Peugeot Expert 2003 Handleiding (in Dutch)

Page 101 of 148

AUTORADIO152
RADIO Opmerkingen over de radio-ontvangst
Een autoradio moet onder heel andere omstandigheden functioneren dan een radio in huis. De ontvangst van AM (middengolf) en FM-zenders (frequentiemodulatie) kan door diverse oorzaken worden gestoord. Dit ligt niet aande kwaliteit van het apparaat, maar aan de opbouw van de radiosignalen en de wijze van verzenden.
Bij AM-zenders kunnen er storingen optreden als er onder hoogspanningskabels, in tunnels of onder viaduc- ten wordt gereden.
Bij FM-zenders kunnen de afstand van de zender, reflectie van het signaal door grote obstakels (bergen, gebouwen enz.) en het zenderbereik oorzaak zijn van een mindere ontvangst. Selecteren van radio als geluidsbron Druk op de toets ÒJÓ.
Selecteren van golflengteDruk kort op de toets ÒJÓ, om de golflengtes FM1, FM2, FM3 en AM te selecteren.
Automatisch afstemmenDruk kort op een van de toetsen ÒGÓof ÒHÓ om respectievelijk de volgende of vorige zender te selecteren.
Als deze toets wordt vastgehouden, blijft de radio in de gekozen volgorde frequenties afzoeken.De radio stopt bij de eerste zender die na het loslaten van de toets wordt gevonden.
Als de TA-functie (verkeersinformatie) is ingeschakeld, worden er alleen zenders geselecteerd die verkeers- informatie uitzenden. Eerst worden de sterke zenders ÒLOÓafgezocht, daarna worden ook de zwakke zenders ÒDXÓafgezocht.
Druk twee keer op de toets ÒGÓof ÒHÓ om direct de zwakke zenders ÒDXÓaf te zoeken.
Handmatig afstemmenDruk op de toets ÒMAN".
Druk kort op de toetsen ÒGÓof ÒHÓ om respectievelijk de volgende of vorige zender te selecteren.
Als deze toets wordt vastgehouden, blijft de radio in de gekozen volgorde frequenties afzoeken.Het zoeken stopt zodra de toets wordt losgelaten.Druk toets ÒMANÓopnieuw in om weer op automatisch afstemmen van zenders over te gaan.
22-04-2003

Page 102 of 148

22-04-2003
AUTORADIO153
Handmatig opslaan van zenders
Kies de gewenste zender.Houd ŽŽn van de toetsen Ò1Ót/m Ò6Ó gedurende twee 2 seconden ingedrukt.
Het geluid valt even weg ter bevestiging dat de zender is opgeslagen. Automatisch opslaan van FM-zenders (autostore) Houd de toets ÒJÓgedurende meer dan 2 seconden ingedrukt om de 6 sterkste FM-zenders automatisch op
te slaan. Deze zenders worden op de FM3 band opgeslagen.
- Als er minder dan 6 zenders worden gevonden, blijven de resterende geheugens leeg. Oproepen van opgeslagen zenders Druk bij elk golfbereik kort op ŽŽn van de toetsen Ò1Ót/m Ò6Ó met de gewenste zender.
RDS (Radio Data System) Gebruik van RDS-functie op FM De RDS-functie biedt de mogelijkheid om naar een zender te luisteren, ongeacht verschillende frequenties die voor deze zender gebruikt worden in de diverse regio's. Druk kort op de toets ÒRDSÓom de RDS-functie in of uit te schakelen.
Volgen van RDS-zendersOp de display wordt de naam van de zender aangegeven. De radio zoekt steeds de sterkste zender die het- zelfde programma uitzendt.

