Peugeot Boxer 2005 Handleiding (in Dutch)

Page 111 of 164

70
01-01-2005
71
01-01-2005
ANTIBLOKKEERSYSTEEM
(ABS)
Het antiblokkeersysteem zorgt
samen met de elektronische rem-
drukregelaar tijdens het remmen
voor een betere stabiliteit en be-
stuurbaarheid van uw auto, vooral
op een slecht of glad wegdek.
Opmerking: Controleer bij het ver-
wisselen van de wielen (banden en
velgen) of deze zijn gehomologeerd.
Het antiblokkeersysteem treedt auto-
matisch in werking zodra één van de
wielen dreigt te blokkeren.
TACHOGRAAF
Raadpleeg het document in het
mapje.
Storing
Een storing wordt aangegeven door
het knipperen van het verklikker-
lampje Sneeuw op het instrumen-
tenpaneel.
In dit geval werkt de versnellingsbak
met een noodprogramma (blokkering
in de 3
e versnelling). U kunt dan een
hevige schok waarnemen bij het se-
lecteren van R vanuit de stand P, of
R vanuit de stand N, (zonder gevaar
voor de versnellingsbak).
Rijd niet harder dan 100 km/h (af-
hankelijk van de geldende snelheids-
limiet).
Raadpleeg zo snel mogelijk een
PEUGEOT-servicepunt.
Als de accu geen stroom
levert en de selectiehendel
in de stand P staat, is het
onmogelijk om naar een
andere stand te schakelen.
HANDGESCHAKELDE
VERSNELLINGSBAK
Achteruit*
Trek om de achteruit in te schakelen
de ring onder de pookknop omhoog
en duw de pook naar links en
vervolgens naar voren.
De achteruit kan alleen worden
ingeschakeld als de auto stilstaat
en de motor met stationair
toerental draait.
HANDREM
Aantrekken
Trek, als de auto volledig stilstaat, de
handrem aan. Draai, bij het parkeren op
een helling, de wielen van de
auto naar het trottoir en trek
de handrem aan.
Schakel uit voorzorg ook altijd de
eerste versnelling in.
Gebruik de handrem niet om de auto
af te remmen of stil te zetten.
Trek de handrem uitsluitend aan als
de auto volledig stilstaat. Als dit verklikkerlampje gaat
branden, geeft dit aan dat
de handrem nog (iets) is
aangetrokken.
* Volgens motoruitvoering.
Loszetten
Trek aan de hendel, druk de knop in
en duw de handrem geheel omlaag.
UW BOXER IN DETAIL

Page 112 of 164

70
01-01-2005
71
01-01-2005
ANTIBLOKKEERSYSTEEM
(ABS)
Het antiblokkeersysteem zorgt
samen met de elektronische rem-
drukregelaar tijdens het remmen
voor een betere stabiliteit en be-
stuurbaarheid van uw auto, vooral
op een slecht of glad wegdek.
Opmerking: Controleer bij het ver-
wisselen van de wielen (banden en
velgen) of deze zijn gehomologeerd.
Het antiblokkeersysteem treedt auto-
matisch in werking zodra één van de
wielen dreigt te blokkeren.
TACHOGRAAF
Raadpleeg het document in het
mapje.
Storing
Een storing wordt aangegeven door
het knipperen van het verklikker-
lampje Sneeuw op het instrumen-
tenpaneel.
In dit geval werkt de versnellingsbak
met een noodprogramma (blokkering
in de 3
e versnelling). U kunt dan een
hevige schok waarnemen bij het se-
lecteren van R vanuit de stand P, of
R vanuit de stand N, (zonder gevaar
voor de versnellingsbak).
Rijd niet harder dan 100 km/h (af-
hankelijk van de geldende snelheids-
limiet).
Raadpleeg zo snel mogelijk een
PEUGEOT-servicepunt.
Als de accu geen stroom
levert en de selectiehendel
in de stand P staat, is het
onmogelijk om naar een
andere stand te schakelen.
HANDGESCHAKELDE
VERSNELLINGSBAK
Achteruit*
Trek om de achteruit in te schakelen
de ring onder de pookknop omhoog
en duw de pook naar links en
vervolgens naar voren.
De achteruit kan alleen worden
ingeschakeld als de auto stilstaat
en de motor met stationair
toerental draait.
HANDREM
Aantrekken
Trek, als de auto volledig stilstaat, de
handrem aan. Draai, bij het parkeren op
een helling, de wielen van de
auto naar het trottoir en trek
de handrem aan.
Schakel uit voorzorg ook altijd de
eerste versnelling in.
Gebruik de handrem niet om de auto
af te remmen of stil te zetten.
Trek de handrem uitsluitend aan als
de auto volledig stilstaat. Als dit verklikkerlampje gaat
branden, geeft dit aan dat
de handrem nog (iets) is
aangetrokken.
* Volgens motoruitvoering.
Loszetten
Trek aan de hendel, druk de knop in
en duw de handrem geheel omlaag.
UW BOXER IN DETAIL

