Peugeot Boxer 2011.5 Handleiding (in Dutch)

Page 151 of 184

14
9
SNEL WEER OP WE
G
8
Lamp vervangen
TYPEN LAMPEN
Uw auto is voorzien van verschillende typen
lampen. Verwijder ze als volgt:
LAMPEN VERVANGEN


Type A Volledig glazen gloeilamp: de
lamp is gemonteerd met een
drukbevestiging. Trek de lamp
daarom voorzichtig los.

Type B Gloeilamp met bajonetsluiting:
druk de lamp iets in en draai
hem linksom.

Type C Cilindrische gloeilamp: druk de
contacten uit elkaar.

Type D - E Halogeenlamp: duw de
borgveer open en verwijder
de lamp uit de lamphouder.

KOPLAMPEN

Open de motorkap. Steek uw hand achter de
koplampunit om bij de lampen te komen.
Voer het monteren uit in omgekeerde
volgorde.

Page 152 of 184

150


Lamp vervangen

1 - Dimlicht

Type D , H7 - 55 W


- Draai het deksel linksom open en
verwijder het.

- Neem de stekker los.

- Druk op de twee haakjes en duw de
borgveer open.

- Vervang de lamp en let erop dat het
metalen gedeelte goed aansluit op de
groeven van de lampunit.

3 - Grootlicht

Type E , H1 - 55 W


- Draai het deksel linksom open en
verwijder het.

- Neem de stekker los.

- Druk op de twee haakjes en duw de
borgveer open.

- Vervang de lamp en let erop dat het
metalen gedeelte goed aansluit op de
groeven van de lampunit.


2 - Parkeerlicht

Type A , W 5 W - 5 W


- Draai het deksel linksom open en
verwijder het.

- Neem de met een drukbevestiging
gemonteerde lamphouder los.

- Vervang de lamp.

4 - Richtingaanwijzers

Type B , PY 21 W - 21 W


- Draai de lamphouder een kwart
omwenteling linksom.

- Druk de lamp iets in en draai hem
linksom.

- Vervang de lamp.


5 - Mistlampen vóór

Type D , H1 - 55 W


- Draai het stuurwiel linksom tot aan de
aanslag.

- Verwijder de bout in de wielkuip en open
het deksel.

- Verwijder de afdekplaat.

- Neem de stekker los.

- Druk op de twee haakjes en duw de
borgveer open.

- Vervang de lamp en let erop dat het
metalen gedeelte goed aansluit op de
groeven van de lampunit.
Wacht na het uitschakelen van de
verlichting enkele minuten alvorens
een halogeenlamp te vervangen
(om brandwonden te voorkomen).
Raak de lamp niet met de hand aan,
maar gebruik een droge, pluisvrije doek.
Controleer na het vervangen of de
verlichting goed werkt.
Probeer hardnekkig vuil niet van de
koplampen, achterlichten en omgeving
te verwijderen met een hogedrukreiniger,
om te voorkomen dat de vernislaag en de
afdichting beschadigd raken.

Page 153 of 184

SNEL WEER OP WE
G
8
Lamp vervangen
ZIJKNIPPERLICHT

Type A , W 16 W F - 16 W


- Beweeg het spiegelglas van de
buitenspiegel opzij om bij de
bout te komen.

- Draai de twee bouten los met de
bijgeleverde schroevendraaier.

- Trek de lamphouder los uit de
borgnokjes.

- Trek de lamp los en vervang hem.
Voor/achter
PLAFONNIERS


Type C , 12 V 10 W - 10 W


- Druk de plafonnier op de door de
pijl aangegeven punten los en
verwijder hem.

- Open het beschermplaatje.

- Druk de twee contacten uit elkaar en
vervang de lamp.

- Controleer of de nieuwe lamp goed
tussen de contacten vastzit.

- Sluit het beschermplaatje.

- Breng de plafonnier aan en controleer
of hij goed vastzit.



PARKEERLICHTEN ZIJKANT


Type A, W5W - 5W


- Volgens uitvoering (bestelwagen
type L4), draai de twee bouten los met
de bijgeleverde schroevendraaier.

- Trek de lamphouder los uit de
borgnokjes.

