Peugeot 307 CC 2007 Handleiding (in Dutch)

Page 11 of 182

Weergave op het
instrumentenpaneel
P: Parking (parkeerstand).
R: Reverse (achteruitversnelling).
N: Neutral (neutraalstand).
D: Drive (rijstand).
M: Manual (zelf schakelen).
S: programma Sport.
: programma Sneeuw.
1 2 3 4: ingeschakelde versnelling.
1. Selectiehendel.
2. Schakelaar "SPORT".
3. Schakelaar "SNEEUW".A. Inschakelen.
B. Detectie.
C. Activeren/deactiveren.
Dit systeem kan worden geactiveerd of gedeactiveerd via het configuratiemenu van het multifunctionele display.
Zodra de achteruitversnelling wordt ingeschakeld, wordt u bij het achter-uitrijden begeleid door een geluids-signaal en een grafische weergave op het multifunctionele display.
85
Schakelpatroon
Kies de gewenste stand door de se-lectiehendel in het schakelpatroon te verplaatsen.
De gekozen stand wordt met een pictogram in het instrumentenpaneel aangegeven.
Starten van de motor
Controleer of de handrem is aange-trokken en zet de selectiehendel in de stand P of N.
Zet het contact aan.
Wegrijden
Bij draaiende motor en met de selec-tiehendel in de stand P of N of of: trap het rempedaal in en zet de handrem los.
Selecteer destand R, D of M.
Laat langzaam het rempedaal los; de auto begint meteen te rijden.
76
PARKEERHULP ACHTER AUTOMATISCHE TRANSMISSIE "TIPTRONIC-
SYSTEM PORSCHE"

Page 12 of 182

15
1. Motorolietemperatuurmeter.
2. Toerenteller.
3. Koelvloeistoftemperatuurmeter.
4. Verklikkerlampje
brandstofreserve.
5. Brandstofniveaumeter.
6. Snelheidsmeter.
7. Onderhoudsintervalindicator,
motorolieniveaumeter,
kilometerteller en
snelheidsregelaar/-begrenzer.
8. Nulstelling dagteller.
9. Dimmer dashboardverlichting.
10. Richtingaanwijzer links.
11. Verklikkerlampje STOP.
12. Richtingaanwijzer rechts.
13. Verklikkerlampje service.
14. Verklikkerlampje handrem, te laag remvloeistofniveau en elektronische remdrukregelaar (REF).
15. Verklikkerlampje antiblokkeersysteem (ABS).
16. Verklikkerlampje elektronisch stabiliteitsprogramma/antispinregeling (ESP/ASR).
17. Verklikkerlampje veiligheidsgordel bestuurder niet vastgemaakt.
18. Verklikkerlampje emissieregeling.
19. Verklikkerlampje airbags en roll-bars.
20. Verklikkerlampje uitschakeling airbag passagierszijde*.
21. Verklikkerlampje dimlicht.
22. Verklikkerlampje grootlicht.
23. Verklikkerlampje mistlampen vóór.
24. Verklikkerlampje mistachterlicht.
25. Verklikkerlampje voorgloeien dieselmotor.
26. Verklikkerlampje motoroliedruk*.
27. Verklikkerlampje laden van de accu*.
INSTRUMENTENPANEEL BENZINE-DIESEL MET
HANDGESCHAKELDE VERSNELLINGSBAK
* Volgens land van bestemming.

