PEUGEOT PARTNER 2022 Instructieboekje (in Dutch)
Page 291 of 324
289
PEUGEOT Connect Nav
12De tijd instellen
Druk op Instellingen om het beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "OPTIES" om het vervolgscherm
weer te geven.
Selecteer "Instellen tijd-datum".
Selecteer "Tijd".
Druk op deze toets om de tijd in te stellen via het virtuele toetsenbord.
Druk op "OK" om te bevestigen.
Druk op deze toets om de tijdzone in te
stellen.
Selecteer hoe de tijd (12h/24h) moet worden weergegeven.
Schakel de zomertijd in of uit (+1 uur).
Schakel GPS-synchronisatie (UTC) in of uit.
Druk op "OK" om te bevestigen.
Het kan zijn dat het systeem niet
automatisch overschakelt naar zomertijd/
wintertijd (afhankelijk van het land van verkoop).
Thema's
Afhankelijk van de uitrusting/afhankelijk van de
uitvoering.
Om veiligheidsredenen kan de procedure voor het wijzigen van het grafische thema
uitsluitend worden uitgevoerd wanneer de auto
stilstaat.
Druk op Instellingen om het beginscherm weer te geven.
Selecteer "Thema's".
Selecteer het thema in de lijst en druk
vervolgens op "OK" om te bevestigen.
Bij elke wijziging van het thema wordt het systeem opnieuw opgestart waarbij het
scherm tijdelijk zwart wordt.
Veelgestelde vragen
Hieronder vindt u de antwoorden op de meest
gestelde vragen over het systeem.
Navigatie
Ik kan het bestemmingsadres niet opgeven.
Het adres wordt niet herkend.
►
Gebruik de "intuïtieve methode" door op de
toets "Zoeken..." op de onderzijde van het scherm
"Navigatie" te drukken.
De route wordt niet berekend.
Het kan zijn dat de route-instellingen niet
overeenkomen met de huidige locatie (bijvoorbeeld,
wanneer geen rekening wordt gehouden met
tolwegen terwijl de auto op een tolweg rijdt).
►
Controleer de route-instellingen in het menu
"Navigatie". Ik krijg geen waarschuwingen voor
"Gevarenzone".
U heeft geen abonnement op deze online dienst.
►
W
anneer u wel op deze dienst bent
geabonneerd:
- kan het zijn dat na het afsluiten van het
abonnement deze dienst pas een paar dagen later
wordt geactiveerd,
- kan het zijn dat de diensten niet in het
systeemmenu zijn geselecteerd,
- kan het zijn dat de online diensten niet actief
zijn ("TOMTOM TRAFFIC" wordt niet op de kaart
weergegeven).
De POI's worden niet aangegeven.
De POI's zijn niet geselecteerd.
►
Stel het zoomniveau in op 200 meter of selecteer
POI's in de lijst met POI's.
Het geluidssignaal "Gevarenzone" werkt niet.
Het geluidssignaal is niet geactiveerd of het volume
is te laag.
► Activeer het geluidssignaal in het menu
"Navigatie", en controleer het spraakvolume in de
audio-instellingen.
Het systeem stelt bij belemmeringen geen
alternatieve routes voor.
De route-instellingen houden geen rekening met de
actuele verkeersinformatie.
►
Configureer de functie "V
erkeersinformatie" in
de lijst met route-instellingen (geen, handmatig of
automatisch).
Ik word gewaarschuwd voor een "Gevarenzone"
die niet op mijn route ligt.
Page 292 of 324
290
PEUGEOT Connect Nav
Het systeem biedt geleide navigatie, maar kondigt
ook alle "Gevarenzones" aan. Deze worden
met een driehoek vóór het pictogram van de
auto weergegeven. Het kan zijn dat het systeem
waarschuwt voor "Gevarenzones" op dichtstbijzijnde
of parallelwegen.
►
Zoom in op de kaart om de precies locatie van
de "Gevarenzone" te bekijken. U kunt "Op de route"
selecteren zodat u geen waarschuwingen meer
ontvangt. Ook kunt u de duur van de waarschuwing
beperken.
