dashboard TOYOTA AYGO X 2022 Instructieboekje (in Dutch)

Page 16 of 494

14
Handleiding_Europa_M99V08_nl
Overzicht
QDashboard (auto's met linkse besturing)
Contact ............................................................................................. Blz. 129, 130
Starten van de motor/wijzigen van de stand van het contact
*1................. Blz. 129
Starten van de motor/wijzigen van de stand van het contact
*2................. Blz. 130
Noodstop van de motor ............................................................................. Blz. 296
Wanneer de motor niet wil aanslaan ......................................................... Blz. 333
Waarschuwingsmeldingen ......................................................................... Blz. 311
Selectiehendel ................................................................................. Blz. 134, 138
Wijzigen van de schakelstand ........................................................... Blz. 134, 138
Voorzorgsmaatregelen bij slepen .............................................................. Blz. 298
Als de selectiehendel niet in een andere stand kan worden gezet
*3......... Blz. 136
Tellers ......................................................................................................... Blz. 79
Aflezen van de tellers/afstellen van de verlichting van
het instrumentenpaneel ......................................................................... Blz. 79, 82
Waarschuwingslampjes/controlelampjes..................................................... Blz. 76
Wanneer een waarschuwingslampje gaat branden................................... Blz. 304
Aygo_X_OM_Europe_OM99V08E.book Page 14 Friday, October 29, 2021 2:39 PM

Page 24 of 494

22
Handleiding_Europa_M99V08_nl
Overzicht
QDashboard (auto's met rechtse besturing)
Contact ............................................................................................. Blz. 129, 130
Starten van de motor/wijzigen van de stand van het contact
*1................. Blz. 129
Starten van de motor/wijzigen van de stand van het contact
*2................. Blz. 130
Noodstop van de motor ............................................................................. Blz. 296
Wanneer de motor niet wil aanslaan ......................................................... Blz. 333
Waarschuwingsmeldingen ......................................................................... Blz. 311
Selectiehendel ................................................................................. Blz. 134, 138
Wijzigen van de schakelstand ........................................................... Blz. 134, 138
Voorzorgsmaatregelen bij slepen .............................................................. Blz. 298
Als de selectiehendel niet in een andere stand kan worden gezet
*3......... Blz. 136
Tellers ......................................................................................................... Blz. 79
Aflezen van de tellers/afstellen van de verlichting van
het instrumentenpaneel ......................................................................... Blz. 79, 82
Waarschuwingslampjes/controlelampjes..................................................... Blz. 76
Wanneer een waarschuwingslampje gaat branden................................... Blz. 304
Aygo_X_OM_Europe_OM99V08E.book Page 22 Friday, October 29, 2021 2:39 PM

Page 42 of 494

40
Handleiding_Europa_M99V08_nl
1-1. Voor een veilig gebruik
OAanrijding van achteren
OOver de kop slaan
QWanneer moet u contact opnemen met
een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige
In de volgende gevallen zal controle en/of
reparatie van de auto nodig zijn. Neem zo
snel mogelijk contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige.
ONadat een of meer airbags zijn geacti-
veerd.
ODe voorzijde van de auto is beschadigd of
vervormd of de auto was betrokken bij een
ongeval dat niet van zodanige aard was
dat de airbags vóór werden geactiveerd.
OBij beschadiging of vervorming van een
gedeelte van een portier of het omliggende
gebied, wanneer er een gat in is gemaakt
of bij een ongeval dat niet van zodanige
aard was dat de side airbags en curtain air-
bags werden geactiveerd.
OBij krassen, scheuren of andere beschadi-
gingen in het middelste deel van het stuur-
wiel of het dashboard bij de voorpassa-
giersairbag.
OBij krassen, scheuren of andere beschadi-
gingen aan de zijkant van de leuning van
een voorstoel met een side airbag.
OBij krassen, scheuren of andere beschadi-
gingen in het deel van de voor- en achter-
stijl en de daklijstbekleding met de curtain
airbags.
Aygo_X_OM_Europe_OM99V08E.book Page 40 Friday, October 29, 2021 2:39 PM

