TOYOTA COROLLA 2022 Instructieboekje (in Dutch)

Page 231 of 606

229
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
QMogelijk worden geen waarschu-
wingen gegeven
In de volgende gevallen worden moge-
lijk geen waarschuwingen gegeven als
de tussenafstand klein is.
 Als de snelheid van de voorligger
gelijk is aan of hoger is dan de snel-
heid van uw eigen auto
 Als de voorligger extreem langzaam
rijdt
 Direct nadat de snelheid van de
cruise control is ingesteld
 Bij het intrappen van het gaspedaal
Wanneer de constante-snelheidsregel-
modus is geselecteerd, blijft de auto
met een ingestelde snelheid rijden,
zonder de tussenafstand te regelen.
Selecteer deze modus alleen wanneer
de afstandsregelmodus niet goed werkt
als gevolg van een vuile radar.
1 Houd bij uitgeschakelde cruise con-
trol de cruise control-hoofdschake-
laar gedurende ten minste 1,5
seconden ingedrukt.
Direct nadat op de schakelaar is gedrukt,
gaat het controlelampje Dynamic Radar
Cruise Control branden. Vervolgens gaat het
controlelampje cruise control branden. Overschakelen naar de constante-snel-
heidsregelmodus is al
leen mogelijk als de
schakelaar wordt bediend terwijl de cruise
control uit staat.
2 Accelereer of decelereer met
behulp van het gaspedaal naar de
gewenste rijsnelheid (ongeveer 30
km/h of hoger) en druk op de scha-
kelaar -SET om de snelheid op te
slaan.
Het controlelampje cruise control SET gaat
branden.
De rijsnelheid op het moment dat de schake-
laar wordt losgelaten, wordt de ingestelde
snelheid.
Wijzigen van de i ngestelde snelheid:
→ Blz. 227
Uitschakelen en hervatten van de ingestelde
snelheid: →Blz. 228
Selecteren van de constante-
snelheidsregelmodus
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 229 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 232 of 606

2304-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Wanneer deze functie is ingeschakeld
en het systeem in de afstandsregelmo-
dus (→Blz. 225) werkt en een verkeers-
bord met een snelheidslimiet wordt
gesignaleerd, wordt de herkende snel-
heidslimiet weergegeven met een pijl
omhoog/omlaag. De ingestelde snel-
heid kan tot de herkende snelheidsli-
miet worden verhoogd/verlaagd door
de schakelaar +RES/-SET ingedrukt te
houden.
 Wanneer de op dat moment inge-
stelde snelheid lager is dan de her-
kende snelheidslimiet
Houd de schakelaar +RES ingedrukt.
Wanneer de op dat moment inge-
stelde snelheid hoger is dan de her-
kende snelheidslimiet
Houd de schakelaar -SET ingedrukt.
U kunt de Dynamic Radar Cruise Con-
trol met Road Sign Assist inschakelen/
uitschakelen via op het multi-infor-
matiedisplay. ( →Blz. 101)
QDe Dynamic Radar Cruise Control met
volledig snelheidsbereik kan worden
gebruikt als
ODe selectiehendel in stand D staat.
ODe gewenste snelheid kan worden inge-
steld wanneer de rijsnelheid ongeveer 30
km/h of hoger is.
(Als de snelheid echter wordt ingesteld ter-
wijl de rijsnelheid lager is dan ongeveer 30
km/h, wordt de snelheid ingesteld op onge-
veer 30 km/h.)
QAccelereren na het instellen van de rij-
snelheid
Bedien het gaspedaal om te accelereren. Na
het accelereren gaat de auto weer rijden met
de ingestelde snelheid. Als de afstandsregel-
modus is ingeschakel d, neemt de rijsnelheid
echter mogelijk af tot onder de ingestelde
snelheid, zodat de afstand tot de voorligger
gehandhaafd blijft.
QAls de auto stopt tijdens rijden met de
volgregeling
ODoor op de schakelaar +RES te drukken
terwijl de voorligger stopt, wordt, als de
voorligger begint te rijden, binnen onge-
veer 3 seconden nadat op de schakelaar is
gedrukt het rijden met de volgregeling her-
vat.
OAls de voorligger binnen 3 seconden nadat
uw auto is gestopt begint te rijden, wordt
het rijden met de volgregeling hervat.
QAutomatisch uitschakelen van de
afstandsregelmodus
De afstandsregelmodus wordt automatisch
uitgeschakeld in de volgende situaties.
ODe VSC is geactiveerd.
ODe TRC is gedurende een bepaalde peri-
ode geactiveerd.
OWanneer de VSC of TRC wordt uitgescha-
keld.
Dynamic Radar Cruise Control
met Road Sign AssistInschakelen/uitschakelen
Dynamic Radar Cruise Control
met Road Sign Assist
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 230 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 233 of 606