Sommige files op de route worden niet direct
gemeld.
Na het opstarten kan het een paar minuten duren
voordat het systeem verkeersinformatie ontvangt.
►
W
acht totdat de verkeersinformatie goed is
ontvangen (op de kaart worden pictogrammen met
verkeersinformatie weergegeven).
In bepaalde landen is verkeersinformatie alleen voor
de hoofdwegen (autosnelwegen, enz.) beschikbaar.
Dit is volkomen normaal. Het systeem is afhankelijk
van de beschikbare verkeersinformatie.
De hoogteligging wordt niet weergegeven.
Na het opstarten kan de initialisatie van het GPS tot
3 minuten duren voordat er meer dan 4 satellieten
correct worden ontvangen.
►
W
acht tot het systeem volledig is opgestart
zodat het signaal van ten minste 4 satellieten wordt
ontvangen.
De kwaliteit van de GPS-ontvangst kan worden
beïnvloed door de omgeving (tunnel, enz.) en het
weer. Dit is een normaal verschijnsel. De werking van het
systeem is afhankelijk van de ontvangst van het
GPS-signaal.
De verbinding van de online navigatie is
verbroken.
Tijdens het opstarten en in bepaalde gebieden kan
het zijn dat er geen verbinding beschikbaar is.
►
Controleer of de online diensten zijn geactiveerd
(instellingen, contract).
Radio
De ontvangstkwaliteit van de beluisterde
radiozender neemt geleidelijk af of de
voorkeuzezenders kunnen niet worden
ontvangen (bijvoorbeeld geen geluid of 87,5 Mhz
wordt weergegeven).
De auto is te ver verwijderd van het zendstation, of
er is geen zendstation aanwezig in het geografische
gebied.
►
Activeer de functie "RDS" via het snelmenu
om het systeem te laten zoeken naar een sterkere
zender in het geografisch gebied.
De antenne is niet aanwezig of is beschadigd
(bijvoorbeeld in een wasstraat of parkeergarage).
►
Laat de antenne controleren door een dealer
.
Het omliggende gebied (bijvoorbeeld heuvels,
tunnel of ondergrondse parkeergarage) blokkeert de
ontvangst, waaronder de RDS-volgmodus.
Dit fenomeen is heel normaal, en geeft geen defect
van het audiosysteem aan.
Ik kan sommige opgeslagen zenders uit de lijst
niet ontvangen.
De naam van de zender verandert. De zender wordt niet meer ontvangen, of de naam
van de zender in de lijst is veranderd.
Sommige zenders sturen in plaats van een naam
andere informatie mee (bijv. titel van het afgespeelde
nummer).
Het systeem interpreteert deze informatie als de
naam van de zender.
►
Druk op "Lijst bijwerken" in het secundaire menu
"Zenderlijst".
Media
Het afspelen van de muziek op mijn USB-
geheugenstick begint pas na lang wachten
(ongeveer 2 tot 3 minuten).
Door bepaalde bestanden die standaard op een
USB-geheugenstick staan, kan het erg lang duren
tot de muziek op de USB-geheugenstick wordt
afgespeeld (tot 10 keer de fabrieksopgave).
►
Wis de bestanden die standaard op de USB-
geheugenstick staan, en beperk het aantal
submappen in de mappenstructuur van de
USB-geheugenstick.
Na het insteken van een USB-geheugenstick kan
het even duren voordat deze wordt afgespeeld.
Het systeem leest verschillende data (map, titel,
artiest, enz.). Dit kan een paar seconden duren,
maar ook een paar minuten.
Dit is volkomen normaal.
Het kan zijn dat sommige informatietekens in
de huidige afspeelmedia niet correct worden
weergegeven.
Het audiosysteem kan bepaalde typen tekens niet
verwerken.
Page 293 of 324
291
PEUGEOT Connect Nav
12► Gebruik standaard karakters voor de benaming
van nummers en mappen.
Het afspelen van streaming-bestanden start niet.
Het aangesloten apparaat start afspelen niet
automatisch.