Page 43 of 494

41
1
Handleiding_Europa_M99V08_nl
1-1. Voor een veilig gebruik
Veiligheid en beveiliging
WAARSCHUWING
QVoorzorgsmaatregelen airbags
Neem met betrekking tot de airbags de
volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgs-
maatregelen kan dodelij k of ernstig letsel
tot gevolg hebben.
OAlle inzittenden dienen hun veiligheids-
gordel op de juiste manier te dragen.
De airbags zijn aanvullende middelen
die samen met de veiligheidsgordels
gebruikt moeten worden.
ODe bestuurdersairbag wordt met een
aanzienlijke kracht geactiveerd, wat
dodelijk of ernstig letsel tot gevolg kan
hebben, vooral wanneer de bestuurder
zich erg dicht bij de airbag bevindt.
Het gevaarlijkst bij de activering van de
airbag zijn de eerste 50 - 75 mm; door een
afstand van minimaal 250 mm tot het
stuurwiel aan te houden, hanteert u een
veilige marge. Dit is de afstand gemeten
vanaf het midden van het stuurwiel tot aan
uw borstbeen. Als u nu minder dan 250
mm van de airbag zit, kunt u uw zitpositie
op verschillende manieren wijzigen:
• Plaats uw stoel zo ver mogelijk naar achteren terwijl de pedalen nog goed
kunnen worden bediend.
• Zet de rugleuning iets achterover. Hoewel auto's verschillen, verkrijgen
veel bestuurders, zelfs met de bestuur-
dersstoel helemaal naar voren, de
afstand van 250 mm door simpelweg de
rugleuning iets achterover te zetten. Als
u door het achterover zetten van uw
stoel de weg niet goed meer kunt zien,
kunt u een stevig, niet-glad kussen
gebruiken om hoger te zitten, of uw
stoel hoger zetten wanneer uw auto
deze mogelijkheid biedt.
• Als het stuurwiel verstelbaar is, kantel het dan naar beneden. Hierdoor wijst de
airbag naar uw borst in plaats van naar
uw hoofd en nek.
De stoel dient te worden afgesteld zoals
hierboven aanbevolen, terwijl de pedalen
en het stuurwiel nog steeds goed bediend
kunnen worden en u het instrumentenpa-
neel nog goed kunt zien.
ODe voorpassagiersairbag wordt ook met
een aanzienlijke kracht geactiveerd, wat
dodelijk of ernstig letsel tot gevolg kan
hebben, vooral wanneer de voorpassa-
gier zich erg dicht bij de airbag bevindt.
De voorpassagiersstoel dient zo ver
mogelijk van de airbag af te staan, met
de rugleuning rechtop.
OKinderen die niet goed op de stoel zitten
en/of niet goed vastzitten, kunnen ern-
stig letsel oplopen door een geacti-
veerde airbag. Gebruik de veiligheids-
gordels nooit voor baby's of kleine kin-
deren, maar zet hen goed vast in een
baby- of kinderzitje. Toyota beveelt ten
zeerste aan dat alle kinderen op de ach-
terstoelen plaatsnemen en op de juiste
wijze vastzitten. Achterin zitten kinderen
veiliger dan op de voorpassagiersstoel.
(→ Blz. 48)
OGa niet op het puntje van de stoel zitten
en leun niet op het dashboard.
OLaat een kind niet op de voorpassa-
giersstoel staan of bij een voorpassa-
gier op schoot zitten.
OSta niet toe dat voorpassagiers voor-
werpen op hun knieën vasthouden.
Aygo_X_OM_Europe_OM99V08E.book Page 41 Friday, October 29, 2021 2:39 PM

