display Peugeot RCZ 2013 Handleiding (in Dutch)

Page 146 of 336

144


Uitschakelen/activeren parkeerhulp achter

De parkeerhulp kan worden geactiveerd of uitgeschakeld
via het confi guratiemenu van de auto.
De status van de functie wordt opgeslagen bij het afzetten
van het contact.
Raadpleeg voor meer informatie over de toegang tot het menu
van de parkeerhulp het hoofdstuk over het instellen van de
uitrustingen van uw auto.



STORING


Als er een storing optreedt, gaat bij het inschakelen
van de achteruitversnelling dit verklikkerlampje op het
instrumentenpaneel branden en/of wordt er een bericht op het
display weergegeven, in combinatie met een geluidssignaal
(korte pieptoon).
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of een gekwalifi ceerde werkplaats.

Controleer bij slecht weer of in winterse omstandigheden of de
sensoren soms bedekt zijn met modder, ijs of sneeuw. Bij het
inschakelen van de achteruitversnelling geeft een geluidssignaal
(lange pieptoon) aan dat de sensoren vuil kunnen zijn.
De parkeerhulp kan geluidssignalen geven als reactie op
bepaalde omgevingsgeluiden (motoren, vrachtwagens, drilboren,
enz.).


De functie wordt automatisch uitgeschakeld zodra een aanhanger
wordt aangekoppeld of een fi etsendrager wordt gemonteerd
(auto's voorzien van een door PEUGEOT aanbevolen trekhaak of
fi etsendrager).

Page 155 of 336

7/
F0
ONDERHOUD









ADDITIEFNIVEAU (DIESELUITVOERING MET
ROETFILTER)
Het minimumniveau van het additief wordt aangegeven door
het permanent branden van dit verklikkerlampje in combinatie
met een geluidssignaal en een melding met betrekking tot een
te laag additiefniveau van het roetfi lter.


Bijvullen

Het reservoir moet snel worden bijgevuld door het PEUGEOT-netwerk
of door een gekwalifi ceerde werkplaats.









AFGEWERKTE PRODUCTEN

Vermijd langdurig huidcontact met afgewerkte olie en andere
vloeistoffen.
De meeste van deze vloeistoffen zijn bijtend en schadelijk voor de
gezondheid.
Gooi afgewerkte olie en andere vloeistoffen niet in het riool, in het
water of op de grond.
Deponeer afgewerkte olie in de daarvoor bestemde containers bij
het PEUGEOT-netwerk of een gekwalifi ceerde werkplaats.











KOELVLOEISTOFNIVEAU


Het koelvloeistofniveau dient zich zo dicht mogelijk bij het
merkteken "MAXI" te bevinden, maar mag beslist niet hoger zijn.
Als de motor warm is, wordt de temperatuur van de koelvloeistof
geregeld door de koelventilator.
Wacht bovendien alvorens werkzaamheden aan het koelsysteem uit
te voeren ten minste 1 uur nadat de motor gedraaid heeft, omdat het
koelsysteem onder druk staat.
Draai om brandwonden te voorkomen de dop eerst 2 omwentelingen
los om de druk te laten dalen. Verwijder, als de druk eenmaal gedaald
is, de dop en vul koelvloeistof bij.





De koelventilator kan ook nog gaan draaien nadat de motor is
afgezet: houd daarom voorwerpen en kleding uit de buurt van de
ventilator.




Koelvloeistof verversen

De koelvloeistof behoeft niet te worden ververst.


Type koelvloeistof

Gebruik de door de fabrikant voorgeschreven koelvloeistof.























NIVEAU RUITEN- EN
KOPLAMPSPROEIERVLOEISTOF

Wanneer uw auto is voorzien van koplampsproeiers,
wordt een te laag vloeistofniveau van de ruiten- en
koplampsproeiers aangegeven door een geluidssignaal en
een melding op het display van het instrumentenpaneel.
Vul bij de eerstvolgende gelegenheid het reservoir bij.