Page 103 of 148

AUTORADIO154
Verkeersinformatie Druk op de toets ÒTAÓom deze functie in of uit te schakelen.
De geluidsweergave (van radio, CD, of CD-wisselaar) wordt onderbroken voor verkeersinformatie. Druk op de toets ÒTAÓom de weergave te onderbreken; de verkeersinformatie wordt uitgeschakeld.
N.B.: het volume van de verkeersinformatie is onafhankelijk van het normale volume van de radio. U kunt dit instellen met de volumeknop. De instelling wordt opgeslagen en gebruikt bij de volgendeweergave van berichten.
Tijdens het weergeven van verkeersinformatie wordt afwisselend ÒTRAFFICÓen de naam van de betreffen-
de zender aangegeven.Als de geselecteerde zender geen verkeersinformatie uitzendt, verschijnt ÒNO TAÓop de display.
Regionale functie (REG) Sommige gekoppelde zenders zenden op bepaalde tijdstippen op dezelfde frequentie verschillende, regio- nale programma's uit. Met deze functie kan een regionaal programma worden beluisterd.Houd de toets ÒRDSÓgedurende meer dan 2 seconden ingedrukt om deze functie in of uit te schakelen.
PTY-functie
Met behulp van deze functie kunnen zenders met een specifieke programmering (info, cultuur, sport, pop...) afgeluisterd worden. Houd, als FM is geselecteerd, de toets ÒTAÓgedurende meer dan 2 seconden ingedrukt om deze functie in
of uit te schakelen.
Zoeken van een PTY-programmering:
- inschakelen van PTY-functie,
- druk kort op de toetsen ÒGÓof ÒHÓ voor een overzicht van de verschillende soorten programma's,
- als het programmatype van uw keuze wordt weergegeven, druk dan gedurende meer dan 2 seconden op de toetsen ÒGÓof ÒHÓ om automatisch op een zender af te stemmen (na het automatisch afstemmen wordt
de PTY-functie uitgeschakeld).
In de stand PTY, kunnen de verschillende soorten programmatypes worden opgeslagen. Houd daarvoor de
voorkeuzetoetsen Ò1Ót/m Ò6Ó gedurende meer dan 2 seconden ingedrukt. Een bepaalde programmering kan
nu worden opgeroepen door de desbetreffende toets kort in te drukken.
22-04-2003

Page 104 of 148

AUTORADIO155
EON-systeem Dit systeem maakt koppelingen tussen zenders in hetzelfde gebied. Bij dit systeem is het mogelijk om automa-
tisch naar andere zenders binnen het gebied over te schakelen die verkeersinformatie of een PTY-programme-ring uitzenden.
De EON-functie werkt alleen als de verkeersinformatie TA of de PTY-functie is ingeschakeld. CD-SPELER Selecteren van CD-speler als geluidsbron Na het invoeren van een CD met de bedrukte zijde naar boven, gaat de CD-speler automatisch aan.Als er al een CD in het apparaat is gestoken, druk dan op de toets ÒKÓ.
Verwijderen van CDDruk op de toets ÒAÓom de CD uit de speler te verwijderen.
Nummers van een CD zoekenDruk op de toets ÒGÓom het volgende nummer te selecteren.
Druk op de toets ÒHÓom terug te gaan naar het begin van het afgespeelde nummer of het vorige nummer.
Versneld afspelenDruk op de toets ÒMANÓ.
Houd ŽŽn van de toetsen ÒGÓof ÒHÓ ingedrukt om respectievelijk versneld vooruit of achteruit te spelen.
Het versneld afspelen stopt zodra de toets wordt losgelaten.De toetsen ÒGÓen ÒHÓ hebben hun normale functie "selectie van een nummer" weer als de toets ÒMANÓ
opnieuw wordt ingedrukt. Random-functie (RDM) Houd, op het moment dat de CD-speler als geluidsbron is gekozen, de toets ÒKÓgedurende 2 seconden inge-
drukt. De nummers van de CD worden nu in een willekeurige volgorde afgespeeld. Druk toets ÒKÓopnieuw
in om weer op normaal afspelen over te schakelen. Opmerking : Het gebruik van recordable CD's kan de goede werking van uw CD-speler be•nvloeden. Gebruik alleen CD's met een ronde vorm.
22-04-2003