Page 44 of 494

42
Handleiding_Europa_M99V08_nl
1-1. Voor een veilig gebruik
WAARSCHUWING
OLeun niet tegen het portier, de dakzijrail
en de voor-, midden- en achterstijl.
OLaat niemand knielen op de passagiers-
stoel in de richting van het portier of
hoofd en handen buiten de auto steken.
OBevestig niets aan en laat niets rusten
tegen componenten als het dashboard
of het stuurwielkussen.
Alles wat op deze componenten beves-
tigd is of er tegenaan rust, kan als een
projectiel worden gelanceerd als de
bestuurdersairbag en de voorpassa-
giersairbag geactiveerd worden.
OBevestig niets aan het portier, de voor-
ruit, de zijruiten, de voor- en achterstijl,
de dakzijrail of de handgreep. (Behalve
het label voor de snelheidsbeperking
→Blz. 318)
OHang geen kleerhangers of andere
harde voorwerpen aan de kledinghaak-
jes. Al deze voorwerpen kunnen projec-
tielen worden en dodelijk of ernstig let-
sel veroorzaken als de curtain airbags
worden geactiveerd.
OGebruik geen accessoires op de stoelen
die het gedeelte van de stoel waarin de
side airbags aanwezig zijn afdekken
omdat dat een negatieve invloed kan
hebben op een juiste werking van de
side airbags. Derge lijke accessoires
kunnen tot resultaat hebben dat de side
airbags niet op de juiste wijze geacti-
veerd worden, helemaal niet geacti-
veerd worden of per ongeluk geacti-
veerd worden, waardoor dodelijk of ern-
stig letsel kan ontstaan.
OOefen geen overmatige kracht uit op
delen waarin onderdelen van het air-
bagsysteem aanwezig zijn of op de
voorportieren.
Als dat wel gebeurt, kunnen er storingen
aan de airbags ontstaan.
ORaak onderdelen van het airbagsys-
teem niet aan direct nadat de airbags
geactiveerd zijn, omdat deze heet kun-
nen zijn.
OAls u na het activeren van de airbags
moeilijkheden met de ademhaling
ondervindt, open dan een portier of
zijruit om frisse lucht binnen te laten of
verlaat de auto als u dat op een veilige
manier kunt doen. Als er poederdeeltjes
op uw huid zijn terechtgekomen, was
deze er dan zo snel mogelijk af om huid-
irritatie te voorkomen.
Aygo_X_OM_Europe_OM99V08E.book Page 42 Friday, October 29, 2021 2:39 PM

Page 45 of 494

43
1
Handleiding_Europa_M99V08_nl
1-1. Voor een veilig gebruik
Veiligheid en beveiliging
WAARSCHUWING
OAls de delen van de auto waarin airbags
ondergebracht zijn, zoals het stuurwiel-
kussen en de bekleding van de voor- en
achterstijlen, beschadigd of gescheurd
zijn, laat deze dan vervangen door een
erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
QWijzigingen aan en afvoeren van
onderdelen van het airbagsysteem
Voer uw auto niet af en voer geen van
onderstaande veranderingen uit zonder
eerst een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige te raadplegen. De airbags
kunnen defect raken of per ongeluk wor-
den geactiveerd, wat dodelijk of ernstig let-
sel tot gevolg kan hebben.
OPlaatsen, verwijderen, demonteren en
repareren van de airbags
OReparatie, aanpassing, verwijdering of
vervanging van stuurwiel, instrumenten-
paneel, dashboard, stoelen of stoelbe-
kleding, voor-, midden- en achterstijlen,
dakzijrails, voorportierpanelen, voorpor-
tierbekleding of luidsprekers in de voor-
portieren
OAanpassing van het voorportierpaneel
(bijvoorbeeld een gat erin maken)
OReparaties of wijzigingen aan het voor-
spatbord, de voorbumper of de zijkant
van het passagierscompartiment
OPlaatsen van een bullbar, sneeuwploeg
of lier
OWijzigingen aan de wielophanging van
de auto
OPlaatsen van elektronische apparatuur
als een mobiele tweewegradio (zend-
/ontvanginstallatie) of CD-speler
Belangrijke
voorzorgsmaatregelen in
verband met uitlaatgassen
Uitlaatgassen bevatten stoffen die
schadelijk zijn bij inademing.
WAARSCHUWING
Uitlaatgassen bevatten het schadelijke
koolmonoxide (CO). Dit is een kleurloos
en reukloos gas. Neem de volgende voor-
zorgsmaatregelen in acht.
Als u deze voorzorgsmaatregelen niet in
acht neemt, kunnen er uitlaatgassen in de
auto terechtkomen waardoor de bestuur-
der duizelig kan worden en een ongeval
kan veroorzaken, of wat kan leiden tot de
dood of zeer schadelijk kan zijn voor de
gezondheid.
QBelangrijke punten tijdens het rijden
OZorg ervoor dat de achterklep gesloten
is.
OAls u uitlaatgassen ruikt in de auto, zelfs
als de achterklep gesloten is, moet u de
ruiten openzetten en de auto zo snel
mogelijk laten nakijken door een
erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
QTijdens het parkeren
OAls de auto zich in een slecht geventi-
leerde omgeving of een afgesloten
ruimte bevindt, zoals een garage, moet
u de motor uitschakelen.
OLaat de motor niet langdurig stationair
draaien.
Als dat niet anders kan, parkeer de auto
dan op een open plek en zorg ervoor
dat er geen uitlaatgassen in het interieur
terecht kunnen komen.
OLaat de motor niet draaien op een
plaats waar sneeuw de afvoer van de
uitlaatgassen zou kunnen hinderen. Als
zich sneeuw rond de auto ophoopt ter-
wijl de motor draait, kunnen uitlaatgas-
sen zich verzamelen en in de auto
terechtkomen.
Aygo_X_OM_Europe_OM99V08E.book Page 43 Friday, October 29, 2021 2:39 PM

