Peugeot 307 2006 Handleiding (in Dutch)

Page 41 of 206

2MULTIFUNCTIONELE DISPLAYS
38
Parameters van de auto instellen
Met deze functie kunnen verschil-
lende systemen van de auto geacti-
veerd of uitgeschakeld worden:
- het inschakelen van de ruitenwis-ser achter als de achteruitversnel-
ling wordt ingeschakeld,
- het automatisch inschakelen van de verlichting,
- de follow me home verlichting en tijdsduur,
- de parkeerhulp. Taalkeuze
Als dit menu is geselecteerd, kan de
taal van de weergave van het display
worden gewijzigd (Nederlands, Français,
Italiano, Portugues, Portugues-Brasil,
Deutsch, English, Español).
Configuratie display
Als dit menu is geselecteerd, kun-
nen de volgende parameters worden
geselecteerd:
- instellen lichtsterkte-video,
- instellen datum en tijd,
- kiezen van eenheden.
Selecteer een parameter, druk op de
toets
"OK" en vervolgens op " " of
"  " om de waarde te wijzigen.
Druk op de toets "OK" om de gewij-
zigde waarde op te slaan en terug te
keren naar het vorige scherm of druk
op de toets "ESC" om de uitgevoer-
de handeling af te breken.Voorbeeld: "tijdsduur follow me home"
Om veiligheidsredenen mag
de bestuurder het multifuncti-
onele display alleen bedienen
als de auto stilstaat.

Page 42 of 206

2MULTIFUNCTIONELE DISPLAYS
39
MONOCHROOM DISPLAY CT
Presentatie
Dit display kan via het bedieningspa-
neel van de autoradio/telefoon RT3
de volgende informatie weergeven:
- de tijd,
- de datum,
- de buitentemperatuur (er verschijnt een melding bij kans op gladheid),
- informatie van de autoradio (radio, CD, ...),
- informatie van het telematicasys- teem (telefoon, diensten, ...),
- controle van te openen carrosse- riedelen (portieren, achterklep, ...),
- de waarschuwingsmeldingen (bijv: "Laag brandstofniveau") en de sta-
tus van de functies van de auto
(bijv.: "Automatische verlichting ac-
tief"),
tijdelijk weergegeven,
- de boordcomputerfuncties,
- de aanwijzingen voor het navigatie- systeem. Om gebruik te kunnen maken van
alle functies van het systeem, heeft u
de beschikking over twee CD-Roms:
- de CD-Rom "Configuratie" met de
software en de verschillende talen
voor de weergave en de gesproken
berichten
- de CD-Rom "Navigatie" met alle cartografische gegevens van het
navigatiesysteem. Druk op de toets
"MENU" van de au-
toradio/telefoon RT3 om het algeme-
ne menu weer te geven, van waaruit
de volgende functies kunnen worden
geselecteerd:
- navigatie,
- audio,
- boordcomputer,
- index,
- telematica,
- configuratie.
Raadpleeg de desbetreffende hoofd-
stukken voor meer informatie over de
functies.
Algemeen menu

Page 43 of 206

2MULTIFUNCTIONELE DISPLAYS
40
Het menu "Configuratie display"
biedt toegang tot de volgende para-
meters:
• "Instellen lichtsterkte": instellen van de lichtsterkte van het display,
• "Geluid": instellen van de spraaksyn- these (voor de parameter vrouwelijke/
mannelijke stem: plaats de configu-
ratie-CD-Rom); gesproken comman-
do’s instellen,
• "Internationale parameters": instel- len datum en tijd (weergave in 12 of
24 uur, instellen minuten via GPS);
instellen van eenheden (l/100 - °C
of mpg - °F).
• "Keuze van de taal" van de weer- gave en de gesproken informatie
(Nederlands, Français, Italiano,
Portugues, Español, Deutsch, En-
glish: plaats de configuratie-CD-
Rom).
Om veiligheidsredenen mag
de bestuurder het multifunc-
tionele display alleen bedie-
nen als de auto stilstaat .
Dit menu biedt toegang tot diverse
opeenvolgende vensters.
Voorbeeld: "tijdsduur follow me home"
Parameters van de auto instellen
Met deze functie kunnen verschil-
lende systemen van de auto geacti-
veerd of uitgeschakeld worden:
- het inschakelen van de ruitenwis-
ser achter als de achteruitversnel-
ling wordt ingeschakeld,
- het automatisch inschakelen van de verlichting,
- de functie follow me home
verlich-
ting en de tijdsduur,
- de parkeerhulp.
Menu "configuratie" Configuratie van het display

