sensor Peugeot Partner 2009 Handleiding (in Dutch)
Page 77 of 177
83
VEILIGHEID
4
Airbags
AIRBAGS
De airbags zijn speciaal ontworpen voor een betere veiligheid van de inzittenden bij ernstige aanrijdingen: ze vormen een aanvulling op de werking van de veiligheidsgordels met gordelkrachtbegrenzers.
De elektronische schoksensoren registreren in dat geval de frontale en zijdelingse aanrijdingen waaraan de registratiezones voor een aanrijding worden blootgesteld:
- bij een ernstige aanrijding worden de airbags onmiddellijk opgeblazen en beschermen ze de inzittenden van de auto. Direct na de aanrijding ontsnapt het gas zodat noch het zicht, noch het eventueel verlaten van de auto door de inzittenden wordt belemmerd,
- bij een minder ernstige aanrijding of een aanrijding van achteren en in bepaalde gevallen waarin de auto over de kop slaat, treden de airbags niet in werking. De veiligheidsgordels zorgen in deze situaties voor een afdoende bescherming.
De kracht van de aanrijding is afhankelijk van het soort obstakel en de snelheid van de auto op dat moment.
Page 106 of 177
110
Sneeuwscherm
6. MONTEREN VAN HET GEREPAREERDE WIEL
Het wiel dient op dezelfde manier te
worden gemonteerd als bij stap 5.
Vergeet bovendien niet de sierdop te
monteren.
Zie in de rubriek 2 het
gedeelte "Cockpit", hoofdstuk
"Bandenspanningsdetectie" voor
aanbevelingen na het vervangen van
een wiel met bandenspanningssensor. Zie in de rubriek 8 het gedeelte
"