dashboard Peugeot 508 2012 Handleiding (in Dutch)
Page 12 of 340
10
In één oogopslag
9.Zekeringkast. 
10.   Zijruitontwaseming.
11.Voor r uitont waseming. 
12 .Contact-/stuurslot.
13.   Starten met de elektronische sleutel.14 . 
 Bediening op het stuur wiel van deautoradio. 
15.   Schakelaar ruitenwissers/ruitensproeiers/boordcomputer. 
16.Schakelaar alarmknipperlichten en centrale
vergrendeling.
17.   Display.
 
Cockpit 
1. 
 Schakelaars snelheidsregelaar/-begrenzer. 2. 
 Koplampverstelling. 3. 
 Schakelaar verlichting en
richtingaanwijzers. 4. 
 Instrumentenpaneel.5. 
 Airbag bestuurder.  Claxon. 
6.Ver snellingspook. 
7.   12V- aansluiting.
USB-/Jack-aansluitingen.8.Hendel motorkapontgrendeling.
18.Middelste verstelbare en afsluitbareventilatieroosters. 19.   Airbag passagier. 
20. 
 Verstelbare en afsluitbarezijventilatieroosters. 21.Dashboardkastje / Uitschakelingpassagiersairbag. 22. 
 Elektrische parkeerrem.23. 
  Middenarmsteun met opbergvakken.24. 
 Opbergvakken (volgens uitvoering). 25.Autoradio.26.Bedieningspaneel ver warming/airconditioning.   
Page 19 of 340
.
17
In één oogopslag
  Veiligheid voor alle inzittenden 
1. 
  Open het dashboardkastje.2.Steek de sleutel in de schakelaar.3.Selecteer de stand:"ON"(inschakelen) wanneer een passagier op
de voorstoel zit of een kinderzitje voor ver voer 
met het gezicht in de rijrichting is bevestigd,  "OFF"(uitschakelen) wanneer een kinderzitje voor 
ver voer met de rug in de rijrichting is bevestigd. 4.   Ver wijder de sleutel zonder de stand van de schakelaar te veranderen.  
 
 
Airbag voorpassagier 
170
A. 
 Verklikkerlampje niet-vastgemaakte/losgemaakte veiligheidsgordels voor.  
Veiligheidsgordels voor en
frontairbag aan passagierszijde
171
B. 
 Verklikkerlampje storing van één van de 
a
irbags. C.   Verklikkerlampje ingeschakelde frontairbagaan passagierszijde.  
168 
Page 28 of 340
26
Controle tijdens het rijden
ControlelampjeStatusOorzaakActies / Opmerkingen
   
 
 
Automatischeruitenwisserspermanent.De ruitenwisserschakelaar is naar beneden bewogen.De automatische stand van de ruitenwissers vóór isgeactiveerd.Beweeg om de automatische stand van de 
ruitenwissers te deactiveren de hendel omlaag of zet de hendel in een andere stand. 
Airbag aan
passagierszijde
permanent op het
displa
y van de 
verklikkerlampjes voor de veiligheidsgordels en de airbag vóór aan passagierszijde. 
De schakelaar in het dashboardkastje
staat in de stand "ON". De passagiersairbag vóór is geactiveerd.Plaats in dit geval geen kinderzitje metde rug in de rijrichting op de stoel van de
voorpassagier. 
Zet de schakelaar in de stand "OFF" 
 om de
passagiersairbag vóór uit te schakelen.
In dit geval kunt u een kinderzitje met de rug in de 
rijrichting plaatsen. 
   Stop & Start 
 
permanent.  Het Stop & Star t-systeem heeft 
de motor in de STOP-stand gezet(verkeerslicht, stopbord, opstopping,enz.).  Het lamp
je gaat uit en de motor wordt automatischgestart als u wilt wegrijden. 
   
knippert enkeleseconden en gaatdan uit.    De 
STOP-stand is nu nietbeschikbaar. 
 of 
 De motor wordt automatisch gestart.   Raadplee
g het hoofdstuk 
"Rijden - § Stop & Start-systeem" voor 
bijzonderheden van de Stop- en Start-stand.  
Page 29 of 340
1
27
Controle tijdens het rijden
  De volgende verklikkerlampjes geven aan dat de desbetreffende functie handmatig is uitgeschakeld.  Soms klinkt er ook een geluidssignaal en verschijnt er een melding op het display van het instrumentenpaneel.  
 
