Peugeot 301 2018 Handleiding (in Dutch)

Page 21 of 260

19
Onderhoudsindicator
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampjeStatus
Oorzaak Acties/Opmerkingen
OnderhoudssleutelBrandt tijdelijk, bij het
aanzetten van het
contact.De afstand tot de eerstvolgende
onderhoudsbeurt is 1.000 tot
3.000


km. De onderhoudsindicator wordt enkele seconden
weergegeven op het instrumentenpaneel. Afhankelijk
van de uitvoering:
-

d
e kilometerteller geeft de resterende kilometers
(in kilometers of mijlen) tot de eerstvolgende
onderhoudsbeurt aan.
-
e

en waarschuwingsmelding geeft de resterende
kilometers (in kilometers of mijlen) en de tijd tot de
eerstvolgende onderhoudsbeurt aan.
De onderhoudssleutel gaat na een paar seconden uit.
De waarschuwing wordt weergegeven als het einde
van het onderhoudsinterval nadert.
Permanent, bij het
aanzetten van het
contact. De afstand tot de eerstvolgende
onderhoudsbeurt is minder dan
1.000


km.
De onderhoudsindicator wordt enkele seconden
weergegeven op het instrumentenpaneel. Afhankelijk van
de uitvoering:
-
d
e kilometerteller geeft de resterende kilometers tot de
eerstvolgende onderhoudsbeurt aan.
-
e

en waarschuwingsmelding geeft de resterende
kilometers en de tijd tot de eerstvolgende
onderhoudsbeurt aan.
De onderhoudssleutel blijft branden om aan te geven dat
uw auto zeer binnenkort aan een onderhoudsbeurt toe is.
De waarschuwing wordt weergegeven als het einde van het
onderhoudsinterval nadert.
Meters
1
Instrumentenpaneel

Page 22 of 260

20
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampjeStatus
Oorzaak Acties/Opmerkingen
OnderhoudssleutelKnippert en
brandt vervolgens
permanent, bij het
aanzetten van het
contact.Het onderhoudsinterval is
overschreden.
De onderhoudsindicator wordt enkele seconden
weergegeven op het instrumentenpaneel. Afhankelijk
van de uitvoering:
-

d
e kilometerteller geeft het aantal afgelegde
kilometers aan sinds het inter val voor de
onderhoudsbeurt is overschreden. De waarde
wordt voorafgegaan door het teken "-".
-

e
en waarschuwing geeft aan dat het inter val voor
de onderhoudsbeurt is overschreden.
De onderhoudssleutel blijft branden zolang de
onderhoudsbeurt niet is uitgevoerd.
De waarschuwing wordt gegeven wanneer het
interval voor de onderhoudsbeurt is overschreden.
+ Knippert en
brandt vervolgens
permanent, bij
het aanzetten van
het contact, in
combinatie met het
verklikkerlampje
SERVICE.Het onderhoudsinterval voor de
uitvoeringen met een BlueHDi-
dieselmotor is overschreden.
De onderhoudsindicator wordt enkele seconden
weergegeven op het instrumentenpaneel. Afhankelijk
van de uitvoering:
-

d
e kilometerteller geeft het aantal afgelegde
kilometers aan sinds het inter val voor de
onderhoudsbeurt is overschreden. De waarde
wordt voorafgegaan door het teken "-".
-

e
en waarschuwing geeft aan dat het inter val voor
de onderhoudsbeurt is overschreden.
De onderhoudssleutel blijft branden zolang de
onderhoudsbeurt niet is uitgevoerd.
De waarschuwing wordt gegeven wanneer het
interval voor de onderhoudsbeurt is overschreden.
De weergegeven afstand (in kilometers
of mijlen) wordt berekend op basis
van het aantal afgelegde kilometers
en de verstreken tijd sinds de laatste
onderhoudsbeurt.
Instrumentenpaneel