Page 113 of 164

70
01-01-2005
71
01-01-2005
Uitschakelen ASR
In bijzondere omstandigheden (als de
auto vastzit in de modder, sneeuw, in
mulle grond, ...) kan het nuttig zijn het
ASR uit te schakelen, zodat de wielen
kunnen doorslippen en weer grip kun-
nen krijgen.
F Druk op de schakelaar A, die zich
op het middenpaneel van het
dashboard bevindt.
ANTI SPIN REGELING (ASR)
Het systeem staat in verbinding met
het ABS en is hier een aanvulling
op. De normale werking van het anti-
blokkeersysteem kan merkbaar zijn
door het trillen van het rempedaal.
Trap het rempedaal bij een nood-
stop krachtig en volledig in en
laat het niet los.
Als deze waarschuwing op het
instrumentenpaneel verschijnt,
duidt dit op een storing in de
elektronische remdrukregelaar.
Door deze storing zou u tijdens
het remmen de controle over uw auto
kunnen verliezen.
Stop onmiddellijk.
Raadpleeg een PEUGEOT-servicepunt.
Werking van het ASR-systeem
Het verklikkerlampje op de
schakelaar en op het instru-
mentenpaneel gaat branden:
het ASR is uitgeschakeld.
Het ASR-systeem past de aandrÿf-
kracht aan om het doorspinnen van
de wielen te voorkomen via de rem-
men van de aangedreven wielen en
de motor. De ASR zorgt ook voor
meer koersstabiliteit bij het accele-
reren.
Bij een storing in het systeem
zal het verklikkerlampje op
het instrumentenpaneel gaan
branden.
Raadpleeg uw PEUGEOT-
servicepunt om het systeem
na te laten kijken.
Het systeem wordt opnieuw:
F automatisch ingeschakeld vanaf
30 km/h.
F handmatig ingeschakeld door
nogmaals op de schakelaar te
drukken.
De goede werking van het
systeem wordt verzekerd
door de naleving van
de voorschriften van de
constructeur op het gebied
van wielen (banden en velgen),
onderdelen van het remsysteem,
elektronische onderdelen alsmede
de montageprocedure en het
uitvoeren van werkzaamheden
door een PEUGEOT-servicepunt.
Laat het systeem na een aanrijding
controleren door een PEUGEOT-
servicepunt.
Als het systeem is ingescha-
keld, knippert het desbetref-
fende verklikkerlampje op
het instrumentenpaneel.
Controle van werking
UW BOXER IN DETAIL