Page 13 of 182

16
1. Motorolietemperatuurmeter.
2. Verklikkerlampje programma Sport.
3. Schakelstandindicatie.
4. Verklikkerlampje programma Sneeuw.
5. Toerenteller.
6. Koelvloeistoftemperatuurmeter.
7. Verklikkerlampje brandstofreserve.
8. Brandstofmeter.
9. Snelheidsmeter.
10. Onderhoudsintervalindicator, motorolieniveaumeter, kilometerteller en snelheidsregelaar/-begrenzer.
11. Nulstelling dagteller.
12. Dimmer dashboardverlichting.
13. Richtingaanwijzer links.
14. Verklikkerlampje STOP.
15. Richtingaanwijzer rechts.
16. Verklikkerlampje service.
17. Verklikkerlampje handrem,
te laag remvloeistofniveau en
elektronische remdrukregelaar
(REF).
18. Verklikkerlampje
antiblokkeersysteem (ABS).
19. Verklikkerlampje elektronisch
stabiliteitsprogramma en
antispinregeling (ESP/ASR).
20. Verklikkerlampje veiligheidsgordel bestuurder niet vastgemaakt.
21. Verklikkerlampje emissieregeling.
22. Verklikkerlampje airbags en roll-bars.
23. Verklikkerlampje uitschakeling airbag passagierszijde*.
24. Verklikkerlampje dimlicht.
25. Verklikkerlampje grootlicht.
26. Verklikkerlampje mistlampen vóór.
27. Verklikkerlampje mistachterlicht.
28. Verklikkerlampje motoroliedruk*.
29. Verklikkerlampje laden van de accu*.
INSTRUMENTENPANEEL BENZINE MET AUTOMATISCHE TRANSMISSIE
* Volgens land van bestemming.

Page 14 of 182

17
CONTROLE TIJDENS HET RIJDEN
Een verklikkerlampje dat constant blijft branden of bij een draaiende motor knippert, geeft aan dat er een defect is opgetreden. Sommige lampjes branden in combinatie met een geluidssignaal en een melding op het multifunctionele display. Ne-geer een dergelijke waarschuwing niet, maar raadpleeg zo snel moge-lijk uw PEUGEOT-servicepunt.
Stop onmiddellijk indien tijdens het rijden het verklikkerlampje STOP gaat branden, maar zorg ervoor dat u uw auto op een zo veilig moge-lijke plaats tot stilstand brengt.
Verklikkerlampje STOP
Dit lampje gaat elke keer dat het contact wordt aangezet ge-durende enkele se-conden branden.
Gekoppeld aan de verklikkerlamp-jes "te lage motoroliedruk"*, "te laag remvloeistofniveau", "storing elektro-nische remdrukregelaar" en de koel-vloeistoftemperatuurmeter.
Als het lampje bij een draaiende motor knippert,stop dan onmid-dellijk.
Raadpleeg een PEUGEOT-service-punt.
In geval van een lekke band gaat dit lampje ook branden in combinatie met een geluidssignaal en een mel-ding op het multifunctionele display die aangeeft welke band het betreft.
Verklikkerlampje service
Dit lampje gaat elke keer dat het contact wordt aan-gezet gedurende enkele seconden branden. Als het verklikkerlampje bij draaiende motor blijft branden of gaat branden in com-binatie met een geluidssignaal en een melding op het multifunctionele display, duidt dit op:
- een storing in het laadcircuit van de accu*,- een storing in de werking van de automatische transmissie,- een storing in de startblokkering,- een storing in het motormanage-mentsysteem,- een storing in de snelheidsregelaar/-begrenzer,- een storing in de parkeerhulp,- een storing in de functie automatisch inschakelen van de verlichting,- een storing in de functie automatisch afstellen van de koplamphoogte,- een storing in het systeem voor bandenspanningsdetectie,- een te lage bandenspanning,- een lege batterij van de afstands-bediening,- het feit dat één of meer portieren niet goed gesloten zijn bij een wa-gensnelheid hoger dan 10 km/h,- een te laag brandstofadditiefniveau (diesel),- een te laag motorolieniveau,- een vervuild roetfilter (diesel) als overwegend stadsritten worden gemaakt: lage snelheden, veel ver-keersopstoppingen, ...* Volgens land van bestemming.
** Volgens motoruitvoering.
Ga om het roetfilter te regenereren zo snel mogelijk, als de omstandig-heden het toelaten, minstens 5 mi-nuten lang met een snelheid van meer dan 60 km/h rijden (tot het verklikkerlampje uitgaat). Raad-pleeg een PEUGEOT-servicepunt als het verklikkerlampje blijft bran-den. Tijdens de regeneratie van het roet-filter kan onder het dashboard een relais hoorbaar zijn.- water in het brandstoffilter (diesel)*.Er bestaat kans op schade aan het inspuitsysteem.Raadpleeg een PEUGEOT-ser-vicepunt.- een te laag koelvloeistofniveau**.Stop onmiddellijk. Let op: wacht tot de motor is afge-koeld alvorens koelvloeistof bij te vullen. Het koelcircuit staat onder druk. Draai, om verwondingen te voorko-men, de vuldop twee omwentelin-gen los om de druk te laten dalen. Verwijder vervolgens de vuldop en vul koelvloeistof bij. Raadpleeg een PEUGEOT-ser-vicepunt.