Page 23 of 260

21
Actieradiusindicatoren
AdBlue®
Zodra de reser vevoorraad van het AdBlue®-
reser voir is aangesproken of een storing in het
SCR-systeem is gesignaleerd, verschijnt bij
het aanzetten van het contact een indicator die
aangeeft hoeveel kilometer u nog ongeveer
kunt rijden voordat het opnieuw starten van de
motor automatisch wordt geblokkeerd.
Als gelijktijdig een storing wordt gesignaleerd
en het AdBlue
®-niveau laag is, wordt de laagste
actieradius weergegeven.
Niet starten van de motor
bij een te laag AdBlue®-
niveau
Het wettelijk verplichte
startblokkeringssysteem wordt
automatisch geactiveerd zodra het
AdBlue
®-reservoir leeg is.
Actieradius groter dan 2.400 km
Als het contact wordt aangezet, wordt er geen
informatie over de actieradius weergegeven op
het instrumentenpaneel.
Nulstelling onderhoudsindicator
Na elke onderhoudsbeurt moet de
onderhoudsindicator weer op nul gezet worden.
Als u na deze handeling de accu wilt
loskoppelen, vergrendel dan de auto en
wacht minimaal 5
minuten. Het op 0 zetten
van de onderhoudsindicator zal anders
niet worden opgeslagen.
Opnieuw weergeven van de
onderhoudsinformatie
U kunt op elk moment de onderhoudsinformatie
weergeven.
F

D
ruk op de knop voor nulstelling van de
dagteller. De onderhoudsinformatie wordt
enkele seconden weergegeven en verdwijnt
vervolgens weer.
Voer dit als volgt uit:
F

Z

et het contact uit.
F

D

ruk op de resetknop van de dagteller en
houd deze ingedrukt,
F

Z

et het contact aan; de kilometerteller
begint terug te tellen.
F

L

aat de knop los als het display =0
aangeeft; de sleutel verdwijnt.
1
Instrumentenpaneel

Page 24 of 260

22
Actieradius tussen 2.400 en 600 km
Tijdens het rijden wordt de melding elke
300
km weergegeven zolang er geen vloeistof
wordt bijgevuld.
Het minimumniveau is bereikt; vul zo snel
mogelijk vloeistof bij.
We adviseren u niet meer dan 10
liter AdBlue
bij te vullen.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over AdBlue
®, het SCR-
systeem en in het bijzonder het bijvullen
van AdBlue
®.
Actieradius kleiner dan 600 km
Tijdens het rijden wordt de melding elke
30 seconden herhaald zolang er geen AdBlue
is bijgevuld.
Vul zo snel mogelijk vloeistof bij om te
voorkomen dat het reservoir helemaal leeg
raakt en de motor niet meer gestart kan
worden.
Zodra het contact wordt aangezet, gaat het
verklikkerlampje branden in combinatie met een
geluidssignaal en de op het instrumentenpaneel
weergegeven melding "NO START IN" en een
afstand die aangeeft hoeveel kilometer of mijl u nog
kunt rijden met de resterende hoeveelheid vloeistof
voordat het starten van de motor wordt geblokkeerd
– (bijv.: "NO START IN 1500
km" betekent dat
na 1.500
km het starten van de motor wordt
geblokkeerd).Zodra het contact wordt aangezet, gaat dit
verklikkerlampje en het waarschuwingslampje Service
branden in combinatie met een geluidssignaal en
de tijdelijk op het instrumentenpaneel weergegeven
melding "NO START IN" en een afstand die aangeeft
hoeveel kilometer of mijl u nog kunt rijden met de
resterende hoeveelheid vloeistof voordat het starten
van de motor wordt geblokkeerd – (bijv.: "NO START
IN 300
km" betekent dat na 300 km het starten van de
motor wordt geblokkeerd").
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over AdBlue® (BlueHDi-
motoren) , in het bijzonder met betrekking
tot het bijvullen.
Storing in verband met een te laag AdBlue®-niveau
Het AdBlue®-reser voir is leeg: het starten van
de motor wordt geblokkeerd door het wettelijk
verplichte startblokkeringssysteem.
Om de motor weer te kunnen starten moet
het reser voir met minimaal 4
liter AdBlue
®
worden gevuld.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over AdBlue
® (BlueHDi-
motoren) , in het bijzonder met betrekking tot
het bijvullen.
Als het contact wordt aangezet, gaat dit
waarschuwingslampje knipperen en gaat het
verklikkerlampje SERVICE branden, in combinatie
met een geluidssignaal en de tijdelijk op het
instrumentenpaneel weergegeven melding "NO
START IN" en 0
km – ("NO START IN 0 km" betekent
dat starten van de motor wordt geblokkeerd).
Instrumentenpaneel