Page 105 of 148

22-04-2003
AUTORADIO156
CD-WISSELAAR* Selecteren van CD-wisselaar als geluidsbron Druk op de toets ÒLÓ.
Selecteren van een CDDruk op ŽŽn van de voorkeuzetoetsen Ò1Ót/m Ò6Ó om de gewenste CD te selecteren.
Nummers van een CD zoekenDruk op de toets ÒGÓom het volgende nummer te selecteren.
Druk op de toets ÒHÓom terug te gaan naar het begin van het afgespeelde nummer of het vorige nummer.
Versneld afspelenDruk op de toets ÒMANÓ.
Houd ŽŽn van de toetsen ÒGÓof ÒHÓ ingedrukt om respectievelijk versneld vooruit of achteruit te spelen.
Het versneld afspelen stopt zodra de toets wordt losgelaten.De toetsen ÒGÓen ÒHÓ hebben hun normale functie "selectie van een nummer" weer als de toets ÒMANÓ
opnieuw wordt ingedrukt. Random-functie (RDM) Houd, op het moment dat de CD-wisselaar als geluidsbron is gekozen, de toets ÒLÓgedurende 2 seconden
ingedrukt. De nummers van de CD worden nu in een willekeurige volgorde afgespeeld. Druk toets ÒLÓ
opnieuw in om weer op normaal afspelen over te schakelen. Opmerking : Het gebruik van recordable CD's kan de goede werking van uw CD-speler be•nvloeden. Gebruik alleen CD's met een ronde vorm.
* volgens de uitrusting

Page 106 of 148

22-04-2003
CD
CBA
AUTORADIO157
CD-Wisselaar** volgens de uitrusting
Een CD in de CD-wisselaar plaatsen:
- open de klep
A,
- druk op de toets Bom het magazijn Cuit de CD-wisselaar te nemen,
- trek aan de lip Dom een van de 6 sledes van het magazijn te openen,
- plaats de CD met de bedrukte zijde naar boven in de slede en sluit deze,
- plaats het magazijn in de CD-wisselaar,
- sluit de klep A.

Page 107 of 148

22-04-2003
21
3
4
CB
A
ACCUV- 1
88
Starten met een hulp-accu Als de accu ontladen is, kan een hulp-accu worden gebruikt of deaccu van een andere auto. Het opvolgen van onderstaande instructies in de juiste volgorde is
essentieel.
A Plusaansluiting op de auto metaccupech. (onder de motorkap)
B Hulp-accu
C Massa-aansluiting op de auto
Controleer of de accu de juiste spanning heeft (12 volt). Als u een accu gebruikt van een andere auto, dient u de motor van deze auto af te zetten. De twee auto's mogen elkaar niet raken. Sluit de kabels aan volgens bovenstaande tekening en in de aangegeven volgorde. Zorg dat de kabelklemmen goed
vast zitten, om vonken te voorkomen.Start de auto die de stroom geeft. Laat de motor gedurende ca. ŽŽn minuut draaien met een iets verhoogd toerental.Start vervolgens de stroom-ontvangende auto. Advies Raak de klemmen niet aan tijdens deze handelingen.Hang niet met uw bovenlichaam boven de accu.Neem de kabels in omgekeerde volgorde los en zorg ervoor dat ze elkaar niet raken.