Page 114 of 164

70
01-01-2005
71
01-01-2005
Uitschakelen ASR
In bijzondere omstandigheden (als de
auto vastzit in de modder, sneeuw, in
mulle grond, ...) kan het nuttig zijn het
ASR uit te schakelen, zodat de wielen
kunnen doorslippen en weer grip kun-
nen krijgen.
F Druk op de schakelaar A, die zich
op het middenpaneel van het
dashboard bevindt.
ANTI SPIN REGELING (ASR)
Het systeem staat in verbinding met
het ABS en is hier een aanvulling
op. De normale werking van het anti-
blokkeersysteem kan merkbaar zijn
door het trillen van het rempedaal.
Trap het rempedaal bij een nood-
stop krachtig en volledig in en
laat het niet los.
Als deze waarschuwing op het
instrumentenpaneel verschijnt,
duidt dit op een storing in de
elektronische remdrukregelaar.
Door deze storing zou u tijdens
het remmen de controle over uw auto
kunnen verliezen.
Stop onmiddellijk.
Raadpleeg een PEUGEOT-servicepunt.
Werking van het ASR-systeem
Het verklikkerlampje op de
schakelaar en op het instru-
mentenpaneel gaat branden:
het ASR is uitgeschakeld.
Het ASR-systeem past de aandrÿf-
kracht aan om het doorspinnen van
de wielen te voorkomen via de rem-
men van de aangedreven wielen en
de motor. De ASR zorgt ook voor
meer koersstabiliteit bij het accele-
reren.
Bij een storing in het systeem
zal het verklikkerlampje op
het instrumentenpaneel gaan
branden.
Raadpleeg uw PEUGEOT-
servicepunt om het systeem
na te laten kijken.
Het systeem wordt opnieuw:
F automatisch ingeschakeld vanaf
30 km/h.
F handmatig ingeschakeld door
nogmaals op de schakelaar te
drukken.
De goede werking van het
systeem wordt verzekerd
door de naleving van
de voorschriften van de
constructeur op het gebied
van wielen (banden en velgen),
onderdelen van het remsysteem,
elektronische onderdelen alsmede
de montageprocedure en het
uitvoeren van werkzaamheden
door een PEUGEOT-servicepunt.
Laat het systeem na een aanrijding
controleren door een PEUGEOT-
servicepunt.
Als het systeem is ingescha-
keld, knippert het desbetref-
fende verklikkerlampje op
het instrumentenpaneel.
Controle van werking
UW BOXER IN DETAIL

Page 115 of 164

72
01-01-2005
73
01-01-2005
Ingestelde snelheid opnieuw
oproepen
Druk, na het uitschakelen van de
ingestelde snelheid, op toets E. De
auto neemt de laatst ingestelde snel-
heid weer aan.
SNELHEIDSREGELAAR
Met behulp van de snelheidsregelaar
kan de bestuurder met een constante
ingestelde snelheid rijden.
Deze voorziening werkt alleen bij
snelheden boven ongeveer 40 km/h.
De bediening van de snelheidsrege-
laar bevindt zich op het stuurwiel.
Instellen van de snelheid
Druk op toets B of C zodra de
gewenste snelheid is bereikt. De
snelheid is nu in het geheugen op-
geslagen.
Opmerking: het is mogelijk even gas
te geven zonder dat de snelheidsre-
gelaar wordt uitgeschakeld.
Bij een steile afdaling kan
de snelheidsregelaar niet
voorkomen dat de ingestelde
snelheid wordt overschreden.
Houdt u zich altijd aan de ter
plaatse geldende maximum-
snelheid.
De bestuurder moet onder alle om-
standigheden zijn aandacht bij het
verkeer en de rijomstandigheden
houden.
Gebruik de snelheidsregelaar niet
op gladde wegen of bij zeer druk
verkeer.
Inschakelen
F Druk op de toets A (stand ON).
U kunt nu een snelheid instellen.
F Druk op de toets D (stand OFF)
om het systeem uit te schakelen.
Ingestelde snelheid
uitschakelen
Als u het rijden met de ingestelde
snelheid wilt onderbreken:
F Druk op de toets D of trap op het
rem- of koppelingspedaal.
Ingestelde snelheid wijzigen
Ingestelde snelheid verhogen:
F druk op de toets B;
F laat de toets los als de gewenste
snelheid is bereikt.
Ingestelde snelheid verlagen:
F druk op de toets C;
F laat de toets los als de gewenste
snelheid is bereikt.
Ingestelde snelheid annuleren
F Druk op de toets D (stand OFF) of
zet het contact uit.
UW BOXER IN DETAIL