Page 25 of 260

23
In het geval van een tijdelijke
storing verdwijnt de waarschuwing
tijdens de volgende rit na controle
van de zelfdiagnose van het SCR-
emissieregelsysteem.
Tijdens de toegestane rijfase (tussen 1.100
en 0
km)
Tijdens het rijden wordt de melding elke
30

seconden weergegeven zolang de storing in
de SCR-emissieregeling niet is verholpen.
De waarschuwing wordt opnieuw weergegeven
zodra het contact wordt aangezet.
Starten geblokkeerd
U hebt de limiet van de toegestane
rijfase overschreden: het
startblokkerringssysteem voorkomt dat de
motor opnieuw wordt gestart.
Om de motor weer te kunnen starten, is het
noodzakelijk dat u contact opneemt met het
PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Als een storing in het SCR-
emissieregelsysteem wordt
gedetecteerd
Er wordt automatisch een
startblokkeringssysteem geactiveerd
als meer dan 1.100 km is gereden nadat
de storing in het SCR-regelsysteem is
bevestigd. Laat het systeem controleren
door een PEUGEOT-dealer of door een
gekwalificeerde werkplaats.
Als een storing wordt gedetecteerd
Deze verklikkerlampjes gaan branden in
combinatie met een geluidssignaal en de
melding "Storing emissieregeling".
De waarschuwing wordt tijdens het rijden
gegeven zodra de storing voor de eerste keer
wordt gedetecteerd en ver volgens steeds bij
het aanzetten van het contact zolang de storing
niet is verholpen. Als een storing met het SCR-systeem wordt
bevestigd (na 50
km) en de storingsmelding
permanent wordt weergegeven, gaan deze
verklikkerlampjes branden en knippert het
AdBlue-verklikkerlampje in combinatie met een
geluidssignaal. Op het instrumentenpaneel
verschijnt de tijdelijke melding "NO START IN"
en een afstand die aangeeft hoeveel kilometer
of mijl u nog kunt rijden met de resterende
hoeveelheid vloeistof voordat het starten
van de motor wordt geblokkeerd – (bijv.: "NO
START IN 600
km" betekent dat na 600 km het
starten van de motor wordt geblokkeerd). Ga zo snel mogelijk naar een PEUGEOT-dealer
of een gekwalificeerde werkplaats.
Als u dit niet doet, kan de motor niet meer
worden gestart.
Zodra het contact wordt ingeschakeld gaan
deze verklikkerlampjes branden en gaat het
verklikkerlampje AdBlue knipperen, vergezeld
van een geluidssignaal en de tijdelijk op het
instrumentenpaneel weergegeven melding "NO
START IN" en 0
kilometer – ("NO START IN 0 km"
betekent dat starten van de motor wordt geblokkeerd).
1
Instrumentenpaneel

Page 26 of 260

24
Kilometerteller/dagteller
Kilometerteller
De kilometerteller geeft de totale
kilometerstand van de auto aan.
Dagteller
De dagteller geeft het aantal gereden
kilometers weer nadat de bestuurder de teller
op 0 heeft gezet (bijvoorbeeld dagelijks).
De kilometerteller en dagteller worden
gedurende 30


seconden weergegeven bij het
afzetten van het contact, bij het openen van het
bestuurdersportier en bij het vergrendelen en
ontgrendelen van de auto. F

