
geluidssignaal te waarschuwen voor direct
g eva a r.
Lichtsignaal van de richtingaanwijzers om het
overige verkeer te waarschuwen in het geval
van file, pech, slepen of een ongeval.
Veiligheid

Page 163 of 260

161
301_nl_Chap09_info-pratiques_ed01-2016
Zekeringen
dashboard
De zekeringkast bevindt zich aan de onderzijde
van het dashboard (linkerzijde).
Toegang tot de zekeringen
F Zie de paragraaf "toegang tot het gereedschap".
ZekeringnummerStroomsterkteFuncties
F02 5
AHo

ogteverstelling koplampen, diagnoseaansluiting,
bedieningspaneel airconditioning.
F09 5
AAlar

m, alarm (montage achteraf).
F11 5
Aextr

a verwarming.
F13 5
APa

rkeerhulp, parkeerhulp (montage achteraf).
F14 10
ABe

dieningspaneel airconditioning.
F16 15
AAan

steker, 12V-aansluiting.
F17 15
AAu

toradio, autoradio (montage achteraf).
F18 20
AAu

toradio / Bluetooth, autoradio (montage achteraf).
F19 5
AMo

nochroom display C.
F23 5
APla

fonniers, kaartleeslampen.
F26 15
ACl

axon.
F27 15
ARu

itensproeierpomp.
F28 5
AStu

urslot.
Overzicht zekeringen
9
Praktische informatie

Page 173 of 260

171
301_nl_Chap09_info-pratiques_ed01-2016
Slepen van uw autoSlepen van een
andere auto
F Maak het klepje in de voorbumper los door
op h
et linker gedeelte van het klepje te
drukken.
F
Dra

ai het sleepoog vast tot de aanslag.
F
Beves

tig de sleepstang. Zet de versnellingsbak in de
neutraalstand (stand N
bij auto's met een
elektronisch gestuurde versnellingsbak of
een automatische transmissie).
Als dit voorschrift niet wordt opgevolgd,
kunnen bepaalde onderdelen
(remsysteem, aandrijving,
..
.) beschadigd
raken en werkt de rembekrachtiger na het
starten van de motor mogelijk niet meer.
F ontgre ndel de stuurinrichting door
de sleutel in het contact één stand te
verdraaien en zet de parkeerrem vrij.
F
Scha

kel de alarmknipperlichten van beide
auto's in.
F
Rij

d voorzichtig weg en houd zowel
de snelheid als het af te leggen traject
beperkt. Deze manier van slepen is strikt
verboden (kans op beschadiging van
uw auto).
9
Praktische informatie

Page 178 of 260

176
301_nl_Chap09_info-pratiques_ed01-2016
* om te voorkomen dat de pedalen blijven
hang en:
-
con

troleer of de mat goed op zijn plaats
ligt en goed is bevestigd,
-
leg n

ooit meerdere matten boven op elkaar.
"Bescherming":
matten* (velours of rubber), stoelhoezen,
alarmsysteem, spatlappen voor en achter, bak
in de bagageruimte, mat voor de bagageruimte,
zijstootlijsten, stootlijsten voor de bumpers,
transparante dorpelbescherming voor de
bagageruimte, beschermplaat onder de
motor,
...
He

t monteren van elektrische apparatuur
of accessoires die niet onder een
artikelnummer in het assortiment van
P
eug

eot
vo
orkomen, kan leiden tot
storingen in het elektronisch systeem van
uw auto en een verhoogd stroomverbruik
veroorzaken.
Houd hier rekening mee en neem contact
op met een vertegenwoordiger van het merk
P
eug

eot
om u t
e laten informeren over
het assortiment uitrustingen en accessoires
voorzien van een artikelnummer.
Installeren van
radiocommunicatiezenders
Voordat u radiozenders met
buitenantenne als uitrusting
achteraf monteert, kunt u bij het
P
eug

eot
-ne
twerk de technische
gegevens (frequentieband, maximaal
uitgangsvermogen, positie antenne,
specifieke installatievoorschriften)
van de voor montage geschikte
zenders opvragen, conform de
Richtlijn
elekt

romagnetische
Compatibiliteit
(2

004/104/
eg). Af

hankelijk van de lokale wetgeving
kan de aanwezigheid van bepaalde
veiligheidsuitrusting verplicht zijn:
veiligheidsvesten, gevarendriehoeken,
alcoholtests, een set reservelampen,
reservezekeringen, een brandblusser,
een verbandtrommel, spatlappen aan
de achterzijde van de auto.
u ku

nt bij het P
eug
eot
-ne
twerk ook
terecht voor het aanschaffen van producten
voor reiniging, onderhoud (interieur en
exterieur), waaronder de ecologische
producten uit het gamma "
teCHN
A
tuRe",
en b

ijvullen (ruitensproeiervloeistof, ...),
lakstiften en spuitbussen met de kleur
die exact overeenkomt met die van uw
auto en navulpatronen (flacon voor
bandenreparatieset...), ...
"Multimedia":
autoradio's, portable en semi-geïntegreerde
navigatiesystemen, vaste en portable
handsfree sets, luidsprekers en bedrading,
230V-aansluiting, houder multimediasysteem
achter, telefoonhouder, ...
Praktische informatie

Page 244 of 260

242
301_nl_Chap13_recherche-visuelle_ed01-2016
exterieur
Sleutel met afstandsbediening 33-36
- op enen/sluiten
-
di

efstalbeveiliging
-
st

arten
-
bat

terij
Bagageruimte
40

- 41
-
op

enen/sluiten
-
no

odbediening
Bandenreparatieset
14

0-144
Ruitenwissers
97-

98
Ruitenwisserbladen vervangen
169
L

ampen vervangen
157
-158
-
ac

hterlichten
-
derde

remlicht
-
ken

tekenplaatverlichting
-
mi

stachterlicht
Brandstoftank, tankbeveiliging
129

-131
Lege tank (diesel)
132
A

c c e s s o i r e s
175
-176
eSP / A

SR
106
B

andenspanning
193
R

eservewiel
14
5-151
-
ge

reedschap
-
dem

onteren/monteren
Sneeuwkettingen
152Bandenspanningscontrolesysteem 101-104
Lichtschakelaar
91-

95
Dagrijverlichting
95
K

oplampverstelling
96
L

ampen vervangen
153

-156
-
ko

plampen
-
mis

tlampen vóór
-
zijk

nipperlichten
S l e p e n
170 -

171
Sneeuwscherm(en)
174
B

uitenspiegels
46

-47
Portieren
33 -

36, 39
-
op

enen/sluiten
-
cent

rale vergrendeling
-
no

odbediening
Alarmsysteem
37

-38
Ruitbediening
42 Pa
rkeerhulp achter
89 -
90
tr e k

h a a k
172-
173
Visuele index

Page:   1-10 11-20 next >