Page 15 of 182

18
Verklikkerlampje airbags en roll-bars
Dit lampje gaat elke keer dat het contact wordt aan-gezet gedurende enkele seconden branden.Als het lampje gaat branden in com-binatie met een geluidssignaal en een melding op het multifunctionele display, duidt dit op hetzij:- een storing in de airbags vóór of in de zij-airbags,of- een storing in de roll-bars in de hoofdsteunen achter.Raadpleeg een PEUGEOT-servicepunt.Verklikkerlampje uitschakeling airbag passagierszijde*
Dit lampje gaat elke keer dat het contact wordt aangezet geduren-de enkele seconden branden.Als de airbag aan passagierszijde uitgescha-keld is, blijft het verklikkerlampje branden.Raadpleeg in alle gevallen dat het lampje knippert een PEUGEOT-servicepunt.
Verklikkerlampje emissieregeling
Dit lampje gaat elke keer dat het contact wordt aan-gezet branden.Het lampje moet enkele seconden nadat de motor is gestart uitgaan.Als het lampje bij draaiende motor brandt in combinatie met een ge-luidssignaal en een melding op het multifunctionele display, duidt dit op een storing in de emissieregeling.Raadpleeg zo snel mogelijk een PEUGEOT-servicepunt.
Verklikkerlampje antiblokkeersysteem (ABS)
Dit lampje gaat elke keer dat het contact wordt aan-gezet gedurende enkele seconden branden.Als het lampje bij een snelheid van meer dan 12 km/h blijft branden of gaat branden, wijst dit op een storing in het antiblokkeersysteem.De normale remwerking met rembe-krachtiging blijft toch behouden.Dit lampje gaat branden in combinatie met een geluidssignaal en een mel-ding op het multifunctionele display.Raadpleeg een PEUGEOT-servicepunt.
Verklikkerlampje elektronisch stabiliteitsprogramma/anti-spinregeling (ESP/ASR)
Dit lampje gaat elke keer dat het contact wordt aan-gezet gedurende enkele seconden branden.
Als het lampje bij draaiende motor blijft branden of gaat branden in combinatie met een geluidssignaal en een melding op het multifunctionele display, raadpleeg dan een PEUGEOT-servicepunt.
Het verklikkerlampje gaat knipperen als het systeem tijdens het rijden in werking treedt.
Het verklikkerlampje blijft branden als het systeem is uitgeschakeld.
Verklikkerlampje handrem, te laag remvloeistofniveau en storing elektronische remdrukregelaar
Gekoppeld aan het verklikkerlampje STOP.Dit lampje gaat elke keer dat het con-tact wordt aangezet enkele secon-den branden.Als het lampje gaat branden in com-binatie met een geluidssignaal en een melding op het multifunctionele display, wijst dit op hetzij:- een (nog iets) aangetrokken hand-rem, als de auto rijdt,- een te laag remvloeistofniveau in het reservoir (als het lampje ook brandt als de handrem niet gebruikt wordt),- een storing in de elektronische rem-drukregelaar als het tegelijk met het verklikkerlampje ABS brandt.Stop in de laatste twee gevallen onmiddellijk.Raadpleeg een PEUGEOT-service-punt.
Verklikkerlampje veiligheidsgordel niet vastgemaakt.
Het verklikkerlampje gaat branden bij het aanzetten van het contact als de bestuurder zijn veiligheidsgordel niet heeft vast-gemaakt.Bij draaiende motor en gesloten por-tieren gaat het lampje na 30 secon-den automatisch uit.Als de veiligheidsgordel niet is vast-gemaakt:- blijft het lampje branden bij een wa-gensnelheid lager dan 20 km/h,
- knippert het lampje bij een wagensnel-heid hoger dan 20 km/h gedurende twee minuten in combinatie met een steeds sterker wordend geluidssignaal. Na deze twee minuten blijft het lampje branden zolang de bestuurder de vei-ligheidsgordel niet heeft vastgemaakt.
* Volgens land van bestemming.