Type ruiten- en koplampsproeiervloeistof

Voor een optimale reiniging en om het bevriezen van de sproeiers
te voorkomen is het (bij)vullen van het reservoir met water niet
toegestaan.

Page 172 of 336

170
ECO-MODE
De eco-mode bepaalt de maximale gebruiksduur van een aantal
functies om te voorkomen dat de accu ontladen raakt.
Nadat de motor is afgezet, kunt u een aantal elektrische functies zoals
het audio- en telematicasysteem, de ruitenwissers, dimlichten en de
plafonnier nog in totaal maximaal dertig minuten gebruiken.
Afhankelijk van de laadtoestand van de accu kan deze periode veel
korter zijn.

INSCHAKELEN VAN DE ECO-MODE

Na het verstrijken van deze tijd geeft een melding op het display aan
dat de eco-mode is ingeschakeld en de actieve functies worden in de
ruststand gezet.
Als u op het moment dat de eco-mode wordt ingeschakeld aan het
telefoneren bent:


- kan het gesprek nog 5 minuten worden voortgezet met de
handsfree set van uw Peugeot Connect Sound,

- kan het telefoongesprek gewoon worden voortgezet met de
Peugeot Connect Nav of de Peugeot Connect 3D Nav.



UITSCHAKELEN VAN DE ECO-MODE

De functies worden automatisch weer ingeschakeld als de motor gestart
wordt.
Start de motor om de functies direct weer te kunnen gebruiken en laat
de motor ten minste 5 minuten draaien.
Neem de tijd die nodig is voor het starten van de motor in acht om een
juiste lading van de accu te garanderen.
Vermijd het herhaaldelijk en continu starten van de motor om de accu
bij te laden.
Als de accu ontladen is, kan de motor niet gestart worden (zie de
paragraaf "Accu").
SPAARFASE

De spaarfase stuurt de elektrische functies van de auto aan om het
ontladen van de accu te voorkomen.
Tijdens het rijden kunnen in verband met de laadtoestand van de
accu enkele functies (airconditioning, achterruitverwarming, ...) tijdelijk
worden uitgeschakeld.
Deze functies worden automatisch ingeschakeld zodra de laadtoestand
van de accu dit toelaat.

Page 184 of 336

182

ZEKERINGEN DASHBOARD

De zekeringkast bevindt zich aan de onderzijde van het dashboard
(linkerzijde) en bevat twee houders.

Toegang tot de zekeringen



)
Zie de paragraaf "Toegang tot het gereedschap".



Overzicht zekeringen



Zekering



Ampère


Functies



F1



-

Niet gebruikt.


F2



30 A



Massa vergrendeling en supervergrendeling



F3



5 A


Elektronische eenheid airbags, actieve
motorkap en pyrotechnische gordelspanners.


F4



10 A

Schakelaar koppelingspedaal,
elektrochromatische binnenspiegel,
automatische transmissie, eenheid
veiligheidsschakeling.


F5



30 A

Eentraps elektrische ruitbediening,
voeding inklapbare buitenspiegels.


F6


- Niet gebruikt.


F7



5 A

Plafonniers voor en achter,
kaartleeslampjes, verlichting zonneklep,
verlichting dashboardkastje.


F8



20 A

Autoradio, autoradio/telefoon,
multifunctioneel display, detectie te lage
bandenspanning, klokje.


F9



30 A

12V-aansluiting.


F10



15 A

Stuurkolomschakelaars.


F11



15 A

Contactslot met circuit lage stroomsterkte.


F12



15 A

Instrumentenpaneel, airconditioning,
geheugeneenheid bestuurdersstoel,
regen-/lichtsensor, airbags.

Houder 1

Page 185 of 336

8/
PRAKTISCHE INFORMATIE


Zekering



Ampère


Functies



F13



5 A

Servicecentrale motor, actieve motorkap.


F14



15 A

Multifunctioneel display,
pictogrammendisplay veiligheidsgordels
en airbag voorpassagier, display
instrumentenpaneel, versterker,
handsfree set, elektronische eenheid
parkeerhulp, USB Box.