Page 116 of 164

72
01-01-2005
73
01-01-2005
Inschakelen
Het systeem wordt ingeschakeld
zodra de achteruit is ingeschakeld;
een geluidssignaal geeft aan dat het
systeem is ingeschakeld.
De geluidssignalen geven de afstand
tot het obstakel aan. Hoe dichter de
auto bij het obstakel komt, hoe korter
de tijd tussen de geluidssignalen is.
Als de auto minder dan 20 centime-
ter van het obstakel verwijderd is, is
het geluidssignaal continu hoorbaar.
PARKEERHULP
Dit systeem bestaat uit ultrasoon-
sensoren die zijn aangebracht in de
achterbumper en een speciale luid-
spreker in het dashboard.
Het systeem waarschuwt de be-
stuurder voor elk obstakel (persoon,
auto, boom, hek…) dat zich achter
de auto bevindt. Het systeem detec-
teert echter geen obstakels die zich
vlak onder de bumper bevinden.
Paaltjes, pylonen bij wegwerkzaam-
heden of gelijksoortige voorwerpen
die zijn waargenomen bij aanvang
van de manoeuvre, kunnen niet
meer worden waargenomen tijdens
deze manoeuvre.
Zorg ervoor dat de sensoren bij
slecht weer of onder winterse om-
standigheden niet bedekt zijn met
modder, ijs of sneeuw.Detectiezone
Uitschakelen
- Het systeem wordt uitgeschakeld als
de achteruit wordt uitgeschakeld.
Als er een storing is opge-
treden, zal er bij het achter-
uitrijden een kort piepje te
horen zijn, gevolgd door een
langere piep.
UW BOXER IN DETAIL

Page 117 of 164

74
01-01-2005
75
01-01-2005
AIRBAGS
De airbags zijn speciaal ontworpen
voor een betere veiligheid van de
inzittenden bij ernstige aanrijdingen:
ze vormen een aanvulling op de wer-
king van de veiligheidsgordels. De
elektronische schoksensors registre-
ren een plotselinge vertraging van de
auto: als de drempelwaarde voor het
in werking treden wordt overschre-
den, worden de airbags onmiddellijk
opgeblazen en beschermen de inzit-
tenden van de auto.
Direct na de aanrijding ontsnapt het
gas zodat noch het zicht, noch het
eventueel verlaten van de auto door
de inzittenden wordt belemmerd.
De airbags treden niet in werking
bij lichte aanrijdingen waarbij de
veiligheidsgordels zorgen voor een
afdoende bescherming; de kracht
van de aanrijding is afhankelijk van
het soort obstakel en de snelheid van
de auto op dat moment.
De airbags werken alleen als het
contact aan is.
Opmerking: Het uit het kussen
ontsnappende gas kan enigszins ir-
riteren. Als dit verklikkerlampje op
het instrumentenpaneel gaat
branden, raadpleeg dan
een PEUGEOT-servicepunt
om het systeem te laten
controleren.
AIRBAGS VOOR
Deze zijn voor de bestuurder in het
midden van het stuurwiel en voor de
passagier in het dashboard aange-
bracht. Ze worden tegelijkertijd ge-
activeerd (behalve als de airbag aan
passagierszijde is uitgeschakeld).
Uitschakelen airbag aan
passagierszijde*
Als uw auto is voorzien van een
airbag aan passagierszijde, moet
deze altijd uitgeschakeld worden
als u een kinderzitje met de rug
in de rijrichting op de voorstoel
plaatst.
- Neem de sleutel uit het contact en
steek deze in de schakelaar 1 die
zich tussen de voorstoelen bevindt
en draai deze in de stand "OFF".
- Het verklikkerlampje op het instru- mentenpaneel brandt zolang de
airbag is uitgeschakeld.
Storing airbag voor
* Volgens land van bestemming.
UW BOXER IN DETAIL

Page 118 of 164

74
01-01-2005
75
01-01-2005* Volgens land van bestemming.
In de stand
"OFF" werkt de
airbag aan passagierszijde bij een
eventuele aanrijding niet.
Zet de schakelaar weer op "ON"
zodra het kinderzitje van de voorstoel
wordt verwijderd zodat de airbag
weer is ingeschakeld.
Als de airbag aan passagiers-
zijde ingeschakeld is (stand
"ON"), gaat het verklikker-
lampje bij het aanzetten
van het contact gedurende
6 seconden branden.
Als de airbag aan passagierszijde
uitgeschakeld is (stand "OFF"), blijft
het verklikkerlampje branden.
Raadpleeg in alle gevallen dat het
lampje knippert uw PEUGEOT-ser-
vicepunt. Als dit verklikkerlampje gaat
branden, raadpleeg dan een
PEUGEOT-servicepunt om
het systeem te laten con-
troleren.
DE ZIJ-AIRBAGS*
De zij-airbags zijn aan de zijde van
de portieren in de rugleuningen van
de voorstoelen aangebracht.
Ze worden aan de zijde waar de
aanrijding plaatsvindt opgeblazen.
Controle van werking
Het goed functioneren van het systeem
wordt aangegeven door het verklikker-
lampje in het instrumentenpaneel.Controle van werking
Het goed functioneren van het systeem
wordt aangegeven door een verklikker-
lampje op het instrumentenpaneel.
UW BOXER IN DETAIL