D
ruk bij aangezet contact op de knop tot de
dagteller op 0 staat.
Datum en tijd instellen
Instrumentenpaneel
Voer de volgende handelingen met behulp
van de knop aan de linkerzijde van het
instrumentenpaneel in onderstaande volgorde
uit:
F

H
oud de knop langer dan twee seconden
ingedrukt: de minuten knipperen.
F

D
ruk op de knop om de minuten te
verhogen.
F

H
oud de knop langer dan twee seconden
ingedrukt: de uren knipperen.
F

D
ruk op de knop om de uren te verhogen.
F

H
oud de knop langer dan twee seconden
ingedrukt: 24 H of 12 H wordt weergegeven.
F

D
ruk op de knop om 24 H of 12 H te
selecteren.
F

H
oud de knop langer dan twee seconden
ingedrukt om de instellingen te bevestigen.
Ongeveer 30
seconden nadat de knop is
losgelaten, schakelt het display weer over naar
de normale weergave.
Instrumentenpaneel

Page 27 of 260

25
Audiosysteem/BluetoothMet PEUGEOT Connect
Radio
F Selecteer het menu "Instellingen".
F
Sel
ecteer "Datum en tijd ".
F

S
electeer het tabblad " Datum" of "Tijd".
F

K
ies het formaat van de weergave.
F

S
tel de datum en/of tijd in met behulp van
het numerieke toetsenbord.
F

Be
vestig met " OK".
Het systeem schakelt niet automatisch
over op zomertijd/wintertijd (volgens land
van bestemming).
Met PEUGEOT Connect Nav
Het instellen van de datum en tijd is alleen
mogelijk als de GPS-synchronisatie is
uitgeschakeld.
F

S
electeer het menu Instellingen.
F

D
ruk op de toets " OPTIES" om naar de
secundaire pagina te gaan.
F

Sel
ecteer "Instellen tijd-
datum ". F

S
electeer het tabblad "
Datum" of "Tijd".
F
S
tel de datum en/of tijd in met behulp van
het numerieke toetsenbord.
F
Be
vestig met "
OK".
Extra instellingen
U kunt er voor kiezen:
-
H et weergaveformaat voor de datum en tijd
(12h/24h) in te stellen.
-

D
e tijdzone te wijzigen.
-

D
e synchronisatie met het GPS (UTC) in of
uit te schakelen.
Het systeem schakelt niet automatisch
over op zomertijd/wintertijd (volgens land
van bestemming).
Overschakelen naar zomer- of wintertijd is
mogelijk door de tijdzone te wijzigen.
Voer de volgende handelingen met behulp
van de toetsen van het audiosysteem in
onderstaande volgorde uit:
F

D

ruk op de toets " MENU".
F

S

electeer met behulp van de pijlen het
menu " Persoonlijke instellingen –
Configuratie " en bevestig door op de knop
te drukken.
F

S

electeer met behulp van de pijlen het
menu " Configuratie display " en bevestig.
F

S

electeer met behulp van de pijlen het
menu " Datum en tijd instellen " en
bevestig.
F

Sel

ecteer de parameter en bevestig.
F

W

ijzig de parameter en bevestig opnieuw
om de wijziging op te slaan.
F

S

tel de parameters één voor één in en
bevestig iedere keer.
F

S

electeer het tabblad " OK" op het display
en bevestig om het menu " Datum en tijd
instellen " te verlaten.
1
Instrumentenpaneel

Page 28 of 260

26
Boordcomputer
Geeft informatie over de actuele rit (actieradius,
brandstofverbruik, gemiddelde snelheid enz.).
Display van het instrumentenpaneel
Monochroom display C
Gegevensdisplay
F Druk herhaaldelijk op de toets op het uiteinde van de ruitenwisserschakelaar
om de verschillende functies van de
boordcomputer weer te geven. De
boordcomputer kan de volgende informatie
weergeven:
-


