Peugeot 307 CC 2007 Handleiding (in Dutch)

Page 31 of 182

29
MONOCHROOM DISPLAY C
Toetsen
Druk op het bedieningspaneel van de autoradio RD4:
 op de toets "MENU" voor toegang tot het algemene menu,
 op de toets "" of "" om door de items op het display te scrol-len,
 op de toets "MODE" om de per-manent weergegeven toepassing te wijzigen (boordcomputer, au-dio, ...),
 op de toets "" of "" om de waarde van een instelling te wijzi-gen,
 op de toets "OK" om te bevesti-gen,
of
 op de toets "ESC" om de uitge-voerde handeling af te breken.
Weergave op het display
Dit display kan de volgende informa-tie weergeven:
- de tijd,- de datum,- de buitentemperatuur* (de tempe-ratuur knippert bij kans op glad-heid),- controle van te openen carrosse-riedelen (portieren, achterklep, ...),- audiofuncties (radio, CD, ...),- informatie van de boordcomputer (zie het desbetreffende hoofdstuk).Het display kan tijdelijk waarschu-wingsmeldingen (bijv.: "Storing emis-sieregeling") of informatie (bijv.: "Automatische verlichting actief") weergeven. Deze kunnen worden gewist door op de toets "ESC" te drukken.
Algemeen menu
Druk op de toets "MENU" om het algemene menu weer te geven:
- audiofuncties,- boordcomputer (zie het desbetref-fende hoofdstuk),- persoonlijke instellingen - configu-ratie,- telefoon (handsfree set).Druk op de toets "" of "" om het gewenste menu te selecte-ren en bevestig door op de toets "OK" te drukken.
* Uitsluitend bij auto’s met aircondi-tioning.
Menu "Audiofuncties"
Als de autoradio RD4 is ingeschakeld en dit menu is geselecteerd, kunnen de functies van de radio (RDS, REG, RadioText), de CD-speler of de CD-wisselaar (introscan, willekeurig af-spelen, herhalen van CD) worden geactiveerd of gedeactiveerd.
Raadpleeg voor meer informatie over de audiofuncties het gedeelte "RD4" van het hoofdstuk "Audio en telematica".
Menu "Boordcomputer"
Via dit menu kunt u verschillende in-formaties met betrekking tot de auto raadplegen (logboek waarschuwings-meldingen, status van functies, ...).

Page 32 of 182

!
30
Menu "Persoonlijke instellingen-configuratie"
Als dit menu is geselecteerd, kunnen de volgende functies worden gese-lecteerd:
- parameters van de auto,- configuratie van het display,- taalkeuze.
Configuratie display
Als dit menu is geselecteerd, kunnen de volgende parameters worden ge-selecteerd:
- instellen lichtsterkte-video,- instellen datum en tijd,- kiezen van eenheden.
Voorbeeld: instellen van de tijdsduur van de follow me home-verlichting
 Druk op de toets "" of "" en vervolgens op "OK" om het ge-wenste menu te selecteren.
 Druk op de toets "" of "" en vervolgens op "OK" om het item "Verlichting en signalering" te se-lecteren.
 Druk op de toets "" of "" om de gewenste waarde in te stellen (15, 30 of 60 seconden) en druk op de toets "OK" om te bevesti-gen.
Parameters van de auto instellen
Via dit menu kunnen verschillende systemen van de auto geactiveerd of uitgeschakeld worden:
- follow me home verlichting (zie het hoofdstuk "Zicht"),- parkeerhulp (zie het hoofdstuk "Rij-den").
 Druk op de toets "" of "" en vervolgens op "OK" om "OK" te selecteren en bevestigen of op de toets "ESC" om de uitgevoerde handeling af te breken.
Taalkeuze
Als dit menu is geselecteerd, kan de taal van de weergave van het display worden gewijzigd (Deutsch, English, Español, Français, Italiano, Neder-lands, Portugues, Portugues-Brasil).
Menu "Telefoon"
Als de autoradio RD4 is ingeschakeld en dit menu is geselecteerd, kunt u uw Bluetooth handsfree set configu-reren (koppelen), de verschillende indexen van de telefoon raadplegen (lijst gesprekken, diensten, ...) en uw gesprekken beheren (opnemen, ophangen, wisselgesprek, discretie-functie, ...).
Raadpleeg voor meer informatie over de telefoonfunctie het gedeelte "RD4" in het hoofdstuk "Audio en te-lematica".