►
Start het afspelen via het apparaat.
T
itels van nummers en afspeeltijden worden
niet op het scherm voor audiostreaming
weergegeven.
De Bluetooth-verbinding biedt deze mogelijkheid
niet.
Telefoon
Het lukt niet om mijn Bluetooth-telefoon te
koppelen.
Het is mogelijk dat de Bluetooth-functie van de
telefoon is uitgeschakeld of dat uw toestel niet
zichtbaar is voor het systeem.
►
Controleer of de Bluetooth-functie van de
telefoon is ingeschakeld.
►
Controleer bij de instellingen van uw telefoon of
deze op "zichtbaar voor alle apparaten" staat.
►
Schakel de Bluetooth-functie van de telefoon uit
en weer in.
De Bluetooth-telefoon is niet compatibel met het
systeem..
►
U kunt de compatibiliteit van uw telefoon
controleren op de website van het merk (services).
Android Auto en/of CarPlay werken niet.
Android Auto en CarPlay worden niet ingeschakeld
wanneer de USB-kabels van slechte kwaliteit zijn.
►
Gebruik originele USB-kabels om de
compatibiliteit te waarborgen. Android Auto en/of CarPlay werken niet.
Android Auto en CarPlay zijn niet in alle landen
beschikbaar.
►
Controleer de lijst met ondersteunde landen via
deze websites: Google Android Auto of Apple.
Het volume van de via Bluetooth verbonden
telefoon is te laag.
Het volume is afhankelijk van het systeem en van
de telefoon.
►
V
erhoog het volume van het audiosysteem,
indien nodig, tot maximaal en verhoog het volume
van de telefoon indien nodig.
Omgevingsgeluid is van invloed op de kwaliteit van
een telefoongesprek.
► Beperk geluid uit de omgeving (sluit bijvoorbeeld
ramen, zet de ventilatie lager of ga langzamer
rijden).
Sommige contacten komen in de lijst dubbel
voor.
U kunt contacten op de volgende manieren
synchroniseren: u kunt de contacten op de simkaart
synchroniseren, de contacten op de telefoon
synchroniseren, of beide. Wanneer u beide
synchronisaties selecteert, kan het zijn dat sommige
contacten dubbel voorkomen.
►
Selecteer "Contacten van simkaart weergeven"
of "Contacten van telefoon weergeven".
De contacten staan niet op alfabetische
volgorde.
Sommige telefoons hebben speciale weergave-
opties. Afhankelijk van de instellingen kunnen
contacten in een bepaalde volgorde worden
overgenomen. ►
V
erander de instellingen voor de weergave van
contacten in de telefoon.
Het systeem ontvangt geen sms-tekstberichten.
In de modus Bluetooth kunnen er geen sms-
tekstberichten naar het systeem worden gestuurd.
Instellingen
Wanneer ik de instellingen voor hoge en lage
tonen wijzig, wordt geluidssfeer uitgeschakeld.
Wanneer de geluidssfeer wordt gewijzigd,
worden de instellingen voor hoge en lage tonen
gereset.
De geluidssfeer is gekoppeld aan de hoge en lage
tonen.
►
Wijzig de instelling van de hoge en de lage
tonen of wijzig de geluidssfeer om de gewenste
geluidskwaliteit te verkrijgen.
Wanneer ik de instellingen voor balans wijzig,
wordt de geluidsverdeling uitgeschakeld.
Wanneer u de instelling voor de geluidsverdeling
wijzigt, worden de instellingen voor de balans
gedeselecteerd.
De geluidsverdeling is gekoppeld aan de balans.
►
Stel de balans in of kies een geluidsverdeling
naar eigen wens.
Er is een verschil in geluidskwaliteit tussen
geluidsbronnen.
Voor een optimale geluidskwaliteit kunnen de
geluidsinstellingen worden aangepast aan
verschillende audiobronnen die hoorbare verschillen
kunnen genereren bij het veranderen van de bron.
