Peugeot Partner 2008 Handleiding (in Dutch)

Page 61 of 148

62
Praktische voorzieningen
INDELING VOORCOMPARTIMENT
1. Onderste opbergvak
Dit opbergvak kan, afhankelijk van
de uitvoering, van een deksel zijn
voorzien.
Het opbergvak met deksel kan bij
auto's met airconditioning gekoeld
worden.
In deze uitvoering wordt gekoelde lucht
(als de airconditioning is ingeschakeld)
door een ventilatieopening in het
opbergvak verspreid, onafhankelijk van
de ingestelde interieurtemperatuur en
de buitentemperatuur.
Bovenste opbergvak
Het opbergvak bevindt zich bovenop
het dashboard, achter het stuurwiel.
Het optillen van het deksel wordt
vergemakkelijkt door een uitsparing.
Beweeg het deksel met de hand
omhoog tot deze volledig geopend is.
Beweeg om het opbergvak te sluiten
het deksel omlaag en druk vervolgens
kort op het midden van het deksel.
Het morsen van vloeistof kan
kortsluiting veroorzaken, wat tot brand
kan leiden.
3. Opbergvak aan de zijkant
4. Tashaak
Hang uitsluitend lexibele en niet te
zware tassen aan de haak.
2. Opbergvak en flessenhouder (1,5 L)

Page 62 of 148

63
ERGONOMIE en COMFORT
3
ERGONOMIE en COMFORT
3
Praktische voorzieningen
Dakconsole
De dakconsole bevindt zich boven de
zonnekleppen, hierin kan bijvoorbeeld een
trui, een map of handschoenen worden
opgeborgen.
Door de openingen in de dakconsole
achter de zonnekleppen zijn de
voorwerpen zichtbaar waardoor ze
gemakkelijk bereikbaar zijn.
In totaal mag niet meer dan 5 kg in de
dakconsole worden opgeborgen.
Berg er geen voorwerpen in op die gevaar
voor de inzittenden kunnen opleveren.
Middenconsole met
opbergruimte
Dankzij deze console is er
aanmerkelijk meer opbergruimte: de
console is uitneembaar en wordt op
een steun vastgezet waarin in het
achterste gedeelte twee bekerhouders
aanwezig zijn.
Controleer of het lesje of blikje stevig
in de bekerhouder op zijn plaats wordt
gehouden en tijdens het rijden niet kan
omvallen.
Gemorste vloeistof kan bij contact met
schakelaars op het dashboard en de
middenconsole storingen veroorzaken.
Wees daarom voorzichtig met het
gebruik van de bekerhouder.
Zonneklep
Klap om verblinding te voorkomen bij
laagstaande zon de zonneklep omlaag.
In de zonneklep aan bestuurderszijde is
een vakje aanwezig waarin bijvoorbeeld
tol- of parkeerkaarten opgeborgen
kunnen worden.
Opbergvakken onder stoelen
In de vloer onder de voorstoelen kunt u
beschikken over opbergruimtes.
De etui met gereedschap en de
krik zijn onder de rechter voorstoel
opgeborgen. Schuif de stoel naar
voren om de opbergruimte te bereiken.

Page 63 of 148

64
Praktische voorzieningen
Automatisch inschakelen/
uitschakelen
De plafonnier vóór gaat automatisch
branden als de sleutel uit het
contact wordt gehaald, bij het
ontgrendelen van de auto, zodra een
voorportier wordt geopend en als
de auto wordt gelokaliseerd met de
afstandsbediening.
De plafonnier gaat geleidelijk uit nadat
het contact is aangezet en nadat de
auto is vergrendeld.Cabine: de plafonniers gaan
branden zodra een van de
voorportieren wordt geopend.
Deze kunnen bij aangezet contact
worden in- en uitgeschakeld met
behulp van een schakelaar.
Laadruimte: de plafonnier
gaat branden zodra een van
de achterportieren wordt
geopend.
Als de portieren enkele
minuten geopend blijven,
gaan de plafonniers uit.
Uit.
Blijft branden, bij aangezet
contact. Plafonnier vóór
PLAFONNIERS
Plafonnier achter Leeslampjes vóór (volgens uitvoering)

Page 64 of 148

65
ERGONOMIE en COMFORT
3
ERGONOMIE en COMFORT
3
Praktische voorzieningen
UITNEEMBARE LAMP
In het zijpaneel van de bagageruimte
bevindt zich een uitneembare lamp
met twee functies:
- bagageruimteverlichting,
- zaklamp.
De bagageruimteverlichting wordt
automatisch ingeschakeld bij het
openen van de bagageruimte.
De zaklamp werkt op oplaadbare
NiMH-batterijen.
Plaats de batterijen op de juiste manier
in de zaklamp.Gebruik van de uitneembare lamp
Neem de lamp uit de houder door hem
omhoog te trekken.
Druk op de knop achter op de lamp om
de lamp aan of uit te zetten.
U kunt de standaard gebruiken om,
bijvoorbeeld bij het verwisselen van
een wiel, optimaal te worden bijgelicht.
Opbergen van de zaklamp
Berg de zaklamp altijd in de houder op
door eerst de onderzijde in de houder
te plaatsen.
Als de lamp niet goed in de houder zit,
loopt u het risico dat deze niet wordt
opgeladen en dus niet gaat branden
als de bagageruimte wordt geopend.
Als de zaklamp wordt opgeborgen,
gaat deze automatisch uit als u de
lamp zelf nog niet had uitgeschakeld.
De zaklamp kan maximaal 45 minuten
blijven branden en is na enkele uren
rijden weer opgeladen.
Vervang de oplaadbare batterijen nooit
door gewone batterijen.