Page 44 of 206

2MULTIFUNCTIONELE DISPLAYS
41
KLEURENDISPLAY DT
Presentatie
Dit display kan via het bedieningspa-
neel van de autoradio/telefoon RT3
de volgende informatie weergeven:
- de tijd,
- de datum,
- de buitentemperatuur (er verschijnt een melding bij kans op gladheid).
- de informatie van de autoradio (ra- dio, CD, ...),
- de telefoonfuncties (telefoon, dien- sten, ...),
- de controle op te openen carrosse- riedelen (portieren, achterklep, ...),
- de waarschuwingsmeldingen (bijv: "Laag brandstofniveau") en de sta-
tus van de functies van de auto
(bijv.: "Automatische verlichting ac-
tief"),
tijdelijk weergegeven,
- de boordcomputerfuncties,
- de aanwijzingen voor het navigatie- systeem. Om gebruik te kunnen maken van
alle functies van het systeem, heeft u
de beschikking over twee CD-Roms:
- de CD-Rom "Configuratie" met de
software en de verschillende talen
voor de weergave en de gesproken
berichten
- de CD-Rom "Navigatie" met alle cartografische gegevens van het
navigatiesysteem.
Druk op de toets "MENU" van de au-
toradio/telefoon RT3 om het algeme-
ne menu weer te geven, van waaruit
de volgende functies kunnen worden
geselecteerd:
- navigatie,
- audio,
- boordcomputer,
- index,
- telematica,
- configuratie,
- kaart,
- video.
Raadpleeg de desbetreffende hoofd-
stukken voor meer informatie over de
functies.
Algemeen menu

Page 45 of 206

2MULTIFUNCTIONELE DISPLAYS
42
Het menu "Configuratie display"
biedt toegang tot de volgende para-
meters:
• "Kleuren selecteren": selecteren van het voor de weergave beschik-
bare kleurenpalet,
• "Lichtsterkte en helderheid": instel- len van de lichtsterkte en de hel-
derheid van het display,
• "Geluid": instellen van de spraak- synthese (voor de parameter vrou-
welijke/mannelijke stem: plaats de
configuratie-CD-Rom); gesproken
commando’s instellen,
• "Internationale parameters": instel- len datum en tijd (weergave in 12 of
24 uur, instellen minuten via GPS);
instellen van eenheden (l/100 - °C
of mpg - °F),
• "Keuze van de taal" van de weer- gave en de gesproken informatie
(Nederlands, Français, English, Ita-
liano, Portugues, Español, Deutsch:
plaats de configuratie-CD-Rom).
Dit menu biedt toegang tot diverse
opeenvolgende vensters.
Parameters van de auto instellen
Met deze functie kunnen verschil-
lende systemen van de auto geacti-
veerd of uitgeschakeld worden:
- het inschakelen van de ruitenwis-
ser achter als de achteruitversnel-
ling wordt ingeschakeld,
- het automatisch inschakelen van de verlichting,
- de functie follow me home
verlich-
ting en de tijdsduur,
- de parkeerhulp. Voorbeeld: "Automatisch
inschake-
len van de verlichting"Menu "configuratie" Configuratie van het display

Page 46 of 206

2MULTIFUNCTIONELE DISPLAYS
43
ENKELE DEFINITIES...
Bovenliggend scherm
Dit is een scherm dat tijdelijk vóór het
geselecteerde scherm wordt weer-
gegeven om een wijziging van een
andere functie aan te kondigen.
U kunt op de drie
audio/video-aan-
sluitingen in het dashboardkastje een
videoapparaat (camcorder, digitale
camera, DVD-speler, ...) aansluiten.
De videoweergave is uitsluitend
mogelijk als de auto stilstaat. Selecteer in het
algemene menu het
menu "Video" :
- "Videofunctie activeren" om de vi- deofunctie in of uit te schakelen,
- "Parameters video" om het formaat van de weergave, de lichtsterkte, het
contrast en de kleuren in te stellen.
Druk op de toets "MODE" of "DARK"
om de videoweergave uit te schake-
len.
Druk herhaaldelijk op de toets
"SOURCE" om in plaats van de vi-
deoweergave een andere geluids-
bron te selecteren.
Om veiligheidsredenen mag
de bestuurder het multifunc-
tionele display alleen bedie-
nen als de auto stilstaat .
Menu "Video"
Permanente toepassing
Belangrijkste toepassing die momen-
teel wordt gebruikt en wordt weerge-
geven op het basisscherm.
Snelmenu
Beperkt menu dat gekoppeld is aan
de belangrijkste toepassing die mo-
menteel wordt gebruikt en wordt
weergegeven op het basisscherm.