►
Controleer of de geluidsinstellingen
overeenkomen met de bronnen waarnaar
Page 294 of 324
292
PEUGEOT Connect Nav
wordt geluisterd. Het is raadzaam om de
geluidsinstellingen (Bass, Treble, Balans) in de
middelste stand te zetten, om de geluidssfeer op
"Geen" te zetten en om de correctie van het volume
in de USB-modus op "Actief" en in de Radiomodus
op "Niet actief" te zetten.
►
Pas, in alle gevallen, nadat u de
geluidsinstellingen heeft ingesteld, het
geluidsvolume op het draagbare apparaat eerst aan
(op hoog zetten). Stel dan het geluidsvolume van
het audiosysteem in.
Na het afzetten van de motor, wordt het systeem
na enkele minuten automatisch uitgeschakeld.
Als de motor is afgezet, blijft het audiosysteem nog
werken zolang de laadtoestand van de accu dat
toestaat.
In de normale uitgeschakelde stand, gaat het
systeem na een bepaalde tijd automatisch over op
de eco-modus om de accu niet te ontladen.
►
Start de auto om de laadstroom van de accu te
verhogen.
Ik kan de datum en tijd niet instellen.
U kunt de tijd en de datum alleen instellen wanneer
satellietsynchronisatie is uitgeschakeld.
►
Menu Instellingen
/ Opties/ Datum en tijd
instellen. Selecteer het tabblad "Tijd" en schakel
"gps-synchronisatie" (UTC) uit.
Page 295 of 324
293
Event Data Recorders (EDR)
13Event Data Recorders
(EDR)
Er zijn elektronische regeleenheden in uw auto
gemonteerd. Regeleenheden verwerken gegeven
die, bijvoorbeeld, afkomstig zijn van autosensoren
of die de regeleenheden zelf aanmaken of
onderling uitwisselen. Sommige regeleenheden
zijn vereist voor een veilige werking van uw auto,
andere bieden ondersteuning tijdens het rijden
(bestuurdersondersteuningssystemen) of verzorgen
comfort- of infotainmentfuncties.
Hieronder volgt algemene informatie over
gegevensverwerking in de auto. U vindt extra
informatie over welke specifieke gegevens worden
geüpload, opgeslagen en doorgegeven aan derden
en voor welke doeleinden in uw auto onder het
trefwoord Gegevensbescherming gekoppeld
aan de verwijzingen voor de desbetreffende
functionele eigenschappen in de desbetreffende
gebruikershandleiding of in de algemene
verkoopvoorwaarden. U kunt deze ook online inzien.
Werkingsgegevens van de
auto
De regeleenheden verwerken gegevens die voor de
werking van de auto worden gebruikt.
Deze gegevens omvatten onder meer:
–
Informatie over de toestand van de auto
(zoals snelheid, reistijd, zijdelingse acceleratie,
draaisnelheid van de wielen en vastgemaakte
veiligheidsgordels). –
Omgevingsfactoren (zoals temperatuur
,
regensensor en afstandssensor).
Over het algemeen zijn deze gegevens tijdelijk,
worden ze niet langer dan één werkingscyclus
opgeslagen en worden ze alleen in de auto zelf
gebruikt. De regeleenheden slaan deze gegevens
vaak op (inclusief de sleutel van de auto). Met deze
functie kan informatie over de toestand van de auto,
de belasting van componenten, servicevereisten,
gebeurtenissen en technische storingen tijdelijk of
permanent worden opgeslagen.
Afhankelijk van het uitrustingsniveau van de auto
worden de gegevens als volgt opgeslagen:
–
De bedrijfsstatus van systeemcomponenten
(zoals het vulniveau, de bandenspanning en de
laadtoestand van de accu).
–
Fouten en storingen in belangrijkste
systeemcomponenten (zoals lampen en remmen).
–
Reacties van systemen in specifieke rijsituaties
(zoals activering van een airbag of activering van
stabiliteitsregel- en remsystemen).
–
Informatie over gebeurtenissen die schade aan de
auto hebben veroorzaakt.
–
Bij elektrische en plug-in hybride auto's de
laadtoestand van de tractiebatterij en de geschatte
actieradius.
