PEUGEOT 5008 2014 Instructieboekje (in Dutch)

Page 11 of 404

.In één oogopslag
9
Cockpit




1.
Schakelaar snelheidsregelaar/
snelheidsbegrenzer.

2.
Hendel stuurwielverstelling.

3.
Schakelaar verlichting en
richtingaanwijzers.

4.
Instrumentenpaneel.

5.
Airbag bestuurder.
Claxon.

6.
Ver snellingshendel.

7.
Elektrische parkeerrem.

8.
12V- aansluiting.

9.
Bediening panoramadak.

10.
Opbergvak bestuurderszijde
(Instructieboekje).

11.
Hendel motorkapontgrendeling.

12 .
Schakelaars buitenspiegels.
Schakelaars ruitbediening.
Kinderbeveiliging.

13.
Handmatig verstellen van de koplampen.

14 .
Buitenste rij drukschakelaars.

15.
Zijruitontwaseming.

16.
Voor r uitont waseming.

Page 12 of 404

In één oogopslag
10
Cockpit




1.
Contact-/stuurslot.

2.
Stuurkolomschakelaar audio- en
telematicasysteem.

3.
Schakelaar ruitenwissers/ruitensproeiers/
boordcomputer.

4.
Verstelbare en afsluitbare middelste
ventilatieroosters.

5.
Head-up display.

6.
Multifunctioneel display.

7.
Uitschakelen passagiersairbag.

8.
Verstelbaar en afsluitbaar
zijventilatierooster.

9.
Dashboardkastje - Aansluitingen audio/
video.

10.
Middenconsole.

11.
12V- aansluiting.

12 .
Bedieningspaneel verwarming/
airconditioning.

13.
Audio- en telematicasysteem.

14 .
Tu i m e l s c h a k e l a a r s .

Page 13 of 404

.
66
67
In één oogopslag
11
Comfort


Bestuurdersstoel


In lengterichting
In hoogte



Handmatig verstellen

Elektrisch verstellen


Rugleuningverstelling

Page 14 of 404

68, 69
80
119, 122
In één oogopslag
12
Comfort


Voor sto el en


Hoogte- en hoekverstelling van
de hoofdsteun

Lendensteun



Stuurwiel verstellen



1.
Ontgrendelen van het stuur wiel met de
hendel.

2.
Verstellen in hoogte en diepte.

3.
Vergrendelen van het stuur wiel met de
hendel.
Voer deze handelingen om veiligheidsredenen
uitsluitend uit bij stilstaande auto.


Middenconsole

De middenconsole bevat veel opbergruimte
(plaats voor 2 flessen, ...) voor de bestuurder
en voorpassagier, en een multimediasysteem
voor de achterpassagiers (volgens uitvoering).

Page 15 of 404

.
78
79
79158
In één oogopslag
13
Comfort


Buitenspiegels


Verstellen


A.
Selecteren van de te verstellen
buitenspiegel.

B.
Verstellen van de buitenspiegel in vier
richtingen.

Binnenspiegel


Handmatig verstellen



1.
Selecteren van de dagstand van de spiegel.

2.
Verstellen van de binnenspiegel.


Automatische binnenspiegel



1.
Verstellen van de binnenspiegel.




Veiligheidsgordels vóór



1.
Vastmaken van de gesp.

2.
In hoogte verstellen.

En verder...


C.
Inklappen
Uitklappen.

Page 16 of 404

101
102152
109
11 0
In één oogopslag
14
Zicht


Verlichting


Ring A

Uit.


Ring B

Parkeerlicht.
Dimlicht/grootlicht.
Mistachterlicht.
of
Mistlampen vóór en mistachterlicht.
Automatisch inschakelen verlichting.


Richtingaanwijzer

Beweeg de verlichtingshendel omhoog
of omlaag tot voorbij het zware punt. De
richtingaanwijzers aan de desbetreffende zijde
functioneren totdat ze worden uitgeschakeld.

Functie "drie keer knipperen"

Beweeg de verlichtingshendel kort omhoog
of omlaag tot aan het zware punt. De
richtingaanwijzers aan de desbetreffende zijde
knipperen drie keer.
Deze functie is bij elke snelheid beschikbaar,
maar is in het bijzonder geschikt voor het
wisselen van rijstrook op snelwegen.



Ruitenwissers


Hendel A: ruitenwissers vóór

Inschakelen van de stand "AUTO"



)
Beweeg de hendel omlaag en laat deze
los.



Uitschakelen van de stand "AUTO"



)
Beweeg de hendel omhoog en zet deze
ver volgens in de stand "0"
.