F15



30 A

Vergrendeling en supervergrendeling.


F17



40 A

Achterruit- en buitenspiegelverwarming.


SH



-

Shunt tijdens opslag.


Zekering



Ampère


Functies



G36



30 A

Hifi -versterker.


G37



30 A

Geheugeneenheid passagiersstoel vóór.


G38



30 A

Geheugeneenheid bestuurdersstoel.


G39



5 A

Geheugeneenheid verlichting.


G40



30 A

Stoelverwarming bestuurder en
voorpassagier.
Houder 2


Page 209 of 336

207
01BASISFUNCTIES
NAVIGATIETOETS Peugeot Connect 3D Nav

Druk naar links of naar rechts:
Bi
j weergave op het scherm "RADIO":
weergave: vorige/volgende frequentie selecteren.
Bij weergave "MEDIA": weergave:
vorige/volgende track selecteren.
Bi
j weergave van KAART of NAV IGATIE: horizontaal verplaatsen
van de kaart.


Druk op omhoog/omlaag :
Bi
j weergave "RADIO": vorige/volgende
voorkeuzezender selecteren.
Bi
j weergave van het scherm "MEDIA": MP3-map selecteren.
Bi
j weergave van KAART of NAV IGATIE: verticaal verplaatsen vande kaart.
Verder
gaan naar de volgende bladzijde
of terugkeren naar de vorige bladzijde.
Ve r
plaatsen op het virtueel
weergegeven toetsenbord.

OK: bevestigen van het op het display geselecteerde item.
OPHANGEN: Toegang tot het Menu "Telefoon".
Gesprek beëindi
gen of
inkomend gesprek weigeren, Bluetooth-verbinding. Normale weer
gave of zwart scherm.

Selecteren van het achtereenvolgens weergeven op
het scherm KAART/NAV (tijdens
navigatie)/TEL (tijdens een
gesprek)/"RADIO" of "MEDIA"
tijdens het afspelen.
GESPREK BEANTWOORDEN:
toegang tot het Menu "Telefoon".
Bluetooth-verbinding,
accepteren inkomend
gesprek.

Draaien aan de draaiknop:
Bi
j weergave "RADIO": selecteren van
de vorige/volgende voorkeuzezender
in de lijst.
Bi
j weergave "MEDIA": vorige/volgendeMP3- of CD-track selecteren.
Bi
j weergave van KAART of NAVIGATIE: in-/uitzoomen op de kaart.

Verplaatsen van de cursor in een menu.

Page 213 of 336

211
03
SETUP
TRAFFIC
MEDIA
ALGEMENE WERKING
Raadpleeg voor een gedetailleerd overzicht van de
keuzemogelijkheden de rubriek "Menustructuren displays" in deze handleiding. Door meerdere keren achter elkaar op de toets M
ODE te drukken, kunt u kiezen voor de volgende weergaven:

Lang indrukken: toegang tot de
GPS-dekking en de demomodus.
Gebruik voor het schoonmaken van het display een zacht,
niet-schurend doekje (bijvoorbeeld een brillendoekje) zonder schoonmaakmiddel.
RADIO / MULTIMEDIA / VIDEO
TELEFOON(
Tijdens een telefoongesprek )
KAARTWEERGAVE OPVOLLEDIG SCHERM
NAVIGATIE (
Tijdens navigatie )
SETUP:




toegang tot het menu "SETUP": taalkeuze *
en stemfuncties *
, steminstellingen (rubriek 09), datumen tijd * , weergave, eenheden en systeeminstellingen.
VERKEER:
toegang tot het Menu Verkeer: weergave van actuele
verkeersberichten.
WEERGAVE AFHANKELIJK VAN CONTEXT
MEDIA:Menu Audio-DVD Menu Dvd-video
*
Beschikbaar afhankeli
jk van de uitvoering.