Page 65 of 148

66
Praktische voorzieningen
INDELING LAADRUIMTE
12V-aansluiting
Gecombineerd met de uitneembare
lamp, beperk het gebruik om te
voorkomen dat de accu ontladen raakt.
Maximaal vermogen: 120 W.
Sjorogen
Zet uw lading vast met de sjorogen op
de vloer van de laadruimte.
Om veiligheidsredenen (noodstop) is
het raadzaam de zwaarste lading zo
dicht mogelijk bij de cabine te plaatsen.
Bekleding
De wanden van de laadruimte
zijn aan de binnenzijde bekleed
om beschadiging door lading te
voorkomen.

Page 66 of 148

67
ERGONOMIE en COMFORT
3
ERGONOMIE en COMFORT
3
Praktische voorzieningen
ScheidingsrekTussenschot met luik
Halfhoog tussenschot
Schotten
Voor een effectieve bescherming van
de bestuurder en voorpassagier(s)
tegen schuivende lading, is er keuze
uit verschillende schotten voor uw
auto, waarbij de diverse mogelijkheden
van de laadruimte behouden blijven.
Afneembaar luik
Achter de voorpassagier(s), in het
gesloten gedeelte van het halfhoge
tussenschot, zit een luik dat kan
worden verwijderd voor het vervoer
van lange voorwerpen.
- Draai aan de knop aan de
bovenzijde van het luik om het los
te maken.
- Beweeg het luik omhoog om het uit de houder te halen.
- Draai het luik 90° naar links en draai het vervolgens om.
- Berg het luik op achter de bestuurdersstoel en maak het
daarbij vast aan de haakjes.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk
voor meer informatie over de
verschillende uitvoeringen van de als
accessoire leverbare schotten.

Page 67 of 148

66
Praktische voorzieningen
INDELING LAADRUIMTE
12V-aansluiting
Gecombineerd met de uitneembare
lamp, beperk het gebruik om te
voorkomen dat de accu ontladen raakt.
Maximaal vermogen: 120 W.
Sjorogen
Zet uw lading vast met de sjorogen op
de vloer van de laadruimte.
Om veiligheidsredenen (noodstop) is
het raadzaam de zwaarste lading zo
dicht mogelijk bij de cabine te plaatsen.
Bekleding
De wanden van de laadruimte
zijn aan de binnenzijde bekleed
om beschadiging door lading te
voorkomen.

Page 68 of 148

68
Praktische voorzieningen
GALERIJ LAADRUIMTE
De twee binnenste stangen zijn met
rubber bekleed en voorzien van
een sjoroog die het mogelijk maakt
voorwerpen met een riem op de galerij
vast te sjorren.
De galerij bestaat uit twee stangen die
onder het dak worden aangebracht,
waarbij de ruimte daaronder vrij blijft
voor inzittenden.
Met deze galerij kunt u lange
voorwerpen boven in de auto
vervoeren, als u de achterdeuren of
achterklep hebt gesloten. Houd u echter altijd aan de maximaal
toegestane gewichten.
Maximaal gewicht op de galerij: 10 kg
per stang.

Page 69 of 148

69
ERGONOMIE en COMFORT
3
ERGONOMIE en COMFORT
3
Praktische voorzieningen
Montage van de stang
- Maak de kunststof afdekplaatjes A los.- Draai de knoppen aan het uiteinde
van de stang helemaal los.
- Houd de stang vast aan de uiteinden B en schuif deze naar binnen.
- Plaats één uiteinde van de stang in de houder A en laat de stang
zakken om hem onder in de sleuf C
vast te zetten.
-
Voer hetzelfde uit aan de andere zijde.- Zorg ervoor dat de stangen goed onder in de sleuf C vastzitten.
- Draai de knoppen vast en controleer of de stang goed is
bevestigd door te proberen hem
heen en weer te bewegen.
Voer het demonteren in de omgekeerde
volgorde uit.
Opbergen
Draai wanneer u de stangen niet
gebruikt de knoppen gedeeltelijk los,
kantel de stangen 180° omhoog en
draai de knoppen weer vast.
Gebruiksvoorschrift
Bij een frontale aanrijding wordt de
galerij ontkoppeld om letsel bij de
inzittenden van de auto te voorkomen.
De kleine speling van de stang heeft te
maken met deze ontkoppeling.
Draai de stangen niet los en plaats
ze niet in een andere positie dan
hierboven omschreven.
De voorwerpen op de galerij moeten
worden vastgesjord met behulp
van een riem en de op de stangen
aanwezige sjorogen.
De stangen zijn niet bedoeld als
handgrepen voor de passagiers.

Page 70 of 148

70
Praktische voorzieningen
ALLESDRAGER
Als er dwarsstangen op deze dakdragers worden gemonteerd, mag, als het door
de fabrikant toegestane gewicht op deze stangen niet lage r is, maximaal 75 kg
lading op het dak vervoerd worden.

Page:   < prev 1-10 ... 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 ... 150 next >