Page 47 of 206

3 COMFORT
44

Page 48 of 206

3COMFORT
45
VENTILATIE
1. Uitstroomopeningen
voorruitontwaseming.
2. Uitstroomopeningen
zijruitontwaseming.
3. Zijventilatieroosters.
4. Middelste ventilatieroosters.
5. Uitstroomopening voor
beenruimte voor.
6. Uitstroomopening voor
beenruimte achter.
Gebruiksadviezen
 Als de temperatuur in de auto na-
dat deze een tijd in de zon heeft
gestaan erg hoog is opgelopen, is
het raadzaam het interieur enige
tijd te laten doorluchten.
Zet de luchttoevoer ver genoeg open voor een optimale verver-
sing van de lucht in het interieur.
Als de knop voor de luchttoevoer in de stand 0 staat (systeem uitge-
schakeld), wordt het thermische
comfort niet meer gewaarborgd.
Er kan echter een kleine lucht-
stroom worden waargenomen,
die wordt veroorzaakt door de rij-
wind.
 Let er voor een gelijkmatige ver-
deling van de lucht naar het interi-
eur op dat het luchtinlaatrooster,
de uitstroomopeningen in de auto,
de luchtkanalen onder de voor-
stoelen en de ventilatieopeningen
in de bagageruimte vrij blijven.
Zorg ervoor dat het interieurfilter
in een goede staat verkeert.
Vervang de filterelementen perio- diek. Als de auto onder zware om-
standigheden wordt gebruikt, ver-
vang de elementen dan tweemaal
zo vaak. Schakel, zodra de omstan-
digheden het toelaten, de
achterruitverwarming en de
verwarming van de buiten-
spiegels uit aangezien een
geringer stroomverbruik een verla-
ging van het brandstofverbruik tot
gevolg heeft.

Page 49 of 206

3 COMFORT
46
VERWARMING/VENTILATIE
2. Regeling luchtopbrengst
De verwarming en ventilatie werken
uitsluitend bij draaiende motor.
Draai de knop van de stand
1 naar de stand 4 om de
gewenste luchtopbrengst
te verkrijgen. 3. Luchtverdeling
Luchtstroom naar voorruit,
portierruiten en beenruimte.
Luchtstroom naar de been-
ruimte. (ventilatieroosters
gesloten)
Luchtstroom naar interieur
(linker, rechter en middel-
ste ventilatieroosters).
Draai de knop van blauw
(koud) naar rood (warm)
om de temperatuur naar
behoefte in te stellen. Luchtstroom naar voorruit
en zijruiten.
1. Temperatuurregeling De luchtstroom kan worden gevari-
eerd door de knop in een tussenstand
te zetten, aangegeven door
" ".

Page 50 of 206

3COMFORT
47
5. Achterruitverwarming en
verwarming buitenspiegels
Druk de schakelaar in om
de achterruitverwarming
en de verwarming van de
buitenspiegels in te scha-
kelen.
De achterruitverwarming gaat auto-
matisch uit om onnodig stroomver-
bruik te voorkomen.
Druk nogmaals op de schakelaar om
de achterruitverwarming opnieuw in
te schakelen.
Het is mogelijk de achterruitverwar-
ming uit te schakelen voordat dit au-
tomatisch gebeurt door de schakelaar
nogmaals in te drukken.
4. Luchttoevoer/luchtrecirculatie
Druk de knop 4 in om de
recirculatie van de lucht in
het interieur in te schake-
len. Het verklikkerlampje
brandt om aan te geven dat
de luchtrecirculatie is ingeschakeld.
Druk, zodra de omstandigheden dit
toelaten, nogmaals op de knop 4
voor de stand toevoer buitenlucht
om te voorkomen dat de kwaliteit
van de lucht afneemt en dat de ruiten
beslaan. Op dat moment zal het ver-
klikkerlampje uitgaan.
De luchtrecirculatie dient om de toe-
voer van buitenlucht bij stank en stof-
overlast af te sluiten.
De toevoer van buitenlucht voorkomt
het beslaan van de voorruit en de zij-
ruiten.
Als deze stand bij vochtig weer wordt
gebruikt, bestaat het risico dat de rui-
ten beslaan.
Snelle ontwaseming van de
voorruit
Ga voor het snel ontwasemen van
de voorruit en de zijruiten als volgt te
werk:
- zet de schakelaar voor de luchtver-
deling in de stand "voorruit en zij-
ruiten",
- zet de knop van de luchttoevoer- regeling in de stand "Toevoer van
buitenlucht" (het verklikkerlampje
van de knop 4 gaat uit),
- stel de temperatuur 1 en de lucht-
opbrengst 2 in op maximaal, zoals
weergegeven door het symbool
"voorruit en zijruiten" op het bedie-
ningspaneel,
- sluit de middelste ventilatieroos- ters.

Page:   < prev 1-10 ... 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 ... 210 next >