Page 108 of 148

22-04-2003
ACCU137
LET OP
Kom nooit met open vuur in de buurt van de accu (explosiegevaar).
De accu bevat verdund zwavelzuur, dat een bijtende vloeistof is.
Bescherm bij werkzaamheden aan de accu altijd gezicht en handen. Mocht de huid toch in aanraking komen met het zuur, veeg het zuur dan onmiddellijk af en spoel de huid met veel schoon water na.
Uitnemen van de accu Maak de accupoolklemmen los, altijd beginnend met de (Ð) kabel. Plaatsen van de accu Sluit de klemmen aan, te beginnen met de (+) kabel. Lang buiten gebruik Het is aan te raden de accuklem- men los te halen als uw auto langerdan een maand buiten gebruik is.
* Afhankelijk van uitvoering of land Voorzorgsmaatregelen
Zorg dat de polen en klemmen schoon zijn. Als ze gecorrodeerd zijn, dient u ze los te nemen en schoon te maken. Neem de accupoolklemmen niet los met
draaiende motor. Laad de accu niet op zolang beide accupoolklemmen nietzijn losgenomen. Gebruik geen elektrische voorzieningen voordat de motor opbedrijfstemperatuur is gekomen. Starten van de motor na aansluiten van de losgenomen accu
- Draai de sleutel in het contact om.
- Wacht ongeveer 10 seconden alvorens de motor te starten om de elektro-
nische componenten de gelegenheid te geven zich te resetten. Breng, indien nodig, opnieuw de code van de autoradio* in.
Opladen De spanning mag nooit meer bedragen dan 15,5 volt en de laadstroom mag niet sterker zijn dan 1/5 van de waarde die is aangegeven op het deksel
(b.v.: L1 200 - Stroomsterkte: maximaal 40 A.).
Duur van het opladen: 24 uur.Gebruik uitsluitend een acculader met constante spanning. In geval van intensief gebruik bij hoge temperatuur (30¡C en hoger) Indien de accu voorzien is van demontabele pluggen, is het raadzaam regel- matig het accuvloeistofniveau te controleren. Dit moet altijd boven de platen
staan. Vul zo nodig bij met gedestilleerd water.

Page 109 of 148

ZEKERINGEN*89V- 2Zekeringkast Onder het dashboard in het motorcompartiment bevinden zich twee zekering- kastjes. Zekeringen onder het dashboard Om bij de zekeringen onder het dashboard (links van de bestuurder) te kun- nen komen, dient u de schroeven op het deksel een kwartomwenteling te ver-draaien.
Vervangen van een zekering
Voordat u een defecte zekering vervangt, moet u eerst de oorzaak van de sto- ring opsporen en verhelpen. De nummers van de zekeringen staan op dezekeringkast. De niet-genummerde zekeringen zijn reserve-zekeringen. Kies voor het vervangen van een defecte zekering altijd een met dezelf- de sterkte (dezelfde kleur). Gebruik de hiervoor bestemde tang A, die zich op het kastje bevindt.
* Afhankelijk van uitvoering of land Goed
Defect
Tang A
22-04-2003

Page 110 of 148

ZEKERINGTABEL
(Afhankelijk van uitvoering of land)V- 2
90
Zekeringen onder het dashboard
Nummer Amp Functie
F1 10 A Autoradio (voeding)
F2 5 A + Na contact - Snelheidssensor - Centrale beveiligingscomputer - Dashboardlampjes
F3 15 A Remlichten - Snelheidsregelaar
F4 10 A Rechter achterlicht - Parkeerlicht linksvoor - Koplampverstelling
F5 10 A Airconditioning - Ruitbediening voor - Aanjager - Drukregelaar airco
F6 15 A Achterruitverwarming en stoelverwarming
F7 20 A Claxon
F8 SHUNT Ñ
F9 5 A Koplampsproeiers - Parkeerlicht rechtsvoor - Kentekenplaatverlichting - Linker achterlicht
F10 30 A Niet gebruikt
F11 30 A Niet gebruikt
F12 10 A ABS-computer - Achteruitrijlichten - Diagnosestekker - Automatische transmissie
F13 30 A Niet gebruikt
F14 5 A Centrale beveiligingscomputer
22-04-2003

Page:   < prev 1-10 ... 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 111-120 121-130 131-140 141-150 ... 150 next >