Ring B: ruitenwisser achter

Uit.
Interval.
Ruitensproeier.

Page 17 of 404

.In één oogopslag
15

Automatische airconditioning:
het is raadzaam de volautomatische werking te selecteren met de toets "AUTO "
.

Vent ilat ie


Aanbevolen instellingen



Gewenste werking



Verwarming of handbediende airconditioning




Luchtverdeling



Luchtopbrengst



Luchtrecirculatie
/
toevoer van buitenlucht



Te m p e r a t u u r



Handbediende
airconditioning




WARM







KOUD






ONTWASEMEN

ONTDOOIEN


Page 18 of 404

27
30
198
156
87
201
195
173
152
175
92
In één oogopslag
16
Controle tijdens het rijden


Instrumentenpanelen



A.
Als het contact wordt aangezet, moet de
wijzer van de brandstofmeter de resterende
hoeveelheid brandstof aangeven.

B.
Bij draaiende motor moet het verklikkerlampje
laag brandstofniveau uitgaan.

C.
Als het contact wordt aangezet, moet de
motorolieniveaumeter enkele seconden
de melding "OIL OK"
weergeven (volgens
uitvoering).
Ga indien nodig tanken of vul olie bij.


Verklikkerlampjes



1.
Als het contact wordt aangezet, gaan de
oranje en rode verklikkerlampjes branden.

2.
Bij draaiende motor moeten deze lampjes
weer uitgaan.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek als er
lampjes blijven branden.


Rijen drukschakelaars


Het branden van een lampje geeft de staat van
de desbetreffende functie aan.


A.
Parkeerhulp met grafische
weergave en geluidssignalen.

B.
ASR /CDS OFF.

C.
Interieurbeveiliging.

D.
Intelligente parkeerhulp.

E.
Stop & Start-systeem.

F.
Head-up display.

G.
Alarmknipperlichten.

Buitenzijde




Midden



H.
"Distance alert".

I.
Centrale vergrendeling.

Page 19 of 404

.
163
159
151
In één oogopslag
17
Veiligheid voor de inzittenden


Airbag voorpassagier



1.
Steek de sleutel in de schakelaar.

2.
Selecteer de stand:
"OFF"
(uitschakelen) wanneer een kinderzitje
"met de rug in de rijrichting" is bevestigd,
"ON"
(inschakelen) wanneer een passagier
op de voorstoel zit of een kinderzitje "met
het gezicht in de rijrichting" is bevestigd.

3.
Ver wijder de sleutel zonder de stand van
de schakelaar te veranderen.



Veiligheidsgordels en airbag
vóór aan passagierszijde


A.
Veiligheidsgordels voor en/of achter niet
vastgemaakt of weer losgemaakt.

B.
Veiligheidsgordel links voor.

C.
Veiligheidsgordel rechts voor.

D.
Veiligheidsgordel rechts achter.

E.
Veiligheidsgordel midden achter.

F.
Veiligheidsgordel links achter.

G.
Airbag vóór aan passagierszijde
uitgeschakeld.

H.
Airbag vóór aan passagierszijde actief.


Elektrische
kinderbeveiliging
Het branden van een lampje geeft de status
van de desbetreffende functie aan.
Vergrendeling van de achterportieren en
blokkeren van de ruitbediening achter.


7 zitplaatsen (derde zitrij)


I.

Verklikkerlampje veiligheidsgordel rechts achter.

J.
Verklikkerlampje veiligheidsgordel links achter.

Page 20 of 404

73
74
74
In één oogopslag
18
Stoelen indelen


Vloerplaat
Stoelen terugplaatsen



)
Beweeg de rugleuning omhoog en duw
deze naar achteren tot de rugleuning
blokkeert.



Vanuit de bagageruimte



)
Trek aan de riem B
om de stoel te
deblokkeren en duw de rugleuning licht
naar voren.




Inklappen van de stoelen
op de tweede zitrij



)
Trek de riem A
met kracht omhoog om de
stoel te deblokkeren en blijf trekken tot de
stoel volledig ingeklapt is.



Toegang tot de zitplaatsen
op de derde zitrij


)
Klap de uitklapbare tafeltjes aan de
stoelen op de tweede zitrij in, indien deze
uitgeklapt zijn.

)
Houd de hendel D
omhoog, de stoel wordt
gedeblokkeerd en de zitting klapt omhoog
tegen de rugleuning.

)
Duw de rugleuning van de stoel naar voren
ter wijl u de hendel D
naar voren houdt.


7 zitplaatsen



)
Verschuif na het inklappen van de stoelen
de vloerplaat met behulp van handgreep C
.

Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 ... 410 next >