display TOYOTA COROLLA 2022 Instructieboekje (in Dutch)

Page 155 of 606

153
4
4-1. Voordat u gaat rijden
Rijden
QBegeleiding milieubewust bedienen
gaspedaal (
→Blz. 104)
Milieuvriendelijk rijden is gemakkelijker te
realiseren door in de zone ECO-acceleratie
te blijven. Verder is het door binnen de zone
ECO-acceleratie te blijven gemakkelijker om
een goede ECO-score te behalen.
OBij het wegrijden:
Trap, terwijl u binnen de zone ECO-accelera-
tie blijft, het gaspedaal geleidelijk in en acce-
lereer tot aan de gewenste snelheid. Door
niet overmatig snel te accelereren, kan er
een goede ECO-score voor het wegrijden
worden behaald.
OTijdens het rijden:
Laat, nadat u de gewenste snelheid hebt
bereikt, het gaspedaal los en rijd met een
constante snelheid binnen de zone ECO-
acceleratie. Door binnen de zone ECO-acce-
leratie te blijven, kan er een goede ECO-
score voor het rijden met constante snelheid
worden behaald.
OBij het tot stilstand brengen van de auto:
Door bij het decelereren het gaspedaal
vroegtijdig los te laten, kan er een goede
ECO-score voor het tot stilstand brengen van
de auto worden behaald.
QBeperken plotseling wegrijden (wegrij-
regeling)
OWanneer de onderstaande ongewone
bediening plaatsvindt, wordt het vermogen
van het hybridesyst eem mogelijk beperkt.
• Wanneer de selectiehendel van R in D, van D in R, van N in R, van P in D of van P
in R wordt gezet (D omvat B) terwijl het
gaspedaal wordt ingetrapt, verschijnt er
een waarschuwingsmelding op het multi-
informatiedisplay. Lees de op het multi-
informatiedisplay weergegeven waarschu-
wingsmelding en volg de aanwijzing op.
• Wanneer het gaspedaal te diep wordt inge- trapt terwijl de auto in zijn achteruit staat.
OWanneer de wegrijregeling wordt geacti-
veerd, heeft uw auto mogelijk moeite met
het wegrijden in modder of op verse
sneeuw. Deactiveer in zo'n geval de TRC
(→ Blz. 301) om de wegrijregeling uit te
schakelen, zodat de auto gemakkelijker
wegrijdt in modder of op verse sneeuw.
QInrijden van uw nieuwe Toyota
Voor een maximale levensduur van de auto
adviseren wij rekening te houden met onder-
staande aanwijzingen:
ODe eerste 300 km:
Voorkom plotseling sterk afremmen.
ODe eerste 800 km:
Rijd niet met een aanhangwagen.
ODe eerste 1.000 km:
• Rijd niet met extreem hoge snelheden.
• Vermijd plotseling sterk accelereren.
• Rijd niet langdurig met een constante snel- heid.
QRijden in het buitenland
Zorg ervoor dat uw auto voldoet aan de in het
desbetreffende land geldende wettelijke
voorschriften en controleer of de juiste brand-
stof verkrijgbaar is. ( →Blz. 506)
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgs-
maatregelen kan dodelijk of ernstig letsel
tot gevolg hebben.
QBij het starten van de auto
Houd het rempedaal altijd ingetrapt als de
auto stilstaat en het controlelampje
READY brandt. Dit voorkomt kruipen van
de auto.
QTijdens het rijden
OZorg ervoor dat u, voordat u wegrijdt,
blindelings het gas- en rempedaal kunt
vinden.
• Als u per ongeluk in plaats van het rem- pedaal het gaspedaal intrapt, zal de
auto onverwacht accelereren, wat een
ongeval tot gevolg kan hebben.
• Bij het achteruitrijden draait u wellicht uw lichaam, waardoor het bedienen van
de pedalen moeilijk wordt. Zorg dat u de
pedalen altijd goed kunt bedienen.
