Peugeot Boxer 2005 Handleiding (in Dutch)

Page 1 of 164

4
01-01-2005
5IN EEN OOGOPSLAG

Page 2 of 164

4
01-01-2005
5
1 - Opbergvak.
2 - Zijventilatierooster links.
3 - Licht-/richtingaanwijzerscha-
kelaar.
4 - Instrumentenpaneel.
5 - Schakelaar ruitenwissers/-
sproeiers.
6 - Versnellingshendel.
7 - Middelste verstelbare roosters
verwarming/ ventilatie en
regeling luchtopbrengst.
8 - Opklapbaar schrijfplateau.
9 - Inbouwruimte autoradio of
opbergvak.
10 - Schakelaars:
- Verwarming ruiten achterdeuren.
- Mistlampen vóór.
- Alarmknipperlichten.
- Mistachterlicht.
- ASR.
11 - Opbergvak.
12 - Bovenste opbergvak.
Airbag passagierszijde.
13 - Zijventilatierooster rechts.
14 - Opbergvak.
15 - Zekeringkast rechts.
16 - Opbergvak.
17 - Dashboardkastje.
18 - 12 V-aansluiting.
19 - Bediening verwarming/
airconditioning.
20 - Opbergvak.
21 - Asbak.
22 - Aansteker.
23 - Uitschakeling airbag aan
passagierszijde.
24 - Stuurkolomschakelaar. 25 -
Airbag bestuurderszijde.
Claxon.
26 - Hoogteverstelling koplampen.
27 - Motorkapontgrendeling.
28 - Zekeringkast links.
29 - Standkachel.
* Volgens land van bestemming.
IN EEN OOGOPSLAG
01-01-2005

Page 3 of 164

67
01-01-2005
DE SLEUTELS
Met de sleutels kunnen de sloten van
zowel de voorportieren, de brand-
stofvulklep als het dashboardkastje
onafhankelijk van elkaar worden be-
diend, kan de airbag aan de passa-
gierszijde worden uitgeschakeld en
kan het contactslot worden bediend.
STARTEN
STOP:
het contact is afgezet.
1e
stand, MAR (Accessoires):
het contact is afgezet, maar de ac-
cessoires kunnen wel functioneren.
Stand AVV (Starten):
de startmotor wordt in werking gezet.
Stand PARK:
in deze stand kunnen, terwijl het
contact is afgezet en de sleutel is
verwijderd, de parkeerlichten blijven
branden.
Afstandsbediening
Vergrendelen
Druk op de knop
A om de auto te
vergrendelen.
Ontgrendelen
Druk op de knop B om de auto te
ontgrendelen.
Centrale vergrendeling
Met behulp van de sleutel in het slot
van het bestuurdersportier kunnen
de voorportieren, de schuifdeuren
en de achterdeuren worden ver- en
ontgrendeld.
Als één van de portieren is geopend,
werkt de centrale vergrendeling niet.
Met de afstandsbediening kunnen
dezelfde functies worden uitge-
voerd.
52
IN EEN OOGOPSLAG
01-01-2005

Page 4 of 164

67
01-01-2005
RUITENWISSERS
4 Eén keer wissen.
0 Uit.
1 Intervalstand.
2 Normale snelheid
(normale neerslag).
3 Hoge snelheid
(zware neerslag).
Ruitensproeier: trek de hendel naar
u toe.
SCHAKELAARS OP
STUURKOLOM
VERLICHTING
Verlichting vóór en achter
Lichten uit
Parkeerlichten
Dimlicht
Grootlicht Mistlampen vóór.
Mistachterlicht.
Auto's met mistlampen vóór
en mistachterlicht
59
60
IN EEN OOGOPSLAG