Page 84 of 494

82
Handleiding_Europa_M99V08_nl
2-1. Instrumentenpaneel
De volgende functies kunnen worden
gewijzigd:
12-uurs/24-uurs weergave
 Uur
 Minuut
De klokken van onderstaande onderde-
len kunnen worden ingesteld via het
scherm van het multimediasysteem.
 Multi-informatiedisplay
 Display multimediasysteem
Raadpleeg de handleiding voor het
multimediasysteem voor meer informa-
tie.
QScherm klokinstellingen (auto's met
multimediasysteem met 7 inch/8 inch
display)
Als wordt weergegeven wanneer
wordt geselecteerd op het multi-informatie-
display, is er mogelijk een storing aanwezig in
het systeem. Laat de auto nakijken door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
De helderheid van de dashboardver-
lichting kan worden ingesteld door
te selecteren op het multi-informatiedis-
play.
De helderheid van de dashboardverlichting
kan apart worden ingesteld voor wel en niet
brandende achterlichten.
1 Druk op of om van het
multi-informatiedisplay te selecte-
ren.
2 Druk op of om te
selecteren en houd vervolgens
ingedrukt.
3 Druk op of om de helder-
heid aan te passen.
Instellen van de klok (auto's
met multimediasysteem met
7 inch/8 inch display)
Dimmer dashboardverlichting
regelen
Aygo_X_OM_Europe_OM99V08E.book Page 82 Friday, October 29, 2021 2:39 PM