Page 16 of 182

19
Waarschuwing motoroliedruk*
Gekoppeld aan het verklikkerlampje STOP.
Bij draaiende motor wordt de waar-schuwing motoroliedruk weergege-ven in combinatie met een geluids-signaal.
Stop onmiddellijk.
Als het motorolieniveau te laag is, vul dan motorolie bij.
Raadpleeg zo snel mogelijk een PEUGEOT-servicepunt.
Verklikkerlampje voorgloeien dieselmotor
Dit lampje gaat elke keer dat het contact wordt aan-gezet gedurende enkele seconden branden.Wacht met het starten van de motor tot het lampje uitgaat.
Verklikkerlampje laden van de accu*
Dit lampje gaat elke keer dat het contact wordt aan-gezet gedurende enkele seconden branden.
Afhankelijk van het land van bestem-ming kan dit lampje zijn vervangen door het verklikkerlampje service.
Als dit lampje bij een draaiende mo-tor brandt in combinatie met een ge-luidssignaal en een meldingop het multifunctionele display, kan dit wij-zen op:
- een storing in het laadcircuit,
Verklikkerlampje brandstofreserve
Dit lampje gaat elke keer dat het contact wordt aangezet ge-durende enkele se-conden branden.
Als het lampje bij een draaiende mo-tor gaat branden, klinkt een geluids-signaal en verschijnt een melding op het multifunctionele display.
Zodra dit lampje gaat branden, kunt u nog ongeveer 50 km met de res-terende hoeveelheid brandstof rijden (tankinhoud: ca. 60 liter).
Verklikkerlampje motoroliedruk*
Gekoppeld aan het verklik-kerlampje STOP.
Bij draaiende motor gaat het verklik-kerlampje motoroliedruk branden in combinatie met een geluidssignaal en een melding op het multifunctio-nele display.
Stop onmiddellijk.
Als het motorolieniveau te laag is, vul dan motorolie bij.
Raadpleeg zo snel mogelijk een PEUGEOT-servicepunt.
- loszittende aansluitingen van de accu of de startmotor,- een gebroken of te slappe dynamo-riem,- een defecte dynamo.Raadpleeg een PEUGEOT-service-punt.
Wijzer in zone A: de temperatuur is in orde.
Wijzer in zone B: de temperatuur is te hoog. Het verklikkerlampje STOPgaat knipperen in combinatie met een geluidssignaal en een meldingop het multifunctionele display.
Stop onmiddellijk.
Let op: wacht tot de motor is afge-koeld om indien nodig koelvloeistof bij te vullen.
Het koelcircuit staat onder druk.
Draai, om verwondingen te voorko-men, de vuldop twee omwentelingen los om de druk te laten dalen.
Verwijder vervolgens de vuldop en vul koelvloeistof bij.
Raadpleeg een PEUGEOT-service-punt.
Koelvloeistoftemperatuurmeter
* Volgens land van bestemming.