- Trek de lamp los en vervang hem.

Page 154 of 184

152


Lamp vervangen

ACHTERLICHTEN

Raadpleeg voor meer informatie over de
lampen, het overzicht "Typen lampen".
- Verwijder de twee bevestigingsmoeren.

- Trek aan de buitenzijde de lampunit los.

- Draai de drie schroeven los met de
bijgeleverde schroevendraaier (onder
de passagiersstoel vóór) en neem de
lamphouder los.

- Druk de defecte lamp iets in en draai
hem linksom om hem te verwijderen.

- Vervang de lamp.

1. Remlichten/achterlichten
Type B, P21/5W - 5W


Type B, P21W - 21W


- Draai de twee bouten los.

- Verwijder de lamp.

- Druk de twee borglippen uit elkaaren
verwijder de lamphouder.

- Druk de defecte lamp iets in en
draaihem linksom om hem te
verwijderen.

- Vervang de lamp.
2. Richtingaanwijzers
Type B, PY21W - 21W

3. Achteruitrijlichten
Type B, P21W - 21W

4. Mistachterlicht
Type B, P21W - 21W


- Bepaal de plaats van de defecte lampen
en open de achterdeuren.

- Neem de stekker los.
KENTEKENPLAATVERLICHTING


Type A, C5W - 5W


- Druk het lampglas op het door de pijl
aangegeven punt los en verwijder het.

- Druk de twee contacten uit elkaar en
vervang de lamp.
- Controleer of de nieuwe lamp goed
tussen de contacten vastzit.

- Breng het lampglas aan en druk het aan
de bovenzijde vast.

Page 155 of 184

153
SNEL WEER OP WE
G
8


Zekering vervangen
De drie zekeringkasten bevinden zich in het
dashboard aan bestuurderszijde, in de stijl
aan passagierszijde en in de motorruimte.
De weergegeven zekeringen betreffen alleen
die zekeringen die door de gebruiker kunnen
worden vervangen. Raadpleeg voor alle
overige werkzaamheden het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Vervangen van een zekering

Voordat u een zekering vervangt, dient
u eerst de oorzaak van de storing op te
sporen en te (laten) verhelpen. De nummers
van de zekeringen zijn aangegeven op de
zekeringkast.
Vervang een defecte zekering altijd door
een zekering met dezelfde stroomsterkte.
ZEKERINGEN VERVANGEN

PEUGEOT is niet aansprakelijk
voor kosten die voortvloeien uit
storingen veroorzaakt door het monteren
van extra accessoires die niet door
PEUGEOT aanbevolen en geleverd
worden, of door voorzieningen die niet
volgens de voorschriften van PEUGEOT
zijn gemonteerd. Dit geldt met name voor
apparatuur met een totaal stroomverbruik
van meer dan 10 milliampère.
Goed
Defect
Voor professionele autobedrijven:
raadpleeg voor een compleet overzicht
van de zekeringen en de relais, de schema's
van de "Methodes" via het Netwerk.

Page 156 of 184

154


Zekering vervangen


ZEKERINGEN DASHBOARD (BESTUURDERSZIJDE)

- Verwijder de schroeven en kantel de zekeringkast omlaag om bij de zekeringen te komen.


Zekering


A (Ampère)


Functie



12


7,5
Dimlicht rechts


13


7,5
Dimlicht links


31


5
Voeding relais


32


7,5
Verlichting plafonnier


33


20
Sensor accu


34


20
Interieurverlichting minibus - alarmknipperlichten


36


10

Autoradio - Diagnoseaansluiting - Sirene alarm - Bediening programmeerbare standkachel - Bediening
airconditioning - Tachograaf - Accu