Page 106 of 494

104
Handleiding_Europa_M99V08_nl
3-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
OAls een metalen coating of metalen voor-
werpen aan de achterruit zijn bevestigd
OWanneer de elektronische sleutel in de
buurt van een batterijlader of elektronische
apparaten wordt gehouden
OWanneer de auto op een parkeerplaats
voor betaald parkeren staat waar radiogol-
ven worden verzonden
Vergrendel/ontgrendel de portieren op een
van de volgende manieren als de portieren
niet vergrendeld/ontgrendeld kunnen worden
met het Smart entry-systeem met startknop:
OHoud de elektronische sleutel dicht bij een
van de voorportiergrepen en activeer de
instapfunctie.
OBedien de afstandsbediening.
Gebruik de mechanische sleutel als de por-
tieren niet kunnen worden vergrendeld/ont-
grendeld met de bovenstaande methoden.
( → Blz. 335)
Raadpleeg Blz. 335 als de motor niet kan
worden gestart met het Smart entry-systeem
met startknop.
QAanwijzing voor de instapfunctie
OZelfs als de elektronis che sleutel zich bin-
nen het detectiegebied bevindt, werkt het
systeem in de volgende gevallen mogelijk
niet juist:
• De elektronische sleut el bevindt zich te
dicht bij de ruit of buitenportiergreep, te
dicht bij de grond of te hoog als de portie-
ren worden vergrendeld of ontgrendeld.
• De elektronische sleut el ligt op het dash-
board, de bagageafdekking of vloer of in
het dashboardkastje als de motor wordt
gestart of de stand van de startknop wordt
gewijzigd.
OLaat de elektronische sleutel niet boven op
het dashboard liggen wanneer u de auto
verlaat. Afhankelijk van de ontvangst van
de radiogolven wordt door de antenne
mogelijk waargenomen dat de sleutel zich
buiten de auto bevindt en kunnen de por-
tieren worden vergrendeld vanaf de buiten-
zijde, waardoor de elektronische sleutel
mogelijk in de auto wordt opgesloten.
OZolang de elektronisc he sleutel zich bin-
nen het detectiegebied bevindt, kunnen de
portieren door een willekeurige persoon
worden vergrendeld en ontgrendeld. De
auto kan echter alleen worden ontgrendeld
via de portieren die de elektronische sleu-
tel signaleren.
OZelfs als de elektronische sleutel zich bui-
ten de auto bevindt, kan de motor mogelijk
gestart worden als de elektronische sleutel
zich in de buurt van de ruit bevindt.
OAls de afstandsbediening wordt gebruikt
om de portieren te vergrendelen terwijl de
elektronische sleutel zich in de nabijheid
van de auto bevindt, bestaat de mogelijk-
heid dat de portieren niet ontgrendeld wor-
den door de instapfunctie. (Gebruik de
afstandsbediening om de portieren te ont-
grendelen.)
OAls de portiergreep nat wordt terwijl de
elektronische sleutel zich binnen het werk-
zame gebied bevindt, kan het portier her-
haaldelijk worden vergrendeld en ontgren-
deld. Volg in dat geval de correctieproce-
dure hieronder bij het wassen van de auto:
• Plaats de elektronische sleutel op een afstand van ten minste 2 meter van de
auto. (Zorg ervoor dat de sleutel niet
gestolen wordt.)
• Schakel de energiebespaarmodus van de elektronische sleutel in om het Smart
entry-systeem met startknop uit te schake-
len. ( →Blz. 103)
QAanwijzing voor de ontgrendelfunctie
OHet kan voorkomen dat, wanneer u aan de
portiergreep trekt terwijl u de vergendel-
/ontgrendeltoets indrukt, het portier niet
wordt ontgrendeld. Laat in dat geval de
portiergreep los, druk nogmaals op de ver-
grendel-/ontgrendeltoets en controleer of
de portieren worden ontgrendeld voordat u
opnieuw aan de portiergreep trekt.
OAls er zich een andere elektronische sleu-
tel binnen het detectiegebied bevindt,
duurt het mogelijk iets langer tot de portie-
ren worden ontgrendeld nadat de vergren-
del-/ontgrendeltoets is ingedrukt.
QAls er gedurende langere tijd niet met
de auto wordt gereden
OBewaar, om diefstal van de auto te voorko-
men, de elektronische sleutel niet binnen
een afstand van 2 m van de auto.
OHet Smart entry-systeem met startknop
kan vooraf worden uitgeschakeld.
(→ Blz. 354)
OHet inschakelen van de energiebespaar-
modus van de elektronische sleutel helpt
te voorkomen dat de sleutelbatterij leeg-
raakt. ( →Blz. 103)
Aygo_X_OM_Europe_OM99V08E.book Page 104 Friday, October 29, 2021 2:39 PM