Page 17 of 182

19
Waarschuwing motoroliedruk*
Gekoppeld aan het verklikkerlampje STOP.
Bij draaiende motor wordt de waar-schuwing motoroliedruk weergege-ven in combinatie met een geluids-signaal.
Stop onmiddellijk.
Als het motorolieniveau te laag is, vul dan motorolie bij.
Raadpleeg zo snel mogelijk een PEUGEOT-servicepunt.
Verklikkerlampje voorgloeien dieselmotor
Dit lampje gaat elke keer dat het contact wordt aan-gezet gedurende enkele seconden branden.Wacht met het starten van de motor tot het lampje uitgaat.
Verklikkerlampje laden van de accu*
Dit lampje gaat elke keer dat het contact wordt aan-gezet gedurende enkele seconden branden.
Afhankelijk van het land van bestem-ming kan dit lampje zijn vervangen door het verklikkerlampje service.
Als dit lampje bij een draaiende mo-tor brandt in combinatie met een ge-luidssignaal en een meldingop het multifunctionele display, kan dit wij-zen op:
- een storing in het laadcircuit,
Verklikkerlampje brandstofreserve
Dit lampje gaat elke keer dat het contact wordt aangezet ge-durende enkele se-conden branden.
Als het lampje bij een draaiende mo-tor gaat branden, klinkt een geluids-signaal en verschijnt een melding op het multifunctionele display.
Zodra dit lampje gaat branden, kunt u nog ongeveer 50 km met de res-terende hoeveelheid brandstof rijden (tankinhoud: ca. 60 liter).
Verklikkerlampje motoroliedruk*
Gekoppeld aan het verklik-kerlampje STOP.
Bij draaiende motor gaat het verklik-kerlampje motoroliedruk branden in combinatie met een geluidssignaal en een melding op het multifunctio-nele display.
Stop onmiddellijk.
Als het motorolieniveau te laag is, vul dan motorolie bij.
Raadpleeg zo snel mogelijk een PEUGEOT-servicepunt.
- loszittende aansluitingen van de accu of de startmotor,- een gebroken of te slappe dynamo-riem,- een defecte dynamo.Raadpleeg een PEUGEOT-service-punt.
Wijzer in zone A: de temperatuur is in orde.
Wijzer in zone B: de temperatuur is te hoog. Het verklikkerlampje STOPgaat knipperen in combinatie met een geluidssignaal en een meldingop het multifunctionele display.
Stop onmiddellijk.
Let op: wacht tot de motor is afge-koeld om indien nodig koelvloeistof bij te vullen.
Het koelcircuit staat onder druk.
Draai, om verwondingen te voorko-men, de vuldop twee omwentelingen los om de druk te laten dalen.
Verwijder vervolgens de vuldop en vul koelvloeistof bij.
Raadpleeg een PEUGEOT-service-punt.
Koelvloeistoftemperatuurmeter
* Volgens land van bestemming.

Page 18 of 182

1CONTROLE TIJDENS HET RIJDEN
20
De motorolietemperatuurmeter geeft
bij draaiende motor de temperatuur
van de motorolie aan.
Als het hoogste niveau van de
schaalverdeling is bereikt, is de tem-
peratuur te hoog.
Stop onmiddellijk.
Raadpleeg een PEUGEOT-service-
punt.Park
(Parkeerstand)
Schakelstandindicatie
automatische transmissieAls het toerental te laag of te hoog
is voor de geselecteerde versnelling,
knippert het desbetreffende picto-
gram enkele seconden, waarna de
werkelijk ingeschakelde versnelling
wordt weergegeven.
Reverse (Achteruit)
Neutral (Neutraalstand)
Drive (Rijstand)
Handbediening:
1e versnelling ingeschakeld
2
e versnelling ingeschakeld
3
e versnelling ingeschakeld
4
e versnelling ingeschakeld
Dit lampje gaat branden
als het schakelprogramma
"SPORT" van de automa-
tische transmissie wordt in-
geschakeld.
Dit lampje gaat branden
als het schakelprogramma
"SNEEUW" van de auto-
matische transmissie wordt
ingeschakeld.
Verklikkerlampjes
automatische transmissie
Verklikkerlampje "SNEEUW" Deze melding verschijnt als
een versnelling niet goed is
ingeschakeld (de selectie-
hendel bevindt zich tussen
twee standen in).
Verklikkerlampje "SPORT"
Motorolietemperatuurmeter
Onjuiste waarde bij handmatige
bediening