• Zorg dat u altijd in de juiste houding achter het stuur zit, ook als de auto
maar kort hoeft te rijden. Zo kunt u het
rem- en gaspedaal goed bedienen.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 153 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 167 of 606

165
4
4-2. Rijprocedures
Rijden
4-2.Rijprocedures
1
Controleer of de parkeerrem is
geactiveerd. ( →Blz. 175)
2 Controleer of de selectiehendel in
stand P staat.
3 Trap het rempedaal stevig in.
en een melding worden op het multi-
informatiedisplay weergegeven. Als dit niet
wordt weergegeven, kan het hybridesys-
teem niet worden gestart.
4 Druk kort en krachtig op de start-
knop.
Eén keer kort en stevig indrukken van de
startknop is voldoende om deze te bedie-
nen. U hoeft de startknop niet ingedrukt te
houden.
Als het controlelampje READY gaat bran-
den, werkt het hybridesysteem normaal.
Houd het rempedaal ingetrapt tot het contro-
lelampje READY brandt.
Het hybridesysteem kan vanuit iedere stand
van het contact worden gestart.
5Controleer of het controlelampje
READY brandt.
Als het controlelampje READY uit is, kan er
niet met de auto worden gereden.
QAls het hybridesysteem niet kan wor-
den ingeschakeld
ODe startblokkering is mogelijk niet uitge-
schakeld. ( →Blz. 81)
Neem contact op met een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
OLees de op het multi-informatiedisplay
weergegeven melding m.b.t. het starten en
volg de aanwijzingen op.
QAls de buitentemperatuur laag is, bij-
voorbeeld bij rijden in de winter
OAls het hybridesysteem gestart wordt, knip-
pert het controlelampje READY mogelijk
lang. Bedien de auto niet totdat het contro-
lelampje READY continu brandt. Continu
branden betekent dat de auto in beweging
kan komen.
OZWE213-uitvoeringen*: Als het batterijpak-
ket (tractiebatterij) extreem koud is (tempe-
ratuur lager dan ongeveer -30°C) als
gevolg van de buitentemperatuur, kan het
hybridesysteem mogelijk niet gestart wor-
den. Probeer in dat geval het hybridesys-
teem nogmaals te starten nadat de tempe-
ratuur van het batterijpakket is opgelopen
omdat bijvoorbeeld de buitentemperatuur
is gestegen.
*: De modelcode staat vermeld op het type-
plaatje. ( →Blz. 504)
QGeluiden en trillingen die kenmerkend
zijn voor een hybrideauto
→ Blz. 75
QAls de 12V-accu is ontladen
Het hybridesysteem kan niet worden gestart
met het Smart entry-systeem met startknop.
Raadpleeg Blz. 493om het hybridesysteem
opnieuw te starten.
QLeegraken batterij elektronische sleutel
→ Blz. 430
QOmstandigheden die de werking kun-
nen beïnvloeden
→ Blz. 131
Startknop
Als u de volgende handelingen uit-
voert terwijl u een elektronische
sleutel bij u hebt, wordt het hybri-
desysteem gestart of de stand van
het contact veranderd.
Starten van het
hybridesysteem
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 165 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 169 of 606

167
4
4-2. Rijprocedures
Rijden
1
Breng de auto volledig tot stilstand.
2 Activeer de parkeerrem ( →Blz. 175)
en zet de selectiehendel in stand P.
Controleer of het waarschuwingslampje van
de parkeerrem brandt.
3 Druk op de startknop.
Het hybridesysteem stopt en de weergave
van het instrumentenpaneel dooft.
4Laat het rempedaal los en contro-
leer of ACCESSORY (stand ACC)
of IGNITION ON (contact AAN) niet
wordt weergegeven op het multi-
informatiedisplay.
OPMERKING
QSymptomen die kunnen duiden op
een defect in de startknop
Als de startknop anders lijkt te werken dan
normaal, bijvoorbeeld al s de knop iets blijft
hangen, kan de startknop defect zijn.
Neem onmiddellijk contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige.