231
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
ODe sensor kan niet goed signaleren omdat
hij ergens door bedekt is.
OPre Crash Brake-functie is geactiveerd.
ODe parkeerrem is geactiveerd.
ODe auto wordt door het systeem stilgezet
op een steile helling.
OAls de auto door het systeem is stilgezet,
wordt het volgen van de voorligger in de
volgende gevallen niet hervat:
• De bestuurder draagt geen veiligheidsgor- del.
• Het bestuurdersportier wordt geopend.
• De auto heeft ongeveer 3 minuten stilge- staan.
Als de afstandsregelmodus om een andere
dan de hierboven genoemde redenen auto-
matisch uitgeschakeld wordt, kan er een sto-
ring in het systeem aanwezig zijn. Neem con-
tact op met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
QAutomatisch uitschakelen van de con-
stante-snelheidsregelmodus
De constante-snelheidsregelmodus wordt
automatisch uitgeschak eld in de volgende
situaties:
OActuele rijsnelheid zakt tot meer dan onge-
veer 16 km/h onder de ingestelde rijsnel-
heid.
OWerkelijke rijsnelheid zakt onder ongeveer
30 km/h.
ODe VSC is geactiveerd.
ODe TRC is gedurende een bepaalde peri-
ode geactiveerd.
OWanneer de VSC of TRC wordt uitgescha-
keld.
OPre Crash Brake-functie is geactiveerd.
Als de constante-snelheidsregelmodus om
een andere dan de hierboven genoemde
redenen automatisch uitgeschakeld wordt,
kan er een storing in het systeem aanwezig
zijn. Neem contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige.
QDe Dynamic Radar Cruise Control met
Road Sign Assist werkt mogelijk niet
goed wanneer
De Dynamic Radar Cruise Control met Road
Sign Assist werkt mogelijk niet goed in situa-
ties waarbij de RSA mogelijk niet goed werkt
of niet goed signaleert ( →Blz. 241). Contro-
leer daarom, wanneer u deze functie
gebruikt, het weergegeven verkeersbord met
de snelheidslimiet.
In de onderstaande gevallen wordt de inge-
stelde snelheid mogelijk niet gewijzigd in de
herkende snelheidslimiet door het ingedrukt
houden van de schakelaar +RES/-SET:
OAls er geen informatie over de snelheidsli-
miet beschikbaar is
OWanneer de herkende snelheidslimiet
gelijk is aan de i ngestelde snelheid
OWanneer de herkende snelheidslimiet bui-
ten het snelheidsbereik van het Dynamic
Radar Cruise Control-systeem ligt
QWerking van de remmen
Er kan een geluid van de remmen hoorbaar
zijn en de reactie van het rempedaal kan ver-
anderen, maar dit duidt niet op een storing.
QWaarschuwingsmeldingen en zoemers
voor de Dynamic Radar Cruise Control
met volledig snelheidsbereik
Waarschuwingsmeldingen en zoemers wor-
den gebruikt om een systeemstoring aan te
geven of om de bestuurder te informeren dat
hij tijdens het rijden extra moet opletten. Lees
de op het multi-informatiedisplay weergege-
ven waarschuwingsmelding en volg de aan-
wijzingen op. ( →Blz. 202, 460)
QOmstandigheden waarin de sensor
voorliggers mogelijk niet op de juiste
manier signaleert
Bedien in onderstaande gevallen en afhanke-
lijk van de omstandigheden het rempedaal
wanneer het systeem onvoldoende decele-
reert of bedien het gaspedaal wanneer moet
worden geaccelereerd.
Omdat de sensor deze voertuigen wellicht
niet op de juiste manier signaleert, wordt er
mogelijk geen naderingswaarschuwing
( → Blz. 228) gegeven.
OAuto's die plotseling voor u invoegen
OAuto's die met lage snelheden rijden
OAuto's die niet op dez elfde rijstrook rijden
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 231 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 234 of 606