Page 126 of 494

124
Handleiding_Europa_M99V08_nl
4-1. Voordat u gaat rijden
WAARSCHUWING
OVoorkom dat de motor met een te hoog
toerental draait.
Als de motor met een hoog toerental
draait terwijl de auto stilstaat, kan het
uitlaatsysteem oververhit raken, het-
geen brand kan veroorzaken als er
brandbaar materiaal aanwezig is.
QAls de auto geparkeerd is
OLaat geen brillen, aanstekers, spuitbus-
sen of blikken frisdrank in de auto liggen
als deze in de zon geparkeerd staat.
Dit kan resulteren in het volgende:
• Een aansteker of spuitbus kan gas gaan lekken, waardoor brand kan ontstaan.
• De temperatuur in de auto kan zo hoog oplopen dat kunststof brillenglazen en
kunststof monturen kunnen vervormen
of barsten.
• Blikjes frisdrank kunnen openbarsten, waardoor de inhoud in het interieur
terechtkomt. Bovendien kan de vloeistof
kortsluiting in de elektrische componen-
ten van de auto veroorzaken.
OLaat geen aanstekers achter in de auto.
Als een aansteker in het dashboard-
kastje of op de vloer ligt, kan deze per
ongeluk gaan branden als er bagage
wordt geplaatst of een stoel wordt afge-
steld en brand veroorzaken.
OPlak geen parkeerschijven op de voor-
ruit of andere ruiten. Plaats geen reser-
voirs zoals luchtverfrissers op het instru-
mentenpaneel of dashboard. Deze par-
keerschijven of re servoirs kunnen als
een lens werken en brand veroorzaken
in de auto.
OLaat geen portier of ruit open als het
gebogen glas van naastliggende gebou-
wen voorzien is van een gemetalli-
seerde film, bijvoorbeeld een zilverkleu-
rige folie. Weerkaatst zonlicht kan van
het glas een lens maken en brand ver-
oorzaken.
OActiveer altijd de parkeerrem, zet de
selectiehendel in stand P (auto's met
Multidrive CVT), zet de motor uit en sluit
de auto af.
Laat de auto niet onbeheerd achter met
draaiende motor.
Als de auto is geparkeerd met de selec-
tiehendel in stand P, terwijl de parkeer-
rem niet is geactiveerd, zou de auto in
beweging kunnen komen, wat kan lei-
den tot een ongeval.
ORaak de uitlaatpijp niet aan als de motor
draait en ook niet net na het uitzetten
van de motor.
Anders kunt u brandwonden oplopen.
QAls u even gaat slapen in de auto
Zet de motor altijd uit. Anders zou u per
ongeluk de selectiehendel kunnen ver-
plaatsen of het gaspedaal in kunnen trap-
pen, waardoor een ongeval zou kunnen
ontstaan of de motor oververhit zou kun-
nen raken en brand kan ontstaan. Verder
kunnen uitlaatgassen in een slecht geven-
tileerde omgeving in de auto terechtko-
men, wat kan leiden tot de dood of ernstig
gevaar voor de gezondheid.
QBij het remmen
ORijd voorzichtiger wanneer de remmen
nat zijn.
De remweg neemt toe als de remmen
nat zijn en bovendien kan vocht ertoe
leiden dat de ene kant van de auto ster-
ker afgeremd wordt dan de andere kant.
Ook de werking van de parkeerrem kan
door vocht in negatieve zin beïnvloed
worden.
ORijd niet te dicht achter een andere auto
en vermijd afdalingen en scherpe boch-
ten die krachtig afremmen noodzakelijk
maken als de rembekrachtiger niet
werkt.
In dit geval kan de auto nog wel worden
afgeremd, maar moet er een grotere
kracht op het rempedaal worden uitge-
oefend dan normaal. De remweg zal
ook langer zijn. Laat uw remmen onmid-
dellijk repareren.
Aygo_X_OM_Europe_OM99V08E.book Page 124 Friday, October 29, 2021 2:39 PM

Page 129 of 494

127
4
Handleiding_Europa_M99V08_nl
4-1. Voordat u gaat rijden
Rijden
Lading en bagage
Lees onderstaande informatie
over voorzorgsmaatregelen, laad-
vermogen en belading zorgvuldig
door:
WAARSCHUWING
QZaken die niet in de bagageruimte
vervoerd mogen worden
De volgende zaken kunnen brand veroor-
zaken als ze in de bagageruimte vervoerd
worden:
OJerrycans met benzine
OSpuitbussen
QVoorzorgsmaatregelen bij opbergen
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgs-
maatregelen kan ertoe leiden dat de peda-
len niet goed kunnen worden ingetrapt, dat
het zicht van de bestuurder wordt gehin-
derd of dat de bestuurder of passagiers
door voorwerpen geraakt worden, wat een
ongeval kan veroorzaken.
OVervoer lading en bagage indien moge-
lijk altijd in de bagageruimte.
OStapel bagage in de bagageruimte nooit
hoger dan de rugleuningen.
OPlaats als u de acht erstoelen neerklapt
geen lange voorwerpen direct achter de
voorstoelen.
OLeg geen lading of bagage op de vol-
gende plaatsen:
• In de voetenruimte bij de bestuurder
• Op de voorpassagiersstoel of de achter- stoelen (als er goederen op elkaar
gestapeld worden)
• Op de bagageafdekking
• Op het instrumentenpaneel
• Op het dashboard
OZorg dat alle voorwerpen die zich in het
passagierscompartiment bevinden, zijn
opgeborgen of vastgezet.
OSta nooit toe dat er personen in de
bagageruimte meerijden. De bagage-
ruimte is niet ontworpen om personen te
vervoeren. Personen dienen plaats te
nemen op een zitplaats en een gordel
op de juiste manier om te doen.
QLading en gewichtsverdeling
OOverlaad uw auto niet.
OVerdeel het gewicht gelijkmatig.
Een onjuiste belading kan de besturing
en de remwerking in negatieve zin beïn-
vloeden, waardoor een ongeval kan ont-
staan met dodelijk of ernstig letsel tot
gevolg.
Aygo_X_OM_Europe_OM99V08E.book Page 127 Friday, October 29, 2021 2:39 PM

Page:   1-10 11-20 21-30 next >