Actieradius.
-
H

uidig brandstofverbruik.
-

A
fgelegde afstand.
-
G

emiddeld brandstofverbruik.
-
G

emiddelde snelheid.
F

D
ruk nogmaals op de toets om terug te
keren naar de oorspronkelijke weergave.
Op nul stellen
F Druk langer dan 2 seconden op de toets
om de afgelegde afstand, het gemiddelde
brandstofverbruik en de gemiddelde
snelheid op nul te zetten.
Touchscreen
De informatie is toegankelijk via het
menu Rijden/Auto .
Instrumentenpaneel

Page 29 of 260

27
Weergave van informatie op het
touchscreen
Permanente weergave:
Met PEUGEOT Connect Radio
F
S
electeer het menu " Applicaties" en
vervolgens " Boordcomputer ".
Met PEUGEOT Connect Nav
F

S
electeer het menu " Applicaties", dan het
tabblad " Voertuigapps " en ver volgens
" Boordcomputer ".
De informatie van de boordcomputer wordt
weergegeven op tabbladen.
F

D
ruk op een van de toetsen om het
gewenste tabblad te bekijken.
Tijdelijke weergave in een specifiek
venster:
F

D
ruk op het uiteinde van de
ruitenwisserschakelaar om de informatie
te bekijken en de verschillende tabbladen
weer te geven. Tabblad actuele informatie met:
-
D e actieradius.
-

H
et actuele brandstofverbruik.
-

D
e teller van het Stop & Start-systeem.
Het tabblad "Traject 1 " met daarin:
-

G
emiddelde snelheid voor het eerste
traject.
-
G

emiddeld brandstofverbruik.
-

A
fgelegde afstand.
Het tabblad "Traject 2 " met daarin:
-

G
emiddelde snelheid voor het tweede
traject.
-
G

emiddeld brandstofverbruik.
-

A
fgelegde afstand.
Traject resetten
F Druk, zodra het gewenste traject wordt weergegeven, op de toets voor
het resetten of op het uiteinde van de
ruitenwisserschakelaar.
Trajecten "1 " en "2" zijn onafhankelijk en
kunnen op dezelfde manier worden gebruikt.
Via traject " 1" kunnen dagelijkse berekeningen
en via traject " 2" maandelijkse berekeningen
worden uitgevoerd.
1
Instrumentenpaneel

Page 30 of 260

28
Deze waarde kan variëren door een
gewijzigde rijstijl of het rijden op een
helling, waardoor het momentane
brandstofverbruik aanzienlijk kan wijzigen.
Als de actieradius minder dan 30 km bedraagt, verschijnen
streepjes op het display. Na het tanken van minimaal
5
liter brandstof wordt de actieradius opnieuw berekend en
weergegeven als deze meer dan 100
km bedraagt.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats als tijdens
het rijden de streepjes continu worden
weergegeven.
Actueel brandstofverbruik
(l/100 km of km/l)
B erekend over de laatste seconden. Deze functie wordt alleen weergegeven bij
snelheden vanaf 30
km/h.
Gemiddeld brandstofverbruik
(l/100 km of km/l)
B erekend sinds de laatste nulstelling
van de trajectgegevens.
Gemiddelde snelheid
(km/h)
Berekend sinds de laatste nulstelling
van de trajectgegevens.
Afgelegde afstand
(k m)
Berekend sinds de laatste nulstelling
van de trajectgegevens.
Teller Stop & Start
of (minuten/seconden of uren/minuten) Als uw auto is uitgerust met het Stop & Start-
systeem, houdt een teller bij hoelang de STOP-
stand tijdens een rit is geactiveerd.
De teller wordt elke keer als u het contact
aanzet weer op nul gezet.
Boordcomputer, enkele
definities
Actieradius
(k m)
Het aantal kilometers dat
kan worden afgelegd met
de resterende hoeveelheid
brandstof in de tank. Berekend
op basis van het gemiddelde
verbruik over de laatste
afgelegde kilometers.
Instrumentenpaneel

Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 ... 260 next >