2324-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
OVoertuigen met een relatief kleine achter-
zijde (aanhangwagens zonder lading, enz.)
OMotorfietsen die op dezelfde rijstrook rijden
OAls door omringend verkeer opgeworpen
water of sneeuw de signalering door de
sensor hindert
OAls de achterzijde van de auto ver ingezakt
is (omdat er zware lading in de bagage-
ruimte vervoerd wordt, enz.)
ODe voorligger heeft een extreem grote
bodemvrijheid
QOmstandigheden waaronder de
afstandsregelmodus mogelijk niet goed
werkt
Bedien indien nodig in onderstaande geval-
len het rempedaal (of, afhankelijk van de situ-
atie, het gaspedaal).
Doordat de sensor voorliggers mogelijk niet
op de juiste manier signaleert, werkt het sys-
teem mogelijk niet goed.
OAls de weg erg bochtig is of de rijstroken
erg smal zijn
OAls u veelvuldig stuurcorrecties moet uit-
voeren of frequent van rijstrook wisselt
OAls uw voorligger plotseling decelereert
OAls u op een weg rijdt die wordt omgeven
door een constructie, zoals in een tunnel of
op een ijzeren brug
OAls de rijsnelheid afneemt tot de ingestelde
snelheid na acceleratie van de auto door
intrappen van het gaspedaal.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 232 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 235 of 606

233
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
*: Indien aanwezig
QWeergave instrumentenpaneel
Ingestelde snelheid
Controlelampjes
QBedieningsschakelaarsSchakelaar +RES
Cruise control-hoofdschakelaar
Uitschakeltoets
Schakelaar -SET 1
Druk op de cruise control-hoofd-
schakelaar om de cruise control in
te schakelen.
Het controlelampje cruise control gaat bran-
den.
Druk nogmaals op de schakelaar om de
cruise control uit te schakelen.
2Accelereer of decelereer naar de
gewenste snelheid en druk op de
schakelaar -SET om de snelheid in
te stellen.
Het controlelampje cruise control SET en de
ingestelde snelheid worden weergegeven
op het multi-informatiedisplay.
De rijsnelheid op het moment dat de schake-
laar wordt losgelaten, wordt de ingestelde
snelheid.
Cruise control*
Met de cruise control kan een
ingestelde snelheid worden vast-
gehouden zonder dat hiervoor het
gaspedaal hoeft te worden inge-
trapt.
Systeemonderdelen
Instellen van de rijsnelheid
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 233 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 236 of 606

2344-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Druk, om de ingestelde snelheid te wij-
zigen, op de schakelaar +RES of -SET
totdat de gewenste snelheid wordt
bereikt.
1Verhogen van de snelheid
2 Verlagen van de snelheid
Fijnafstelling: Beweeg de schakelaar in de
gewenste richting.
Ruime afstelling: Houd de schakelaar inge-
drukt.
De ingestelde snelheid wordt als volgt ver-
hoogd of verlaagd:
Fijnafstelling: 1 km/h
*1 of 1 mph*2 telkens als
de schakelaar wordt ingedrukt
Ruime afstelling: De ingestelde snelheid kan
continu worden verhoogd of verlaagd totdat
de schakelaar wordt losgelaten.
*1: Wanneer de ingestelde snelheid wordt getoond in “km/h”
*2: Wanneer de ingestelde snelheid getoond
wordt in “MPH”
1 Als u op de uitschakeltoets drukt,
wordt de constante-snelheidsrege-
ling uitgeschakeld.
De snelheidsregeling wordt eveneens uitge-
schakeld als het rempedaal wordt ingetrapt.
2 Door op de schakelaar +RES te
drukken wordt de constante-snel-
heidsregeling hervat.
Hervatten is mogelijk vanaf een rijsnelheid
hoger dan ongeveer 30 km/h.
QDe cruise control kan worden gebruikt
als
ODe selectiehendel in stand D staat.
ODe rijsnelheid hoger is dan 30 km/h.
QAccelereren na het instellen van de rij-
snelheid
OEr kan normaal met de auto geaccelereerd
worden. Na de acceleratie gaat de auto
weer rijden met de ingestelde snelheid.
ODe ingestelde snelheid kan zelfs worden
verhoogd zonder de cruise control uit te
schakelen door eerst naar de gewenste
snelheid te accelereren en vervolgens op
de schakelaar -SET te drukken om de
nieuwe snelheid in te stellen.
Wijzigen van de ingestelde
snelheidUitschakelen en hervatten van
de constante-
snelheidsregeling
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 234 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 237 of 606