ControlelampjeStatusOorzaakActies / Opmerkingen
 
 
 
 Passagiersairbag 
 
permanent, op het displayvan de verklikkerlampjes 
voor de veiligheidsgordels en de airbag vóór aan 
passagierszijde. 
De schakelaar in het dashboardkastjestaat in de stand "OFF".
De airbag vóór aan passagierszijde is 
uitgeschakeld.   
 
Z
et de schakelaar in de stand "ON" om de airbag vóór 
aan passagierszijde in te schakelen. 
Bevestig in dit geval op deze zitplaats geen kinderzitjemet de rug in de rijrichting.
CDS/ASR(ESP)   
permanent. De toets (op het wegklapbare paneel, linksonder op het dashboard)wordt ingedrukt. Het bijbehorende 
verklikkerlampje gaat branden. 
De functie CDS/ASR wordt 
uitgeschakeld.CDS: dynamische stabiliteitscontrole. 
 ASR: antispinregeling.   Druk op de toets om de functie CDS/ASR in te
schakelen. Het verklikkerlampje dooft.
  De functie CDS/ASR wordt automatisch ingeschakeld
als de motor wordt gestart. 
 Als het systeem is uitgeschakeld, wordt het
automatisch opnieuw ingeschakeld bij snelheden hoger dan ongeveer 50 km/h. 
Page 36 of 340
34
i
Controle tijdens het rijden
   
*  
 Volgens land van bestemming.
CHECK (automatische controle van de auto) 
Automatische CHECK 
Contact aan: alle pictogrammen van degecontroleerde functies worden weergegeven.
Na enkele seconden doven ze. Gelijktijdig wordt automatisch een CHECK(automatische controle van de auto) uitgevoerd. 
In het geval van een storing 
Er is een "kleine" storing gesignaleerd: de 
desbetreffende waarschuwingslampjes gaan branden en vervolgens weer uit.U kunt de auto starten, maar raadpleeg zo snel mogelijk het PEUGEOT-netwerk of eengekwalificeerde werkplaats. 
Er is een "grote" storing gesignaleerd: de
desbetreffende waarschuwingslampjes
blijven branden, in combinatie met het lampjeSTOP of SERVICE. Start de auto niet.
Neem zo snel mogelijk contact op met het
PEUGEOT- net wer k of een gekwalificeerde
werkplaats.
   
Handmatige CHECK
 
Druk op de knop  "CHECK" 
 van het 
instrumentenpaneel om de CHECK (automatische controle van de auto) handmatig te activeren. 
  Met behulp van deze functie kunnen op elk gewenst moment (contact aan of bij draaiende 
motor) de aanwezige waarschuwingsmeldingen 
worden weergegeven.
Zolang de airbag aan passagierszijde isuitgeschakeld *  , wordt het desbetreffende pictogram constant weergegeven.  
Het display van het instrumentenpaneel geeft bij draaiende motor en tijdens het rijden 
 de pictogrammen
weer die een storing aangeven (in geval van een storing). 
 Als er geen storing wordt gesignaleerd, kunt ude motor starten.
   
Dimmer verlichting 
 
Druk, als de verlichting brandt, op de 
knop  Bom de dashboardverlichting en de sfeerverlichting sterker te laten branden of op 
de knop  Aom de verlichting te dimmen.
  Laat de knop los zodra de gewenste lichtsterkteis bereikt. 
Page 76 of 340
74
Comfort
   
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Indeling interieur 
Gekoeld dashboardkastjeHet dashboardkastje is voorzien van een
ventilatieopening die met een draaiknop kan worden afgesloten. Via deze openingwordt koude lucht toegevoerd.
2.    Opbergvakken (volgens uitvoering)3.Wegklapbare bekerhoudersDruk op het deksel om de bekerhouder teopenen.4.Uitneembare asbakDruk op het deksel om de asbak te openen.
Asbak legen: trek de asbak omhoog om
deze te ver wijderen.5.Vakje voor kleingeld
6. Opbergvak met schuifdeksel7.Middenarmsteun vóór8.12V- aansluitingen vóór (120 W)Houd u aan het maximaal toegestane 
vermogen om schade aan uw apparatuur te voorkomen. 9.Peugeot Connect USB