Page 228 of 336

226
05
2ABC3DEF5JKL4GHI6MNO8TUV7PQRS9WXYZ0*#
1RADIO MEDIANAV TRAFFIC
SETUPADDR
BOOK
2ABC3DEF5JKL4GHI6MNO8TUV7PQRS9WXYZ0*#
1RADIO MEDIANAV TRAFFIC
SETUPADDR
BOOK
VERKEERSINFORMATIE
BELANGRIJKSTE PICTOGRAMMEN TMC
Rood-gele driehoek: verkeersberichten, bijvoorbeeld: Zwart-blauwe driehoek: al
gemene informatie, bijvoorbeeld:
Druk op de draaiknop als de huidige
geluidsbron op het display wordt
w
eergegeven.

Het snelkeuzemenu van de
geluidsbron verschijnt en geeft toegang tot:

Selecteer Verkeersinfo (TA) en druk
ter bevestiging op de draaiknop
voor toegang tot de desbetreffende
instellingen.
Verkeersinfo (TA)()

De functie TA (Traffi c Announcement) geeft voorrang aan het luisteren naar de verkeersinformatie. Om te worden geactiveerd ()g g()g g
moet deze functie een radiozender die deze berichten uitzendt, gg
goed kunnen ontvangen. Zodra er een bericht wordt uitgezonden,wordt de geluidsbron die op dat moment wordt weergegeven gg gg
(Radio, CD, ...) automatisch onderbroken en wordt degp ggp g
verkeersinformatie doorgegeven. Zodra het bericht is afgelopen,())
wordt de weergave van de oorspronkelijke geluidsbron hervat.gg g pgg g p
VERKEERSINFORMATIE BELUISTEREN
- het station zendt verkeersinformatie uit.
- het station zendt
geen verkeersinformatie uit.
- de weergave van verkeersinformatie is uitgeschakeld.

Page 234 of 336

232
07
MEDIA
2ABC3DEF5JKL4GHI6MNO8TUV7PQRS9WXYZ0*#
1RADIO MEDIANAV ESC TRAFFIC
SETUPADDR
BOOK
MEDIA
2ABC3DEF5JKL4GHI6MNO8TUV7PQRS9WXYZ0*#
1RADIO MEDIANAV TRAFFIC
SETUPADDR
BOOK
2ABC3DEF5JKL4GHI6MNO8TUV7PQRS9WXYZ0*#
1RADIO MEDIANAV TRAFFIC
SETUPADDR
BOOK
2ABC3DEF5JKL4GHI6MNO8TUV7PQRS9WXYZ0*#
1RADIO MEDIANAV TRAFFIC
SETUPADDR
BOOK
RADIONAV TRAFFICMEDIA
RADIONAV TRAFFICMEDIA

Sluit het externe apparaat (MP3-speler/camcorder, fototoestel…)
met een JACK/RCA-audiokabel aan op de RCA-aansluitingen (wit en rood (audio-aansluiting), geel (video-aansluiting)) in hetdashboardkastje.

Druk op de toets MEDIA en druk
nogmaals op de toets of selecteer defunctie Menu "Media" en druk op OK
om te bevestigen.

Selecteer de geluidsbron AUXen druk op OK om te bevestigen,
waarna het afspelen automatisch
begint.
Selecteer "Selecteer media" en
vervolgens "Extern toestel (AV)" en
druk op OK om deze te activeren.
Extern toestel

De weer
gave- en bedieningsfuncties verlopen via de externe
apparatuur zelf.
AUX-INGANG (AUX) GEBRUIKEN

Als de AUX-aansluiting niet is geactiveerd, selecteer dan "Beheer extern toestel (Aux)" om deze te activeren.
EEN VIDEO-DVD AFSPELEN


Selecteer de gewenste videobron (Extern toestel (AV), DVD-video). Druk op OK om te bevestigen. De DVD wordt afgespeeld.
Druk op de toets MEDIA om toegang
te kri
jgen tot het Menu Media of defuncties van het DVD-menu voor debeeldinstellingen (helderheid/contrast,
beeldformaat...).
Als de DVD niet op het display wordt
weergegeven, druk dan op de toets MODE om toegang te krijgen tot hetMEDIA-scherm waarop het
DVD-scherm wordt weergegeven.
Plaats de DVD in de speler. De DVD wordt
automatisch af
gespeeld.