Uitschakelen van het
hybridesysteem
WAARSCHUWING
QUitschakelen van het hybridesysteem
in noodgevallen
OAls u in een noodgeval het hybridesys-
teem tijdens het rijden wilt stoppen,
houdt u de startknop langer dan 2
seconden ingedrukt of drukt u deze min-
stens 3 keer kort achter elkaar in.
( → Blz. 442)
Raak de startknop echter tijdens het rij-
den niet aan, behalve in geval van
nood. Door het uitschakelen van het
hybridesysteem tijd ens het rijden ver-
liest u niet de controle over het stuurwiel
of de remmen. De stuurbekrachtiging
werkt echter niet meer. Hierdoor zal het
sturen veel zwaarder gaan dan nor-
maal. Zet in dat geval de auto aan de
kant zodra dit veilig kan.
OAls de startknop wordt bediend terwijl
de auto rijdt, verschijnt er een waar-
schuwingsmelding op het multi-informa-
tiedisplay en klinkt er een zoemer.
OZet om het hybridesysteem opnieuw te
starten nadat dit ten gevolge van een
noodsituatie tijdens het rijden is uitge-
schakeld de selectiehendel in stand N
en druk de startknop in.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 167 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 170 of 606

1684-2. Rijprocedures
De standen kunnen worden gewijzigd
door op de startknop te drukken als het
rempedaal niet wordt ingetrapt. (De
stand verandert iedere keer dat op de
knop wordt gedrukt.)
1UIT
*
De alarmknipperlichten kunnen worden
gebruikt.
2ACC
Sommige elektrische componenten zoals
het audiosysteem kunnen worden gebruikt.
ACCESSORY (stand ACC) wordt op het
multi-informatiedisplay weergegeven.
3AAN
Alle elektrische componenten kunnen wor-
den gebruikt.
IGNITION ON (contact AAN) wordt op het
multi-informatiedisplay weergegeven.
*: Als de selectiehendel niet in stand P staat
en het hybridesysteem wordt uitgezet,
wordt in plaats van de stand UIT de stand
ACC van het contact geselecteerd.
QAuto power off-functie
Als het contact langer dan 20 minuten in
stand ACC of langer dan een uur AAN staat
(hybridesysteem niet in werking) terwijl de
selectiehendel in stand P staat, wordt het
contact automatisch UIT gezet. Deze functie
kan echter niet geheel uitsluiten dat de 12V-
accu ontladen raakt. Laat de auto niet gedu-
rende langere tijd in stand ACC of AAN staan
terwijl het hybridesysteem niet in werking is.
Als het hybridesyst eem wordt uitge-
schakeld met de selectiehendel in een
andere stand dan P, dan wordt het con-
tact niet UIT maar in stand ACC gezet.
Voer de volgende procedure uit om het
contact UIT te zetten:
1 Controleer of de parkeerrem is
geactiveerd.
2 Zet de selectiehendel in stand P.
3 Controleer of ACCESSORY (stand
ACC) op het multi-informatiedisplay
wordt weergegeven en druk de
startknop kort en stevig in.
Wijzigen van de standen van
het contact
OPMERKING
QVoorkomen van ontlading van de
12V-accu
OZet het contact niet gedurende een lan-
gere periode in stand ACC of AAN zon-
der het hybridesysteem in te schakelen.
OAls ACCESSORY (stand ACC) of IGNI-
TION ON (contact AAN) op het multi-
informatiedisplay wordt weergegeven, is
het contact niet UIT. Verlaat de auto
nadat u het contact UIT hebt gezet.
Uitschakelen van het
hybridesysteem met de
selectiehendel in een andere
stand dan P
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 168 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 171 of 606

169
4
4-2. Rijprocedures
Rijden
4
Controleer of ACCESSORY (stand
ACC) of IGNITION ON (contact
AAN) op het multi-informatiedisplay
uit is.
Schakelt EV-modus in/uit
Als de EV-modus wordt ingeschakeld, gaat
het controlelampje EV MODE branden. Door
in de EV-modus de schakelaar in te drukken,
wordt teruggekeerd naar normaal rijden
(aandrijving door de benzinemotor en de
elektromotor [tractiemotor]).