Page 119 of 164

76
01-01-2005
Houd u aan de volgende
veiligheidsvoorschriften
voor een maximale effec-
tiviteit van de airbags vóór
en de zij-airbags*:
• Draag altijd een correct afgestelde veiligheidsgordel.
• Maak er een gewoonte van om normaal rechtop in de voorstoelen
te zitten.
• Zorg dat er zich niets bevindt tus- sen de airbag en de inzittenden
(kinderen, huisdieren, objecten...).
Dit kan de goede werking van de airbag belemmeren en/of de inzit-
tenden bij het opblazen van de
airbag verwonden.
• Het is beslist niet toegestaan om werkzaamheden uit te voeren
aan airbagsystemen, alleen een
PEUGEOT-servicepunt heeft hier-
voor gekwaliiceerd personeel.
• Laat na een aanrijding of diefstal van uw auto de airbagsystemen
controleren. Airbags voor
• Houd het stuurwiel niet aan de spa-
ken vast en laat uw handen niet op
het stuurwielkussen rusten.
• Laat aan passagierszijde uw voe- ten niet op het dashboard rusten.
• Tracht roken in de auto zoveel mogelijk te vermijden. Als de air-
bag wordt opgeblazen, kunnen
brandende sigaretten of een pijp
brandwonden of ander letsel ver-
oorzaken.
• Verwijder het stuurwiel nooit, maak geen gaten in de stuurwielbekle-
ding en sla er niet op. Zij-airbags*
• Bedek de voorstoelen alleen met
goedgekeurde stoelhoezen. Raad-
pleeg uw PEUGEOT-servicepunt.
• Bevestig nooit iets aan de rugleu- ning van de voorstoelen, dit zou bij
het afgaan van de airbags kunnen
leiden tot verwondingen aan armen
of middel.
• Ga niet onnodig dicht tegen het portierpaneel zitten.
* Volgens land van bestemming.
UW BOXER IN DETAIL

Page 120 of 164

74
01-01-2005
75
01-01-2005* Volgens land van bestemming.
In de stand
"OFF" werkt de
airbag aan passagierszijde bij een
eventuele aanrijding niet.
Zet de schakelaar weer op "ON"
zodra het kinderzitje van de voorstoel
wordt verwijderd zodat de airbag
weer is ingeschakeld.
Als de airbag aan passagiers-
zijde ingeschakeld is (stand
"ON"), gaat het verklikker-
lampje bij het aanzetten
van het contact gedurende
6 seconden branden.
Als de airbag aan passagierszijde
uitgeschakeld is (stand "OFF"), blijft
het verklikkerlampje branden.
Raadpleeg in alle gevallen dat het
lampje knippert uw PEUGEOT-ser-
vicepunt. Als dit verklikkerlampje gaat
branden, raadpleeg dan een
PEUGEOT-servicepunt om
het systeem te laten con-
troleren.
DE ZIJ-AIRBAGS*
De zij-airbags zijn aan de zijde van
de portieren in de rugleuningen van
de voorstoelen aangebracht.
Ze worden aan de zijde waar de
aanrijding plaatsvindt opgeblazen.
Controle van werking
Het goed functioneren van het systeem
wordt aangegeven door het verklikker-
lampje in het instrumentenpaneel.Controle van werking
Het goed functioneren van het systeem
wordt aangegeven door een verklikker-
lampje op het instrumentenpaneel.
UW BOXER IN DETAIL

Page:   < prev 1-10 ... 71-80 81-90 91-100 101-110 111-120 121-130 131-140 141-150 151-160 ... 170 next >