Met de 4-weg navigatietoets en de verchroomde draaiknop kan
de cursor van de DVD-selectie worden verplaatst. Door op de toetsof 
te drukken kan een hoofdstuk worden gekozen.

MULTIMEDIASPELERS


AUDIO-/VIDEO-/RCA-KABEL NIET BIJGELEVERD

Page 236 of 336

234
08
2ABC3DEF5JKL4GHI6MNO8TUV7PQRS9WXYZ0*#
1RADIO MEDIANAV TRAFFIC
SETUPADDR
BOOK
2ABC3DEF5JKL4GHI6MNO8TUV7PQRS9WXYZ0*#
1RADIO MEDIANAV TRAFFIC
SETUPADDR
BOOK
2ABC3DEF5JKL4GHI6MNO8TUV7PQRS9WXYZ0*#
1RADIO MEDIANAV TRAFFIC
SETUPADDR
BOOK
2ABC3DEF5JKL4GHI6MNO8TUV7PQRS9WXYZ0*#
1RADIO MEDIANAV TRAFFIC
SETUPADDR
BOOK
2ABC3DEF5JKL4GHI6MNO8TUV7PQRS9WXYZ0*#
1RADIO MEDIANAV TRAFFIC
SETUPADDR
BOOK2ABC3DEF5JKL4GHI6MNO8TUV7PQRS9WXYZ0*#
1RADIO MEDIANAV TRAFFIC
SETUPADDR
BOOK
*
De beschikbare telefoonfuncties zijn afhankelijk van het netwerk, de
simkaart en de compatibiliteit met de gebruikte Bluetooth-apparatuur. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van uw telefoon en uw provider voor
meer informatie over de beschikbare functies.
TELEFONEREN












BLUETOOTH-TELEFOON KOPPELEN/
EERSTE KOPPELING


Het koppelen van de Bluetooth-telefoon aan de handsfree set
van de Peugeot Connect 3D Nav mag om veiligheidsredenen en
vanwege het feit dat deze handeling volledige aandacht van de
bestuurder vraagt, uitsluitend worden uitgevoerd bij stilstaande autoen met aangezet contact.
Ga voor meer informatie over bijvoorbeeld de compatibiliteit en extra ondersteuning naar www.peugeot.nl.

A
ctiveer de Bluetooth-functie van de telefoon en controleer of deze "voor alle apparatuur zichtbaar"
is (zie de gebruiksaanwijzing van uw telefoon).

Als
geen enkele telefoon gekoppeld
is, geeft het systeem de mogelijkheid"Telefoon koppelen". Selecteer "Ja" en
druk op OK om te bevestigen.
Voer de toegangscode in met de
t
elefoon. De in te voeren code wordt
weergegeven op het display van hetsysteem.

Dr
uk om een andere telefoon tekoppelen op de toets TEL, selecteer
achtereenvolgens Menu "Telefoon",
"Telefoon selecteren" en
"Bluetooth-telefoon koppelen". Selecteer vervolgens de gewenste telefoon.
Druk bi
j elke stap op OK om te bevestigen.
Als de tele
foon is gekoppeld, kan de Peugeot Connect 3D Nav
het adresboek en de gesprekkenlijst synchroniseren. Deze
s
ynchronisatie kan enkele minuten duren * .
U kunt ook via de tele
foon de koppeling tot stand brengen (zie de gebruiksaanwijzing van de telefoon). Druk op de toets
OPNEMEN.

Selecteer "Telefoon zoeken" en drukop OK om te bevestigen. Selecteer
vervolgens de naam van de telefoon.
Telefoon zoekenDruk om de koppeling ongedaan te maken op de toets TEL en
selecteer achtereenvolgens "Telefoon verbinden" en "Telefoon
wissen".

Page:   < prev 1-10 ... 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 91-100 100 next >