QOmstandigheden waarin de EV-modus
niet kan worden ingeschakeld
In de volgende gevallen kan de EV-modus
mogelijk niet worden ingeschakeld. Als de
modus niet ingeschakel d kan worden, klinkt
er een zoemer en verschijnt er een melding
op het multi-informatiedisplay.
OPMERKING
QVoorkomen van ontlading van de
12V-accu
Schakel het hybridesys teem niet uit als de
selectiehendel in een andere stand dan P
staat. Als het hybridesysteem wordt uitge-
schakeld met de selectiehendel in een
andere stand wordt het contact niet UIT
maar in stand ACC gezet. Als het contact
in stand ACC blijft staan, kan de accu ont-
laden raken.
EV-modus
In de EV-modus wordt er elek-
trisch vermogen geleverd door het
batterijpakket (tractiebatterij) en
wordt alleen de elektromotor (trac-
tiemotor) gebruikt voor de aandrij-
ving van de auto.
Deze modus is geschikt voor het
's nachts of in de vroege morgen
door woonwijken rijden of het rij-
den in een parkeergarage, enz.
zonder dat u zich zorgen hoeft te
maken over geluidsoverlast of uit-
laatgassen.
Bedieningsinstructies
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 169 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 172 of 606

1704-2. Rijprocedures
ODe temperatuur van het hybridesysteem is
te hoog.
De auto heeft lang in de zon gestaan of na
het oprijden van een helling, het rijden met
hoge snelheid, enz.
ODe temperatuur van het hybridesysteem is
te laag.
De auto heeft bijvoorbeeld lang in een
omgeving met een temperatuur lager dan
0°C gestaan, enz.
ODe benzinemotor is aan het opwarmen.
OHet batterijpakket (tractiebatterij) is bijna
leeg.
De resterende capaciteit van het batterij-
pakket die op de energiemonitor wordt
aangegeven, is laag. (→Blz. 116)
ORijsnelheid is hoog.
OHet gaspedaal wordt stevig ingetrapt of de
auto rijdt op een helling, enz.
ODe voorruitverwarming is ingeschakeld.
QDe EV-modus inschakelen wanneer de
benzinemotor koud is
Als de benzinemotor nog koud is en het
hybridesysteem wordt gestart, wordt na korte
tijd automatisch de benzinemotor gestart,
zodat deze op temperatuur kan komen. In dat
geval kan de EV-modus niet worden inge-
schakeld.
Druk zodra het hybridesysteem is gestart en
het controlelampje READY brandt en voordat
de benzinemotor start op de EV-modusscha-
kelaar om de EV-modus in te schakelen.
QAutomatische uitschakeling van de EV-
modus
Tijdens het rijden in de EV-modus, kan in de
volgende gevallen automatisch de benzine-
motor worden gestart en kan de auto worden
aangedreven door de benzinemotor en de
elektromotor (tractiemotor). Als de EV-modus
wordt uitgeschakeld, klinkt er een zoemer,
knippert het controlelampje EV MODE en
wordt er een melding weergegeven op het
multi-informatiedisplay.
OHet batterijpakket (tractiebatterij) raakt
leeg.
De resterende capaciteit van het batterij-
pakket die op de energiemonitor wordt
aangegeven, is laag. ( →Blz. 116)
ORijsnelheid is hoog.
OHet gaspedaal wordt stevig ingetrapt of de
auto rijdt op een helling, enz.
QMaximale rijafstand in EV-modus
De maximale rijafstand in de EV-modus vari-
eert van een paar honderd meter tot onge-
veer 1 km. Er zijn afhankelijk van de omstan-
digheden van de auto echter situaties waarbij
de EV-modus niet kan worden gebruikt.
(De maximale rijafstand is afhankelijk van de
laadtoestand van het batterijpakket [tractie-
batterij] en de rijomstandigheden.)
QBrandstofverbruik
Het hybridesysteem is ontworpen voor een
zo laag mogelijk brandstofverbruik onder nor-
male rijomstandigheden (aandrijving door
benzinemotor en elektromotor [tractiemotor]).