Page 33 of 182

31
KLEURENDISPLAY
Weergave op het display
Als het contact is aangezet, geeft het display automatisch en direct de vol-gende informatie weer:
- de tijd,- de datum,- de buitentemperatuur (bij kans op gladheid wordt u gewaarschuwd door een melding).Het display kan tijdelijk waarschu-wingsmeldingen (bijv.: "Brandstofni-veau laag") of de status van functies van de auto (bijv.: "Automatische verlichting actief") weergeven. Deze kunnen worden gewist door op de toets "ESC" te drukken.
Algemeen menu
Als de autoradio/telefoon GPS RT4 is ingeschakeld en dit menu is gese-lecteerd, hebt u toegang tot de vol-gende functies:
- navigatiesysteem,- navigatie met kaart,- verkeersinformatie,- audiofuncties (radio, CD, Jukebox, ...),- indexen en telefoonfuncties,- instellingen van het display en con-figuratie van de uitrusting van de auto,- videoweergave,- diagnose van de auto (logboek waarschuwingsmeldingen en sta-tus van de functies).
Toetsen
Druk op het bedieningspaneel van de autoradio/telefoon GPS RT4:
 op de toets "MENU" voor toegang tot het algemene menu,
 draai aan de knop om een item te selecteren,
 druk op de draaiknop om de se-lectie te bevestigen,
of
 druk op de toets "ESC" om de uit-gevoerde handeling af te breken en terug te keren naar het vorige scherm.
Raadpleeg voor meer informatie over deze functies het gedeelte "RT4" in het hoofdstuk "Audio en telematica".

Page 34 of 182

32
Taalkeuze
Als dit menu is geselecteerd, kunnen de volgende parameters worden ge-selecteerd:
- keuze van de taal van de informa-tie en de gesproken commando’s (Français, English, Italiano, Por-tugues, Español, Deutsch, Neder-lands).
Configuratie van het display
Als dit menu is geselecteerd, kunnen de volgende parameters worden ge-selecteerd:
- selecteren van het voor de weer-gave beschikbare kleurenpalet,- instellen van de lichtsterkte en de helderheid van het display,- instellen van de datum en tijd (weergave in 12 of 24 uur, instellen minuten via GPS),- instellen van eenheden (tempe-ratuur in °Celsius of °Fahrenheit; brandstofverbruik in l/100 km, mpg of km/l).
Geluiden
Als dit menu is geselecteerd, kunnen de volgende parameters worden ge-selecteerd:
- instellen van de gesproken com-mando’s,- instellen van de spraaksynthese (volume navigatie-aanwijzingen en overige berichten, mannelijke of vrouwelijke stem),- activeren van de AUX-ingang.
Parameters van de auto instellen
Via het menu "Parameters van de auto instellen" kunnen verschillende systemen van de auto geactiveerd of uitgeschakeld worden:
- parkeerhulp (zie het hoofdstuk "Rij-den"),- follow me home verlichting en tijds-duur (zie het hoofdstuk "Zicht"),
Menu "Configuratie"
 Druk op de toets "MENU" van de autoradio/telefoon GPS RT4 voor toegang tot het algemene menu.
 Draai aan de knop om het menu "Configuratie" te selecteren en druk op de knop om te bevesti-gen.
Vanuit dit menu hebt u toegang tot de volgende functies:

Page 35 of 182

i
!
33
Menu "Video"
In het dashboardkastje bevinden zich drie audio-/videoaansluitingen waar-op u een videoapparaat (camcorder, digitale camera, DVD-speler, ...) kunt aansluiten.
De videoweergave werkt uitslui-tend bij stilstaande auto.
Als dit menu is geselecteerd, hebt u toegang tot de volgende functies:
- "Videofunctie activeren" om de vi-deofunctie in of uit te schakelen,- "Parameters video" om het formaat van de weergave, de lichtsterkte, het contrast en de kleuren in te stellen. Druk op de toets "MODE" of "DARK" om de weergave van de videofunctie te onderbreken.
 Druk herhaaldelijk op de toets "SOURCE" om in plaats van de vi-deofunctie een andere functie van het audiosysteem te selecteren.
 Selecteer het item "Tijdsduur fol-low me home" en bevestig.
Voorbeeld: instellen van de tijdsduur van de follow me home-verlichting
 Draai aan de knop om het menu "Configuratie" te selecteren en druk op de knop om te bevestigen.
 Selecteer de tijdsduur en druk op de knop.
 Draai aan de knop om de tijds-duur in te stellen (15, 30 of 60 se-conden) en druk op de knop.
 Selecteer "OK" en bevestig.