Page 19 of 182

21
Dit heeft na het aanzetten van het contact 3 verschillende functies:
- onderhoudsindicator,- motorolieniveaumeter,- kilometerteller (totale kilometer-stand en dagteller).
Opmerking: de totale kilometerstand en de dagteller worden gedurende dertig seconden na het uitzetten van het contact, bij het openen van het bestuurdersportier en bij het vergren-delen en ontgrendelen van de auto weergegeven.
Het display geeft tevens informatie met betrekking tot de snelheidsre-gelaar of -begrenzer indien één van beiden is ingeschakeld (zie het des-betreffende hoofdstuk).
Onderhoudsindicator
De onderhoudsindicator geeft de afstand tot de volgende onderhouds-controle aan overeenkomstig het on-derhoudsschema van de fabrikant.
Deze afstand wordt berekend vanaf de laatste nulstelling van de onder-houdsindicator (zie het desbetref-fende hoofdstuk) op basis van twee parameters:
- het afgelegde aantal kilometers,- de verstreken tijd sinds de laatste onderhoudscontrole.Opmerking: afhankelijk van de ge-bruiksgewoonten van de bestuurder kan de factor tijd worden meegewogen bij de nog af te leggen kilometers.
Werking
Als het contact wordt aangezet, gaat gedurende 5 seconden de sleutel branden. De kilometerteller geeft de resterende kilometers (afgerond) tot de eerstvolgende onderhoudscon-trole aan.
Voorbeeld: de afstand tot de eerstvol-gende onderhoudscontrole bedraagt 4 800 km. Als het contact wordt aan-gezet, geeft het display gedurende 5 seconden het volgende aan:
DISPLAY
INSTRUMENTENPANEEL
De afstand tot de eerstvolgende beurt is minder dan 1 000 km.
Voorbeeld: de afstand tot de eerst-volgende onderhoudscontrole be-draagt 900 km.
Als het contact wordt aangezet, geeft het display gedurende 5 seconden het volgende aan:
5 seconden na het aanzetten van het contact treedt de kilometerteller weer in werking en blijft de sleutel branden.
Dit om aan te geven dat er bin-nenkort onderhoudswerkzaamheden uitgevoerd moeten worden. De teller geeft de kilometerstand en de stand van de dagteller aan.
5 seconden na het aanzetten van het contact geeft de teller weer de kilo-meterstand en de stand van de dag-teller aan.

Page 20 of 182

21
Dit heeft na het aanzetten van het contact 3 verschillende functies:
- onderhoudsindicator,- motorolieniveaumeter,- kilometerteller (totale kilometer-stand en dagteller).
Opmerking: de totale kilometerstand en de dagteller worden gedurende dertig seconden na het uitzetten van het contact, bij het openen van het bestuurdersportier en bij het vergren-delen en ontgrendelen van de auto weergegeven.
Het display geeft tevens informatie met betrekking tot de snelheidsre-gelaar of -begrenzer indien één van beiden is ingeschakeld (zie het des-betreffende hoofdstuk).
Onderhoudsindicator
De onderhoudsindicator geeft de afstand tot de volgende onderhouds-controle aan overeenkomstig het on-derhoudsschema van de fabrikant.
Deze afstand wordt berekend vanaf de laatste nulstelling van de onder-houdsindicator (zie het desbetref-fende hoofdstuk) op basis van twee parameters:
- het afgelegde aantal kilometers,- de verstreken tijd sinds de laatste onderhoudscontrole.Opmerking: afhankelijk van de ge-bruiksgewoonten van de bestuurder kan de factor tijd worden meegewogen bij de nog af te leggen kilometers.
Werking
Als het contact wordt aangezet, gaat gedurende 5 seconden de sleutel branden. De kilometerteller geeft de resterende kilometers (afgerond) tot de eerstvolgende onderhoudscon-trole aan.
Voorbeeld: de afstand tot de eerstvol-gende onderhoudscontrole bedraagt 4 800 km. Als het contact wordt aan-gezet, geeft het display gedurende 5 seconden het volgende aan:
DISPLAY
INSTRUMENTENPANEEL
De afstand tot de eerstvolgende beurt is minder dan 1 000 km.
Voorbeeld: de afstand tot de eerst-volgende onderhoudscontrole be-draagt 900 km.
Als het contact wordt aangezet, geeft het display gedurende 5 seconden het volgende aan:
5 seconden na het aanzetten van het contact treedt de kilometerteller weer in werking en blijft de sleutel branden.
Dit om aan te geven dat er bin-nenkort onderhoudswerkzaamheden uitgevoerd moeten worden. De teller geeft de kilometerstand en de stand van de dagteller aan.
5 seconden na het aanzetten van het contact geeft de teller weer de kilo-meterstand en de stand van de dag-teller aan.

Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 ... 190 next >