Als de EV-modus vaker wordt gebruikt dan
nodig is, zal het brandstofverbruik hoger zijn.
QAls “EV Mode Unavailable” (EV-modus
niet beschikbaar) wordt weergegeven
op het multi-informatiedisplay
De EV-modus is niet beschikbaar. De reden
dat de EV-modus niet beschikbaar is (motor
draait stationair, ladingstoestand batterijpak-
ket is laag, rijsnelheid is hoger dan de snel-
heid waarbij de EV-modus werkt of gaspe-
daal is te ver ingetrapt) kan worden weerge-
geven. Gebruik de EV-modus wanneer deze
beschikbaar is.
QAls “EV Mode Deactivated” (EV-modus
uitgeschakeld) wordt weergegeven op
het multi-informatiedisplay
De EV-modus is automa tisch uitgeschakeld.
De reden dat de EV-modus niet beschikbaar
is (ladingstoestand batterijpakket is laag, rij-
snelheid is hoger dan de snelheid waarbij de
EV-modus werkt of gaspedaal is te ver inge-
trapt) kan worden weergegeven. Rijd een
tijdje met de auto alvorens te proberen de
EV-modus weer in te schakelen.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 170 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 177 of 606

175
4
4-2. Rijprocedures
Rijden
QGebruik van de handmatige
modus
De parkeerrem kan handmatig worden
geactiveerd en gedeactiveerd.
1 Trek aan de schakelaar om de par-
keerrem te activeren
Het waarschuwingslampje parkeerrem en
het lampje van de parkeerrem gaan bran-
den.
Houd de parkeerremschakelaar omhoog
getrokken als u in geval van nood de par-
keerrem tijdens het rijden moet bedienen.
2Druk op de schakelaar om de par-
keerrem te deactiveren
• Bedien de parkeerrems chakelaar terwijl u
het rempedaal intrapt.
• Met de functie voor het automatisch deac- tiveren van de parkeerrem kan de par-
keerrem worden gedeactiveerd door het
gaspedaal in te trappen. Trap bij gebruik
van deze functie het gaspedaal langzaam
in.
Controleer of het waarschuwingslampje par-
keerrem en het lampje van de parkeerrem
doven.
QInschakelen van de automatische
modus
Houd bij stilstaande auto de parkeer-
remschakelaar omhoog getrokken tot-
dat een melding wordt weergegeven op
het multi-informatiedisplay
Als de automatische modus wordt inge-
schakeld, werkt de parkeerrem als
volgt.
 Wanneer u de selectiehendel uit
stand P zet, wordt de parkeerrem
gedeactiveerd en doven het waar-
schuwingslampje parkeerrem en het
lampje van de parkeerrem.
 Wanneer u de selectiehendel in
stand P zet, wordt de parkeerrem
geactiveerd en gaan het waarschu-
wingslampje parkeerrem en het
lampje van de parkeerrem branden.
Parkeerrem
De parkeerrem kan automatisch of
handmatig worden geactiveerd en
gedeactiveerd.
In de automatische modus kan de
parkeerrem automatisch worden
geactiveerd of gedeactiveerd.
Zelfs in de automatische modus
kan de parkeerrem handmatig
worden geactiveerd of gedeacti-
veerd.
Bedieningsinstructies
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 175 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 178 of 606

1764-2. Rijprocedures
Bedien de selectiehendel bij stilstaande
auto terwijl u het rempedaal intrapt.
De parkeerrem werkt mogelijk niet automa-
tisch als de selectiehendel snel verplaatst
wordt.
In dat geval moet de parkeerremschakelaar
worden bediend. (→Blz. 175)
QUitschakelen van de automatische
modus
Houd bij stilstaande auto het rempedaal
ingetrapt en de parkeerremschakelaar
ingedrukt totdat er een melding wordt
weergegeven op het multi-informatie-
display.
QWerking van parkeerrem
OAls het contact niet AAN staat, kunt u de
parkeerrem niet met de schakelaar deacti-
veren.