Page 36 of 182

34
1. Uitstroomopeningen voorruitontwaseming.
2. Uitstroomopeningen zijruitontwaseming.
3. Zijventilatieroosters.
4. Middelste ventilatieroosters.
5. Uitstroomopening voor beenruimte voor.
6. Uitstroomopening voor beenruimte achter.
Gebruiksadviezen
 Als de temperatuur in de auto na-dat deze een tijd in de zon heeft gestaan erg hoog is opgelopen, is het raadzaam het interieur enige tijd te laten doorluchten.
Zet de luchttoevoer ver genoeg open voor een optimale verver-sing van de lucht in het interieur.
Als de knop voor de luchttoevoer in de stand 0 staat (systeem uit-geschakeld), wordt het thermische comfort niet meer gewaarborgd. Er kan echter een kleine luchtstroom worden waargenomen, die wordt veroorzaakt door de rijwind.
 Let er voor een gelijkmatige ver-deling van de lucht naar het interi-eur op dat het luchtinlaatrooster, de uitstroomopeningen in de auto, de luchtkanalen onder de voor-stoelen en de ventilatieopeningen in de bagageruimte vrij blijven. Zorg ervoor dat het interieurfilter in een goede staat verkeert.
Vervang de filterelementen perio-diek. Als de auto onder zware om-standigheden wordt gebruikt, ver-vang de elementen dan tweemaal zo vaak.VENTILATIE

Page 37 of 182

i
35
De airconditioning werkt uitsluitend bij draaiende motor.
Automatische werking
1. Automatisch programma "comfort"
Om bij koude motor de toevoer van koude lucht te beperken, wordt de aanjagerregeling geleidelijk op het optimale niveau gebracht.
De bestuurder en de voor-passagier kunnen de tem-peratuur afzonderlijk naar passagier kunnen de tem-passagier kunnen de tem-
wens instellen.De op het display weerge-geven waarde heeft betrekking op De op het display weerge-De op het display weerge-
een bepaald comfortniveau en niet geven waarde heeft betrekking op geven waarde heeft betrekking op
op de werkelijke temperatuur in gra-den Celsius of Fahrenheit.op de werkelijke temperatuur in gra-op de werkelijke temperatuur in gra-
Draai de knop 2 of 3 naar links of naar rechts om deze waarde te verlagen of te verhogen.Voor een optimaal comfort wordt de waarde 21 aanbevolen. Niettemin is afhankelijk van uw wensen een af-stelling tussen 18 en 24 gebruikelijk.
Voor een optimaal comfort is het raadzaam de temperatuur links en rechts zo in te stellen dat Voor een optimaal comfort is het raadzaam de Voor een optimaal comfort is het raadzaam de
het verschil niet meer dan 3 bedraagt.temperatuur links en rechts zo in te stellen dat temperatuur links en rechts zo in te stellen dat
Om het interieur maximaal te koelen of te verwarmen kan de temperatuur lager dan 15 worden ingesteld door de knop naar links te verwarmen kan de temperatuur lager dan 15 verwarmen kan de temperatuur lager dan 15
draaien tot worden ingesteld door de knop naar links te worden ingesteld door de knop naar links te "LO" worden ingesteld door de knop naar links te worden ingesteld door de knop naar links te wordt weergegeven of hoger worden ingesteld door de knop naar links te worden ingesteld door de knop naar links te
dan 27 worden ingesteld door de knop naar wordt weergegeven of hoger wordt weergegeven of hoger
rechts te draaien tot dan 27 worden ingesteld door de knop naar dan 27 worden ingesteld door de knop naar "HI" dan 27 worden ingesteld door de knop naar dan 27 worden ingesteld door de knop naar wordt weergegeven.dan 27 worden ingesteld door de knop naar dan 27 worden ingesteld door de knop naar
4. Automatisch programma "zicht"In sommige gevallen kan het programma "comfort" niet toereikend blijken om de rui-ten condens- en ijsvrij te hou-den (vocht, veel inzittenden, vorst...). Kies dan het programma "zicht" om de ruiten snel te ontwasemen.
Kies in dat geval het automatische pro-gramma "zicht". Het verklikkerlampje in de toets 4 gaat branden.44
Het systeem regelt automatisch de airconditioning, de luchtopbrengst, de luchttoevoer en de luchtverdeling naar de luchtroosters voor een optimale ontwase-ming van de voorruit en zijruiten.
Druk nogmaals op de toets 4 of op de toets 44"AUTO" om dit programma af te sluiten. Het verklikkerlampje in de toets gaat uit en de aanduiding "AUTO" verschijnt.
Druk op de toets "AUTO". Het symbool "AUTO" wordt weergegeven.
Het is raadzaam deze stand te gebruiken: het systeem regelt de temperatuur, de luchtop-brengst, de luchtverdeling naar de luchtroosters en de luchtrecircu-latie automatisch en optimaal aan de hand van de door u ingestelde waarde. Het systeem kan tijdens alle seizoenen effectief gebruikt worden, mits de ruiten zijn gesloten.
2. Regeling bestuurderszijde
3. Regeling passagierszijde
AUTOMATISCHE AIRCONDITIONING MET GESCHEIDEN REGELING