Onder specifieke omstandigheden (bijvoorbeeld
als de auto een storing heeft gedetecteerd) kan het
nodig zijn om gegevens te registreren die anders
niet worden opgeslagen.
Wanneer u servicewerkzaamheden aan uw auto
laat uitvoeren (zoals reparatie of onderhoud), dan
kunnen de opgeslagen bedrijfsgegevens worden uitgelezen, samen met het VIN-nummer van de
auto, en kunnen ze waar nodig worden gebruikt.
Personeel dat voor het servicenetwerk werkt (zoals
garages en fabrikanten) of derden (bijvoorbeeld
pechhulpverleners) kunnen de gegevens van de
auto uitlezen. Dit geldt ook voor werkzaamheden die
onder garantie en vanwege kwaliteitsmaatregelen
worden uitgevoerd.
Deze gegevens worden meestal uitgelezen via
de OBD-aansluiting (On-Board Diagnostics) die
wettelijk verplicht in de auto is. De gegevens
worden gebruikt voor meldingen over de technische
toestand van de auto of componenten van de auto
en maakt de diagnose van storingen gemakkelijker,
in overeenstemming met verplichtingen onder
garantie en voor verbetering van de kwaliteit. Deze
gegevens, met name informatie over belasting
van componenten, technische gebeurtenissen,
bedieningsfouten en andere storingen, worden
waar nodig naar de fabrikant gestuurd, samen met
het VIN-nummer van de auto. Er kan ook sprake
zijn van aansprakelijkheid van de fabrikant. De
fabrikant kan de bedrijfsgegevens die uit de auto
worden gehaald ook gebruiken voor terugroepacties
voor producten. De gegevens kunnen ook worden
gebruikt om de garantie van de klant en eventuele
garantieclaims na te kijken.
Elke storing die in de auto is opgeslagen, kan
door een servicepunt tijdens onderhouds- of
reparatiewerkzaamheden of op uw verzoek worden
gereset.
Page 296 of 324
294
Event Data Recorders (EDR)
Comfort- en
infotainment-functies
Comfort- en gepersonaliseerde instellingen kunnen
in de auto worden opgeslagen en op elk moment
aangepast of opnieuw ingesteld worden.
Afhankelijk van het uitrustingsniveau van de auto
kan dit het volgende omvatten:
–
Instellingen voor de positie van stoel en stuurwiel.
–
Instellingen voor chassis en airconditioning.
–
Gepersonaliseerde instellingen, zoals de
interieurverlichting.
U kunt uw eigen gegevens in het audio- en
telematicasysteem van de auto invoeren, als
onderdeel van de geselecteerde functies.
Afhankelijk van het uitrustingsniveau van de auto
kan dit het volgende omvatten:
–
Multimediagegevens zoals muziek, video's of
foto's die met een geïntegreerd multimediasysteem
moeten worden gelezen.
–
Gegevens uit het adresboek voor gebruik met
een geïntegreerd handsfree-systeem of een
geïntegreerd navigatiesysteem.
–
Ingevoerde bestemmingen.
–
Gegevens over het gebruik van online diensten.
Deze gegevens voor de comfort- en infotainment-
functies kunnen lokaal in de auto worden
opgeslagen of op een apparaat dat u in de auto
hebt aangesloten (zoals een smartphone, een USB-
stick of een MP3-speler). Gegevens die u zelf hebt
ingevoerd, kunnen op elk moment worden gewist.
De gegevens kunnen op uw verzoek ook naar een
locatie buiten de auto worden gestuurd, vooral bij gebruik van online diensten in overeenstemming
met de geselecteerde instellingen. Integratie van een Smartphone
(zoals
Android Auto
® of
Apple
®CarPlay®)
Afhankelijk van de uitrusting van uw auto
kunt u uw smartphone of een ander mobiel
apparaat aansluiten in de auto, zodat het met
de geïntegreerde bedieningsfuncties van de
auto kan worden bediend. Beelden en geluid
van de smartphone kunnen via het audio- en
telematicasysteem worden verstuurd. Tegelijkertijd
wordt er specifieke informatie naar uw smartphone
gestuurd. Afhankelijk van het type integratie omvat
dit gegevens zoals locatie, dag-/nachtmodus en
andere algemene informatie over de auto. Zie de
gebruikersinstructies voor de auto of het audio- en
telematicasysteem voor meer informatie.