OAls het contact niet AAN staat, is de auto-
matische stand (automatische activering
en deactivering) niet beschikbaar.
QFunctie automatisch deactiveren par-
keerrem
De parkeerrem wordt automatisch gedeacti-
veerd wanneer u het gaspedaal langzaam
intrapt.
De parkeerrem wordt in de volgende situaties
automatisch gedeactiveerd:
OHet bestuurdersportier is gesloten
ODe bestuurder draagt de veiligheidsgordel
ODe selectiehendel staat in een vooruit- of
achteruitversnelling.
OHet motorcontrolelampje of het waarschu-
wingslampje van het remsysteem brandt
niet. Als de functie voor het automatisch deactive-
ren niet werkt, deactiveer de parkeerrem dan
handmatig.
QAls “Parking Brake Temporarily
Unavailable” (parkeerrem tijdelijk niet
beschikbaar) wordt weergegeven op het
multi-informatiedisplay
Als de parkeerrem herhaaldelijk gedurende
korte tijd bediend wordt, zal het systeem de
werking beperken om oververhitting te voor-
komen. Gebruik de parkeerrem niet als dit
gebeurt. Na ongeveer 1 minuut zal de wer-
king weer normaal zijn.
QAls “Parking Brake Unavailable” (par-
keerrem niet beschikbaar) wordt weer-
gegeven op het multi-informatiedisplay
Bedien de parkeerremschakelaar. Als de
melding niet verdwijnt nadat de schakelaar
een aantal keer is bediend, zit er mogelijk
een storing in het systeem. Laat de auto
nakijken door een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
QGeluid parkeerrem
Wanneer de parkeerrem geactiveerd is, kan
het geluid van een elektromotor (zoemend
geluid) hoorbaar zijn. Dit is normaal en duidt
niet op een storing.
QWerking van parkeerrem
OAfhankelijk van de stand van het contact
gaan het waarschuwingslampje parkeer-
rem en het lampje van de parkeerrem
branden en blijven ze branden zoals hier-
onder beschreven:
AAN: Brandt totdat de parkeerrem wordt
gedeactiveerd.
Niet AAN: Blijft gedurende ongeveer 15
seconden branden.
OWanneer het contact UIT wordt gezet en
de parkeerrem geactiv eerd is, blijven het
waarschuwingslampje parkeerrem en het
lampje van de parkeerrem gedurende
ongeveer 15 seconden branden. Dit is nor-
maal en duidt niet op een storing.
QBij een storing in de parkeerremschake-
laar
De automatische modus (automatisch active-
ren en deactiveren parkeerrem) wordt auto-
matisch ingeschakeld.
QParkeren van de auto
→ Blz. 152
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 176 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 179 of 606

177
4
4-2. Rijprocedures
Rijden
QWaarschuwingszoemer geactiveerde
parkeerrem
De zoemer klinkt als er met de auto wordt
gereden terwijl de parkeerrem is geactiveerd.
“Parking Brake ON” (parkeerrem geacti-
veerd) wordt weergegeven op het multi-infor-
matiedisplay.
QAls het waarschuwingslampje van het
remsysteem gaat branden
→ Blz. 450
QGebruik in de winter
→ Blz. 307
WAARSCHUWING
QBij het parkeren
Laat een kind niet alleen in de auto achter.
De parkeerrem kan onbedoeld worden
gedeactiveerd waardoor de auto in bewe-
ging kan komen, hetgeen kan leiden tot
een ongeval met dodelijk of ernstig letsel
tot gevolg.
QParkeerremschakelaar
Plaats geen objecten in de buurt van de
parkeerremschakelaar.
Objecten kunnen de schakelaar hinderen
en er mogelijk toe leiden dat de parkeer-
rem onverwachts wordt bediend.
OPMERKING
QBij het parkeren
Activeer de parkeerrem, zet de selectie-
hendel in stand P voordat u de auto ver-
laat en controleer of de auto niet beweegt.
