display Seat Ateca 2020 Handleiding (in Dutch)

Instrumenten en controlelampjes
Analoog instrumentenpaneel Afb. 70
Instrumentenpaneel, in het dashboard. Uitleg over de instrumenten
››
› afb. 70:
Toerenteller (van de draaiende motor, in
honderd omwentelingen per minuut)
››› pag. 83.
1 Koelvloeistoftemperatuurmeter
› ›
› pag. 85
Elementen op het display ››› pag. 74.
Instel- en weergaveknop.
2 3
4 Snelheidsmeter.
Br
andst
ofmeter ››› pag. 84.
5 6
71

Instrumenten en controlelampjes
Vermoeidheidsherkenning (aanbe-
v eling om t
e pauzeren)*Afb. 73
Op het display van het instrumenten-
paneel : symbool v

an vermoeidheidsherken-
ning. Werking en bediening
De det
ectie v

an vermoeidheid detecteert het
rijged ag van de bestuurder aan het begin
van de rit en berekent op basis daarvan de
mate van vermoeidheid. Het systeem verge-
lijk dit vervolgens continu met het actuele
rijged ag. Zodra het systeem vermoeidheid
b

Bedienen
De meeteenheid van temperatuur veran-
der en (Climatr
onic)
Het omzetten van de temperatuurindicatie
van Celsius naar Fahrenheit op het display
van het af fabriek gemonteerde infotainment-
systeem is mogelij via de infotainmenttoets
 > Setup > Eenheden .
Het koelsysteem kan niet worden inge-
schakeld
Als het koelsysteem niet kan worden inge-
schakeld, kan dit de volgende oorzaken heb-
ben:

Rijde
rempedaal ingetrapt zolang het symbool in
het instrument enpaneel blijf
branden, zodat
de wielen draaien met stilstaande wagen. Op
die manier heeft het systeem minder ma-
noeuvres nodig om het parkeren af te ronden.
Rijde met een aanhangwagen
Het inparkeersysteem kan niet worden inge-
schakeld als de in de fabriek ingebouwde
trekhaak ››› pag. 345 op een elektrische wij
ze op de aanhangwagen aangesloten is.
Na het verwisselen van een wiel
Indien na het verwisselen van een wiel de au-
to niet langer juist in- of uitparkeert, kan het
zij dat de omtrek van het nieuwe wiel anders
is en dat het systeem zich daaraan moet
aanpassen. Deze aanpassing is automatisch
en gebeurt tijden het rijden Enkele minuten
langzaam draaien in beide richtingen en met
lage snelheid 20 km/u [12 mpu]) kan bijd a-
gen aan dat aanpassingsproces ››› in In-
l eiding t

ot thema op pag. 323. Een parkeermodus selecteren Afb. 283
Op het display van het instrumenten-
paneel : beperkt

e weergave van het inparkeer-
systeem. Afb. 284
Op het display van het instrumenten-
paneel : indicatie v

an de parkeermodi. De parkeerhulp beschikt over 3 parkeermodi:Achteruit recht parkeren.
Acht
eruit schuin park

eren.
Vooruit schuin parkeren.
Een parkeermodus selecteren met vooraf-
gaand passeren van de parkeerplaats
Na activering van het inparkeersysteem en
detectie van een parkeerplaats wordt op het
scherm van het instrumentenpaneel een par-
keermodus voorgesteld. Het inparkeersys-
reem selecteert automatisch de parkeermo-
dus. De geselecteerde modus wordt getoond
op het scherm van het instrumentenpaneel
››› afb. 283. Ook wordt de beperkte weerga-
ve van de andere mogelij e parkeermodi ge-
toond ››› afb. 284. Indien de modus geselec-
teerd door het systeem niet overeenkomt met
de gewenste modus, kunt u een andere mo-
dus selecteren door opnieuw te drukken op
de toets

Rijde
Parkeren met het inparkeersysteem Afb. 285
Op het display van het instrumentenpa-
neel : r
echt parkeren.  Een parkeerplaats zoe-
ken.  Positie om te parkeren.  Manoeuvreren. Afb. 286
Op het display van het instrumentenpa-
neel : schuin park

eren.  Een parkeerplaats zoe-
ken.  Positie om te parkeren.  Manoeuvreren. Aanwijzin om v
ooruit t

e rijde
Uw wagen
Auto geparkeerd
Parkeerplaats gedetecteerd
Aanwijzin om te parkeren
Aanwijzin om het rempedaal in te trap-
pen
Voortgangsbalk
1 2
3
4
5
6
7 Er moet voldaan zij aan all
e nodige v
oor-
waarden om te kunnen inparkeren met het in-
parkeersysteem ››› pag. 325 en de parkeer-
modus moet geselecteerd zij ››› pag. 326.
Parkeren

Hulpsystemen om te parkeren en manoeuvreren
Weergaven van het omgevingsca-
mer asyst
eem (modi)Afb. 297
Weergave op het display van het om-
ge vingscamer

asysteem::  Voorcamera:
weergave terreinr