235
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
QAutomatisch uitschakelen van de cruise
control
De snelheidsregeling door de cruise control
wordt in de volgende gevallen onderbroken:
ODe werkelijke rijsnelheid zakt tot meer dan
16 km/h onder de geprogrammeerde rij-
snelheid.
In dit geval blijft de geprogrammeerde
snelheid niet bewaard.
OWerkelijke rijsnelhei d is lager dan onge-
veer 30 km/h.
ODe VSC is geactiveerd.
ODe TRC is gedurende een bepaalde peri-
ode geactiveerd.
OWanneer de VSC of TRC wordt uitgescha-
keld door de schakelaar VSC OFF in te
drukken.
QAls de waarschuwingsmelding voor de
cruise control op het multi-informatie-
display wordt weergegeven
Druk eenmaal op de cruise control-hoofd-
schakelaar om het systeem uit te schakelen
en druk vervolgens opnieuw op de schake-
laar om het systeem weer in te schakelen.
Als er geen snelheid kan worden geprogram-
meerd of de cruise control direct na het acti-
veren weer wordt uitgeschakeld, is er moge-
lijk een defect in het cruise control-systeem
aanwezig. Laat de auto nakijken door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
WAARSCHUWING
QOnbedoeld inschakelen van de
cruise control voorkomen
Schakel de cruise control uit met de cruise
control-hoofdschakelaar als deze niet
wordt gebruikt.
QSituaties die niet geschikt zijn voor
gebruik van de cruise control
Gebruik de cruise control niet in de vol-
gende situaties.
Als u dat wel doet, verliest u mogelijk de
controle wat kan leiden tot een ongeval
met dodelijk of ernsti g letsel tot gevolg.
OIn druk verkeer
OOp wegen met scherpe bochten
OOp slingerende wegen
OOp wegen die door regen, ijs of sneeuw
glad zijn
OOp steile hellingen
Bij het afdalen van een steile helling kan
de rijsnelheid de inge stelde snelheid over-
schrijden.
OBij het rijden met een aanhangwagen of
tijdens het slepen in een noodgeval
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 235 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 238 of 606

2364-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
*: Indien aanwezig
QWeergave instrumentenpaneelIngestelde snelheid
Controlelampjes
QBedieningsschakelaarsSchakelaar +RES
Uitschakeltoets
Schakelaar -SET
Hoofdschakelaar snelheidsbegren-
zer 1
Schakel de snelheidsbegrenzer in
met de hoofdschakelaar snelheids-
begrenzer.
Het controlelampje van de snelheidsbegren-
zer gaat branden.
Druk opnieuw op de schakelaar om de snel-
heidsbegrenzer uit te schakelen.
2Accelereer of decelereer naar de
gewenste snelheid en druk op de
schakelaar -SET om de gewenste
topsnelheid in te stellen.
De ingestelde snelheid wordt weergegeven
op het multi-informatiedisplay.
Als de schakelaar wordt ingedrukt wanneer
de rijsnelheid lager is dan 30 km/h, wordt de
snelheid ingesteld op 30 km/h.
Snelheidsbegrenzer*
Er kan een gewenste maximum-
snelheid worden ingesteld met de
schakelaar van de snelheidsbe-
grenzer. De snelheidsbegrenzer
voorkomt dat de auto de inge-
stelde snelheid overschrijdt.
Systeemonderdelen
Instellen van de rijsnelheid
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 236 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 239 of 606