QWanneer een storing in het systeem
optreedt
Breng de auto op een veilige plaats tot stil-
stand en controleer de waarschuwings-
meldingen.
QWanneer de parkeerrem niet gedeac-
tiveerd kan worden door een storing
Als u gaat rijden terwijl de parkeerrem is
geactiveerd, kunnen de onderdelen van
het remsysteem oververhit raken, waar-
door de remprestaties in negatieve zin
kunnen worden beïnvloed en de onderde-
len van het remsysteem sneller slijten.
Laat, als dit gebeurt, de auto onmiddellijk
nakijken door een erkende Toyota-dealer
of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 177 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 180 of 606

1784-2. Rijprocedures
Activeert het Brake Hold-systeem
Het controlelampje voor de stand-bystand
van het Brake Hold-systeem (groen)
gaat branden. Als het systeem de remmen
vasthoudt, gaat het controlelampje Brake
Hold-systeem in werking (geel) branden.
QVoorwaarden voor werking Brake Hold-
systeem
Het Brake Hold-systeem kan onder de vol-
gende omstandigheden niet geactiveerd wor-
den:
OHet bestuurdersportier is niet gesloten.
ODe bestuurder draagt geen veiligheidsgor-
del.
Als onder een van de bovenstaande omstan-
digheden het Brake Hold-systeem is inge-
schakeld, wordt het sy steem uitgeschakeld
en gaat het controlelampje voor de stand- bystand van het Brake Hold-systeem uit.
Wanneer een van deze omstandigheden zich
voordoet terwijl het systeem de remmen vast-
houdt, klinkt een waarschuwingszoemer en
wordt een melding weergegeven op het
multi-informatiedisplay. De parkeerrem wordt
dan automatisch geactiveerd.
QBrake Hold-functie
ONadat het systeem ongeveer 3 minuten de
remmen heeft vastgehouden en het rem-
pedaal niet ingetrapt wordt, wordt automa-
tisch de parkeerrem geactiveerd. In dat
geval klinkt een zoemer en verschijnt er
een waarschuwingsmelding op het multi-
informatiedisplay.
OTrap het rempedaal krachtig in en druk
opnieuw op de schakelaar om het systeem
te deactiveren.
ODe Brake Hold-functie kan de auto moge-
lijk niet stilhouden op een steile helling. In
deze situatie kan het nodig zijn dat de
bestuurder zelf het rempedaal ingetrapt
houdt. Er klinkt een waarschuwingszoemer
en het multi-informatiedisplay zal de
bestuurder over de situatie informeren.
Lees de op het multi-informatiedisplay
weergegeven waarschuwingsmelding en
volg de aanwijzingen op.
QWanneer de parkeerrem automatisch
geactiveerd wordt terwijl het systeem
de remmen vasthoudt
Voer een van de volgende handelingen uit
om de parkeerrem te deactiveren.
OTrap het gaspedaal in. (De parkeerrem zal
niet automatisch gedeactiveerd worden als
de veiligheidsgordel niet is vastgemaakt.)
OBedien de parkeerremschakelaar terwijl u
het rempedaal intrapt.
Controleer of het waarschuwingslampje van
de parkeerrem uitgaat. ( →Blz. 175)
QWanneer een controle door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige nodig
is
Als het controlelampje stand-bystand Brake
Hold-systeem (groen) niet brandt terwijl de
Brake Hold-schakelaar wordt ingedrukt en
aan de werkingsvoorwaarden van het Brake
Hold-systeem is voldaan, is het systeem
mogelijk defect. Laat de auto nakijken door
een erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
Brake Hold
Het Brake Hold-systeem houdt na
activering de remmen vast wan-
neer de selectiehendel in stand D,
B of N staat en het rempedaal
ingetrapt werd om de auto tot stil-
stand te brengen. Het systeem laat
de rem los wanneer het gaspedaal
ingetrapt wordt en de selectiehen-
del in stand D of B staat om zo
voor soepel wegrijden te zorgen.
Inschakelen van het systeem
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 178 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page:   < prev 1-10 ... 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 ... 140 next >