Met het integreren van een smartphone kunt
u de apps op de telefoon gebruiken, zoals een
navigatie-app of muziekspeler. Er is geen andere
integratie tussen de smartphone en de auto mogelijk
en dit geldt met name voor directe toegang tot
autogegevens. Hoe de gegevens daarna worden
verwerkt, wordt bepaald door de leverancier van de
gebruikte app. De mogelijkheid om instellingen te
veranderen is afhankelijk van de betreffende app en
van het besturingssysteem op uw smartphone.
Online diensten
Als uw auto met een draadloos netwerk is
verbonden, kunnen gegevens worden uitgewisseld
tussen de auto en andere systemen. Verbinding
met een draadloos netwerk is mogelijk via een
zender in uw auto of een mobiel apparaat dat u
hebt verbonden (zoals een smartphone). De online
diensten kunnen via deze draadloze verbinding
worden gebruikt. Deze omvatten online diensten en
apps die door de fabrikant en andere leveranciers
aan u zijn geleverd.
Exclusieve diensten
Met betrekking tot de online diensten van de
fabrikant worden de betreffende functies door
de fabrikant in een geschikt medium beschreven
(bijvoorbeeld in het instructieboekje of op de
website van de fabrikant). Voor online diensten
kunnen persoonsgegevens worden gebruikt.
Gegevens worden voor dit doeleinde via een
veilige verbinding uitgewisseld, bijvoorbeeld via
speciale computersystemen van de fabrikant.
Het verzamelen, verwerken en gebruiken van
persoonsgegevens voor de ontwikkeling van
diensten worden uitsluitend uitgevoerd op basis van
wettelijke autorisatie, bijvoorbeeld bij een wettelijk
verplicht noodoproepsysteem, of op basis van een
contract of andere overeenkomst.
U kunt de diensten en functies activeren en
deactiveren (sommige zijn oplaadbaar) en in
sommige gevallen de volledige verbinding van de
auto met het draadloze netwerk. Dit omvat geen
Page 297 of 324
295
Event Data Recorders (EDR)
13wettelijk verplichte functies en diensten, zoals
noodoproep- of hulpoproepsystemen.
Diensten van derden
Als u online diensten van andere leveranciers
(derden) gebruikt, dan vallen deze diensten
onder de verantwoordelijkheid, vereisten
voor gegevensbescherming en de algemene
gebruiksvoorwaarden van de betreffende
leverancier. De fabrikant heeft vaak niets te
zeggen over de inhoud die in deze gevallen wordt
uitgewisseld.
Zorg er daarom voor dat u op de hoogte bent van
de aard, de omvang en het doel van de verzamelde
en gebruikte personeelsgegevens als onderdeel
van diensten van derden die door de betreffende
serviceprovider worden geleverd.