Page 5 of 164

8
01-01-2005
9
VOORSTOELEN
Bestuurders- en passagiersstoel
(1 zitplaats)
Opmerking: de 2-persoons passa-
giersbank is niet verstelbaar.
1 - Hoogteverstelling van de hoofd-
steun.
Ga nooit rijden als de hoofd-
steunen zijn verwijderd.
2 - Verstelling van de lendensteun
(bestuurdersstoel).
3 - Verstelling van de hoek van de
rugleuning.
4 - Hoogteverstelling van de
bestuurdersstoel.
5 - Verstelling in de lengterichting.
6 - Armleuning (bestuurdersstoel).
7 - Regeling variabele demping
(bestuurdersstoel).
Stoelverwarming
De temperatuur wordt automatisch
aangepast aan de temperatuur in het
interieur.
44
IN EEN OOGOPSLAG

Page 6 of 164

8
01-01-2005
9
AIRBAGS
De airbags zijn speciaal ontworpen
voor een betere veiligheid van de
inzittenden bij ernstige aanrijdingen:
ze vormen een aanvulling op de wer-
king van de veiligheidsgordels.
Airbags voor
Deze zijn voor de bestuurder in het
midden van het stuurwiel en voor de
passagier in het dashboard aange-
bracht. Ze worden tegelijkertijd ge-
activeerd, behalve als de airbag aan
passagierszijde is uitgeschakeld.
Voorzorgsmaatregelen met
betrekking tot de airbag aan
passagierszijde F schakel de airbag uit als u een
kinderzitje met de rug in de rijrich-
ting op de voorstoel plaatst.
F schakel de airbag in als er een
passagier op de voorstoel zit. Uitschakelen airbag aan
passagierszijde* F
steek, als het contact is afgezet,
de sleutel in de schakelaar 1 en
draai deze in de stand "OFF".
Zet, zodra u het kinderzitje verwij-
dert, de schakelaar in de stand "ON"
om de airbag weer in te schakelen.
Zijairbags*
De zijairbags zijn geïntegreerd in de
rugleuning van de voorstoelen aan
de zijde van de portieren.
Ze worden aan de zijde waar de aan-
rijding plaatsvindt opgeblazen.
* Volgens land van bestem-ming.
Controle van werking
Als de airbag aan passa-
gierszijde is uitgeschakeld
(schakelaar in de stand
"OFF"), zal bij het aanzet-
ten van het contact (1 e
stand van de
sleutel) het verklikkerlampje gaan
branden.
Het verklikkerlampje blijft branden
zolang de airbag aan passagiers-
zijde is uitgeschakeld.
74 75
IN EEN OOGOPSLAG
01-01-2005

Page 7 of 164

10
01-01-2005
11
01-01-2005
ELEKTRISCH BEDIENBARE
RUITEN
1. Schakelaar ruitbediening aan bestuurderszijde.
2. Schakelaar ruitbediening aan passagierszijde.
Handbediening:
F Duw of trek de schakelaar tot aan
het zware punt. De ruit stopt zodra
de schakelaar wordt losgelaten.
Automatische bediening:
F Duw of trek de schakelaar voorbij
het zware punt. De ruit opent of
sluit (bestuurderszijde) volledig.
ELEKTRISCH BEDIENBARE
BUITENSPIEGELS
De buitenspiegels bestaan uit twee
gedeelten.
F Draai de schakelaar 3 naar rechts
of naar links om de desbetref-
fende spiegel te selecteren.
F Beweeg de schakelaar in de
4 richtingen om de spiegel af te
stellen.
F Plaats de schakelaar weer in de
stand 0.
STUURWIEL IN HOOGTE
VERSTELLEN
F Trek, bij stilstaande auto, aan de
hendel E om het stuurwiel te ont-
grendelen.
F Verstel het stuurwiel in hoogte.
F Vergrendel het stuurwiel door de
hendel E volledig in te drukken.
61 62 63 IN EEN OOGOPSLAG