Page 38 of 182

36
Handmatige bediening
Al naar gelang uw wensen kunt u de automatische bediening van het systeem handmatig aanpassen. De overige functies worden automatisch geregeld.
Bij het indrukken van de toets "AUTO" zal het systeem weer volle-dig automatisch functioneren.
Bij het indrukken van deze toets wordt de airconditio-ning uitgeschakeld.
Schakel deze stand niet te lang in (kans op beslagen ruiten, stank, vochtigheid).
Druk de toets nogmaals in zodra dit mogelijk is om de automatische wer-king van de airconditioning te hervat-ten. De aanduiding A/C verschijnt op het display.
6. Regeling luchtverdeling
Druk deze toets herhaalde malen in om de luchtstroom te verdelen naar:
- de voorruit en de zijruiten (ontwa-semen en ontdooien).- de voorruit, de zijruiten en de been-ruimte.- de beenruimte.- de linker, rechter en middelste ven-tilatieroosters en de beenruimte.- de linker, rechter en middelste ventilatieroosters.
7. Regeling luchtopbrengst
De luchtopbrengst kan vergroot of verkleind worden door respectievelijk de toets "kleine propeller" of "grote propeller" in te drukken.
Het symbool van de luchtopbrengst, de propeller, wordt afhankelijk van de ingestelde waarde geleidelijk voller.
8. Toevoer van buitenlucht/luchtrecirculatie
9. Achterruitverwarming en verwarming buitenspiegels
10. Uitschakelen van het systeem
Druk op de toets "kleine propeller" van de luchtopbrengstregeling 7 tot het symbool van de propeller is ver-dwenen.
Alle functies van de airconditioning worden dan uitgeschakeld, behalve de achterruitverwarming 9.
Het thermisch comfort wordt niet meer gewaarborgd. Er kan echter een kleine luchtstroom worden waar-genomen, die wordt veroorzaakt door de rijwind.
Druk op de toets "grote propeller" van de luchtopbrengstregeling 7 of de toets AUTO om het systeem weer met de laatst ingestelde waarden in te schakelen.
Bij het indrukken van deze toets wordt de lucht in het interieur gerecirculeerd. Het symbool van de lucht-recirculatie 8 wordt weer-gegeven.
De luchtrecirculatie dient om de toevoer van buitenlucht bij stank en stofoverlast af te sluiten.
Gebruik de luchtrecirculatie alleen als dit echt nodig is (om te voorko-men dat de ruiten beslaan en de luchtkwaliteit in het interieur achter-uitgaat).
Druk de toets zodra de luchtrecircu-latie niet meer nodig is nogmaals in om de toevoer van buitenlucht te her-vatten en het beslaan van de ruiten te voorkomen.
5. Airconditioning aan/uit
Druk op deze toets om de achterruit- en buitenspie-gelverwarming in te scha-kelen. Het verklikkerlampje in de toets 9 gaat branden.
De verwarming wordt auto-matisch uitgeschakeld om onnodig stroomverbruik te voorkomen.
Het is mogelijk de achterruitverwar-ming en de verwarming buitenspie-gels eerder uit te schakelen door de toets nogmaals in te drukken.
Opmerking: Deze functie is uitge-schakeld wanneer het dak in de ba-gageruimte is opgeborgen.

Page 39 of 182

i
37

Page 40 of 182

i
!
38
Elektrisch verstelbare buitenspiegels
Verstellen
 Zet de knop A naar links of rechts om de desbetreffende spiegel te selecteren.
 Duw de knop B in de 4 richtingen om de spiegel af te stellen.
 Zet de knop A weer in het midden.AA
Inklappen
- vanuit het interieur: trek bij aangezet contact de scha-kelaar A naar achteren.
- van buitenaf: vergrendel de auto met de afstandsbediening of de sleutel.
Uitklappen
- vanuit het interieur: trek bij aangezet contact de scha-kelaar A naar achteren.
- van buitenaf: ontgrendel de auto met de afstandsbediening of de sleutel.
SPIEGELS
Opmerking: als de buitenspiegels zijn in-geklapt met behulp van de schakelaar A, worden ze niet automatisch uitgeklapt als de auto wordt ontgrendeld met de afstands-bediening of de sleutel. Trek hiervoor de schakelaar A nogmaals naar achteren.AA

Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 ... 190 next >