Page 298 of 324
296
Trefwoordenregister
12V-accu 193, 202, 221–222, 221–224
A
Aanhanger 101, 195
Aanhangergewichten
233–237, 241
Aansluiten MirrorLink
261
Aansluiting 12 V
62, 64
Aansluiting 220 V
64
ABS
99
Accessoires
96
Accu laden
223–224
Achterbank
58, 60
Achterdeuren
39–40
Achterklep
39, 41
Achterlichten
220
Achterportierruiten
51
Achterruitverwarming
55, 81
Achteruitrijcamera
145, 169, 173–174
Achteruitrijlicht
220
Actieradius AdBlue®
202
Active Safety Brake
158, 160
Adaptieve cruise control met Stop-functie
148
Adaptieve snelheidsregelaar
153
AdBlue®
204
AdBlue® bijvullen
205
AdBlue®-reservoir
205
Advanced Grip Control
101–102
Afmetingen
228
Afstandsbediening
33–37, 39–40, 124
Afstellen van de koplamphoogte
92
Afzetten van de motor 124, 126–127
Airbags
108, 110, 112
Airbags vóór
108, 110, 113
Airconditioning
76, 79
Airconditioning (handbediend)
77–78
Airconditioning met gescheiden regeling
81
Alarmknipperlichten
70, 98
Alarmsysteem
47–48
Algemeen menu
31
Allesdragers
197–198
Android Auto verbinding
279
Antiblokkeersysteem (ABS)
99
Antidiefstalsysteem/Startblokkering
34
Antispinregeling (ASR) ~ Antislipregeling
100, 102
Apple®-speler
247, 259, 284
Apple CarPlay verbinding
260, 279
Apps
280
Armleuning
53
Armleuning vóór
62
Audiokabel
283
Automatische airconditioning (met display)
82
Automatische airconditioning met gescheiden
regeling
78–79
Automatische ruitenwissers
94–95
Automatische transmissie ~ Versnellingsbak,
automatische
131, 133–138, 203, 223
Automatisch inschakelen verlichting
89–90
Automatisch noodremsysteem
158, 160
AUX-aansluiting
247, 259, 283B
Bagageafdekking 68
Bagageafdekscherm
68–69
Bagagenet voor hoge belading
67
Banden
203, 242
Banden oppompen
203, 242
Bandenreparatieset
210
Bandenspanning
203, 213, 216, 242
Bandenspanningscontrole (met set)
211–212
Bandenspanning te laag (detectie)
142
Batterij afstandsbediening ~ Afstandsbediening,
batterij
42, 84
Batterij afstandsbediening vervangen ~
Afstandsbediening, batterij vervangen
42
Bediening autoradio aan stuurkolom ~ Autoradio,
bedieningen aan stuurkolom
243–244, 254, 268
Bekerhouder
62
Beladen
70, 197
Benzinemotor
199, 233–234
Bijvullen AdBlue®
202, 205
Binnenspiegel
56
BlueHDi
202, 209
Bluetooth audiosysteem met touchscreen
29
Bluetooth (handsfree set)
248–249, 261–262, 284–285
Bluetooth (telefoon)
248–249, 261–262, 284–286
Bluetooth-verbinding
248–249, 261–262,
280, 284–286
Boordcomputer
28–29
Boordgereedschap
209–210
Brandstof
8, 180
Page 299 of 324
297
Trefwoordenregister
Brandstofadditief 201–202
Brandstofniveaumeter
180–181
Brandstoftank
180–181, 180–182
Brandstof tanken
180–181
Brandstoftank leeg (diesel)
209
Brandstofverbruik
8
Brandstofvuldop ~ Brandstoftankdop
180–181
Brandstofvulklep ~ Brandstoftankklep
180–181
Buitenspiegels
55–56, 81, 164
Buitenverlichting
90
C
Carrosserie 207
Carrosserie-onderhoud
207
CD
247
CD MP3
247
Centrale vergrendeling
33, 39
Claxon
99
Configuratie van de auto
30–31
Connectiviteit
279
Contact
126–127, 286
Contact aangezet
127
Controlelampjes
14
Controlepaneel
185–186
Controles
199, 202–203
D
DAB (Digital Audio Broadcasting) - Digitale
radio
246, 258, 282–283
Dak
63
Dakklep
46
Dashboardkastje
62
Datum (instellen)
264, 288
Datum instellen
264, 288
Detectie obstakels
167
Detectie te lage bandenspanning ~
Bandenspanning, detectie