237
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
Druk, om de ingestelde snelheid te wij-
zigen, op de schakelaar +RES of -SET
totdat de gewenste snelheid wordt
bereikt.
1
Verhogen van de snelheid
2 Verlagen van de snelheid
Fijnafstelling: Beweeg de schakelaar in de
gewenste richting.
Ruime afstelling: Houd de schakelaar inge-
drukt.
De ingestelde snelheid wordt als volgt ver-
hoogd of verlaagd:
Fijnafstelling: 1 km/h
*1 of 1 mph*2 telkens als
de schakelaar wordt ingedrukt
Ruime afstelling: Wordt in stappen van 5 km/
h
*1 of 5 mph*2 verhoogd of verlaagd zolang
de schakelaar ingedrukt wordt gehouden
*1: Wanneer de ingestelde snelheid wordt getoond in “km/h”
*2: Wanneer de ingestelde snelheid getoond wordt in “MPH”
1 Als u op de uitschakeltoets drukt,
wordt de snelheidsbegrenzer uitge-
schakeld.
2 Door op de schakelaar +RES te
drukken wordt de snelheidsbegren-
zer opnieuw geactiveerd.
QOverschrijden van de ingestelde snel-
heid
In de volgende situaties overschrijdt de rij-
snelheid de ingestelde snelheid en gaan de
tekens op het display knipperen:
OWanneer u het gaspedaal volledig intrapt
OWanneer u bergaf rijdt
QAutomatische uitschakeling snelheids-
begrenzer
De snelheidsbegrenzer wordt automatisch
uitgeschakeld in een van de volgende situa-
ties:
ODe cruise control wordt ingeschakeld.
OWanneer de VSC of TRC wordt uitgescha-
keld door de schakelaar VSC OFF in te
drukken.
Wijzigen van de ingestelde
snelheidUitschakelen en hervatten van
de snelheidsbegrenzer
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 237 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 240 of 606

2384-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
QAls de waarschuwingsmelding voor de
snelheidsbegrenzer op het multi-infor-
matiedisplay wordt weergegeven
Schakel het hybridesysteem uit en vervol-
gens weer in. Stel na het weer inschakelen
van het hybridesysteem de snelheidsbegren-
zer in. Als de snelheidsbegrenzer niet kan
worden ingesteld, is er mogelijk een storing
aanwezig in de snelheidsbegrenzer. Laat de
auto nakijken door een erkende Toyota-dea-
ler of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
*: Indien aanwezig
WAARSCHUWING
QOnbedoeld inschakelen van de snel-
heidsbegrenzer voorkomen
Schakel de snelheidsbegrenzer uit met de
hoofdschakelaar snelheidsbegrenzer als
deze niet wordt gebruikt.
QSituaties die niet geschikt zijn voor
gebruik van de snelheidsbegrenzer
Gebruik de snelheidsbegrenzer niet in de
volgende situaties.
Als u dat wel doet, verliest u mogelijk de
controle wat kan leiden tot een ongeval
met dodelijk of ernsti g letsel tot gevolg.
OOp wegen die door regen, ijs of sneeuw
glad zijn
OOp steile hellingen
OBij het rijden met een aanhangwagen of
tijdens het slepen in een noodgeval
RSA (Road Sign Assist)*
Het RSA-systeem herkent
bepaalde verkeersborden door
gebruik te maken van de camera
voor en/of het navigatiesysteem
(als er informatie over de snel-
heidslimiet beschikbaar is) en
voorziet de bestuurder via het dis-
play van informatie.
Als het systeem vaststelt dat de
snelheidslimiet wordt overschre-
den of wanneer er bijvoorbeeld
verboden acties ten opzichte van
de herkende verkeersborden wor-
den uitgevoerd, wordt de bestuur-
der gewaarschuwd door middel
van een waarschuwingsdisplay en
waarschuwingszoemer.
WAARSCHUWING
QVoordat u de RSA gebruikt
Vertrouw niet uitsluitend op het RSA-sys-
teem. De RSA is een systeem dat de
bestuurder ondersteunt middels het bie-
den van informatie, maar het is geen ver-
vanging van het eigen inzicht en de oplet-
tendheid van de bestuur der. Rijd voorzich-
tig door altijd goed op de verkeersregels te
letten.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 238 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page:   < prev 1-10 ... 191-200 201-210 211-220 221-230 231-240 241-250 251-260 261-270 271-280 ... 610 next >