Page 8 of 164

1415
01-01-2005
BRANDSTOF TANKEN
Het tanken dient met afgezette mo-
tor te gebeuren.
F Open de brandstofvulklep door op
de voorste rand te drukken.
F Steek de sleutel in het slot en
draai deze linksom.
F Trek de tankdop uit de vulopening
en bevestig deze aan de haak aan
de binnenzijde van de vulklep.
Op de vuldop staat de voorgeschre-
ven soort brandstof aangegeven.
Laat het vulpistool bij het aftanken
van de auto nooit meer dan 3 keer
automatisch uitspringen. Indien dit
wel gebeurt, kunnen er storingen
optreden. De inhoud van de brandstoftank
bedraagt circa 70 liter.
F
Vergrendel na het tanken de tank-
dop en sluit de vulklep.
MOTORKAP OPENEN
Binnenzijde: druk op de knop links
onder het dashboard.
Buitenzijde: druk de vei-
ligheidshaak omhoog, til
de motorkap op en zet de
motorkapsteun vast om de
motorkap open te houden.
Verklikkerlampje
brandstofreserve
Op het moment dat het
lampje gaat branden, is er
nog ongeveer 8 liter brandstof in de
tank aanwezig.
58
58
IN EEN OOGOPSLAG

Page 9 of 164

10
01-01-2005
11
01-01-2005
AUTOMATISCHE
TRANSMISSIE "TIPTRONIC-
SYSTEEM PORSCHE"
Bij de automatische transmissie met
vier versnellingen kunt u kiezen uit
volautomatische bediening , aan-
gevuld met het programma sneeuw,
of handmatig schakelen.
Schakelpatroon
F Kies de gewenste stand door de
selectiehendel in het schakelpa-
troon te verplaatsen.
De gekozen stand wordt met een
pictogram in het instrumentenpa-
neel aangegeven. W
: programma Sneeuw.
P ark (parkeerstand): om de auto stil
te zetten en te starten , met of zon-
der gebruik van de handrem.
R everse (achteruitversnelling): om
achteruit te rijden (schakel deze
stand alleen in als de auto stilstaat
en de motor stationair draait).
N eutral (neutraalstand): om de mo-
tor te starten en de auto te parke-
ren , met gebruik van de handrem.
Opmerking: laat, als onder het rij-
den per ongeluk de selectiehendel
in de stand N wordt gezet, het mo-
tortoerental terugvallen tot stationair
voordat de stand D wordt geselec-
teerd om vervolgens weer gas te
geven.
D rive (rijstand): om automatisch te
schakelen tijdens het rijden.
M anual (sequentiële stand): om zelf
te schakelen tijdens het rijden.
Handmatig schakelen in de vier ver-
snellingen :
F Duw de selectiehendel naar het
symbool + om op te schakelen
en trek de selectiehendel naar het
symbool - om terug te schakelen.
Opmerking: het programma W
(sneeuw) kan niet worden ingescha-
keld in de handbediende stand. Als de motor stationair
draait, het rempedaal is
losgelaten en de stand
R, D
of M is geselecteerd, zet de
auto zich al in beweging, zelfs als het
gaspedaal niet wordt ingetrapt.
Laat daarom geen kinderen
alleen in de auto achter als
de motor draait.
68
Starten van de auto
Om, na het starten, weg te rijden
vanuit de stand P:
F trap altijd het rempedaal in en
druk de knop A in om uit de
stand P te kunnen schakelen.
F selecteer de stand R, D of M en
laat langzaam het rempedaal en
de knop A los; de auto gaat me-
teen vooruit.
Om weg te rijden vanuit de stand N:
F trap het rempedaal in en zet de
handrem los.
F selecteer de stand R, D of M en
laat langzaam het rempedaal los;
de auto begint te rijden.
IN EEN OOGOPSLAG

Page 10 of 164

1415
01-01-2005
VERWARMING/
AIRCONDITIONING
Nr. Symbool Functie
1 Bediening luchttoevoer.
2 Regeling
luchtopbrengst.
3 Temperatuurregeling.
4 Regeling luchtverdeling.
5 Aanjager achter
(extra verwarming).
6 Bediening
airconditioning.
38
IN EEN OOGOPSLAG
01-01-2005

Page:   1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 ... 170 next >