142–143, 213
De tractiebatterij laden
186
Dieselmotor
180, 199, 209, 235–237, 241
Digitaal instrumentenpaneel
12–13
Digitale radio - DAB (Digital Audio
Broadcasting)
246, 258, 282–283
Dimlicht
87, 217–218
Display instrumentenpaneel
10
Dodehoekbewaking
164
Draadloze lader
65
Dynamische noodrem
129–131
E
Eco-mode ~ Eco-modus 193
Eco-rijden (adviezen)
8
ECO-stand
140
Eendelige vaste bank
60
Electronic Stability Program (ESC)
100, 102
Elektrisch bedienbare schuifdeur
39, 46
Elektrisch bediende handrem ~ Handrem,
elektrisch bediend
129–131, 203
Elektrische ruitbediening
49–50
Elektromotor
6, 9, 31, 127, 182, 196,
200, 222, 225, 241
Elektronische remdrukregelaar (REF)
99
Elektronische remdrukregelaar (REF) ~ Electronic
Brake Force Distribution (EBD)
99
Elektronische sleutel
33, 128
Elektronische startblokkering ~ Startblokkering,
elektronische
124
Elektronisch Stabiliteits Programma (ESP)
99,
101–102
Energiestromen
31
ESP (Elektronisch Stabiliteits Programma)
99
Etiketten
6, 60
Extra verwarming
48, 82–83
F
Flacon AdBlue® 205
Flessenhouder
62
Follow me home-verlichting
34
Follow me home verlichting ~ Follow-me-home-
verlichting
90
Frequentie (radio)
282
G
Gekoppeld navigatiesysteem 276–278
Page 300 of 324
298
Trefwoordenregister
Geluidssignaal stil voertuig
(elektrische auto)
99, 123
Geluidssignaal voor voetgangers
(elektrische auto)
99, 123
Geprogrammeerd laden
32
Geprogrammeerd laden
(elektrische auto)
31, 184, 189, 192
Gereedschap
210
Gesproken commando's ~
Spraakcommando's
270–273
Gevarendriehoek
70
Gewichten
233–237, 241
GPS
275
Grootlicht
87, 90, 217, 219
Grootlichtassistent
90–91
H
Halogeenlampen 217
Handgeschakelde versnellingsbak ~
Versnellingsbak, handgeschakeld
131–132, 203
Handopvoerpomp
209
Handrem
128, 203
Handsfree set
248–249, 261–262, 284–285
Helderheid
250, 263
Het opslaan van de snelheid
157
Hill Assist Descent Control (HADC)
102
Hill-Holder ~ Hill Start Assist
131–132
Hoofdsteunen achter
58–59
Hoofdsteunen verstellen
61
Hoofdsteunen vóór
61
Hoogspanning 182
Hoogte- en diepteverstelling stuurwiel ~
Stuurverstelling
55
Hulpoproep
96–97
I
Identificatiegegevens 242
Identificatieplaatjes constructeur
242
Identificatie (stickers)
242
Indeling interieur ~ Interieurindeling
62, 66
Inductielader
65
Infraroodcamera
145
Inhoud brandstoftank ~ Brandstoftank
(inhoud)
180–181
Instapverlichting
90
Instellen van de uitrustingen
30–31
Instellingen van het systeem
250, 263, 288
Instrumentenpaneel
10, 12, 12–13, 13, 145
Instrumentenpanelen
10
Interieurbeveiliging
47
Interieurfilter
76, 202
Interieurfilter (vervangen)
202
ISOFIX
11 9
ISOFIX bevestigingen
11 7
ISOFIX kinderzitjes
118, 120
J
Jack 283
Jack-aansluiting 283
Jack-kabel
283
K
Kentekenplaatverlichting 220–221
Keyless entry and start
33–39, 125–126
Kinderbeveiliging
121
Kinderen
107, 114, 118, 120
Kinderen (veiligheid)
121
Kinderzitjes
107, 110–112, 114–115, 119, 120
Kinderzitjes (conventioneel)
11 4
Kinderzitjes i-Size
120
Klep laadaansluiting (elektrische auto)
184, 189, 191–192
Kleurcode lak
242
Klimaatregeling
79, 82
Klokje (instellen)
250, 264, 289
Koelvloeistof
201
Koplampen
217
Koplampverstelling
92
Krik
213
L
Laadkabel 186
Laadkabel (elektrische auto)
185
Laadschot
69
Laadstekker (elektrische auto)
184, 189, 191–192
Laadsysteem (elektrische auto)
6, 9, 31, 182, 200