37


7,5
Remlichtschakelaar - Derde remlicht - Instrumentenpaneel


38


20
Bediening centrale vergrendeling


42


5
Elektronische eenheid en sensor ABS - Sensor ASR - Sensor ESP - Remlichtschakelaar


43


20
Motor ruitenwissers vóór


47


20
Motor ruitbediening bestuurderszijde


48


20
Motor ruitbediening passagierszijde


49


5
Autoradio - Schakelaars cockpit


50


7,5
Elektronische eenheid airbags en gordelspanners



51


5
Tachograaf - Snelheidsregelaar - Bediening airconditioning - Achteruitrijlichten - Sensor water in brandstof
(diesel)


53


7,5
Instrumentenpaneel


89


-
Niet gebruikt


90


7,5
Grootlicht links


91


7,5
Grootlicht rechts


92


7,5
Mistlamp links


93


7,5
Mistlamp rechts

Page 157 of 184

SNEL WEER OP WE
G
8


Zekering vervangen


Zekering


A (Ampère)


Functie



54


-
Niet gebruikt


55


15
Stoelverwarming


56


15
12 V-aansluiting


57


10
Programmeerbare standkachel


58


15
Achterruitverwarming (links)


59


15
Achterruitverwarming (rechts)


60


-
Niet gebruikt


61


-
Niet gebruikt


62


-
Niet gebruikt


63


10
Schakelaar standkachel


64


-
Niet gebruikt


65


30
Aanjager programmeerbare standkachel
ZEKERINGEN STIJLPASSAGIERSZIJDE

- Maak het deksel los.

Sluit het deksel na de werkzaamheden
zorgvuldig.

Page 158 of 184

156


Zekering vervangen


ZEKERINGEN MOTORRUIMTE

- Verwijder de schroeven en kantel de
zekeringkast omlaag om bij de zekeringen
te komen.

Zekering


A (Ampère)


Functie



1


40
Voeding pomp ABS


2


50
Elektronische eenheid voorgloeien (diesel)


3


30
Contactslot


4


30
Pomp koplampsproeiers


8


40
Motorventilateurgroep interieur


9


15
12 V-aansluiting achter


10


15
Claxon


14


15
12 V-aansluiting voor


15


10
Aansteker


20


30
Pomp ruitensproeiers


21


15
Voeding brandstofpomp


24


15
Externe voeding voor ambulance - Spiegels


30


15
Ontwaseming

Page 159 of 184

157
SNEL WEER OP WE
G
8
Ruitenwisserblad vervangen
RUITENWISSERBLAD
VERVANGEN
Voor een gemakkelijke toegang tot de
ruitenwissers en de ruitensproeierkoppen
kunt u in de uitsparingen van de voorbumper
gaan staan. Vervangen van een wisserbladvóór

Til de ruitenwisserarm op.
Maak het wisserblad los door de knop in
te drukken en verwijder het door het naar
buiten te trekken.
Monteer het nieuwe wisserblad en controleer
of deze goed vastzit.
Zet de ruitenwisserarm terug.
Vervangen van het wisserbladachter

Til de ruitenwisserarm op, maak de clip los
en verwijder het wisserblad.
Monteer het nieuwe wisserblad en zet de
ruitenwisserarm terug.

Zet het contact aan en bedien de
ruitenwisserschakelaar om de
ruitenwissers in de ruststand te zetten.
Controleer of de ruitensproeierkoppen niet
verstopt zitten.

Page 160 of 184

158


Slepen van uw auto

SLEPEN VAN UW AUTO

Zonder takelen
(4 wielen op de grond)

Gebruik hiervoor altijd een sleepstang.
Aan de achterzijde

Maak de sleepstang vast aan het vaste
sleepoog onder de bumper.

Aan de voorzijde

Het afneembare sleepoog bevindt zich in de
ruimte onder de stoel van de voorpassagier.
Maak het klepje los met behulp van
bijvoorbeeld een platte schroevendraaier.
Draai het sleepoog vast tot de aanslag.
Plaats de versnellingshendel in de
neutraalstand. Als dit voorschrift niet wordt
nageleefd, kan dit leiden tot schade aan
bepaalde onderdelen van het remsysteem
en het ontbreken van rembekrachtiging na
het starten van de motor.
Getakeld (2 wielen op de grond)

Het professioneel takelen van de auto geniet
de voorkeur.
Bij het slepen van de auto
met stilstaande motor zijn de
rembekrachtiging en stuurbekrachtiging
uitgeschakeld.

Page:   < prev 1-10 ... 111-120 121-130 131-140 141-150 151-160 161-170 171-180 181-190 190 next >